-
wet:
-
Gezondheids- en welzijnswet voor dieren;
-
minister:
-
Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit;
-
EER-Verdrag:
-
Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte;
-
richtlijn 90/425/EEG:
-
richtlijn van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 26 juni 1990 inzake veterinaire
en zoötechnische controles in het intracommunautaire handelsverkeer in bepaalde levende
dieren en producten in het vooruitzicht van de totstandbrenging van de interne markt
(PbEG L 224);
-
richtlijn 91/496/EEG:
-
richtlijn van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 15 juli 1991 tot vaststelling
van de beginselen voor de organisatie van de veterinaire controles voor dieren uit
derde landen die in de Gemeenschap worden binnengebracht en tot wijziging van de Richtlijnen 89/662/EEG, 90/425/EEG en 90/675/EEG (PbEG L 268);
-
richtlijn 92/65/EEG:
-
richtlijn van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 13 juli 1992 tot vaststelling
van veterinairrechtelijke voorschriften voor het handelsverkeer en de invoer in de
Gemeenschap van dieren, sperma, eicellen en embryo's waarvoor ten aanzien van de veterinairrechtelijke
voorschriften geen specifieke communautaire regelgeving als bedoeld in bijlage A,
onder I, van Richtlijn 90/425/EEG geldt (PbEG L 268);
-
richtlijn 96/22/EG:
-
richtlijn (EG) nr. 96/22 van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 29 april 1996 betreffende het gebruik,
in de veehouderij, van bepaalde stoffen met thyreostatische werking, alsmede van ß-agonisten
en tot intrekking van de Richtlijnen 81/602/EEG, 88/146/EEG en 88/299/EEG (PbEG L 125);
-
richtlijn 97/78/EG:
-
richtlijn nr. 97/78/EG van de Raad van de Europese Unie van 18 december 1997 tot vaststelling van de beginselen
voor de organisatie van de veterinaire controles voor producten die uit derde landen
in de Gemeenschap worden binnengebracht (PbEG, L 24);
-
richtlijn 2004/68/EG:
-
richtlijn nr. 2004/68/EG van de Raad van de Europese Unie van 26 april 2004 tot vaststelling van veterinairrechtelijke
voorschriften voor de invoer in en de doorvoer via de Gemeenschap van bepaalde levende
hoefdieren tot wijziging van de Richtlijnen 90/426/EEG en 92/65/EEG en tot intrekking van Richtlijn 72/462/EEG (PbEU L 139);
- richtlijn 2008/71/EG:
-
richtlijn nr. 2008/71/EG van de Raad van de Europese Unie van 15 juli 2008 met betrekking
tot de identificatie en registratie van varkens (PbEU L 213);
-
beschikking 93/444/EEG:
-
beschikking van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 2 juli 1993 houdende
toepassingsbepalingen inzake het intracommunautaire handelsverkeer van bepaalde levende
dieren en producten die bestemd zijn voor uitvoer naar derde landen (PbEG L 208);
- beschikking 2000/571/EG:
-
beschikking van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 8 september 2000
tot vaststelling van de methoden voor de veterinaire controles van producten uit derde
landen die bestemd zijn voor een vrije zone, een vrij entrepot, een douane-entrepot
of een handelaar die levert aan grensoverschrijdende zeevervoermiddelen (PbEG L 240);
- beschikking 2003/881/EG:
-
beschikking nr. 2003/881/EG van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 11 december
2003 betreffende de veterinairrechtelijke voorschriften en de certificeringsvoorwaarden
voor de invoer van bijen en hommels (Apis mellifera & Bombus spp.) uit bepaalde derde
landen en tot intrekking van beschikking 2000/462/EG (PbEU L 328);
- beschikking 2004/211/EG:
-
beschikking (EG) nr. 2004/211 van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van
6 januari 2004 (PbEU L 73) tot vaststelling van de lijst van derde landen en delen
van hun grondgebied waaruit de lidstaten de invoer toestaan van levende paardachtigen
en sperma, eicellen en embryo’s van paarden en tot wijziging van de Beschikkingen
93/195/EEG en 94/63/EG;
-
verordening 1760/2000/EG:
-
verordening (EG) nr. 1760/2000 van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 17 juli 2000 (PbEG L 204) tot
vaststelling van een identificatie- en registratieregeling voor runderen en inzake
