Wet van 12 februari 1969, houdende een nieuwe regeling met betrekking tot de kosten
van vervolging inzake rijksbelastingen
Wij JULIANA, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau,
enz., enz., enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is het tarief van de kosten
van vervolging inzake rijksbelastingen te herzien en een voorziening te treffen om
de betekening van dwangbevelen inzake rijksbelastingen te vereenvoudigen, alsmede
in enkele andere wetten daarmede samenhangende wijzigingen aan te brengen;
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal,
hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze: