-
.1 „Voorschriften”: de voorschriften die in de Bijlage bij het Verdrag zijn opgenomen;
-
.2 „Goedgekeurd”: goedgekeurd door de Partij in overeenstemming met deze voorschriften;
-
.3 „Kapitein”: degene die het bevel voert over het schip;
-
.4 „Officier”: een lid van de bemanning niet zijnde de kapitein, die als zodanig is aangewezen
op grond van nationale wetten of voorschriften, of, indien zulks niet is geschied,
op grond van collectieve arbeidsovereenkomsten of gebruik;
-
.5 „Dekofficier”: een gediplomeerd scheepsofficier die bevoegd is in overeenstemming
met de bepalingen van Hoofdstuk II van het Verdrag;
-
.6 „Eerste stuurman”: de officier die in rang volgt op de kapitein en op wie het bevel
over het schip komt te rusten, indien de kapitein daartoe niet in staat is;
-
.7 „Scheepswerktuigkundige”: een gediplomeerd scheepsofficier die bevoegd is in overeenstemming
met de bepalingen van hoofdstuk III van het Verdrag;
-
.8 „Hoofdwerktuigkundige”: de scheepswerktuigkundige die het hoogst in rang is en die
verantwoordelijk is voor de werktuiglijke voortstuwing en de werking en het onderhoud
van de werktuiglijke en elektrische installaties van het schip;
-
.9 „Tweede scheepswerktuigkundige”: de scheepswerktuigkundige die in rang volgt op de
hoofdwerktuigkundige en op wie de verantwoordelijkheid voor de werktuiglijke voortstuwing
en de werking en het onderhoud van de werktuiglijke en elektrische installaties van
het schip komt te rusten indien de hoofdwerktuigkundige daartoe niet in staat is;
-
.10 „Leerling-scheepswerktuigkundige”: een persoon die een opleiding volgt tot scheepswerktuigkundige
en als zodanig op grond van nationale wetten of voorschriften is aangewezen;
-
.11 „Radio-operator”: een persoon die in het bezit is van een passend diploma, afgegeven
of erkend door de Administratie in overeenstemming met de bepalingen van het Radioreglement;
-
.12 „Scheepsgezel”: een lid van de bemanning van het schip, niet zijnde de kapitein of
een officier;
-
.13 „Reizen langs de kust”: reizen in de nabijheid van een Partij zoals door die Partij
is omschreven;
-
.14 „Voortstuwingsvermogen”: het maximum nominale totaalvermogen in kilowatts van alle
voortstuwingsmachines van het schip, dat vermeld is in de zeebrief van het schip of
in een ander officieel document;
-
.15 „Radiowerkzaamheden”: naar gelang het geval, de luisterwacht alsmede het technisch
onderhoud en technische reparatiewerkzaamheden overeenkomstig de bepalingen van het
Radioreglement, het Internationaal Verdrag voor de beveiliging van mensenlevens op
zee en, ter beoordeling van de onderscheiden Administraties, de desbetreffende aanbevelingen
van de Organisatie;
-
.16 „Olietanker”: een schip gebouwd en gebruikt voor het vervoer van aardolie en aardolieprodukten
in bulk;
-
.17 „Chemicaliëntanker”: een schip gebouwd of verbouwd en gebruikt voor het vervoer in
bulk van vloeibare produkten opgenomen in hoofdstuk 17 van de International Bulk Chemical
Code (Internationale Code inzake vervoer van chemicaliën in bulk);
-
.18 „Vloeibaar-gastanker”: een schip gebouwd of verbouwd en gebruikt voor het vervoer
van vloeibare gassen of andere produkten opgenomen in hoofdstuk 19 van de International
Gas Carrier Code (Internationale Code inzake het vervoer van vloeibaar gas);
-
.19 „Ro-ro-passagiersschip”: een passagiersschip met ruimten voor ro-ro-vracht of ruimten
van bijzondere aard zoals omschreven in het Internationaal Verdrag voor de beveiliging
van mensenlevens op zee, 1974, zoals gewijzigd;
-
.20 „Maand”: een kalendermaand of een periode van dertig dagen, samengesteld uit perioden
van minder dan één maand;
-
.21 „STCW-Code”: het Reglement inzake opleiding, diplomering en wachtdienst van zeevarenden,
zoals aangenomen bij resolutie 2 van de conferentie van 1995, en eventuele wijzigingen
daarop;
-
.22 „Functie”: een aantal taken, plichten en verantwoordelijkheden, zoals genoemd in de
STCW-Code, die vereist zijn voor de bedrijfsvoering aan boord, de beveiliging van
mensenlevens op zee of de bescherming van het mariene milieu;
-
.23 „Maatschappij”: de eigenaar van het schip of elke andere organisatie of persoon, zoals
de beheerder of degene die het schip leeg chartert (zonder bemanning), die de verantwoordelijkheid
voor de bedrijfsvoering aan boord van de eigenaar van het schip heeft overgenomen
en die deze verantwoordelijkheid aanvaardt en ermee instemt alle verplichtingen en
verantwoordelijkheden op zich te nemen die door deze voorschriften aan de maatschappij
worden opgelegd;
-
.24 „Passend vaarbevoegdheidsbewijs”: een vaarbevoegdheidsbewijs afgegeven en voorzien
van een officiële verklaring in overeenstemming met de bepalingen van deze bijlage,
dat de rechtmatige houder ervan het recht geeft werkzaam te zijn in de daarin beschreven
hoedanigheid en de daarbij behorende functies te vervullen op het daarin omschreven
verantwoordelijkheidsniveau op een schip van het desbetreffende type, en met de desbetreffende
tonnage, het desbetreffende vermogen en de desbetreffende hoofdvoortstuwingsinstallatie,
tijdens de desbetreffende zeereis;
-
.25 „Werkzaamheden op zee”: het dienst doen aan boord van een schip voorzover van belang
voor de afgifte van een vaarbevoegdheidsbewijs of een ander bewijs van beroepsbekwaamheid.