Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Republiek Ivoorkust betreffende
de status van het personeel van het Ministerie van Defensie van het Koninkrijk der
Nederlanden dat zich op het Ivoriaanse grondgebied bevindt in het kader van militaire
activiteiten
[Treedt in werking op een nader te bepalen tijdstip]
Het Koninkrijk der Nederlanden, enerzijds,
en
de Republiek Ivoorkust, anderzijds,
hierna te noemen „de Partijen”,
Komen het volgende overeen:
Artikel I. Doel
[Treedt in werking op een nader te bepalen tijdstip]
Dit Verdrag heeft als doel de aangelegenheden te regelen die verband houden met de
status van burgerpersoneel en militair personeel van het ministerie van Defensie van
het Koninkrijk der Nederlanden dat in het kader van militaire activiteiten tijdelijk
op het grondgebied van Ivoorkust aanwezig is.
Artikel II. Definities
[Treedt in werking op een nader te bepalen tijdstip]
Voor de toepassing van dit Verdrag wordt onder de navolgende begrippen het volgende
verstaan:
-
1. „Ontvangende staat”: de Republiek Ivoorkust;
-
2. „Zendstaat”: het Koninkrijk der Nederlanden;
-
3. „Personeel”: het burger en militair personeel van de Ministeries van Defensie van
Partijen;
-
4. „Militair personeel”: het militair personeel van het Ministerie van Defensie van de
Zendstaat, met inbegrip van buitenlands militair personeel dat een integrerend onderdeel
uitmaakt van militaire eenheden van de Zendstaat op basis van een uitwisselingsprogramma.
Artikel III. Voorwaarden bij binnenkomst en vertrek
[Treedt in werking op een nader te bepalen tijdstip]
-
2 Ter uitvoering van het eerste artikel van dit Verdrag, vergemakkelijken de autoriteiten van de Ontvangende staat de vrije
toegang tot het grondgebied van de Ontvangende staat alsmede het vrije vertrek daaruit
van Personeel van de Zendstaat op vertoon van een identiteitskaart en een individuele
of collectieve dienstopdracht.
Artikel IV. Discipline en rechtsmacht
[Treedt in werking op een nader te bepalen tijdstip]
-
5
-
a. Indien de autoriteiten van de Ontvangende staat een lid van het Personeel van de Zendstaat
arresteren, dragen zij hem onmiddellijk over aan de officier die verantwoordelijk
is voor het Personeel van de Zendstaat en doen deze verantwoordelijke officier onverwijld
een rapport met vermelding van de redenen van de arrestatie toekomen.
-
b. De autoriteiten van de Ontvangende staat verlenen bijstand bij het uitvoeren van onderzoek
en de bewijsvergaring.
-
c. De bevoegde autoriteiten van de Zendstaat stellen de bevoegde autoriteiten van de
Ontvangende staat in kennis van hun besluit een rechtsvordering tegen het lid van
het Personeel van de Zendstaat in te stellen alsmede van de uitkomsten van procedures
die in de Zendstaat zijn ingesteld.
Artikel V. Invoer en uitvoer
[Treedt in werking op een nader te bepalen tijdstip]
-
1 De Ontvangende staat ziet af van diens recht bij invoer en uitvoer rechten, heffingen
en belastingen te heffen of andere kosten in rekening te brengen ter zake van uitrusting,
materieel, voorraden en overige goederen die de Zendstaat in verband met dit Verdrag
invoert.
-
2 Uitrusting, materieel, voorraden en overige goederen die de Zendstaat in verband met
dit Verdrag invoert, zijn vrijgesteld van elke controle
-
3 Bagage, persoonlijke eigendommen, producten en andere goederen die worden ingevoerd
voor exclusief gebruik van het personeel van de Zendstaat, zijn vrijgesteld van rechten,
heffingen en belastingen bij invoer en uitvoer of andere kosten die in de Ontvangende
staat kunnen worden opgelegd.
Artikel VI. Uniformen, wapens en munitie
[Treedt in werking op een nader te bepalen tijdstip]
In de uitoefening van militaire activiteiten in het kader van dit Verdrag:
-
1. Het militair personeel draagt het uniform en militaire onderscheidingstekens in overeenstemming
met de geldende wetgeving van de Zendstaat.
-
2. Het militair personeel zal wapens en munitie mogen bezitten, dragen en/of gebruiken
onder de volgende cumulatieve voorwaarden:
-
a. Ze zijn hiervoor geautoriseerd middels hun dienstopdracht;
-
b. het is in overeenstemming met de geldende wetgeving van de Ontvangende Staat;
-
c. de bevoegde autoriteiten van de Partijen beslissen op voorhand of het noodzakelijk
is om hierover nadere regelingen te stellen, zoals beschreven in Artikel IX.
