DE AMBASSADE VAN HET KONINKRIJK BELGIË en
DE AMBASSADE VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN
Lima, 12 februari 2001
Nota 266
Nota SR/PDH/120201
De Ambassade van het Koninkrijk België en de Ambassade van het Koninkrijk der Nederlanden,
optredend in eigen naam en in vertegenwoordiging van het Groothertogdom Luxemburg,
bieden het Ministerie van Buitenlandse Zaken van Peru hun complimenten aan en hebben
de eer dit Ministerie mee te delen dat de Regeringen van de Benelux-Staten, gezamenlijk
optredend op grond van de op 11 april 1960 te Brussel ondertekende Overeenkomst tussen
het Koninkrijk België, het Groothertogdom Luxemburg en het Koninkrijk der Nederlanden
inzake de verlegging van de personencontrole naar de buitengrenzen van het Benelux-gebied,
voorstellen met de Regering van de Republiek Peru onderstaande Overeenkomst inzake
de afschaffing van de visumplicht met betrekking tot diplomatieke en speciale of dienstpaspoorten
te sluiten:
In deze Overeenkomst wordt verstaan:
-
– onder de „Benelux-Staten": het Koninkrijk België, het Groothertogdom Luxemburg en
het Koninkrijk der Nederlanden;
-
– onder het „Benelux-gebied": het gezamenlijke grondgebied in Europa van het Koninkrijk
België, het Groothertogdom Luxemburg en het Koninkrijk der Nederlanden.
De onderdanen van de Republiek Peru die houder zijn van een geldig nationaal diplomatiek
of speciaal paspoort kunnen voor een verblijf van ten hoogste drie maanden het Benelux-gebied
zonder visum binnenkomen op uitsluitend vertoon van dit paspoort.
De onderdanen van de Benelux-Staten die houder zijn van een geldig nationaal diplomatiek
of dienstpaspoort kunnen voor een verblijf van ten hoogste drie maanden het grondgebied
van de Republiek Peru zonder visum binnenkomen op uitsluitend vertoon van dit paspoort.
Met uitzondering van de ambtenaren van de diplomatieke en consulaire vertegenwoordigingen,
alsmede van de ambtenaren van internationale organisaties die zijn benoemd om hun
functie in één van de landen van de ondertekenende Regeringen uit te oefenen, dienen
de in de paragrafen 2 en 3 genoemde personen, voor een verblijf van meer dan drie maanden, hiertoe vóór hun
vertrek het visum te hebben verkregen door bemiddeling van de diplomatieke of consulaire
vertegenwoordiger van het land waarheen zij zich wensen te begeven.
Elke Regering behoudt zich het recht voor de toegang tot haar land te weigeren aan
personen die niet in het bezit zijn van de vereiste inreispapieren, die als ongewenst
zijn gesignaleerd of die beschouwd worden als personen die de openbare rust, de openbare
orde of de nationale veiligheid in gevaar kunnen brengen.
Behoudens de voorgaande bepalingen blijven de in de Benelux-Staten en de Republiek
Peru van kracht zijnde wetten en voorschriften met betrekking tot de toegang tot het
grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen, alsmede
met betrekking tot het verrichten van enigerlei arbeid onverlet.
Elke Regering verbindt zich ertoe te allen tijde en zonder formaliteiten de personen
over te nemen, die zijn binnengekomen op vertoon van een door de Belgische, Luxemburgse,
Nederlandse of Peruaanse autoriteiten afgegeven geldig nationaal diplomatiek, speciaal
of dienstpaspoort.
De ondertekenende Regeringen wisselen langs diplomatieke weg de specimina uit van
hun nieuwe of gewijzigde diplomatieke, speciale of dienstpaspoorten, alsmede de gegevens
betreffende het gebruik van deze paspoorten, zulks voorzover mogelijk 60 dagen vóór
deze in omloop worden gebracht.
Deze Overeenkomst treedt voor de duur van één jaar in werking op de eerste dag van
de tweede maand volgend op de dag van de laatste kennisgeving waaruit blijkt dat aan
alle grondwettelijke en wettelijke formaliteiten voor de inwerkingtreding ervan is
voldaan. Indien de Overeenkomst 30 dagen voor het verstrijken van die periode niet
is opgezegd, wordt zij geacht voor onbepaalde tijd te zijn verlengd.
Na het verstrijken van de eerste periode van een jaar kan elk der ondertekenende Regeringen
de Overeenkomst opzeggen door 30 dagen van tevoren de Belgische Regering daarvan mededeling
te doen.
De opzegging door een van de ondertekenende Regeringen heeft de beëindiging van de
Overeenkomst tot gevolg.
De Belgische Regering stelt de overige ondertekenende Regeringen in kennis van de
ontvangst van de in deze paragraaf bedoelde kennisgevingen alsmede van de in deze
paragraaf bedoelde mededeling.
Deze Overeenkomst kan door elk der Overeenkomstsluitende Partijen worden geschorst.
Van deze schorsing dient onverwijld via de diplomatieke kanalen kennis te worden gegeven
aan de Belgische Regering. Deze zal de overige ondertekenende Regeringen van de ontvangst
van deze kennisgeving op de hoogte stellen.
Hetzelfde geldt voor het ongedaan maken van de schorsing.
Wat het Koninkrijk der Nederlanden betreft, kan de toepassing van deze Overeenkomst
tot de Nederlandse Antillen en Aruba worden uitgebreid door kennisgeving van de Nederlandse
Regering aan de Regering van de Republiek Peru.