Preambule
De Lidstaten van de Raad van Europa die dit Handvest hebben ondertekend,
Overwegende dat het doel van de Raad van Europa is het tot stand brengen van een grotere
eenheid tussen zijn leden, vooral met het oog op het behoeden en verwezenlijken van
de idealen en beginselen die hun gemeenschappelijk erfdeel vormen;
Overwegende dat de bescherming van de historische regionale talen of talen van minderheden
in Europa, waarvan sommige geheel dreigen te verdwijnen bijdraagt aan de instandhouding
en ontwikkeling van de culturele rijkdom en tradities van Europa;
Overwegende dat het recht om een regionale taal of taal van een minderheid in het
particuliere en openbare leven te gebruiken een onvervreemdbaar recht is overeenkomstig
de beginselen neergelegd in het Internationaal Verdrag van de Verenigde Naties inzake burgerrechten en politieke rechten en in overeenstemming met het Verdrag van de Raad van Europa tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele
vrijheden;
Gelet op de werkzaamheden verricht binnen de CVSE en met name de Slotakte van Helsinki
van 1975 en het document van de Bijeenkomst van Kopenhagen van 1990;
De waarde van de wisselwerking tussen verschillende culturen en van meertaligheid
beklemtonende en overwegende dat de bescherming en bevordering van regionale talen
of talen van minderheden niet ten koste mag gaan van de officiële talen en van de
noodzaak deze te leren;
Zich ervan bewust dat de bescherming en bevordering van regionale talen of talen van
minderheden in de verschillende landen en regio's van Europa een belangrijke bijdrage
vormen aan de opbouw van een Europa dat is gegrondvest op de beginselen van democratie
en culturele verscheidenheid binnen het kader van nationale soevereiniteit en territoriale
integriteit;
In aanmerking nemende de specifieke omstandigheden en historische tradities in de
verschillende regio's van de Europese Staten,
Zijn het volgende overeengekomen: