AMBASSADE VAN BELGIË
N°. EXT 33/6079
's-Gravenhage, 1 augustus 1959
Excellentie,
Verwijzend naar het schrijven van Uwe Excellentie van 10 juni 1959, heb ik de eer,
in opdracht van de Belgische Regering, mijn akkoord te betuigen met Uwer Excellentie's
voorstel, waarbij de Belgische en de Nederlandse Regering ter uitvoering van artikel
10, onder c, van het op 11 december 1953 te Parijs gesloten Europese Verdrag betreffende sociale
en medische bijstand Antwerpen en Roosendaal als de plaatsen aanwijzen, waar Belgische
onderdanen, die op Nederlands grondgebied verblijven en op wie Titel II van genoemd
Verdrag van toepassing is, en Nederlandse onderdanen, die op Belgisch grondgebied
verblijven en op wie genoemde Titel van toepassing is, kunnen worden overgegeven.
In bijzondere en dringende gevallen zal, ter bevordering van een vlotte gang van zaken,
voor het overgeven van personen als hierboven bedoeld door onze beide Regeringen in
onderling overleg een andere plaats kunnen worden aangewezen dan Antwerpen of Roosendaal.
Overeenkomstig Uw voorstel, worden Uwer Excellentie's hogergenoemd schrijven en onderhavig
antwoord beschouwd als vormende een overeenkomst tussen onze beide Regeringen.
Ik maak van deze gelegenheid gebruik, Excellentie, de verzekering van mijn bijzondere
hoogachting te hernieuwen.
(w.g.) MARC TAYMANS
Zaakgelastigde van België a.i.
Aan Zijne Excellentie
Mr. J. M. A. H. Luns,
Minister van Buitenlandse Zaken,
Plein 23,
's-Gravenhage.