Regeling specifieke uitkeringen gebiedsinvesteringen Net op Zee

[Regeling vervalt per 01-01-2038.]
Geraadpleegd op 20-05-2025.
Geldend van 21-11-2024 t/m heden

Regeling van de Minister van Klimaat en Groene Groei van 18 november 2024, nr. WJZ/ 89799993, houdende regels voor het verstrekken van specifieke uitkeringen in verband met de gebiedsinvesteringen Net op Zee (Regeling specifieke uitkeringen gebiedsinvesteringen Net op Zee)

Artikel 1

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • bestuursakkoord inzake gebiedsinvesteringen Net op Zee: convenant dat door de Minister en de bestuurders in de regio’s, genoemd in artikel 2, eerste lid, is gesloten om de nadelige effecten van de aanlanding van de netaansluitingen van de windparken op zee in de aanlandlocatie in een regio te mitigeren en om de kwaliteit van de leefomgeving in die regio te verbeteren;

  • Minister: Minister van Klimaat en Groene Groei;

  • regio: regio, genoemd in artikel 2, eerste lid, waarmee een bestuursakkoord inzake gebiedsinvesteringen Net op Zee is afgesloten en waarbinnen de middelen van de specifieke uitkering wordt besteed;

  • regio Zeeland: provincie Zeeland en gemeentes Borsele, Vlissingen, Middelburg, Goes, Noord Beveland, Veere, Kapelle en Reimerswaal;

  • regio Maasvlakte: gemeentes Rotterdam en Voorne aan Zee;

  • regio Noordzeekanaalgebied: provincie Noord-Holland en gemeentes Velsen, Beverwijk, Heemskerk, Zaanstad en Haarlemmermeer;

  • regio PAWOZ-Eemshaven: provincie Groningen en gemeentes Hogeland, Schiermonnikoog en Eemsdelta;

  • regio Moerdijk, Geertruidenberg, Drimmelen en Oosterhout: provincie Noord-Brabant en gemeentes Moerdijk, Geertruidenberg, Drimmelen en Oosterhout;

  • regiokassier: provincie Zeeland voor de regio Zeeland, gemeente Rotterdam voor de regio Maasvlakte, provincie Noord-Holland voor de regio Noordzeekanaalgebied, provincie Groningen voor de regio PAWOZ-Eemshaven en provincie Noord-Brabant voor de regio Moerdijk, Geertruidenberg, Drimmelen en Oosterhout;

  • regioplan inzake gebiedsinvesteringen Net op Zee: gebiedsplan opgesteld door een regio, genoemd in artikel 2, eerste lid, ter uitvoering van mijlpalen 7 en 8 van het herstel- en veerkrachtplan voor Nederland inzake het mitigeren van nadelige effecten van de aanlanding van de netaansluitingen van de windparken op zee en de verbetering van de leefomgeving in de desbetreffende regio;

  • uitvoeringsbesluit: Uitvoeringsbesluit van de Raad van 4 oktober 2022 betreffende de goedkeuring van de beoordeling van het herstel- en veerkrachtplan voor Nederland (ST 12275/2022; ST 12275/2022 ADD 1) (niet gepubliceerd).

Artikel 2

  • 1 De Minister kan overeenkomstig het bestuursakkoord gebiedsinvesteringen Net op Zee met elk van de onderscheiden regio’s een specifieke uitkering verstrekken aan:

    • a. de provincie Zeeland voor de uitvoering van acties uit het Regioplan gebiedsinvesteringen Net op Zee Zeeland van de regio Zeeland;

    • b. de gemeente Rotterdam voor de uitvoering van acties uit het Regioplan gebiedsinvesteringen Net op Zee Maasvlakte van de regio Maasvlakte;

    • c. de provincie Noord-Holland voor de uitvoering van acties uit het Regioplan gebiedsinvesteringen Net op Zee Noordzeekanaalgebied van de regio Noordzeekanaalgebied;

    • d. de provincie Groningen voor de uitvoering van de acties in de regio PAWOZ-Eemshaven voor de uitvoering van acties uit het Regioplan gebiedsinvesteringen Net op Zee PAWOZ-Eemshaven;

    • e. de provincie Noord-Brabant voor de uitvoering van de acties in de regio Moerdijk, Geertruidenberg, Drimmelen en Oosterhout voor de uitvoering van acties uit het Regioplan gebiedsinvesteringen Net op Zee Moerdijk, Geertruidenberg, Drimmelen en Oosterhout;

  • 2 De ontvanger van de specifieke uitkering, bedoeld in het eerste lid, bestemt als regiokassier de middelen van de specifieke uitkering voor projecten en kosten per gemeente of provincie overeenkomstig de verdeling van de middelen in bijlage I.

  • 3 De specifieke uitkering wordt verstrekt voor verplichtingen die zijn of worden aangegaan in de periode van 1 februari 2020 tot en met 31 maart 2026.

  • 4 De specifieke uitkering wordt niet verstrekt voor kosten die reeds uit andere hoofde zijn of worden gesubsidieerd.

  • 5 De uitvoeringsperiode betreft voor de regio’s Zeeland en Maasvlakte de kalenderjaren 2020 tot en met 2030, betreft voor de regio Moerdijk, Geertruidenberg, Drimmelen en Oosterhout de kalenderjaren 2020 tot en met 2034, betreft voor de regio PAWOZ-Eemshave de kalenderjaren 2020 tot en met 2035 en betreft voor de regio Noordzeekanaalgebied de kalenderjaren 2020 tot en met 2037.

