Artikel 1. Begripsbepalingen
[Regeling vervallen per 01-08-2022]
-
agrarisch opleidingscentrum: een agrarisch opleidingscentrum als bedoeld in artikel 1.3.3 van de Wet educatie en beroepsonderwijs;
-
basisberoepsgerichte leerweg: de basisberoepsgerichte leerweg, genoemd in artikel 10b van de wet;
-
bevoegd gezag: het bevoegd gezag, bedoeld in artikel 1 van de wet;
-
gemeenschappelijk deel: het in artikel 12, vierde lid, onderdeel a, van de wet bedoelde onderdeel van het profiel;
-
gemengde leerweg: de gemengde leerweg, genoemd in artikel 10d van de wet;
-
havo: hoger algemeen voortgezet onderwijs, als bedoeld in artikel 8 van de wet;
-
intersectoraal programma: een intersectoraal programma als bedoeld in artikel 10b, vierde lid, onderdeel c, en artikel 10d, vierde lid, onderdeel c, van de wet;
-
inspectie: de inspectie, als bedoeld in artikel 1 van de Wet op het onderwijstoezicht;
-
intrasectoraal programma: een intrasectoraal programma als bedoeld in artikel 10b, vierde lid, onderdeel c, en artikel 10d, vierde lid, onderdeel c, van de wet;
-
kaderberoepsgerichte leerweg: de kaderberoepsgerichte leerweg, genoemd in artikel 10b van de wet;
-
maatschappelijke stage: maatschappelijke stage als bedoeld in artikel 6f van de wet;
-
mavo: middelbaar algemeen voortgezet onderwijs, als bedoeld in artikel 9 van de wet;
-
normatieve studielast: de normatieve studielast, bedoeld in artikel 12, vijfde lid, van de wet;
-
Onze Minister: Onze Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap en wat het onderwijs op het gebied
van landbouw en natuurlijke omgeving betreft, Onze Minister van Economische Zaken,
Landbouw en Innovatie;
-
praktijkonderwijs: het praktijkonderwijs, bedoeld in artikel 10f van de wet;
-
profiel: het profiel, bedoeld in artikel 12, tweede lid, van de wet;
-
profieldeel: het in artikel 12, vierde lid, onderdeel b, van de wet bedoelde onderdeel van het profiel;
-
regionaal opleidingscentrum: een regionaal opleidingscentrum als bedoeld in artikel 1.3.1. van de Wet educatie en beroepsonderwijs;
-
school: een school voor vwo, een school voor havo, een school voor mavo, een school voor
vbo of een school voor praktijkonderwijs;
-
stage: de stage, bedoeld in artikel 22, derde lid, onderdeel d, van de wet;
-
stagebegeleider: degene die is belast met de begeleiding van de leerling en werkzaam is bij de stagegever;
-
stagebieder: de rechtspersoon of natuurlijke persoon bij wie de maatschappelijke stage wordt doorlopen;
-
stagegever: de rechtspersoon of de natuurlijke persoon bij wie de stage wordt doorlopen;
-
stageleraar: de leraar van de school waarop de leerling is ingeschreven, belast met het toezicht
op de leerling tijdens het verloop van de stage;
-
theoretische leerweg: de theoretische leerweg, genoemd in artikel 10 van de wet;
-
vakken behorende tot de beeldende vorming: tekenen, handvaardigheid, textiele vormgeving, fotografie, film, audio-visuele vorming;
-
vbo: voorbereidend beroepsonderwijs, als bedoeld in artikel 10a van de wet;
-
vmbo: voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs, als bedoeld in artikel 21 van de wet;
-
vwo: voorbereidend wetenschappelijk onderwijs, als bedoeld in artikel 7 van de wet;
-
vrij deel: het in artikel 12, vierde lid, onderdeel c, van de wet bedoelde onderdeel van het profiel;
-
wet:
Wet op het voortgezet onderwijs.