-
–
accijnsgoed: een goed als bedoeld in artikel 1;
-
–
accijnsgoederenplaats: iedere plaats in Nederland waar op grond van de bepalingen van deze wet accijnsgoederen
onder schorsing van accijns mogen worden geproduceerd, mogen worden verwerkt, voorhanden
mogen zijn, mogen worden opgeslagen, mogen worden ontvangen of mogen worden verzonden;
-
–
accijnsschorsingsregeling: belastingregeling die geldt voor het produceren, verwerken, voorhanden hebben, opslaan
en overbrengen van accijnsgoederen waarbij de accijns is geschorst;
-
–
belastingentrepot: iedere plaats op het grondgebied van de Unie buiten Nederland waar op grond van de
wettelijke bepalingen van de lidstaat waar de plaats zich bevindt, accijnsgoederen
onder schorsing van accijns mogen worden geproduceerd, mogen worden verwerkt, voorhanden
mogen zijn, mogen worden opgeslagen, mogen worden ontvangen of mogen worden verzonden;
-
–
derdeland: elke staat of elk grondgebied waarop het Verdragen betreffende de Europese Unie en
het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie niet van toepassing zijn;
-
–
derdelandsgebieden: de gebieden, genoemd in artikel 4, tweede en derde lid, van Richtlijn 2020/262 van de Raad van 19 december 2020 houdende een algemene regeling inzake accijns (PbEU
2020, L 58);
-
–
douaneschorsingsregeling: iedere in het Douanewetboek van de Unie vastgestelde bijzondere procedure inzake
douanetoezicht ter zake van niet-Unie-goederen die in het douanegebied van de Unie
worden binnengebracht, tijdelijke opslag en de bijzondere regelingen extern douanevervoer,
douane-entrepot, actieve veredeling en tijdelijke invoer, bedoeld in artikel 210 van
het Douanewetboek van de Unie;
-
–
gecertificeerde afzender: een natuurlijke- of rechtspersoon, die op grond van een ingevolge deze wet afgegeven
vergunning dan wel ingevolge de wettelijke bepalingen van de lidstaat van verzending
staat geregistreerd om bij de bedrijfsuitoefening van die persoon accijnsgoederen
te verzenden die op het grondgebied van de ene lidstaat tot verbruik zijn uitgeslagen
en vervolgens naar het grondgebied van een andere lidstaat zijn overgebracht;
-
–
gecertificeerde geadresseerde: een natuurlijk of rechtspersoon, die op grond van een ingevolge deze wet afgegeven
vergunning dan wel ingevolge de wettelijke bepalingen van de lidstaat van bestemming
staat geregistreerd om bij de bedrijfsuitoefening van die persoon accijnsgoederen
te ontvangen die op het grondgebied van de ene lidstaat tot verbruik zijn uitgeslagen
en vervolgens naar het grondgebied van een andere lidstaat zijn overgebracht;
-
–
geregistreerde afzender: een natuurlijke - of rechtspersoon, die op grond van een ingevolge deze wet afgegeven
vergunning dan wel ingevolge de wettelijke bepalingen van een andere lidstaat van
invoer gemachtigd is om bij de bedrijfsuitoefening van die persoon en onder de door
de inspecteur onderscheidenlijk de bevoegde autoriteiten van een andere lidstaat vastgestelde
voorwaarden, accijnsgoederen onder een accijnsschorsingsregeling te verzenden wanneer
zij overeenkomstig artikel 201 van het Douanewetboek van de Unie in het vrije verkeer
worden gebracht;
-
–
geregistreerde geadresseerde: een natuurlijke - of rechtspersoon, die op grond van een ingevolge deze wet afgegeven
vergunning dan wel ingevolge de wettelijke bepalingen van een andere lidstaat gemachtigd
is om bij de bedrijfsuitoefening van die persoon accijnsgoederen in ontvangst te nemen
die vanuit het grondgebied van een andere lidstaat onder een accijnsschorsingsregeling
worden overgebracht;
-
–
GN-code: de code, bedoeld in Verordening (EEG) nr. 2658/87 van de Raad van 23 juli 1987 met betrekking tot de tarief- en statistieknomenclatuur
