Handleiding Rijkswet op het Nederlanderschap 2003

Geraadpleegd op 30-04-2024.
Geldend van 28-05-2005 t/m 08-11-2005

Handleiding Rijkswet op het Nederlanderschap 2003

Artikel 1

[Treedt in werking op 13-07-2008]

Dit onderdeel is (nog) niet in werking getreden; zie het overzicht van wijzigingen

Artikel 2

[Treedt in werking op 13-07-2008]

Dit onderdeel is (nog) niet in werking getreden; zie het overzicht van wijzigingen

Artikel 3

[Treedt in werking op 13-07-2008]

Dit onderdeel is (nog) niet in werking getreden; zie het overzicht van wijzigingen

Artikel 4

Artikel 4

1 In afwijking van artikel 3 wordt Nederlander het kind van een persoon wiens vaderschap gerechtelijk wordt vastgesteld, indien het kind op de dag van de uitspraak in eerste aanleg minderjarig was en de vader op de in de volgende zin bedoelde dag Nederlander is, of, indien deze is overleden, op de dag van overlijden Nederlander was. Betreft het een Nederlandse uitspraak dan verkrijgt het kind het Nederlanderschap op de eerste dag na een periode van drie maanden, te rekenen van de dag van de uitspraak in eerste aanleg of, indien binnen deze periode hoger beroep is ingesteld, van drie maanden, te rekenen van de dag van de uitspraak in hoger beroep, dan wel, indien binnen deze laatste periode beroep in cassatie is ingesteld, op de dag van de uitspraak in cassatie. Betreft het een buitenlandse rechterlijke uitspraak dan verkrijgt het kind het Nederlanderschap op de dag waarop deze uitspraak kracht van gewijsde heeft gekregen.

2 De kinderen van een minderjarige die op grond van het eerste lid het Nederlanderschap heeft verkregen, delen in die verkrijging.

Verwijzingen

RWN: artikelen 3.1; 3.3 (oud); 4 (oud) en 14.2

BW: artikel 1:207

WCN: artikelen 5b.f en 5c

Overgangsrecht

Geen.

4-alg. Toelichting algemeen

1. Algemeen

Terugwerkende kracht

Voor dit onderdeel is een wijziging met terugwerkende kracht gepubliceerd. Zie opmerking onder de tekst voor nadere informatie.

Verkrijging Nederlanderschap bij erkenning of wettiging

Tot 1 april 2003 verkreeg een minderjarige vreemdeling de Nederlandse nationaliteit door erkenning en/of wettiging door een Nederlander (artikel 4 RWN (oud)). Thans kan een erkende en/of gewettigde minderjarige na drie jaar opvoeding en verzorging door de Nederlandse man het Nederlanderschap verkrijgen door optie. Zie artikel 6, eerste lid, aanhef en onder c, RWN.

Verkrijging Nederlanderschap na vaststelling vaderschap

Sinds 1 april 1998 kan op grond van artikel 1:207 BW gerechtelijk worden vastgesteld wie de vader van een kind is. Door deze vaststelling van het vaderschap komt het kind vanaf de geboorte in familierechtelijke betrekking met de vader te staan (zie artikel 1:207, vijfde lid, BW). Voor de beoordeling of het kind daardoor tevens de Nederlandse nationaliteit heeft verkregen, moet onderscheid worden gemaakt tussen de volgende situaties.

  • Is het kind geboren vóór 1 januari 1985, en is de vaststelling van het vaderschap onherroepelijk geworden vóór 1 april 2003, dan leidt de vaststelling van het vaderschap niet tot verkrijging van het Nederlanderschap door het kind. Zie verder de toelichting in paragraaf 2.

  • Is het kind geboren op 1 januari 1985 of daarna, en is het vaderschap vastgesteld vóór 1 april 2003, zie de toelichting in de paragrafen 3, 4 en 5.

  • Is de vaststelling van het vaderschap ná 1 april 2003 onherroepelijk geworden, dan verkrijgt het kind het Nederlanderschap. Zie de toelichting bij artikel 4, eerste lid, RWN.

Terugwerkende kracht

Stcrt. 2007, 144, datum inwerkingtreding 01-08-2007, bevat een wijziging met terugwerkende kracht van deze tekst. Deze wijziging werkt terug tot en met 01-04-2003.