-
3. De wapens en de munitie worden opgeslagen en bewaakt in overeenstemming met de geldende
wetgeving van de Ontvangende Staat.
Artikel VII. Rijbewijzen
[Treedt in werking op een nader te bepalen tijdstip]
De Ontvangende staat zal als geldig aanvaarden, zonder een voorafgaand rijexamen of
vergoeding, het geldige nationaal civiel of militair rijbewijs van het Personeel van
de Zendstaat voor de categorie motorvoertuigen die gelijk is aan de categorie waarvoor
het rijbewijs door de Zendstaat is afgegeven.
Artikel VIII. Vorderingen tot schadevergoeding
[Treedt in werking op een nader te bepalen tijdstip]
-
1 De Partijen zien af van het instellen van vorderingen tot schadevergoeding tegen elkaar
wegens schade aan of verlies van overheidseigendommen die door hun Personeel worden
gebruikt en wegens letsel (met inbegrip van letsel de dood tot gevolg hebbende) geleden
door hun Personeel, bij de uitoefening van diens officiële taken in het kader van
dit Verdrag.
-
2 De bepalingen in het eerste lid van dit artikel zijn niet van toepassing indien de
schade aan of het verlies van overheidseigendommen of het in het eerste lid genoemde
letsel geleden door het Personeel, het gevolg zijn van grove nalatigheid of opzet.
De vaststelling van grove nalatigheid of opzet geschiedt in onderling overleg tussen
de bevoegde autoriteiten van de Partijen. De bevoegde autoriteiten van de Partijen
werken samen bij het verzamelen van bewijzen voor het onderzoek naar en de afhandeling
van vorderingen waarvoor zij aansprakelijk zijn. De bevoegde autoriteiten van de Partijen
bepalen in onderling overleg de toerekenbaarheid van de schade en de daaruit voortvloeiende
schadevergoeding.
-
4 Voor zover het andere militaire activiteiten betreft dan genoemd in lid 3 zullen de
bevoegde autoriteiten van de Partijen met elkaar in welwillend overleg treden inzake
vorderingen tot schadevergoeding van derden (behoudens vorderingen uit overeenkomst)
wegens verliezen, schade of letsel veroorzaakt door het Personeel van de Zendstaat
bij het vervullen van zijn officiële taken.
-
5 De Zendstaat vrijwaart de Ontvangststaat voor schade aan eigendommen van laatstgenoemde
of aan derden die, naar gelang van het geval, voortvloeit uit handelingen van het
Personeel van de Zendstaat buiten zijn officiële taken.
Artikel IX. Medische en tandheelkundige hulp
[Treedt in werking op een nader te bepalen tijdstip]
Artikel X. Overlijden
[Treedt in werking op een nader te bepalen tijdstip]
-
1 De autoriteiten van de Zendstaat die aanwezig zijn in de Ontvangende staat zijn bevoegd
zorg te dragen voor de repatriëring van het stoffelijk overschot van een overleden
lid van het personeel van de Zendstaat, alsmede van zijn persoonlijke bezittingen,
en mogen daartoe gepaste maatregelen nemen
-
2 Autopsie op het stoffelijk overschot van een overleden lid van het Personeel van de
Zendstaat mag uitsluitend worden uitgevoerd na toestemming van de autoriteiten van
de Zendstaat en, indien wenselijk, in aanwezigheid van een vertegenwoordiger daarvan.
Artikel XI. Gedetailleerde afspraken
[Treedt in werking op een nader te bepalen tijdstip]
Tussen de bevoegde autoriteiten van de Partijen kunnen gedetailleerde afspraken worden
gemaakt over de uitvoering van dit Verdrag.
Artikel XII. Geschillenbeslechting
[Treedt in werking op een nader te bepalen tijdstip]
Elk geschil dat voortvloeit uit de interpretatie, de toepassing of uitvoering van
dit Verdrag wordt in der minne en in onderlinge overeenstemming geschikt.
Artikel XIII. Wijziging
[Treedt in werking op een nader te bepalen tijdstip]
Artikel XIV. Opzegging
[Treedt in werking op een nader te bepalen tijdstip]
De Partijen kunnen dit Verdrag te allen tijde beëindigen door middel van een schriftelijke
kennisgeving en via diplomatieke weg. Deze kennisgeving wordt door de ene Partij aan
de andere gedaan met inachtneming van een opzegtermijn van zes maanden.
Artikel XV. Inwerkingtreding
[Treedt in werking op een nader te bepalen tijdstip]