en het gemeenschappelijk douanetarief (PbEG 1987, L 256), zoals deze luidt op 1 januari
2018 indien het minerale oliën betreft, en zoals deze luidt op 1 januari 2019 indien
het alcohol en alcoholhoudende dranken betreft;
-
–
grondgebied van de Unie: het geheel van de grondgebieden van de lidstaten;
-
–
grondgebied van een lidstaat: het grondgebied van een lidstaat waarop de Verdragen overeenkomstig de artikelen
349 en 355 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie van toepassing
zijn, met uitzondering van derdelandsgebieden;
-
–
invoer: het in het vrije verkeer brengen van goederen, bedoeld in artikel 201 van het Douanewetboek
van de Unie;
-
–
kwijtschelding: ontheffing van de verplichting tot betaling van een niet voldane accijns;
-
–
lidstaat van bestemming: de lidstaat waar de accijnsgoederen moeten worden geleverd of gebruikt overeenkomstig
de bepalingen van Richtlijn 2020/262 van de Raad van 19 december 2019 houdende een algemene regeling inzake accijns (PbEU
2020, L 58);
-
–
motorrijtuig: een voertuig dat is bestemd om anders dan langs spoorstaven te worden voortbewogen
uitsluitend of mede door een mechanische kracht, op of aan het voertuig aanwezig;
-
–
ondernemer: een ondernemer in de zin van de Wet op de omzetbelasting 1968;
-
–
onregelmatige binnenkomst: een binnenkomst van goederen op het grondgebied van de Unie die niet overeenkomstig
artikel 201 van het Douanewetboek van de Unie onder de regeling «in het vrije verkeer
brengen» zijn geplaatst en waarvoor een douaneschuld is ontstaan als bedoeld in artikel
79, eerste lid, van dat wetboek, of zou zijn ontstaan als die goederen onderworpen
waren aan douanerechten;
-
–
plaats van invoer: de plaats waar de goederen zich bevinden wanneer zij overeenkomstig artikel 201 van
het Douanewetboek van de Unie in het vrije verkeer worden gebracht;
-
–
plaats van rechtstreekse aflevering: een plaats die op grond van een ingevolge deze wet afgegeven vergunning door de vergunninghouder
van een accijnsgoederenplaats of door de geregistreerde geadresseerde is aangewezen
als plaats waarnaar accijnsgoederen onder een accijnsschorsingsregeling mogen worden
overgebracht;
-
–
plaats waar de accijnsgoederen het grondgebied van de Unie verlaten: het douanekantoor van uitgang, bedoeld in artikel 329 van de Uitvoeringsverordening
Douanewetboek van de Unie of het kantoor waar de douaneformaliteiten worden vervuld
die van toepassing zijn op de uitgang van accijnsgoederen uit de Unie naar een gebied,
genoemd in artikel 4, tweede lid, van Richtlijn 2020/262 van de Raad van 19 december 2019 houdende een algemene regeling inzake accijns (PbEU
2020, L 58);
-
–
produceren: elk handelen waarbij of waardoor een accijnsgoed ontstaat;
-
–
reiziger die zich naar een derdelandsgebied of derde land begeeft: iedere passagier die in het bezit is van een bewijs van vervoer door de lucht of
over zee, waarop als definitieve bestemming een in een derdelandsgebied of derde land
gelegen luchthaven of haven is vermeld.
-
–
Richtlijn hernieuwbare energie:
Richtlijn 2009/28/EG van het Europees Parlement en de Raad van 23 april 2009 ter bevordering van het gebruik
van energie uit hernieuwbare bronnen en houdende wijziging en intrekking van Richtlijn 2001/77/EG en Richtlijn 2003/30/EG (PbEU 2009, L 140);
-
–
teruggaaf: teruggave van een accijns die is betaald;
-
–
vervaardigen: elk handelen waarbij of waardoor een accijnsgoed ontstaat of de samenstelling van
een accijnsgoed wordt gewijzigd;
-
–
verwerken: elk handelen waarbij de samenstelling van een accijnsgoed wordt gewijzigd.