Verkrijging Nederlanderschap bij erkenning of wettiging

Tot 1 april 2003 verkreeg een minderjarige vreemdeling de Nederlandse nationaliteit door erkenning en/of wettiging door een Nederlander (artikel 4 RWN (oud)). Thans kan een erkende en/of gewettigde minderjarige na drie jaar opvoeding en verzorging door de Nederlandse man het Nederlanderschap verkrijgen door optie. Zie artikel 6, eerste lid, aanhef en onder c, RWN.

Verkrijging Nederlanderschap na vaststelling vaderschap

Sinds 1 april 1998 kan op grond van artikel 1:207 BW gerechtelijk worden vastgesteld wie de vader van een kind is. Door deze vaststelling van het vaderschap komt het kind vanaf de geboorte in familierechtelijke betrekking met de vader te staan (zie artikel 1:207, vijfde lid, BW). Voor de beoordeling of het kind daardoor tevens de Nederlandse nationaliteit heeft verkregen, moet onderscheid worden gemaakt tussen de volgende situaties.

  • Is het kind geboren vóór 1 januari 1985, en is de vaststelling van het vaderschap onherroepelijk geworden vóór 1 april 2003, dan leidt de vaststelling van het vaderschap niet tot verkrijging van het Nederlanderschap door het kind. Zie verder de toelichting in paragraaf 2.

  • Is het kind geboren op 1 januari 1985 of daarna, en is het vaderschap vastgesteld vóór 1 april 2003, zie de toelichting in de paragrafen 3, 4 en 5.

  • Is de vaststelling van het vaderschap ná 1 april 2003 onherroepelijk geworden, dan verkrijgt het kind het Nederlanderschap. Zie de toelichting bij artikel 4, eerste lid, RWN.

Verkrijging Nederlanderschap door postnatale erkenning met gerechtelijk bewijs van verwekkerschap

Een postnatale erkenning, in combinatie met een gerechtelijk bewijs van verwekkerschap, wordt gelijkgesteld met een gerechtelijke vaststelling van het vaderschap. Het Nederlanderschap wordt verkregen op de in het eerste lid genoemde datum.

Een gerechtelijk bewijs van verwekkerschap is een rechterlijke uitspraak waarin is vastgesteld dat de erkenner ook de biologische vader is. Het kan hierbij gaan om een uitspraak van de artikel 17 RWN-rechter, de vreemdelingenrechter of een buitenlandse rechter, die op grond van DNA-onderzoek oordeelt dan wel anderszins uitdrukkelijk vaststelt dat de erkenner de biologische vader van het kind is.

Om aan te tonen dat de erkenner ook de biologische vader van het kind is, is niet voldoende dat een (notariële) erkenning en bijvoorbeeld een DNA bewijs wordt overgelegd. Een rechterlijke uitspraak (=gerechtelijk bewijs van verwekkerschap) is derhalve vereist.

Buitenlandse erkenningen

Ook een buitenlandse erkenning waarbij de biologische afstamming als voorwaarde geldt of een buitenlandse rechterlijke uitspraak waarbij het biologische vaderschap na de erkenning is vastgesteld, kan nationaliteitsrechtelijk gevolg hebben(verkrijging Nederlanderschap). Ten aanzien van een dergelijke rechterlijke uitspraak zijn de zorgvuldigheidseisen van artikel 9 en 10 Wet conflictenrecht afstamming (Wca) van overeenkomstige toepassing. Het Nederlanderschap wordt van rechtswege verkregen op de datum van de erkenning, mits de rechterlijke uitspraak inzake de vaststelling van het vaderschap in kracht van gewijsde is gegaan.

2. Kind geboren vóór 1 januari 1985, Nederlandse vaststelling vaderschap vóór 1 april 2003

Indien het kind is geboren vóór 1 januari 1985 en de vaststelling van het vaderschap in beginsel1 onherroepelijk is geworden vóór 1 april 2003, heeft het kind het Nederlanderschap niet verkregen. Weliswaar vestigt de vaststelling van het vaderschap een familierechtelijke betrekking tussen vader en kind vanaf de geboorte, maar dit leidt dit niet tot verkrijging van het Nederlanderschap. Immers, artikel 1, aanhef en onder a, WNI (die gold tot 1 januari 1985) kent een limitatieve opsomming voor verkrijging van het Nederlanderschap, namelijk: “het wettig, gewettigd, of door den vader erkend natuurlijk kind”. In de opsomming wordt niet genoemd de familierechtelijke betrekking tussen vader en kind, ontstaan door gerechtelijke vaststelling van het vaderschap. Het ligt daarom niet in de rede om deze rechtsfiguur, die pas in 1998 werd ingevoerd in het Nederlands familierecht, met terugwerkende kracht ‘in te lezen’ in een wet die stamt uit 1892 en die bovendien niet meer van kracht is. De rechtszekerheid, die in het nationaliteitsrecht zware eisen stelt, staat hier geen ruimere dan een grammaticale interpretatie toe. Een andere opvatting zou in strijd zijn met artikel 25 RWN. Uit het voorgaande volgt tevens dat geen beroep mogelijk is op artikel 1, aanhef en onder b, WNI noch op artikel 2, aanhef en onder a, WNI.

3. Kind geboren op of ná 1 januari 1985; Nederlandse vaststelling vaderschap vóór 1 april 2003

Door een Nederlandse vaststelling van het vaderschap op grond van artikel 1:207 BW verwerft het kind het Nederlanderschap indien is voldaan aan de volgende voorwaarden:

  • het kind is geboren op of na 1 januari 1985; én

  • de Nederlandse gerechtelijke vaststelling is vóór 1 april 2003 (in beginsel) onherroepelijk geworden; én

  • de man, van wie het vaderschap is vastgesteld, bezit het Nederlanderschap op het moment van de geboorte van het kind (of is voor de geboorte als Nederlander overleden). Zie voor de uitzondering indien de man geen Nederlander is paragraaf 5.

Het kind is Nederlander vanaf zijn geboorte, namelijk op grond van artikel 1, aanhef en onder d juncto artikel 3, eerste lid, RWN. Immers, volgens deze bepalingen is een kind, van wie ten tijde van de geboorte de vader Nederlander is of voordien als Nederlander is overleden, eveneens Nederlander. Heeft het kind zelf een kind, dan wordt ook dat kind geacht vanaf de geboorte Nederlander te zijn ingevolge artikel 3, eerste lid, RWN.

Pas met de inwerkingtreding van het huidige artikel 4, eerste lid, RWN op 1 april 2003 is de bepaling van kracht geworden dat de minderjarige niet het Nederlanderschap met terugwerkende kracht tot de geboorte verkrijgt. Voor wat betreft het nationaliteitsrechtelijke gevolg van de vaststelling van het vaderschap is (tot het moment van inwerkingtreding van artikel 4, eerste lid, RWN (nieuw) aansluiting gezocht bij de terugwerkende kracht tot de geboorte uit artikel 1:207, vijfde lid, BW).

4. Kind geboren op of na 1 januari 1985, buitenlandse vaststelling vaderschap vóór 1 april 2003

Indien naar Nederlands internationaal privaatrecht vóór 1 april 2003 in het buitenland het vaderschap rechtsgeldig is vastgesteld, is van belang of die buitenlandse vaststelling –net als een vaststelling ex artikel 1:207 BW –terugwerkende kracht heeft tot de geboorte van het kind. Als dat het geval is, is het hierboven in paragraaf 3 vermelde van overeenkomstige toepassing. Heeft de buitenlandse vaststelling van het vaderschap geen terugwerkende kracht, dan heeft de vaststelling geen verkrijging van het Nederlanderschap tot gevolg.

5. Uitzondering: de vader is geen Nederlander (kind geboren op of na 1 januari 1985; vaststelling vaderschap vóór 1 april 2003)

Ook als de vader niet de Nederlandse nationaliteit bezit, kan het Nederlanderschap zijn verkregen op grond van een gerechtelijke vaststelling van het vaderschap als bedoeld in de paragrafen 3 en 4. Er kan namelijk sprake kan zijn van verkrijging op grond van het zogenaamde grootouder artikel 3, derde lid, RWN (oud). Als de gerechtelijke vaststelling van het vaderschap terugwerkt tot geboorte, wordt het kind geacht Nederlander te zijn vanaf geboorte indien bij de geboorte van het kind de niet-Nederlandse man, van wie het vaderschap is vastgesteld, in Nederland, de Nederlandse Antillen of Aruba woonde en hij zelf is geboren uit een moeder die ten tijde van zijn geboorte in één van die landen woonde.

