Bijlage bedoeld in artikel 13a, eerste lid
[Regeling vervallen per 01-01-2007]
Artikel 1.
[Regeling vervallen per 01-01-2007]
1. Het bedrag van de boete voor overtreding van de voorschriften, gesteld bij artikel 4, eerste lid, onderdeel a, en 5, eerste lid, van dit besluit, begaan na het tijdstip van inwerkingtreding van
hoofdstuk XI B van de Wet toezicht verzekeringsbedrijf 1993, bedraagt € 453.
2. Het bedrag van de boete voor overtreding van het voorschrift, gesteld bij artikel 4, eerste lid, onderdeel d, van dit besluit, begaan na het tijdstip van inwerkingtreding van hoofdstuk XI B van de Wet toezicht verzekeringsbedrijf 1993, bedraagt € 5 445.
3. Het bedrag van de boete voor overtreding van de voorschriften, gesteld bij de artikelen 4, eerste lid, onderdelen b en c, 7, tweede lid, 8, 12, eerste en tweede lid, van dit besluit, begaan na het tijdstip van inwerkingtreding van hoofdstuk XI B van de Wet toezicht verzekeringsbedrijf 1993, bedraagt € 21 781
4. Het bedrag van de boete voor overtreding van het voorschrift, gesteld bij artikel 4, tweede lid, van dit besluit, begaan na het tijdstip van inwerkingtreding van hoofdstuk XI B van de Wet toezicht verzekeringsbedrijf 1993, bedraagt € 5 445
Artikel 2.
[Regeling vervallen per 01-01-2007]
1. Indien een boete wordt opgelegd voor het overtreden van een voorschrift als bedoeld
in artikel 1, eerste tot en met derde lid, is bij de vaststelling van de hoogte van de boete de volgende categorie-indeling
naar balanstotaal van toepassing, met de daarbij behorende factor:
Categorie-indeling normgeadresseerden
Categorie I: schadeverzekeraars met een balanstotaal van minder dan € 4 538 000; factor
1;
Categorie II: schadeverzekeraars met een balanstotaal van ten minste € 4 538 000 maar
minder dan € 22 689 000; factor 2;
Categorie III: schadeverzekeraars met een balanstotaal van ten minste € 22 689 000
maar minder dan € 113 445 000; factor 3.
2. De boete wordt vastgesteld door het bedrag, genoemd in artikel 1, eerste tot en met derde lid, te vermenigvuldigen met de factor, behorende bij de categorie naar balanstotaal.
3. Indien de gegevens omtrent het balanstotaal niet aan de Pensioen- & Verzekeringskamer
beschikbaar zijn gesteld, kan zij aan degene aan wie de boete wordt opgelegd verzoeken
deze gegevens binnen een door haar te stellen termijn te verstrekken. Indien de betrokkene
niet binnen de gestelde termijn voldoet aan dit verzoek, is bij de vaststelling van
de hoogte van de boete categorie III van toepassing.
4. Op grond van artikel 188f, tweede lid, van de Wet toezicht verzekeringsbedrijf 1993 behoeft de betrokkene niet in de gelegenheid
te worden gesteld om naar keuze schriftelijk of mondeling zijn zienswijze naar voren
te brengen voordat de boete, bedoeld in artikel 1, eerste lid, wordt opgelegd.