4.5.1. Voorwerpen in de inrichting
(Op de navolgende bepalingen en onderwerpen na, aan de directeur)
Het is u toegestaan in uw verblijfsruimte kleding en schoeisel die u nodig heeft voor
dagelijks gebruik bij u te houden. De directeur bepaalt welke persoonlijke voorwerpen
u in uw verblijfsruimte mag houden.
In de inrichting geldt een algeheel verbod op kleding en schoeisel van merken die
genoemd worden op de door de inrichting opgestelde lijst met niet toegestane merken
of een waarde boven de € 250,– per stuk/per paar heeft. Deze waarde wordt door de
inrichting vastgesteld. U mag dergelijke kleding/schoeisel niet dragen of anderszins
in uw bezit hebben in de inrichting.
Voor sieraden en accessoires geldt dat u per type sieraad/accessoire één stuk in uw
bezit mag hebben en dat de gezamenlijke waarde van dergelijke voorwerpen niet hoger
mag zijn dan maximaal € 500,–.
Het is u alleen toegestaan om voorwerpen die op de lijst toegestane voorwerpen op
cel staan in uw verblijfsruimte te houden dan wel bij u te dragen, voor zover dit
zich verdraagt met de handhaving van de orde of de veiligheid in de inrichting en
de aansprakelijkheid van de directeur voor de voorwerpen.
Het is verboden om het blad De Vrije Zielen en opvolgers van het blad met gewijzigde
titel in de inrichting in bezit te hebben.
Het bezit van huisdieren is niet toegestaan.
De directeur kan op grond van het belang van de handhaving van de orde of de (brand)veiligheid
in de inrichting, dan wel de beperking van zijn aansprakelijkheid voor de voorwerpen,
bepalen dat u eerder toegestane voorwerpen niet (langer) in uw verblijfsruimte mag
houden.
Indien de directeur u toestemming verleent de door u gewenste voorwerpen bij u te
mogen te houden, dient u zich te realiseren dat het hier gaat om een gunst en niet
om een (verworven) recht. Dit houdt onder meer in dat indien u wordt overgeplaatst
naar een andere afdeling of andere inrichting deze voorwerpen niet zonder meer kunnen
worden meegenomen. U dient hiertoe wederom een verzoek in te dienen bij de directeur
van de afdeling of inrichting waar u wordt geplaatst.
Aan het door u bij zich mogen houden van voorwerpen kan de directeur voorwaarden verbinden
die het gebruik van en de aansprakelijkheid voor deze voorwerpen kunnen betreffen.
(goederen kunnen alleen worden ingevoerd door één van uw gescreende contactpersonen...)
(eigen-risicoverklaring)
In geval van vermissing of beschadiging van een voorwerp dat u met toestemming in
uw verblijfsruimte heeft dan wel bij zich draagt, is de directeur aansprakelijk tot
een maximaal bedrag van € 500,– per voorwerp. De directeur is niet aansprakelijk indien
de vermissing of beschadiging het gevolg is van uw eigen opzet of bewuste roekeloosheid.
Nadere regelgeving
-
– Penitentiaire beginselenwet; art. 29, vijfde lid, art. 31, derde lid, en art. 45
-
– Penitentiaire maatregel; art. 49
4.5.2. Geld
(Op de navolgende bepalingen en onderwerpen na, aan de directeur)
(geldzaken)
Het is niet toegestaan contant geld in uw bezit te hebben. Uw contante geld wordt
op een rekening-courant gezet.
Op uw rekening-courant mag maximaal een bedrag van € 250,– staan. Het is niet toegestaan
een negatief saldo te hebben op uw rekening-courant.
Indien bij u of in een voor u bestemde brief vreemde valuta worden aangetroffen, worden
deze voor u in de kas bewaard tot uw vertrek. Indien het gaat om euro’s, dan worden
deze geboekt op uw rekening-courant, voor zover daarbij het maximaal toegestane saldo
van € 250,– niet wordt overschreden. Als het maximaal toegestane saldo is bereikt
worden de overige euro’s voor u op een geblokkeerde rekening bewaard tot uw vertrek.
Op het moment van uw ontslag wordt maximaal € 250,– contant meegegeven.
Het geld dat zich op het moment van uw ontslag in de kas bevindt wordt gestort op:
(per inrichting verschillend)
Wanneer geld wordt overgeschreven naar uw rekening-courant door één van uw vijftien
gescreende contactpersonen, dan moet de afzender bij de overboeking uw achternaam,
uw voorletters en uw registratienummer vermelden. Zonder aanwezigheid van die gegevens
wordt de storting niet verwerkt en wordt het geld teruggestort naar de afzender.
Het aantal bankrekeningnummers waarnaar u geld mag overmaken is gelimiteerd tot de
bankrekeningnummers van de maximaal 15 gescreende contactpersonen. Zie voor de screeningsprocedure
paragraaf 2.4. Bovendien dient de overmaking een noodzakelijk re-integratiedoel te
dienen. Transacties voor bijvoorbeeld boetebetalingen of schulden zijn wel mogelijk.