4-1. Ad artikel 4, eerste lid

[Treedt in werking op 13-07-2008]

Dit onderdeel is (nog) niet in werking getreden; zie het overzicht van wijzigingen

4-2. Ad artikel 4, tweede lid

[Treedt in werking op 13-07-2008]

Dit onderdeel is (nog) niet in werking getreden; zie het overzicht van wijzigingen

Artikel 5

[Treedt in werking op 13-07-2008]

Dit onderdeel is (nog) niet in werking getreden; zie het overzicht van wijzigingen

Artikel 5a

[Treedt in werking op 13-07-2008]

Dit onderdeel is (nog) niet in werking getreden; zie het overzicht van wijzigingen

Artikel 5b

[Treedt in werking op 13-07-2008]

Dit onderdeel is (nog) niet in werking getreden; zie het overzicht van wijzigingen

Artikel 5c

[Treedt in werking op 13-07-2008]

Dit onderdeel is (nog) niet in werking getreden; zie het overzicht van wijzigingen

Artikel 6

[Treedt in werking op 13-07-2008]

Dit onderdeel is (nog) niet in werking getreden; zie het overzicht van wijzigingen

Artikel 7

[Treedt in werking op 13-07-2008]

Dit onderdeel is (nog) niet in werking getreden; zie het overzicht van wijzigingen

Artikel 8

[Treedt in werking op 13-07-2008]

Dit onderdeel is (nog) niet in werking getreden; zie het overzicht van wijzigingen

Artikel 9

[Treedt in werking op 13-07-2008]

Dit onderdeel is (nog) niet in werking getreden; zie het overzicht van wijzigingen

Artikel 10

[Treedt in werking op 13-07-2008]

Dit onderdeel is (nog) niet in werking getreden; zie het overzicht van wijzigingen

Artikel 11

[Treedt in werking op 13-07-2008]

Dit onderdeel is (nog) niet in werking getreden; zie het overzicht van wijzigingen

Artikel 12

[Treedt in werking op 13-07-2008]

Dit onderdeel is (nog) niet in werking getreden; zie het overzicht van wijzigingen

Artikel 13

[Treedt in werking op 13-07-2008]

Dit onderdeel is (nog) niet in werking getreden; zie het overzicht van wijzigingen

Artikel 14

[Treedt in werking op 13-07-2008]

Dit onderdeel is (nog) niet in werking getreden; zie het overzicht van wijzigingen

Artikel 15

[Treedt in werking op 13-07-2008]

Dit onderdeel is (nog) niet in werking getreden; zie het overzicht van wijzigingen

Artikel 15a

[Treedt in werking op 13-07-2008]

Dit onderdeel is (nog) niet in werking getreden; zie het overzicht van wijzigingen

Artikel 16

[Treedt in werking op 13-07-2008]

Dit onderdeel is (nog) niet in werking getreden; zie het overzicht van wijzigingen

Artikel 16a

[Treedt in werking op 13-07-2008]

Dit onderdeel is (nog) niet in werking getreden; zie het overzicht van wijzigingen

Artikel 17

[Treedt in werking op 13-07-2008]

Dit onderdeel is (nog) niet in werking getreden; zie het overzicht van wijzigingen

Artikel 18

[Treedt in werking op 13-07-2008]

Dit onderdeel is (nog) niet in werking getreden; zie het overzicht van wijzigingen

Artikel 19

[Treedt in werking op 13-07-2008]

Dit onderdeel is (nog) niet in werking getreden; zie het overzicht van wijzigingen

Artikel 20

[Treedt in werking op 13-07-2008]

Dit onderdeel is (nog) niet in werking getreden; zie het overzicht van wijzigingen

Artikel 21

[Treedt in werking op 13-07-2008]

Dit onderdeel is (nog) niet in werking getreden; zie het overzicht van wijzigingen

Artikel 22

[Treedt in werking op 13-07-2008]

Dit onderdeel is (nog) niet in werking getreden; zie het overzicht van wijzigingen

Artikel 23

[Treedt in werking op 13-07-2008]

Dit onderdeel is (nog) niet in werking getreden; zie het overzicht van wijzigingen

