Verordening accountantsorganisaties 2025

Geraadpleegd op 25-12-2025.
Geldend van 01-01-2025 t/m heden.

Verordening accountantsorganisaties 2025

De ledenvergadering van de Nederlandse beroepsorganisatie van accountants;

Gelet op artikel 19, eerste lid en tweede lid, onderdeel b, van de Wet op het accountantsberoep;

Overwegende dat het wenselijk is de bestaande regels inzake de onafhankelijkheid, het stelsel van kwaliteitsbeheersing en de integere bedrijfsvoering van accountantsorganisaties te herzien,

Overwegende dat de International Auditing and Assurance Standards Board nieuwe standaarden rondom de kwaliteit van de beroepsuitoefening in 2022 heeft uitgebracht, waarmee kwaliteitsmanagement is ingevoerd ter vervanging van vereisten rondom kwaliteitsbeheersing;

Overwegende dat de invoering van die internationale standaarden in Nederland meer handvatten aan accountantsorganisaties geeft over kwaliteitsmanagement, wat daarbij kan bijdragen aan het borgen en verhogen van de kwaliteit van wettelijke controles, en in de nabije toekomst de kwaliteit van assurance-onderzoeken van duurzaamheidsrapportering.

Stelt de volgende verordening vast:

Hoofdstuk 1. Definities

Artikel 1

In deze verordening en daarop berustende bepalingen wordt, voor zover niet anders is bepaald, verstaan onder:

Hoofdstuk 2. Kwaliteitsmanagementsysteem

Artikel 2

  • 1 De accountantsorganisatie beschikt over een kwaliteitsmanagementsysteem dat is afgestemd op de aard en omstandigheden van de accountantsorganisatie en van haar opdrachten.

  • 2 Een kwaliteitsmanagementsysteem omvat tenminste de volgende componenten:

    • a. het risico-inschattingsproces van de accountantsorganisatie;

    • b. governance en leiding;

    • c. relevante ethische voorschriften;

    • d. aanvaarding en continuering van cliëntrelaties en specifieke opdrachten;

    • e. opdrachtuitvoering;

    • f. middelen;

    • g. informatie en communicatie; en

    • h. het monitoring- en herstelproces.

Artikel 3

  • 1 De accountantsorganisatie zorgt ervoor dat zij ter zake van het risico van beroepsaansprakelijkheid van haarzelf en van de bij haar werkzame of aan haar verbonden medewerkers en andere personen in redelijke mate is verzekerd.

  • 2 De op grond van het bepaalde in het eerste lid te sluiten verzekering voor de beroepsaansprakelijkheid van een accountantsorganisatie en van de bij haar werkzame of aan haar verbonden medewerkers en andere personen voldoet ten minste aan de volgende eisen:

    • a. de verzekering wordt aangegaan met een verzekeraar van wie het aannemelijk is dat deze voldoet aan redelijkerwijs te stellen eisen van solvabiliteit;

    • b. de verzekering biedt jaarlijks dekking voor ten minste tweemaal het verzekerd bedrag per aanspraak;

    • c. het verzekerd bedrag per aanspraak bedraagt:

      • 1. bij een jaaromzet tot € 500.000, ten minste € 300.000;

      • 2. bij een jaaromzet van € 500.000 tot € 1.000.000, ten minste € 500.000;

      • 3. bij een jaaromzet van € 1.000.000 tot € 2.500.000, ten minste € 1.250.000;

      • 4. bij een jaaromzet van € 2.500.000 of meer, ten minste € 3.000.000.

    • d. boven de in onderdeel c genoemde minimumbedragen bepaalt de accountantsorganisatie de wijze waarop financiële risico's kunnen worden opgevangen en de hoogte van de dekking van de verzekering, met dien verstande dat sprake is van een redelijke dekking van de risico's;

    • e. het eigen risico per aanspraak is zodanig vastgesteld dat de solvabiliteit van de accountantsorganisatie niet in gevaar komt. Daartoe bedraagt het eigen risico bij een jaaromzet tot € 2.500.000, maximaal € 25.000. Bij een jaaromzet van meer dan € 2.500.000 bepaalt de accountantsorganisatie zelf de hoogte van het eigen risico;

    • f. onder de dekking van de verzekering vallen alle werkzaamheden die door de accountantsorganisatie worden verricht, ongeacht door wie de claim wordt ingediend;

    • g. de verzekering heeft ten minste Europa als dekkingsgebied;

    • h. de accountantsorganisatie zorgt ervoor dat haar inloop- en uitlooprisico's gedurende ten minste twee jaren zijn gedekt;

    • i. de verzekering dekt tevens de beroepsaansprakelijkheid van de accountantsorganisatie voor de personen die onder haar verantwoordelijkheid werkzaam zijn, voor de personen die haar werkzaamheden of de werkzaamheden van medewerkers van de accountantsorganisatie waarnemen en voor derden die betrokken zijn bij de werkzaamheden die door de accountantsorganisatie worden verricht;

    • j. de verzekering dekt de kosten van benodigde juridische bijstand in het kader van het in procedures te voeren verweer.

  • 3 De accountantsorganisatie beoordeelt te allen tijde of er specifieke omstandigheden zijn die het noodzakelijk maken naar boven toe af te wijken van de minimumeisen, bedoeld in het tweede lid.

