Verordening op de beroepsprofielen 2025

Wijziging(en) zonder datum inwerkingtreding aanwezig. Zie het wijzigingenoverzicht.
Geraadpleegd op 25-12-2025.
Geldend van 26-06-2025 t/m heden.

Verordening op de beroepsprofielen 2025

De ledenvergadering van de Nederlandse beroepsorganisatie van accountants;

Gelet op artikel 19, tweede lid, aanhef en onderdeel k van de Wet op het accountantsberoep;

Stelt de volgende verordening vast:

Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen

Artikel 1

[Wijziging(en) zonder datum inwerkingtreding aanwezig. Zie het wijzigingenoverzicht.]

In deze verordening wordt verstaan onder:

Artikel 2

De beroepsprofielen als bedoeld in artikel 19, tweede lid, onderdeel k van de wet bestaan uit de volgende onderdelen:

  • a. de werkvelden en werkzaamheden van de accountant;

  • b. de kerncompetenties van de accountant;

  • c. de opleiding tot accountant; en

  • d. de continue professionele ontwikkeling van de accountant.

Hoofdstuk 2. De werkvelden en werkzaamheden van de accountant

Artikel 3. de werkvelden van de accountant

  • 1 De meest voorkomende werkvelden zijn:

    • a. audit en assurance;

    • b. samenstelwerkzaamheden en advies;

    • c. finance en control; en

    • d. strategie en bestuur.

  • 2 Accountants kunnen, al dan niet gelijktijdig, werkzaam zijn in meerdere werkvelden.

Artikel 4. de werkzaamheden van de accountant

De werkzaamheden van de accountant worden gekenmerkt door het toevoegen van betrouwbaarheid aan financiële en niet-financiële informatie, processen en systemen en omvatten onder meer:

  • a. het wettelijk of anderszins controleren, het beoordelen, het samenstellen en het opstellen van financiële en niet-financiële bedrijfseconomische informatie;

  • b. het afgeven van accountantsverklaringen;

  • c. het verrichten van specifieke onderzoeken; en

  • d. administratieve dienstverlening en advisering.

Hoofdstuk 3. De kerncompetenties van de accountant

Artikel 5

Accountants geven rekenschap van de maatschappelijke rol van de accountant, voeren hun professionele diensten uit vanuit de fundamentele beginselen, bedoeld in artikel 2 van de Verordening gedrags- en beroepsregels accountants, en handelen in het algemeen belang. De kerncompetenties van de accountant zijn:

  • professionele oordeels- en besluitvorming;

  • vaktechnische kennis en kunde;

  • ethisch handelen;

  • onderzoekende geest;

  • maatschappelijke oriëntatie;

  • lerend en reflectief vermogen;

  • leiderschap en verantwoordelijkheid;

  • multidisciplinair samenwerken; en

  • professioneel communicatief.

Hoofdstuk 4. De opleiding tot accountant

Artikel 6

De opleiding tot accountant leidt op tot een beroepsbeoefenaar die in staat is te voldoen aan de eisen die de maatschappij en de wet- en regelgeving voor accountants aan de uitoefening van het beroep stelt.

Artikel 7

[Wijziging(en) zonder datum inwerkingtreding aanwezig. Zie het wijzigingenoverzicht.]

De opleiding tot accountant biedt tevens de mogelijkheid voor een opleiding tot accountant die:

  • a. zonder aantekening in het accountantsregister wordt ingeschreven; of

  • b. [Red: dit onderdeel is nog niet in werking getreden.]

Artikel 8

  • 1 De opleiding tot accountant die in het accountantsregister met aantekening wordt ingeschreven met de beroepstitel Registeraccountant, is tevens een opleiding:

Hoofdstuk 5. De continue professionele ontwikkeling van de accountant

Artikel 9

De accountant wordt opgeleid tot een professional met een diepgaand besef van het belang om ook na afronding van de opleiding te blijven werken aan de eigen continue professionele ontwikkeling.

Hoofdstuk 6. Slotbepalingen

Artikel 10

De Verordening op de beroepsprofielen zoals deze luidde voor de inwerkingtreding van deze verordening, blijft van toepassing op de eindtermen welke voor de inwerkingtreding van deze verordening door de Commissie eindtermen accountantsopleiding als bedoeld in artikel 49, eerste lid, van de wet zijn vastgesteld.

Artikel 12

Deze verordening treedt in werking op de dag na publicatie in de Staatscourant met uitzondering van artikel 1, onderdeel d en artikel 7, onderdeel b die in werking treden op het moment waarop de artikelen II, III en IV van de Wet implementatie richtlijn duurzaamheidsrapportering in werking treden.