Besluit nadere regeling rechtspositie Nationale ombudsman

[Regeling vervallen per 13-02-2009.]
Geraadpleegd op 07-05-2024.
Geldend van 01-01-2002 t/m 22-03-2005

Besluit van 19 november 1990, houdende nadere regeling van de rechtspositie van de Nationale ombudsman

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Binnenlandse Zaken van 19 september 1990, nr. CW90/192/U2, Stafafdeling Constitutionele Zaken en Wetgeving;

Overwegende, dat het wenselijk is een nadere regeling te treffen omtrent de rechtspositie van de Nationale ombudsman en de substituut-ombudsman;

Gelet op artikel 7 en artikel 9, vijfde lid, van de Wet Nationale ombudsman (Stb. 1989, 235);

De Raad van State gehoord (advies van 16 oktober 1990, nr. W04.90.0472);

Gezien het nader rapport van onze Minister van Binnenlandse Zaken van 2 november 1990, nr. CW90/192/U7, Stafafdeling Constitutionele Zaken en Wetgeving;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Artikel 1

[Regeling vervallen per 13-02-2009]

Terugwerkende kracht

Voor dit artikel is een wijziging met terugwerkende kracht gepubliceerd. Zie opmerking onder de tekst voor nadere informatie.

De Nationale ombudsman en de substituut-ombudsman ontvangen een ziektekostenvergoeding, een vergoeding van verplaatsingskosten alsmede een uitkering ter zake van veeljarige dienst op de voet van de bepalingen welke te dien aanzien voor de burgerlijke rijksambtenaren zijn of zullen worden vastgesteld.

Terugwerkende kracht

Stb. 2005, 132, datum inwerkingtreding 23-03-2005, bevat een wijziging met terugwerkende kracht van dit artikel. Deze wijziging werkt terug tot en met 01-01-2002.

De Nationale ombudsman en de substituut-ombudsman ontvangen een ziektekostenvergoeding, een vergoeding van verplaatsingskosten, een vergoeding voor kosten van telecommunicatievoorzieningen alsmede een uitkering ter zake van veeljarige dienst op de voet van de bepalingen welke te dien aanzien voor de burgerlijke rijksambtenaren zijn of zullen worden vastgesteld.

Artikel 2

[Regeling vervallen per 13-02-2009]

Terugwerkende kracht

Voor dit artikel is een wijziging met terugwerkende kracht gepubliceerd. Zie opmerking onder de tekst voor nadere informatie.
  • 1 De Nationale ombudsman en de substituut-ombudsman ontvangen een maandelijkse vergoeding voor de kosten die aan de vervulling van het ambt zijn verbonden en die voor eigen rekening komen. Deze maandelijkse vergoeding bedraagt:

    • a. voor de Nationale ombudsman: f 450,-;

    • b. voor de substituut-ombudsman: f 375,-.

Terugwerkende kracht

Stb. 2005, 132, datum inwerkingtreding 23-03-2005, bevat een wijziging met terugwerkende kracht van dit artikel. Deze wijziging werkt terug tot en met 01-01-2001.

2 De Nationale ombudsman en de substituut-ombudsman ontvangen een maandelijkse vergoeding voor de kosten die aan de vervulling van het ambt zijn verbonden en die voor eigen rekening komen. De maandelijkse vergoeding bedraagt:

  • a. voor de Nationale ombudsman voor het jaar 2001: € 544,–, 2002: € 562,–, voor het jaar 2003: € 577,– en voor het jaar 2004: € 587,–;

  • b. voor de substituut-ombudsman voor het jaar 2001: € 454,–, voor het jaar 2002: € 470,–, voor het jaar 2003: € 483,– en voor het jaar 2004: € 491,–.

Artikel 3

[Regeling vervallen per 13-02-2009]

  • 1 De in artikel 2 bedoelde bedragen worden jaarlijks door Onze Minister van Binnenlandse Zaken aan de hand van de index materiële overheidsconsumptie die door het Centraal Planbureau wordt opgesteld, nader vastgesteld.

  • 2 De in het eerste lid bedoelde bedragen worden telkens wanneer zij wijziging ondergaan door Onze Minister van Binnenlandse Zaken in de Staatscourant bekend gemaakt.

Lasten en bevelen dat dit besluit met daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat daarvan afschrift zal worden gezonden aan de Raad van State en aan de Algemene Rekenkamer.

's-Gravenhage, 19 november 1990

Beatrix

De Minister van Binnenlandse Zaken,

C. I. Dales

Uitgegeven de achttiende december 1990

De Minister van Justitie,

E. M. H. Hirsch Ballin

Naar boven