Artikel 1. Begripsbepalingen
[Regeling vervallen per 01-08-2022]
In deel I van dit besluit wordt verstaan onder:
wet: deel I van de Wet op het voortgezet onderwijs;
Onze Minister: Onze Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen en wat het onderwijs
op het gebied van landbouw en natuurlijke omgeving betreft, Onze Minister van Landbouw,
Natuurbeheer en Visserij;
inspectie: de inspectie, bedoeld in artikel 113 of 114 van de wet;
v.w.o.: voorbereidend wetenschappelijk onderwijs;
h.a.v.o.: hoger algemeen voortgezet onderwijs;
m.a.v.o.: middelbaar algemeen voortgezet onderwijs;
v.b.o.: voorbereidend beroepsonderwijs;
v.m.b.o.: voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs als bedoeld in artikel 21 van de wet, verzorgd door een in dat artikel bedoelde school of scholengemeenschap;
school: een school voor v.w.o., een school voor h.a.v.o., een school voor m.a.v.o.
, een school voor v.b.o. of een school voor praktijkonderwijs.
profiel: het profiel, bedoeld in artikel 12, tweede lid, van de wet;
gemeenschappelijk deel: het in artikel 12, vierde lid, onderdeel a, van de wet bedoelde onderdeel van het profiel;
profieldeel: het in artikel 12, vierde lid, onderdeel b, van de wet bedoelde onderdeel van het profiel;
vrij deel: het in artikel 12, vierde lid, onderdeel c, van de wet bedoelde onderdeel van het profiel;
normatieve studielast: de normatieve studielast, bedoeld in artikel 12, vijfde lid, van de wet;.
theoretische leerweg: de theoretische leerweg, genoemd in artikel 10 van de wet;
basisberoepsgerichte leerweg: de basisberoepsgerichte leerweg, genoemd in artikel 10b van de wet;
kaderberoepsgerichte leerweg: de kaderberoepsgerichte leerweg, genoemd in artikel 10b van de wet;
gemengde leerweg: de gemengde leerweg, genoemd in artikel 10d van de wet;
praktijkonderwijs: het praktijkonderwijs, bedoeld in artikel 10f van de wet;
intrasectoraal programma: een in artikel 26j genoemd intrasectoraal programma;
bevoegd gezag: het bevoegd gezag, bedoeld in artikel 1 van de wet;
stage: de stage, bedoeld in artikel 22, derde lid, onderdeel b, van de wet;
stagegever: de rechtspersoon of de natuurlijke persoon bij wie de stage wordt doorlopen;
stageleraar: de leraar van de school waarop de leerling is ingeschreven, belast met
de begeleiding van de leerling tijdens de stage;
stagebegeleider: degene die is belast met de begeleiding van de leerling en werkzaam
is bij de stagegever;
de vakken behorende tot de beeldende vorming: tekenen, handvaardigheid (handenarbeid),
handvaardigheid (textiele werkvormen), fotografie, film, audio-visuele vorming;
kunstvakken: de vakken behorende tot de beeldende vorming, alsmede muziek, dans en
drama.