Artikel 24

[Treedt in werking op 13-07-2008]

Dit onderdeel is (nog) niet in werking getreden; zie het overzicht van wijzigingen

Artikel 25

[Treedt in werking op 13-07-2008]

Dit onderdeel is (nog) niet in werking getreden; zie het overzicht van wijzigingen

Artikel 26

[Treedt in werking op 13-07-2008]

Dit onderdeel is (nog) niet in werking getreden; zie het overzicht van wijzigingen

Artikel 27

[Treedt in werking op 13-07-2008]

Dit onderdeel is (nog) niet in werking getreden; zie het overzicht van wijzigingen

Artikel 28

[Treedt in werking op 13-07-2008]

Dit onderdeel is (nog) niet in werking getreden; zie het overzicht van wijzigingen

Artikel II RRWN

[Treedt in werking op 13-07-2008]

Dit onderdeel is (nog) niet in werking getreden; zie het overzicht van wijzigingen

Artikel III RRWN

[Treedt in werking op 13-07-2008]

Dit onderdeel is (nog) niet in werking getreden; zie het overzicht van wijzigingen

Artikel IV RRWN

[Treedt in werking op 13-07-2008]

Dit onderdeel is (nog) niet in werking getreden; zie het overzicht van wijzigingen

Artikel V RRWN

[Treedt in werking op 13-07-2008]

Dit onderdeel is (nog) niet in werking getreden; zie het overzicht van wijzigingen

Artikel VI RRWN

[Treedt in werking op 13-07-2008]

Dit onderdeel is (nog) niet in werking getreden; zie het overzicht van wijzigingen

Artikel VII RRWN

[Treedt in werking op 13-07-2008]

Dit onderdeel is (nog) niet in werking getreden; zie het overzicht van wijzigingen

Bijlage 1. Modellen behorende bij de optieprocedure

1.1: Optieverklaring op grond van artikel 6.1.a RWN

Bijlage 243295.png

1.2: Bijlage bij optieverklaring: aanvullende gegevens kinderen (van oud naar jong)

Bijlage 243296.png
Bijlage 243297.png
Bijlage 243298.png

1.3: Optieverklaring op grond van artikel 6.1.b RWN (afgelegd door meerderjarige optant)

Bijlage 243299.png

1.4: Optieverklaring op grond van artikel 6.1.b RWN (bij minderjarige optant afgelegd door wettelijk vertegenwoordiger)

Bijlage 243300.png

1.5: Optieverklaring op grond van artikel 6.1.c RWN (afgelegd door wettelijk vertegenwoordiger)

Bijlage 243301.png

1.6: Optieverklaring op grond van artikel 6.1.d RWN (afgelegd door wettelijk vertegenwoordiger)

Bijlage 243302.png

1.7: Optieverklaring op grond van artikel 6.1.e RWN

Bijlage 243303.png

1.8: Optieverklaring op grond van artikel 6.1.f RWN

Bijlage 243304.png

1.9: Optieverklaring op grond van artikel 6.1.f26 RWN

Bijlage 243305.png

1.10: Optieverklaring op grond van artikel 6.1.g RWN

Bijlage 243306.png

1.11: Optieverklaring op grond van artikel 6.1.h RWN

Bijlage 243307.png

1.12: Optieverklaring op grond van artikel 28 RWN

Bijlage 243308.png

1.13: Optieverklaring op grond van artikel V.1 RRWN (overgangsbepaling)

Bijlage 243309.png

1.14: Verklaring omtrent verblijfsstatus en gedrag

Bijlage 243310.png

1.15: Verzoek om naamsvaststelling bij optie

Bijlage 243311.png

1.16: Verklaring van naamskeuze door ouders (kind jonger dan 16 jaar)

Bijlage 243312.png

1.17: Verklaring van naamskeuze door kind (kind van 16 jaar of ouder)

Bijlage 243313.png

1.18: Brief zienswijze (mede)verkrijging Nederlanderschap (aan minderjarige van 12 jaar t/m 15 jaar)

Bijlage 243314.png

1.19: Formulier zienswijze (mede)verkrijging Nederlanderschap (aan minderjarige van 12 jaar t/m 15 jaar)