  • 4 Het bestuur is bevoegd op een schriftelijk en gemotiveerd verzoek van de accountantsorganisatie ontheffing te verlenen van het bepaalde in het eerste lid op grond van het feit dat de personen die het dagelijks beleid van de accountantsorganisatie bepalen erkende gemoedsbezwaren hebben tegen elke vorm van verzekering. Het bestuur kan aan deze ontheffing voorwaarden verbinden.

Artikel 4

  • 1 De accountantsorganisatie regelt op adequate wijze de waarneming van de uitvoering van een wettelijke controle in geval van ontstentenis, belet of langdurige arbeidsongeschiktheid van een bij haar werkzame of aan haar verbonden externe accountant.

  • 2 Waarneming kan uitsluitend geschieden door een andere externe accountant die werkzaam is bij of verbonden is aan dezelfde accountantsorganisatie.

Artikel 5

De accountantsorganisatie treft zodanige voorzieningen dat in geval van het overlijden van een bij haar werkzame of aan haar verbonden externe accountant een juiste afwikkeling van de beroepsuitoefening is gewaarborgd.

Hoofdstuk 3. Onafhankelijkheid

Paragraaf 3.1. Algemene bepalingen onafhankelijkheid

Artikel 6

Dit hoofdstuk is niet van toepassing op betrekkingen tussen een in het buitenland gevestigd onderdeel van het netwerk of een daaraan verbonden persoon en:

  • a. een in het buitenland gevestigde verbonden derde;

  • b. een persoon verbonden aan een in het buitenland gevestigde verbonden derde,

als de externe accountant vaststelt dat identificatie en beoordeling van een bedreiging als gevolg van die betrekkingen en het nemen van een maatregel plaatsvindt aan de hand van regels die ten minste gelijkwaardig zijn aan de Code of Ethics van the International Ethics Standards Board for Accountants.

Artikel 7

  • 1 De accountantsorganisatie die op grond van een zwaarwegend maatschappelijk belang een wettelijke controle continueert in een situatie waarin zij door een uitzonderlijke omstandigheid niet langer voldoet aan bij of krachtens de wet of de Wet op het accountantsberoep gestelde regels aan onafhankelijkheid, wordt geacht de onafhankelijke uitvoering van de wettelijke controle te waarborgen als:

    • a. de met governance belaste personen, bedoeld in artikel 1 van de ViO, het continueren van de wettelijke controle schriftelijk bevestigen;

    • b. zij met de Autoriteit Financiële Markten onverwijld schriftelijk overeenstemming bereikt over de te nemen maatregel; en

    • c. de overeengekomen maatregel wordt genomen.

  • 2 De accountantsorganisatie ziet er op toe dat de op grond van het eerste lid verkregen bevestiging en overeenstemming in overeenstemming met artikel 15 van de ViO wordt gedocumenteerd.

Paragraaf 3.2. Aanvullende bepalingen onafhankelijkheid

Artikel 8

De accountantsorganisatie die heeft besloten een lopende wettelijke controle tussentijds te beëindigen vanwege een juridische procedure als bedoeld in artikel 45, tweede lid, van de ViO:

  • a. overlegt alvorens zij de opdracht beëindigt met de Autoriteit Financiële Markten over het moment en de wijze waarop de overgang van de wettelijke controle naar een andere accountantsorganisatie wordt gerealiseerd;

  • b. bepaalt of zij gedurende het overleg werkzaamheden uitvoert met betrekking tot die wettelijke controle, waarbij ze artikel 7 in acht neemt.

Artikel 9

De accountantsorganisatie waarborgt dat een externe accountant die bij een wettelijke controle gebruik maakt van de werkzaamheden van interne auditors van de controlecliënt als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel e, van de wet dit doet op de manier zoals genoemd in Standaard 610, paragraaf 1, sub a, NV COS.

Hoofdstuk 4. Wijzigingen en intrekking van regelingen

Artikel 11

In artikel 24 van de Verordening gedrags- en beroepsregels wordt na de eerste zin een zin ingevoegd, luidende: Nadere voorschriften ten aanzien van het beginsel van vakbekwaamheid en zorgvuldigheid kunnen in het bijzonder betrekking hebben op naleving van door het bestuur aan te wijzen kwaliteitsmanagementstandaarden.

Hoofdstuk 5. Slotbepalingen

Artikel 12

Het bestuur kan nadere voorschriften vaststellen aangaande de onafhankelijkheid, het kwaliteitsmanagementsysteem en de integere bedrijfsvoering van een accountantsorganisatie. Deze voorschriften kunnen in het bijzonder betrekking hebben op naleving van door het bestuur aan te wijzen kwaliteitsmanagementstandaarden.

Artikel 13

Deze verordening treedt in werking op 1 januari 2025. In het geval de Staatscourant waarin deze verordening wordt gepubliceerd verschijnt na 31 december 2024, dan treedt de verordening in werking op de dag na publicatie in de Staatscourant en werkt terug tot 1 januari 2025.

Artikel 14

De VAO zoals deze luidde tot de inwerkingtreding van deze verordening blijft tot 1 januari 2026 van toepassing op accountantsorganisaties met een vergunning die niet mede strekt tot het verrichten van wettelijke controles bij organisaties van openbaar belang.

Artikel 15

Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening accountantsorganisaties 2025, bij afkorting VAO 2025.