Artikel 2. Begripsomschrijvingen
[Treedt in werking op een nader te bepalen tijdstip]
-
a. „Inbreuk op de beveiliging”, elk handelen of nalaten te handelen, in strijd met de
nationale wet- en regelgeving, dat resulteert in ongeoorloofde toegang tot of bekendmaking,
verlies of compromittering van gerubriceerde gegevens.
-
b. „Gerubriceerd contract”, een contract, met inbegrip van eventuele voorafgaande contractonderhandelingen,
dat een van de partijen aangaat met een opdrachtnemer voor de levering van goederen,
uitvoering van werkzaamheden of levering van diensten, waarbij voor de uitvoering
toegang of mogelijk toegang tot gerubriceerde gegevens vereist is of waarbij deze
gecreëerd worden.
-
c. „Gerubriceerde gegevens”, gegevens die of materiaal dat door een van de partijen als
gerubriceerd worden of wordt aangemerkt, waarvan de ongeoorloofde bekendmaking of
het verlies de belangen van een of beide partijen in meer of mindere mate zou kunnen
schaden.
-
d. „Bevoegde beveiligingsautoriteit”, de overheidsautoriteit in een partij die verantwoordelijk
is voor de implementatie van en toezicht op dit Verdrag. De bevoegde beveiligingsautoriteit
kan een deel van zijn verantwoordelijkheden delegeren aan een gemachtigde bevoegde
beveiligingsautoriteit.
-
e. „Opdrachtnemer”, elke natuurlijke persoon of rechtspersoon die bevoegd is contracten
aan te gaan.
-
f. „Veiligheidsmachtiging bedrijfslocatie”, een schriftelijk besluit op basis van een
antecedentenonderzoek door de bevoegde beveiligingsautoriteit dat een bedrijfslocatie
passende beveiligingsmaatregelen heeft genomen voor de toegang tot en omgang met gerubriceerde
gegevens, met inbegrip van een gespecificeerd rubriceringsniveau, in overeenstemming
met de nationale wet- en regelgeving.
-
g. „Need to know”, het vereiste voor een natuurlijke persoon of rechtspersoon voor toegang
tot, kennis van of bezit van gerubriceerde gegevens voor het uitvoeren van officiële
taken of diensten.
-
h. „Partij van herkomst”, de partij onder wier gezag gerubriceerde gegevens zijn gecreëerd.
-
i. „Veiligheidsmachtiging personeel”, het schriftelijk besluit op basis van een antecedentenonderzoek
door de bevoegde beveiligingsautoriteit van een van de partijen dat een natuurlijke
persoon toestemming heeft gekregen voor toegang tot en omgang met gerubriceerde gegevens,
met inbegrip van een gespecificeerd rubriceringsniveau, in overeenstemming met de
nationale wet- en regelgeving.
-
j. „Verstrekkende partij”, de partij of opdrachtnemer onder haar rechtsmacht die de gerubriceerde
gegevens uit hoofde van dit Verdrag verstrekt aan de ontvangende partij.
-
k. „Ontvangende partij”, de partij of opdrachtnemer onder haar rechtsmacht die de gerubriceerde
gegevens uit hoofde van dit Verdrag ontvangt van de verstrekkende partij.
-
l. „Rubriceringsgids”, een document dat hoort bij een gerubriceerd contract waarin de
van toepassing zijnde rubriceringsniveaus voor elk onderdeel van het gerubriceerde
contract dat gerubriceerde gegevens bevat worden gespecificeerd.
-
m. „Derde”, elke internationale organisatie of staat, met inbegrip van rechtspersonen
of natuurlijke personen onder zijn rechtsmacht, die geen partij is bij dit Verdrag.