Bijlage 243315.png

1.20: Formulier zienswijze naamsvaststelling (minderjarige van 12 jaar en ouder) (indien minderjarige niet persoonlijk verschijnt)

Bijlage 243316.png

1.21: Brief verzoek om instemming (mede)verkrijging Nederlanderschap (minderjarige(n) van 16 jaar of ouder)

Bijlage 243317.png

1.22: Brief zienswijze andere ouder/wettelijk vertegenwoordiger omtrent (mede)verkrijging Nederlanderschap van minderjarige(n)

Bijlage 243318.png

1.23: Formulier zienswijze andere ouder/wettelijk vertegenwoordiger omtrent (mede)verkrijging Nederlanderschap van minderjarige(n)

Bijlage 243319.png

1.24: Formulier zienswijze andere ouder/wettelijk vertegenwoordiger omtrent naamsvaststelling kind(eren)

Bijlage 243320.png

1.25: Verklaring `Ingelicht over betaling van optiegelden', tevens inverzuimstelling; alsook Verklaring vrijgesteld van optiegelden

Bijlage 243321.png

1.26: Buitenbehandelingstelling optieverklaring wegens niet-betaling van optiegelden

Bijlage 243322.png

1.27: Besluit tot ontheffing betaling optiegelden

Bijlage 243323.png

1.28: Afwijzing ontheffing optiegelden

Bijlage 243324.png

1.29: Verzoek om bericht van de korpschef

Bijlage 243325.png

1.30: Verzoek tot het verstrekken van justitiële gegevens

Bijlage 243326.png

1.31: Verzoek afgifte bericht omtrent toelating [Vervallen]

Bijlage 243327.png

1.32: Bericht omtrent toelating [Vervallen]

Bijlage 243328.png
Bijlage 243329.png

1.33: Bevestiging van de verkrijging van het Nederlanderschap door optie (artikel 6, tweede lid, RWN)

Bijlage 243330.png

1.34: Aanvullende gegevens van kind(eren) die het Nederlanderschap heeft/hebben verkregen

Bijlage 243331.png

1.35: Uitwisselingsformulier

Bijlage 243332.png
Bijlage 243333.png

Bijlage 2. Modellen behorende bij de naturalisatieprocedure

2.1: Verzoek om naturalisatie tot Nederlander (meerderjarige)

Bijlage 243334.png

Bijlage bij verzoek om naturalisatie tot Nederlander: aanvullende gegevens kinderen voor wie medeverlening wordt verzocht (van oud naar jong)

Bijlage 243335.png
Bijlage 243336.png
Bijlage 243337.png

2.2: Verzoek om naturalisatie tot Nederlander (minderjarige) (ingediend door wettelijk vertegenwoordiger)

Bijlage 243338.png

2.3: Verklaring omtrent verblijfsstatus en gedrag

Bijlage 243339.png

2.4: Bereidheidsverklaring tot afstand huidige nationaliteit bij het verzoek tot verkrijging van het Nederlanderschap door naturalisatie

Bijlage 243340.png

2.5: Verklaring in verband met verlies van de Egyptische/Oostenrijkse/Zuid-Afrikaanse nationaliteit

Bijlage 243341.png

2.6: Verzoek om naamsvaststelling bij naturalisatie

Bijlage 243342.png

2.7: Verzoek om naamswijziging bij naturalisatie

Bijlage 243343.png

2.8: Verklaring `Ingelicht over betaling van naturalisatiegelden', tevens inverzuimstelling; alsook Verklaring vrijgesteld van naturalisatiegelden

Bijlage 243344.png

2.9: Brief zienswijze (mede)verlening Nederlanderschap (minderjarigen van 12 jaar t/m 15 jaar) (indien minderjarige niet persoonlijk verschijnt)

Bijlage 243345.png

2.10: Formulier zienswijze (mede)verlening Nederlanderschap (minderjarigen van 12 jaar t/m 15 jaar) (indien minderjarige niet persoonlijk verschijnt)

Bijlage 243346.png

2.11: Formulier zienswijze naamswijziging/naamsvaststelling (minderjarigen van 12 jaar t/m 15 jaar) (indien minderjarige niet persoonlijk verschijnt)

Bijlage 243347.png

2.12: Brief verzoek om instemming (mede)verlening Nederlanderschap minderjarigen van 16 jaar of ouder

Bijlage 243348.png

2.13: Brief zienswijze andere ouder/wettelijk vertegenwoordiger omtrent (mede)verlening Nederlanderschap aan minderjarige(n)

Bijlage 243349.png

2.14: Formulier zienswijze andere ouder/wettelijk vertegenwoordiger omtrent (mede)verlening Nederlanderschap aan minderjarige(n)

Bijlage 243350.png

2.15: Formulier zienswijze andere ouder/wettelijk vertegenwoordiger omtrent naamsvaststelling kind(eren)

Bijlage 243351.png

2.16: Formulier zienswijze andere ouder/wettelijk vertegenwoordiger omtrent naamswijziging kind(eren)

Bijlage 243352.png

2.17: Hoofddorp Verzoek afgifte bericht omtrent toelating [Drenthe, Flevoland, Friesland, Gelderland, Groningen, Overijssel, Utrecht en Noord-Holland]

Bijlage 243353.png
Bijlage 243354.png

2.18: Rijswijk Verzoek afgifte bericht omtrent toelating [Limburg, Noord-Brabant, Zeeland en Zuid-Holland]

Bijlage 243355.png
Bijlage 243356.png

2.18a: Vragenlijst EU/EERonderdaan of Zwitserse onderdaan die rechtstreeks verblijfsrecht ontleent aan het EG-verdrag

Bijlage 243357.png

2.18b: Vragenlijst voor familie- en gezinsleden van EU/EER- of Zwitsers onderdaan die zelf onderdaan is/zijn van een derde land

Bijlage 243358.png
Bijlage 243359.png

2.19: Verzoek om bericht van de korpschef

Bijlage 243360.png

2.20: Verzoek tot het verstrekken van justitiële gegevens

Bijlage 243361.png

2.21: Verklaring `geïnformeerd over negatief advies'

Bijlage 243362.png

2.22: Adviesblad naturalisatie

Bijlage 243363.png
Bijlage 243364.png
Bijlage 243365.png
Bijlage 243366.png

2.23: Buitenbehandelingstelling verzoek om naturalisatie wegens niet-betaling van naturalisatiegelden

Bijlage 243367.png

2.24: Besluit tot ontheffing betaling naturalisatiegelden

Bijlage 243368.png

2.25: Afwijzing ontheffing naturalisatiegelden

Bijlage 243369.png

2.26: Beroep op ontheffing naturalisatietoets (art. 4 Besluit Naturalisatietoets)

Bijlage 243370.png

2.27: Modelverklaring ten behoeve van arts/deskundige in het kader van de ontheffing van de naturalisatietoets (met bijbehorend informatieblad voor arts of deskundige in het kader van ontheffing van de naturalisatietoets)

Bijlage 243371.png
Bijlage 243372.png

2.28: Aanmeldingsformulier ROC van Amsterdam voor het afleggen van één of meer toetsonderdelen of het onderzoek naar ongeletterdheid

Bijlage 243373.png

2.28a: Aanmeldingsformulier ROC van Amsterdam

Bijlage 243374.png

2.29: Terugmeldformulier Naturalisatie - zelfstandig naturalisatieverzoek

Bijlage 243375.png

2.29a: Terugmeldformulier Naturalisatie - verzoek om medenaturalisatie

Bijlage 243376.png

Bijlage 3. Modellen met beperking tot bezit en afstand van het Nederlanderschap

3.1: Verklaring omtrent bezit van het Nederlanderschap (artikel 15, vierde lid Rijkswet op het Nederlanderschap; artikel 61, tweede lid onder b en c Besluit verkrijging en verlies Nederlanderschap)

Bijlage 243377.png

3.2: Verklaring van afstand van het Nederlanderschap

Bijlage 243378.png

3.3: Bevestiging van het afleggen van een verklaring van afstand van het Nederlanderschap (artikel 63, derde lid Besluit verkrijging en verlies Nederlanderschap)

Bijlage 243379.png
  1. Met (in beginsel) onherroepelijk wordt de situatie bedoeld dat de termijnen voor het instellen van rechtsmiddelen zijn verstreken. Dit neemt niet weg dat een onbekend gebleven belanghebbende alsnog de gerechtelijke vaststelling van het vaderschap door middel van een rechterlijke procedure kan aantasten. ^ [1]
Naar boven