de etikettering van rundvlees en rundvleesproducten en tot intrekking van verordening nr. 820/97 van de Raad van de Europese Unie;
-
verordening (EG) nr. 999/2001:
-
verordening (EG) nr. 999/2001 van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 22 mei 2001 houdende
vaststelling van voorschriften inzake preventie, bestrijding en uitroeiing van bepaalde
overdraagbare spongiforme encefalopathieën (PbEG L 147);
-
verordening 282/2004/EG:
-
Verordening (EG) nr. 282/2004 van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 18 februari 2004 betreffende
de vaststelling van een document voor de aangifte en de veterinaire controle van uit
derde landen afkomstige dieren die in de Gemeenschap worden binnengebracht (PbEU L
49);
- verordening 318/2007:
-
Verordening (EG) nr. 318/2007 van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van
23 maart 2007 tot vaststelling van de veterinairrechtelijke voorschriften voor de
invoer van bepaalde vogels in de Gemeenschap en de desbetreffende quarantainevoorschriften
(PbEU L 84);
-
verordening (EG) nr. 998/2003:
-
verordening (EG) nr. 998/2003 van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 26 mei 2003 inzake
veterinairrechtelijke voorschriften voor het niet-commerciële verkeer van gezelschapsdieren
en houdende wijziging van richtlijn 92/65/EEG van de Raad (PbEU L 146);
- verordening (EG) 546/2006:
-
verordening (EG) nr. 546/2006 van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van
31 maart 2006 ter uitvoering van Verordening (EG) nr. 999/2001 van het Europees Parlement
en de Raad wat betreft de nationale scrapiebestrijdingsprogramma’s en aanvullende
garanties, tot afwijking van bepaalde voorschriften van Beschikking 2003/100/EG en
tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1874/2003 (PbEU L 94);
- verordening (EG) 1/2005:
-
verordening (EG) nr. 1/2005 van de Raad van de Europese Unie van 22 december 2004
inzake de bescherming van dieren tijdens het vervoer en daarmee samenhangende activiteiten
en tot wijziging van de Richtlijnen 64/432/EEG en 93/119/EG en van Verordening (EG)
nr. 1255/97 (PbEU L 3);
- verordening (EG) nr. 798/2008:
-
verordening (EG) nr. 798/2008 van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van
8 augustus 2008 tot vaststelling van een lijst van derde landen, gebieden, zones of
compartimenten waaruit pluimvee en pluimveeproducten mogen worden ingevoerd in en
doorgevoerd door de Gemeenschap, en van de voorschriften inzake veterinaire certificering
(PbEU L 226);
- verordening (EU) nr. 206/2010:
-
verordening (EU) nr. 206/2010 van de Europese Commissie van 12 maart 2010 tot vaststelling
van lijsten van derde landen en gebieden of delen daarvan, waaruit bepaalde dieren
en vers vlees in de Europese Unie mogen worden binnengebracht, en van de voorschriften
inzake veterinaire certificering (PbEU L 73);
- communautaire uitvoeringsmaatregel:
-
verordening, richtlijn of beschikking als bedoeld in artikel 249 van het Verdrag tot
oprichting van de Europese Gemeenschap, vastgesteld krachtens een richtlijn of verordening
met betrekking tot veterinairrechtelijke eisen inzake de handel in levende dieren,
of levende dierlijke producten;
- VWA:
-
Voedsel en Waren Autoriteit;
-
ambtenaar:
-
ambtenaar, bedoeld in artikel 114, eerste of tweede lid van de wet;
-
keuringsdierenarts:
-
dierenarts verbonden aan de VWA;
-
officiële dierenarts:
-
door de bevoegde centrale autoriteit van het land van verzending aangewezen dierenarts;
-
lid-staat:
-
staat, niet zijnde Nederland, die als lid deel uitmaakt van de Europese Unie; staat
die partij is bij het EER-Verdrag: Noorwegen;
-
derde land:
-
land, niet zijnde Nederland en niet zijnde een lid-staat of een andere staat die
partij is bij het EER-Verdrag;
-
punt van uitgang:
-
douanekantoor van uitgang, of in een lid-staat gelegen plaats als bedoeld in artikel
1, tweede lid, onderdeel a, van beschikking 93/444/EEG, van waaruit dieren of producten
rechtstreeks naar het derde land van bestemming worden vervoerd;
-
pluimvee:
-
kippen, kalkoenen, parelhoenders, eenden, ganzen, kwartels, fazanten, patrijzen,
