Instelling, gebiedsindeling en bestuursgrootte kamers van koophandel

[Regeling vervallen per 11-06-2005.]
Geraadpleegd op 06-05-2024.
Geldend van 01-01-1998 t/m 10-06-2005

Uitvoering van de artikelen 4, 7 en 8, tweede lid, van het Besluit instelling, gebiedsindeling en bestuursgrootte kamers van koophandel en fabrieken

Artikel 2

[Regeling vervallen per 11-06-2005]

Met ingang van 1 januari 1998 gaan alle rechten, lasten, verplichtingen en bezittingen:

  • a. van de opgeheven Kamer van Koophandel en Fabrieken voor Noordelijk Overijssel over op de kamer voor het gebied, bedoeld in artikel 2, onderdeel d, van het besluit;

  • b. van de opgeheven Kamers van Koophandel en Fabrieken voor de Noord-Veluwe en -Achterhoek en voor Twente en Salland over op de kamer voor het gebied, bedoeld in artikel 2, onderdeel e, van het besluit;

  • c. van de opgeheven Kamer van Koophandel en Fabrieken voor Centraal Gelderland over op de kamer voor het gebied, bedoeld in artikel 2, onderdeel f, van het besluit;

  • d. van de opgeheven Kamer van Koophandel en Fabrieken voor Utrecht en Omstreken over op de kamer voor het gebied, bedoeld in artikel 2, onderdeel h, van het besluit;

  • e. van de opgeheven Kamers van Koophandel en Fabrieken voor Eemland en voor Gooiland over op de kamer voor het gebied, bedoeld in artikel 2, onderdeel i, van het besluit;

  • f. van de opgeheven Kamer van Koophandel en Fabrieken voor Rijnland over op de kamer voor het gebied, bedoeld in artikel 2, onderdeel l, van het besluit;

  • g. van de opgeheven Kamer van Koophandel en Fabrieken voor Haaglanden over op de kamer voor het gebied, bedoeld in artikel 2, onderdeel m, van het besluit;

  • h. van de opgeheven Kamers van Koophandel en Fabrieken voor Midden-Holland, voor Rotterdam en de Beneden-Maas en voor Zuid-Holland Zuid over op de kamer voor het gebied, bedoeld in artikel 2, onderdeel n, van het besluit;

  • i. van de opgeheven Kamer van Koophandel en Fabrieken voor Zuid-West Gelderland over op de kamer voor het gebied, bedoeld in artikel 2, onderdeel o, van het besluit;

  • j. van de opgeheven Kamers van Koophandel en Fabrieken voor Midden- en Noord-Zeeland en voor Zeeuwsch-Vlaanderen over op de kamer voor het gebied, bedoeld in artikel 2, onderdeel p, van het besluit;

  • k. van de opgeheven Kamer van Koophandel en Fabrieken voor Westelijk Noord-Brabant over op de kamer voor het gebied, bedoeld in artikel 2, onderdeel q, van het besluit;

  • l. van de opgeheven Kamer van Koophandel en Fabrieken voor Midden-Brabant over op de kamer voor het gebied, bedoeld in artikel 2, onderdeel r, van het besluit;

  • m. van de opgeheven Kamers van Koophandel en Fabrieken voor Noordoost-Brabant en voor Zuidoost-Brabant over op de kamer voor het gebied, bedoeld in artikel 2, onderdeel s, van het besluit;

  • n. van de opgeheven Kamer van Koophandel en Fabrieken voor Noord- en Midden-Limburg over op de kamer voor het gebied, bedoeld in artikel 2, onderdeel t, van het besluit;

  • o. van de opgeheven Kamer van Koophandel en Fabrieken voor Zuid-Limburg over op de kamer voor het gebied, bedoeld in artikel 2, onderdeel u, van het besluit;

  • p. van elke niet in de onderdelen a tot en met o genoemde en met ingang van 1 januari 1998 opgeheven kamer over op de in artikel 2 van het besluit bedoelde kamer tot welker grondgebied het gebied van de desbetreffende opgeheven kamer behoort.

Artikel 3

[Regeling vervallen per 11-06-2005]

Voor zover op grond van de Wet op de Kamers van Koophandel en Fabrieken 1963 niet voor 1998 een begroting of een beleidsplan is opgesteld, geldt dat de eerste begroting en het eerste plan van activiteiten van de in artikel 2 van het besluit bedoelde kamers betrekking hebben op de periode van 1 januari 1998 tot en met 31 december 1998.

Artikel 4

[Regeling vervallen per 11-06-2005]

De rekening van inkomsten en uitgaven en het overzicht van de grootte en de samenstelling van het vermogen, bedoeld in artikel 24, eerste lid, van de Wet op Kamers van Koophandel en Fabrieken 1963, over het jaar 1997 van de in artikel 2 bedoelde opgeheven kamers worden vastgesteld door het algemeen bestuur van de kamer op welke ingevolge artikel 2 haar rechten, lasten, verplichtingen en bezittingen zijn overgegaan.

Artikel 5

[Regeling vervallen per 11-06-2005]

Het verslag van werkzaamheden, bedoeld in artikel 30, eerste lid, van de Wet op de Kamers van Koophandel en Fabrieken 1963, over het jaar 1997 van de in artikel 2 bedoelde opgeheven kamers wordt uitgebracht door het algemeen bestuur van de kamer op welke ingevolge artikel 2 haar rechten, lasten, verplichtingen en bezittingen zijn overgegaan.

Artikel 6

[Regeling vervallen per 11-06-2005]

Deze regeling treedt in werking op het tijdstip waarop artikel 2 van de wet in werking treedt.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

’s-Gravenhage, 17 december 1997

De

Staatssecretaris

van Economische Zaken,

A. van Dok-Van Weele

Naar boven