Notawisseling tussen de Nederlandse en de Belgische Regering tot uitvoering van het [...] tot internationaal douanekantoor voor het wegverkeer, 's-Gravenhage, 30-12-1961

Geraadpleegd op 13-05-2025.
Geldend van 01-01-1962 t/m heden

Notawisseling tussen de Nederlandse en de Belgische Regering tot uitvoering van het Verdrag van 13 april 1948 nopens de aanwijzing van het Belgische kantoor te Klein-Ternaaien (kanaal) tot internationaal douanekantoor voor de scheepvaart en nopens de aanwijzing van het Belgische kantoor te Klein-Ternaaien (weg) tot internationaal douanekantoor voor het wegverkeer

Authentiek : NL

Nr. I

AMBASSADE VAN BELGIË

No. 172/10. 372

's-Gravenhage, 30 december 1961.

Excellentie,

Ik heb de eer Uwer Excellentie mede te delen dat volgens artikel 1 van het Verdrag getekend te 's-Gravenhage, op 13 april 1948, en in verband met de opheffing van de „Stop van Ternaaien”, de Belgische bevoegde overheden de volgende aanwijzingen hebben goedgekeurd, betreffende de samenvoeging van de douanebehandeling aan de Nederlands-Belgische grens:

  • a) voor de scheepvaart:

    als internationaal douanekantoor:

    van het kantoor Klein-Ternaaien (kanaal), op Belgisch grondgebied (gemeente Ternaaien), dat zal worden genoemd Klein-Ternaaien (kanaal)-Sint-Pieter (kanaal);

    als internationale douaneweg:

    op Belgisch grondgebied, van de waterweg vanaf de gemeenschappelijke grens gevormd door de dalweg van de Maas, tot aan de brug voor de sluizen te Klein-Ternaaien, alsmede de kaden, wegen en terreinen aan weerszijden van het kanaal, over een breedte van 12 meter, gemeten vanaf de boord van het kanaal.

  • b) voor het wegverkeer:

    als internationaal douanekantoor:

    van het kantoor Klein-Ternaaien (weg), op Belgisch grondgebied, dat zal worden genoemd Klein-Ternaaien (weg)-Sint-Pieter (weg);

    als internationale douaneweg:

    op Belgisch grondgebied, van de weg van Klein-Ternaaien naar Maastricht (Sint-Pieter) over een lengte van 200 meter, gemeten vanaf het punt alwaar de gemeenschappelijke grens de as van de weg snijdt.

    De Belgische bevoegde overheden nemen zich voor deze aanwijzingen van kracht te doen worden met ingang van 1 januari 1962.

Ik zou het op prijs stellen van Uwe Excellentie te mogen vernemen of de bevoegde Nederlandse overheden met bovenvermelde aanwijzingen kunnen instemmen, zomede met de afschaffing van de Overeenkomst van 1 juli 1950, die deze aangelegenheid tot nu toe regelde.

Ik moge Uwe Excellentie vragen de verzekering mijner zeer bijzondere hoogachting wel te willen aanvaarden.

(w.g.) VAN DER STRATEN

Ambassadeur van België

Aan Zijne Excellentie de Heer

Mr. J. M. A. H. Luns,

Minister van Buitenlandse Zaken,

's-Gravenhage.

Nr. II

Mr. J. M. A. H. Luns

No. 183 669

's-Gravenhage, 30 december 1961

Mijnheer de Ambassadeur,

Ik heb de eer Uwer Excellentie de ontvangst te bevestigen van Haar brief van 30 december 1961, No. 172/10.372, en moge Haar hierbij mededelen, dat ook de betrokken Nederlandse Ministeries zich, in verband met de opheffing van de „Stop van Ternaaien”, akkoord hebben verklaard — overeenkomstig artikel 1 van het op 13 april 1948 te 's-Gravenhage ondertekende Verdrag nopens de samenvoeging van de douanebehandeling aan de Belgisch-Nederlandse grens — met de aanwijzing:

[Red: (Zoals in Nr. I)]

Eveneens wordt van Nederlandse zijde ingestemd met de afschaffing van de overeenkomst van 1 juli 1950, die deze aangelegenheid tot nu toe regelde.

Deze regeling wordt van kracht met ingang van 1 januari 1962.

Gelief, Mijnheer de Ambassadeur, de verzekering mijner bijzondere hoogachting wel te willen aanvaarden.

(w.g.) J. LUNS

Zijner Excellentie

F. X. J. M. G. Baron van der Straten Waillet,

Ambassadeur van België

te 's-Gravenhage.