loopvogels (Ratites) en duiven, die in gevangenschap worden opgefokt of gehouden voor
de fokkerij, voor de produktie van vlees of van voor consumptie bestemde eieren of
om in het wild te worden uitgezet;
-
apen:
-
apen, bedoeld in artikel 5 van richtlijn 92/65/EEG;
-
hoefdieren:
-
hoefdieren, bedoeld in artikel 6, onder A, eerste tot en met derde lid, van richtlijn 92/65/EEG;
-
vogels:
-
vogels, bedoeld in artikel 7, onder A, eerste en tweede lid, van richtlijn 92/65/EEG;
-
bijen:
-
bijen, bedoeld in artikel 8 van richtlijn 92/65/EEG;
-
lagomorfen met gezondheidscertificaat:
-
lagomorfen die zijn bestemd voor een lid-staat die een gezondheidscertificaat als
bedoeld in artikel 9, tweede lid, van richtlijn 92/65/EEG eist;
-
lagomorfen zonder gezondheidscertificaat:
-
lagomorfen die zijn bestemd voor Nederland dan wel voor een lid-staat die geen gezondheidscertificaat
als bedoeld in artikel 9, tweede lid, van richtlijn 92/65/EEG eist;
-
dieren:
-
vee, pluimvee alsmede dieren bedoeld in artikel 2, onderdeel a, sub-onderdeel 1, van het Besluit uitvoer dieren en producten
van dierlijke oorsprong;
-
dieren als bedoeld in artikel 13, eerste lid, van richtlijn 92/65/EEG:
-
dieren, die vatbaar zijn voor de in bijlage A bij richtlijn 92/65/EEG genoemde ziekten, dan wel dieren die vatbaar zijn voor ziekten, waarvoor de lid-staat
van bestemming op grond van regelgeving van de Raad van de Europese Unie of de Commissie
van de Europese Gemeenschappen aanvullende garanties, als bedoeld in de artikelen
14 en 15, van richtlijn 92/65/EEG mag stellen;
-
producten als bedoeld in artikel 13, eerste lid, van richtlijn 92/65/EEG:
-
producten van dieren als bedoeld in artikel 13, eerste lid, van richtlijn 92/65/EEG;
-
paardachtigen:
-
als huisdier gehouden of in het wild levende paarden, zebra’s, ezels of kruisingen
daarvan;
- geregistreerde paarden:
-
paardachtigen die in een stamboek zijn ingeschreven, dan wel in een stamboek zijn
geregistreerd of in aanmerking komen om te worden ingeschreven overeenkomstig de krachtens
artikel 4, tweede lid, onderdeel b, van richtlijn 90/427/EEG vastgestelde voorschriften en die zijn geïdentificeerd door middel van een hippisch
paspoort;
- slachtpaarden:
-
paardachtigen die zijn bestemd om rechtstreeks dan wel via een verzamelcentrum naar
een slachthuis te worden gebracht om daar te worden geslacht;
- fok- en gebruikspaarden:
-
paardachtigen, niet zijnde geregistreerde paarden en slachtpaarden;
-
slachtdieren:
-
dieren die kennelijk bestemd zijn om te worden geslacht;
-
broedeieren:
-
eieren van pluimvee, bestemd om te worden bebroed;
-
sperma:
-
rundersperma, varkenssperma alsmede sperma van schapen, geiten en eenhoevige dieren
als bedoeld in artikel 9.1;
-
embryo's:
-
runderembryo's en embryo's van varkens, schapen, geiten en eenhoevige dieren als
bedoeld in artikel 10.1;
-
eicellen:
-
eicellen van varkens, schapen, geiten en eenhoevige dieren;
-
producten:
-
sperma, eicellen, embryo's en broedeieren;
-
inspectiepost:
-
op Nederlands grondgebied gelegen inspectiepost aan de grens die voldoet aan de bij
of krachtens artikel 6 van richtlijn 91/496/EEG dan wel bij of krachtens artikel 6 van richtlijn 97/78/EG gestelde voorschriften en uit dien hoofde overeenkomstig artikel 6 van richtlijn 91/496/EEG, onderscheidenlijk artikel 6 van richtlijn 97/78/EG is aangewezen en erkend voor de controle van bepaalde soorten dieren of producten;
-
douane-entrepot:
-
opslagruimte als bedoeld in Verordening (EEG) nr. 2913/92 van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 12 oktober 1992 (PbEG L 302);
-
vrij entrepot:
-
opslagruimte als bedoeld in Verordening (EEG) nr. 2913/92 van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 12 oktober 1992 (PbEG L 302);
-
ruimte voor tijdelijke opslag:
-
opslagruimte als bedoeld in artikel 185 van de Verordening (EEG) nr. 2454/93 van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 2 juli 1993 (PbEG L 302);
-
bedrijf:
-
op Nederlands grondgebied gelegen landbouwbedrijf of handelaarsstal, waar gewoonlijk