Het is niet toegestaan geld over te maken naar een andere gedetineerde. Ook niet via
een tussenpersoon buiten de inrichting.
Het is niet toegestaan dat u via telebankieren of telefonisch geld overmaakt van uw
externe rekening naar uw rekening-courant.
Het gebruik van paysafecards of andere bankkaarten/betaalmiddelen is niet toegestaan.
Financiële transacties kunnen aanleiding geven tot nader onderzoek. De directeur beoordeelt
de noodzaak en kan bij twijfel de overboeking weigeren. Dit geldt zowel voor overboekingen
van uw rekening-courant als van het geblokkeerde tegoed.
Indien u geld uit het buitenland ontvangt is dit een financiële transactie.
Indien de financiële administratie een internationale postwissel of bankcheque voor
u moet inwisselen is uw handtekening vereist. De verwerking neemt ongeveer drie weken
in beslag.
Nadere regelgeving
4.5.3. Postzaken en correspondentie
(Op de navolgende bepalingen na, aan de directeur)
Algemeen
U heeft, behoudens de navolgende beperkingen, recht om post te ontvangen en te verzenden.
Indien u over onvoldoende gelden beschikt en niet in de gelegenheid bent inkomsten
te verwerven uit arbeid, wordt aan u, op uw verzoek, eenmaal per week de port voor
ten minste één brief van rijkswege verstrekt.
U dient zich tijdens het corresponderen te onthouden van uitspraken die de orde en
veiligheid in gevaar kunnen brengen, zoals de veiligheid/procedures die gelden binnen
de inrichting, alsmede het bekendmaken van de identiteit van de op de afdeling verblijvende
gedetineerden en/of werkzaam zijnde medewerkers.
Met het oog op de handhaving van de orde of de veiligheid in de inrichting, de bescherming
van de openbare orde of nationale veiligheid, de voorkoming of opsporing van strafbare
feiten of de bescherming van slachtoffers van of anderszins betrokkenen bij misdrijven,
is het aan u niet toegestaan om post te ontvangen van of te verzenden aan personen
die in een vorm van detentie verblijven.
De directeur is bevoegd enveloppen of andere poststukken, gericht aan u of afkomstig
van u op de aanwezigheid van bijgesloten voorwerpen te onderzoeken en deze hiertoe
te openen. De directeur mag dit doen in afwezigheid van u tenzij de enveloppen of
andere poststukken afkomstig zijn van of bestemd voor de zogenaamde geprivilegieerde
contacten, zoals uw aangewezen rechtsbijstandverlener, de Commissie van Toezicht of
de beklagcommissie. De directeur zal in die gevallen het onderzoek altijd in aanwezigheid
van u verrichten.
De directeur is eveneens bevoegd op de inhoud van brieven of andere poststukken, gericht
aan u of afkomstig van u, toezicht uit te oefenen tenzij de brieven of andere poststukken
afkomstig zijn van of gericht aan geprivilegieerde contacten, zoals uw aangewezen
rechtsbijstandverlener. Dit toezicht houdt onder meer in dat de directeur kan besluiten
brieven of andere poststukken te kopiëren. Over de wijze waarop toezicht wordt uitgeoefend,
wordt aan u van tevoren mededeling gedaan.
Door een daartoe aangewezen personeelslid vindt controle plaats op de envelop en de
inhoud van de aan u gerichte of afkomstige brieven, dan wel poststukken. De inhoud
van de brieven/poststukken wordt dus gelezen en, indien niet opgesteld in het Nederlands,
vertaald.
De directeur kan de verzending of uitreiking van bepaalde brieven of andere poststukken
alsmede bijgesloten voorwerpen weigeren, indien dit noodzakelijk is met het oog op
de handhaving van de orde of de veiligheid in de inrichting, de voorkoming of opsporing
van strafbare feiten, ter bescherming van slachtoffers van of anderszins betrokkenen
bij misdrijven. Te denken valt aan poststukken waarin racistische en/of beledigende
uitlatingen zijn opgenomen, of uitlatingen over een medegedetineerde worden gedaan.
Dit geldt echter niet voor verzending of uitreiking van brieven of andere poststukken,
alsmede bijgesloten voorwerpen gericht aan of afkomstig van geprivilegieerde contacten.
Wanneer voorwerpen worden aangetroffen die naar het oordeel van de directeur een gevaar
opleveren voor de orde en veiligheid in de inrichting, bijvoorbeeld paperclips, dan
worden deze ingenomen.
Niet-uitgereikte brieven of andere poststukken dan wel bijgesloten voorwerpen worden
onder afgifte van een bewijs van ontvangst teruggestuurd naar de afzender, hetzij
tot het einde van uw detentie ten behoeve van u bewaard, hetzij met uw toestemming
vernietigd, hetzij met het oog op de voorkoming of opsporing van strafbare feiten
aan een opsporingsambtenaar ter hand gesteld.
U biedt elke brief of ander poststuk aan in een open envelop, met uitzondering van
brieven of poststukken bestemd voor de zogenaamde geprivilegieerde contacten.
De te verzenden brief of het te verzenden poststuk dient u te voorzien van uw achternaam,
registratienummer en celnummer. U draagt zorg voor voldoende frankering.
Het is u niet toegestaan bestellingen te ontvangen van postorderbedrijven en uitgeverijen,
anders dan abonnementen op kranten of tijdschriften. Doet u dit toch, dan wordt de
bestelling op uw kosten geretourneerd.
Briefpapier en enveloppen kunt u uitsluitend in de inrichtingswinkel aanschaffen,
of kunnen in verband met het ontbreken van financiële middelen op uw verzoek door
de inrichting aan u worden verstrekt. Ansichtkaarten en postzegels kunnen uitsluitend
via de inrichtingswinkel worden aangeschaft. Het is u niet toegestaan blanco of voorgedrukt(e)
ansichtkaarten of briefpapier te ontvangen. Het is eveneens niet toegestaan om via
de post postzegels te ontvangen. U mag maximaal tien postzegels op uw cel hebben.
De overige postzegels worden voor uw eigen risico door het personeel opgeborgen. Het
onderling doorgeven van postzegels is niet toegestaan.
De voor u bestemde post wordt zo spoedig mogelijk na controle aan u uitgereikt.
Het is niet toegestaan om ingekomen relationele correspondentie uit te voeren.
Slechts geprivilegieerde post mag worden uitgevoerd. Zijn er door de rechter-commissaris
aan u beperkingen opgelegd met betrekking tot uw correspondentie, dan wordt uw in-
en uitgaande post eerst naar de rechter-commissaris gezonden.
Reguliere post
De inrichting gaat ervan uit dat niet geprivilegieerde correspondentie, door u te
verzenden of te ontvangen, is opgesteld in het Nederlands. Als dat niet zo is, dient
u aan te geven in welke taal (en eventuele bijzonderheden daarbij, bijvoorbeeld een
bepaald dialect) de correspondentie is opgesteld. Bezien zal worden of voor vertaling
kan worden gezorgd, waarna de correspondentie kan worden verzonden of ontvangen.
Geprivilegieerde post
Ten hoogste twee rechtsbijstandverleners mogen met u corresponderen (zie paragraaf 3.8.2).
Indien sprake is van een vervangende rechtsbijstandverlener of u heeft toestemming
gekregen voor een extra rechtsbijstandverlener, gelden dezelfde regels. Brieven of
andere poststukken, gericht aan of afkomstig van andere rechtsbijstandverleners dan
de aangewezen rechtsbijstandverleners worden niet aan u uitgereikt. Niet-uitgereikte
brieven worden onder afgifte van een bewijs van ontvangst teruggestuurd naar de afzender.
Indien uw post is gericht aan een geprivilegieerd contact, dient u dit duidelijk op
de envelop of op het poststuk te vermelden. Bij aan u geadresseerde geprivilegieerde
post tekent u in het bijzijn van het personeel voor het ontvangen van gesloten geprivilegieerde
post. Daarna zal deze aan u geadresseerde geprivilegieerde post in uw bijzijn door
het personeel worden geopend en gecontroleerd op de aanwezigheid van eventuele contrabande.
Na deze controle wordt de post aan u uitgereikt.
Indien er in deze geprivilegieerde post contrabande of zaken worden aangetroffen die
de orde of de veiligheid kunnen schaden – denk aan paperclips, stalen bindingen, etc –
zal het personeel u verzoeken deze goederen af te staan. Indien, en voor zover mogelijk,
zal het personeel voor vervangende materialen zorgen.
De door u te versturen geprivilegieerde post zal in uw bijzijn door het personeel
worden gecontroleerd op de aanwezigheid van eventuele contrabande. Na deze controle
dient u, onder toezicht van het personeel, de bewuste post in een geadresseerde enveloppe
te doen, af te sluiten en direct aan het personeel te overhandigen, die voor verzending
zal zorgdragen.
Wenst u poststukken aan een geprivilegieerd contact te voorzien van nietjes en/of
paperclips, dan dient u deze stukken met dat verzoek aan het dienstdoend personeel
te overhandigen. Deze zal de stukken zoals gewenst, indien mogelijk, in uw bijzijn
voorzien van nietjes of paperclips en zorgdragen voor verzending. U dient wel te beseffen
dat door het afgeven van deze poststukken het vertrouwelijke karakter hiervan wordt
opgeheven.
Nadere regelgeving
-
– Penitentiaire beginselenwet: art. 36, art. 37, art. 40a, art. 40d en art. 58
-
– Penitentiaire maatregel; art. 29, art. 30 en art. 31
-
– Regeling geprivilegieerde post gedetineerden