Uitkering aan gemoedsbezwaarden

Geraadpleegd op 01-11-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 01-01-2024 en zichtdatum 31-10-2024.
Geldend van 23-02-2002 t/m heden

Uitkering aan gemoedsbezwaarden

De staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, L. de Graaf,

Gelet op artikel 48, vijfde lid, van de Algemene Ouderdomswet;

Besluit:

Artikel 1

De uitkering, bedoeld in het eerste lid van artikel 48 van de Algemene ouderdomswet, wordt niet toegekend dan nadat degene, die aanspraak maakt op die uitkering, tegenover de Sociale verzekeringsbank heeft verklaard, dat hij wegens gemoedsbezwaren geen aanspraak op het ouderdomspensioen krachtens die wet wil maken.

Artikel 2

Indien degene, aan wie een uitkering ingevolge het eerste lid van artikel 48 van de Algemene Ouderdomswet is toegekend, aanspraak maakt op ouderdomspensioen krachtens die wet, wordt, in afwijking van het bepaalde in artikel 17, derde lid, van die wet, de uitkering zo nodig met terugwerkende kracht ingetrokken met ingang van de dag, waarop het ouderdomspensioen ingaat.

Artikel 3

In afwijking van artikel 18 van de Algemene Ouderdomswet, wordt na het overlijden van degene, die een uitkering als bedoeld in artikel 48, eerste lid, van de Algemene Ouderdomswet genoot, de overlijdensuitkering, bedoeld in artikel 18 van de Algemene Ouderdomswet, uitbetaald voorzover het saldo van zijn spaarrekening, bedoeld in de regeling van de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en de Staatssecretaris van Financiën van 23 april 1985, nr. SZ/SV/VV/85/914 (Stcrt. 87), toereikend is.

Artikel 4

In afwijking van het bepaalde in artikel 24, eerste lid, van de Algemene Ouderdomswet, wordt, indien de uitkering, bedoeld in het eerste lid van artikel 48 van die wet, ingevolge het bepaalde in artikel 2 met terugwerkende kracht is ingetrokken, hetgeen teveel aan uitkering is betaald geheel of gedeeltelijk teruggevorderd dan wel op het toegekende ouderdomspensioen in mindering gebracht.

Artikel 5

De beschikking van de Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid van 2 juli 1962, nr. 3493, Stcrt. 1962, 135, wordt ingetrokken.

Artikel 6

Deze beschikking treedt in werking met ingang van de dag na bekendmaking in de Nederlandse Staatscourant en werkt terug tot en met 1 april 1985.

's-Gravenhage, 15 mei 1985

De

staatssecretaris

voornoemd,

L. de Graaf