Artikel 3. Uitkeringsplafond en BTW

  • 1 Het uitkeringsplafond van de specifieke uitkeringen, bedoeld in artikel 2, eerste lid, gezamenlijk bedraagt € 210 miljoen, inclusief BTW.

Artikel 4. Verplichtingen

  • 1 De ontvanger van de specifieke uitkering draagt verantwoordelijkheid voor de besteding van de middelen overeenkomstig deze regeling en legt twee keer per jaar hierover verantwoording af met gebruikmaking van een middel dat door de Minister beschikbaar wordt gesteld.

  • 2 De regio wendt de specifieke uitkering zodanig aan dat geen sprake is van ongeoorloofde verlening van staatssteun.

  • 4 De regio beantwoordt aan Verordening (EU) 2020/852 van het Europees parlement en de raad van 18 juni 2020 betreffende de totstandbrenging van een kader ter bevordering van duurzame beleggingen en tot wijziging van Verordening (EU) 2019/2088 (PbEU L 198/13).

  • 6 In de beschikking tot verstrekking van de specifieke uitkering kunnen nadere voorwaarden en verplichtingen voor de regio worden opgenomen.

Artikel 5. Betaling

  • 1 De Minister verleent de ontvanger van de specifieke uitkering, bedoeld in artikel 2, eerste lid, in de beschikking tot vertrekking van de specifieke uitkering voorschotten in twee of drie jaarlijkse termijnen van 2024 tot en met 2026.

  • 2 Uiterlijk op 1 september van de kalenderjaren 2025 en 2026 dient de ontvanger van de specifieke uitkering ten aanzien van de op grond van artikel 2, eerste lid, verstrekte specifieke uitkering een voorstel in voor de verdeling van het voorschot over de acties uit het regioplan gebiedsinvesteringen Net op Zee van de desbetreffende regio. De Minister neemt de acties en de verdeling van de uitkering over de acties per kalenderjaar op in bijlage II.

Artikel 6. Verantwoording

  • 1 De ontvanger van de specifieke uitkering verantwoordt de besteding van de specifieke uitkering uiterlijk op 15 juli van het jaar volgend op het begrotingsjaar, zoals geregeld in artikel 17a van de Financiële-verhoudingswet.

Artikel 7. Vaststelling

De Minister stelt de uitkering binnen 22 weken nadat de Minister de verantwoordingsinformatie, bedoeld in artikel 17a van de Financiële-verhoudingswet van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties heeft ontvangen, ambtshalve overeenkomstig de verlening vast, tenzij:

  • a. de activiteiten waarvoor de specifieke uitkering is verleend, niet of niet volledig hebben plaatsgevonden, of

  • b. niet is voldaan aan de verplichtingen, bedoeld in artikel 4.

Artikel 8. Terugvordering

Indien uit de verantwoordingsinformatie bedoeld in artikel 6 blijkt dat de specifieke uitkering in de uitvoeringsperiode niet volledig is besteed aan uitvoeringsactiviteiten waarvoor deze is verstrekt, of onrechtmatig is besteed, kan de uitkering ter hoogte van het niet of onrechtmatig bestede deel door de Minister worden teruggevorderd. De Minister doet binnen een jaar na ontvangst van de verantwoordingsinformatie mededeling van de terugvordering aan de ontvanger van de specifieke uitkering.

Artikel 9. Inwerkingtreding en horizon

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en vervalt met ingang van 1 januari 2038, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op specifieke uitkeringen die voor die datum zijn verleend.

Artikel 10. Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling specifieke uitkeringen gebiedsinvesteringen Net op Zee.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

’s-Gravenhage, 18 november 2024

De Minister van Klimaat en Groene Groei,

S.Th.M. Hermans

Bijlage I. bij artikel 2, tweede lid

Verdeling middelen specifieke uitkering gebiedsinvesteringen Net op Zee naar provincie of gemeente onderverdeeld

  • 1) Regio Zeeland totaal € 50.000.000

    Provincie Zeeland € 7.500.000

    Gemeente Borsele € 21.452.106

    Gemeente Vlissingen € 1.372.128

    Gemeente Middelburg € 4.673.422

    Gemeente Goes € 1.793.712

    Gemeente Noord Beveland € 1.751.073

    Gemeente Veere € 3.735.129

    Gemeente Kapelle € 2.104.281

    Gemeente Reimerswaal € 5.618.149

  • 2) Regio Maasvlakte totaal € 10.000.000

    Gemeente Rotterdam € 5.000.000

    Gemeente Voorne aan Zee € 5.000.000

  • 3) Regio Noordzeekanaalgebied totaal € 50.000.000

    Provincie Noord-Holland € 3.000.000

    Gemeente Velsen € 23.950.000

    Gemeente Beverwijk € 11.850.000

    Gemeente Heemskerk € 1.100.000

    Gemeente Zaanstad € 9.500.000

    Gemeente Haarlemmermeer € 600.000

  • 4) Regio Moerdijk/Geertruidenberg/Drimmelen en Oosterhout totaal € 50.000.000

    Provincie Noord-Brabant € 10.600.000

    Gemeente Moerdijk € 11.700.000

    Gemeente Geertruidenberg € 11.700.000

    Gemeente Drimmelen € 11.700.000

    Gemeente Oosterhout € 4.300.000

  • 5) Regio PAWOZ-Eemshaven totaal € 50.000.000

    Provincie Groningen € 5.000.000

    Gemeente Hogeland € 31.000.000

    Gemeente Schiermonnikoog € 10.000.000

    Gemeente Eemsdelta € 4.000.000