Financiële steun voor rechtswinkels in 1989

[Regeling vervallen per 02-01-2005.]
Geraadpleegd op 09-05-2024.
Geldend van 01-09-1989 t/m 01-01-2005

Financiële steun voor rechtswinkels in 1989

De minister van Justitie,

Overwegende, dat rechtswinkels in 1988 onder bepaalde voorwaarden geldelijke bijdragen zijn toegekend in verhouding tot hun activiteiten en financiële positie, met dien verstande, dat zij desgevraagd ten hoogste f 11 000 en in uitzonderlijke gevallen een aanvullende bijdrage ontvingen op grond van de beschikking van 5 juli 1988, H.D.O.R.R. 913 R 888 (Stcrt. 132);

Overwegende, dat het wenselijk is om rechtswinkels in 1989 wederom onder bepaalde voorwaarden enige financiële steun te verlenen;

Gelet op artikel 0603 van de wet van 19 april 1989 (Stb. 113), houdende vaststelling van hoofdstuk VI van de rijksbegroting voor het dienstjaar 1989;

Besluit:

[Regeling vervallen per 02-01-2005]

  • 1. Aan rechtswinkels die voor 1988 subsidie hebben ontvangen op grond van de voormelde beschikking, kan in 1989 financiële steun worden verleend als hierna sub 3 en 5 vermeld, onder de volgende voorwaarden:

    • a. dat mededeling is gedaan over de wijze waarop de rechtswinkel is georganiseerd, welke rechtsvorm deze organisatie eventueel heeft aangenomen, en dat worden overgelegd het reglement van de organisatie of de statuten, waaruit blijkt dat de rechtswinkel zonder winstoogmerk in hoofdzaak juridische bijstand verleent aan minder draagkrachtige personen of groepen van personen, waartoe ook worden gerekend activiteiten als voorlichting, preventie en andere activiteiten, gericht op het signaleren, voorkomen en tegengaan van tekortkomingen en leemten in de door het recht te verlenen bescherming van belangen van minder draagkrachtige rechtzoekenden;

    • b. dat een opgave is verstrekt van de samenstelling van het bestuur, alsmede van het aantal en de hoedanigheid van de medewerkers (juridische studenten, juristen, advocaten, deskundigen en andere disciplines enz.);

    • c. dat uit een ingediend verslag van de activiteiten en ervaringen in 1988, vergezeld van een ingevuld aanvraagformulier, blijkt, dat de organisatie gedurende de daarin beschreven periode zelf heeft voorzien in een behoefte aan juridische bijstand als genoemd onder 1.a.;

    • d. dat verantwoording is afgelegd voor het financieel beheer over 1988;

    • e. dat een – aanvaardbare – begroting is overgelegd voor 1989, voorzien van een vermelding van eventueel bij andere instanties of organisaties ingediende subsidie-aanvragen en zo mogelijk het resultaat daarvan;

    • f. dat uit het onder 1.c bedoelde verslag blijkt, dat voldoende aandacht wordt geschonken aan de wijze waarop de kwaliteit van de door de rechtswinkel ontplooide rechtshulpactiviteiten wordt gewaarborgd;

    • g. dat het betreft een rechtswinkel waarvan de medewerkers in overwegende mate vrijwilligers zijn die niet uit hoofde van hun beroep inkomsten verwerven uit de gefinancierde rechtsbijstand tenzij gewaarborgd is, dat geen vermenging van vrijwillige en professionele activiteiten kan optreden.

  • 2. Subsidie op grond van deze beschikking wordt slechts verleend voor zover de wetgever de nodige gelden toestaat.

  • 3. Desgevraagd wordt aan rechtswinkels die voor 1 oktober 1989 aan de sub 1 vermelde voorwaarden hebben voldaan, in 1989 in verhouding tot hun activiteiten en financiële positie een geldelijke bijdrage toegekend tot ten hoogste f 11 000. Een aanvulende bijdrage kan, voor zover de financiële positie van de rechtswinkel daartoe aanleiding geeft en de beschikbare middelen zulks toelaten, worden toegekend indien de winkel naar het oordeel van de ondergetekende een bijzondere bijdrage levert aan de verdere gedachtenvorming over en ontwikkeling van de rechtshulp.

  • 4. In afwijking van het vorenstaande, kan de subsidiëring worden beëindigd indien de activiteiten van de rechtswinkel naar het oordeel van de ondergetekende van zodanig geringe betekenis zijn, dat redelijkerwijs niet kan worden gesteld dat daarmee wordt voorzien in een behoefte aan juridische bijstand als omschreven onder 1.a. Indien daartoe aanleiding bestaat, zal bij de toekenning van de financiële bijdrage voor 1989 worden aangegeven op welke wijze in het individuele geval de subsidiëring van de winkel wordt verminderd.

  • 5. De subsidie per winkel zal niet meer belopen dan de bijdrage, toegekend in 1988.

  • 6. Deze beschikking zal worden gepubliceerd in de Nederlandse Staatscourant.

's-Gravenhage, 14 juli 1989

De

minister

voornoemd.
Namens de

minister

.
Het

hoofd van de Hoofddirectie Organisatie Rechtspleging en Rechtshulp

.

J. Demmink

Naar boven