dieren, niet zijnde paardachtigen, worden gehouden of gefokt alsmede op Nederlands
grondgebied gelegen landbouwbedrijf of entrainement, stal, iedere ruimte of iedere
inrichting waar gewoonlijk paardachtigen worden gehouden of gefokt, ongeacht hun gebruik;
-
instelling, instituut of centrum:
-
instelling, instituut of centrum als bedoeld in artikel 2, eerste lid, onderdeel
c, van richtlijn 92/65/EEG;
-
verzamelcentrum:
-
plaats, met inbegrip van bedrijven of markten, waar dieren afkomstig van verschillende
bedrijven van oorsprong worden samengebracht met het oogmerk om een voor het handelsverkeer
bestemde partij te vormen;
-
partij:
-
hoeveelheid dieren of producten van dezelfde soort, waarvoor eenzelfde certificaat
of document zoals voorgeschreven in deze regeling geldt, die met hetzelfde vervoermiddel
wordt vervoerd en afkomstig is uit hetzelfde land of gedeelte van een land;
-
importeur:
-
natuurlijke persoon of rechtspersoon die een partij met het oog op het brengen in
Nederland bij een erkende inspectiepost ten onderzoek aanbiedt, dan wel diens gemachtigde;
- belanghebbende bij de lading:
-
belanghebbende bij de lading als bedoeld in artikel 2, tweede lid, onderdeel e, van
richtlijn 97/78/EG;
-
handelaar:
-
elke natuurlijke persoon of rechtspersoon die een partij met het oog op de verhandeling
onder zich heeft, dan wel diens gemachtigde;
-
raszuiver:
-
ingeschreven in:
- -
een stamboek als bedoeld in artikel 1 van richtlijn nr. 2009/157/EG van de Raad van
de Europese Unie van 30 november 2009 betreffende raszuivere fokrunderen (PbEU L 323), artikel 1 van Richtlijn nr. 88/661/EEG van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 19 december 1988 betreffende de zoötechnische
normen die gelden voor fokvarkens (PbEG L 382), artikel 2 van Richtlijn nr. 89/361/EEG van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 30 mei 1989 betreffende raszuivere
fokschapen en -geiten (PbEG L 153) of artikel 2 van Richtlijn nr. 90/427/EEG van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 26 juni 1990 tot vaststelling van
zoötechnische en genealogische voorschriften in het intracommunautaire handelsverkeer
in paardachtigen (PbEG L 224);
- -
een stamboek of register als bedoeld in artikel 1 van Richtlijn nr. 91/174/EEG van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 25 maart 1991 inzake zoötechnische
en genealogische voorschriften voor de handel in rasdieren en tot wijziging van de
Richtlijnen 77/504/EEG en 90/425/EEG (PbEG L 85), of
- -
een stamboek of register als bedoeld in artikel 4, eerste gedachtenstreepje, van Richtlijn nr. 94/28/EG van de Raad van de Europese Unie van 23 juni 1994 tot vaststelling van de beginselen
inzake de zoötechnische en genealogische voorschriften voor de invoer uit derde landen
van dieren, alsmede van sperma, eicellen en embryo's en tot wijziging van Richtlijn 77/504/EEG betreffende raszuivere fokrunderen (PbEG L 178), dan wel, zolang de lijst, bedoeld
in artikel 3, eerste lid, van deze richtlijn nog niet is vastgesteld, in een stamboek
of register in een derde land;
-
hybride:
-
ingeschreven in:
- -
een register als bedoeld in artikel 1 van Richtlijn nr. 88/661/EEG van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 19 december 1988 betreffende de zoötechnische
normen die gelden voor fokvarkens (PbEG L 382);
- -
een register als bedoeld in artikel 4, eerste gedachtenstreepje, van Richtlijn nr. 94/28/EG van de Raad van de Europese Unie van 23 juni 1994 tot vaststelling van de beginselen
inzake de zoötechnische en genealogische voorschriften voor de invoer uit derde landen
van dieren, alsmede van sperma, eicellen en embryo's en tot wijziging van Richtlijn 77/504/EEG betreffende raszuivere fokrunderen (PbEG L 178), dan wel, zolang de lijst, bedoeld
in artikel 3, eerste lid, van deze richtlijn nog niet is vastgesteld, in een register
in een derde land;
- werkelijke kosten:
-
de kosten die betrekking hebben op de administratiekosten, de loonkosten en de sociale
premies van de met de onderzoeken en keuringen belaste personen van de RVV als mede
de kosten van laboratoriumonderzoek.