Regeling vaststelling schoolvakanties 2025–2030

[Regeling vervalt per 01-10-2030.]
Geraadpleegd op 24-12-2025.
Geldend van 01-08-2025 t/m heden.

Regeling van de Minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs van 7 juni 2024, nr. 46071358, houdende regels voor de vaststelling van de kerstvakantie 2025, 2026, 2027, 2028, en 2029, de meivakantie in 2026, 2027, 2028, 2029 en 2030 en de spreiding en vaststelling van de zomervakantie 2026, 2027, 2028, 2029 en 2030 (Regeling vaststelling schoolvakanties 2025–2030)

Artikel 1. Begripsomschrijvingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

Artikel 2. Regio's en perioden voor de zomervakantie en voor de grote vakantie

Voor de vaststelling van de perioden van de zomervakantie of van de grote vakantie, bedoeld in artikel 6, behoort een school tot één van de regio's. De plaats van vestiging is bepalend voor de regio waartoe een school behoort. Indien een school vestigingen heeft in meer dan één regio, behoort elke vestiging tot de regio waarin ze is gelegen.

Artikel 3. Regio-indeling

De regio's zijn:

  • a. Regio Noord, bestaande uit:

    • 1°. De provincie Groningen;

    • 2°. De provincie Friesland;

    • 3°. De provincie Drenthe;

    • 4°. De provincie Overijssel;

    • 5°. De provincie Flevoland, met uitzondering van de gemeente Zeewolde;

    • 6°. De provincie Noord-Holland;

    • 7°. Wat betreft de provincie Gelderland, de gemeente Hattem;

    • 8°. Wat betreft de provincie Utrecht, de gemeente Eemnes en de voormalige gemeente Abcoude;

  • b. Regio Midden, bestaande uit:

    • 1°. De provincie Utrecht, met uitzondering van de gemeente Eemnes en de voormalige gemeente Abcoude;

    • 2°. De provincie Zuid-Holland;

    • 3°. Wat betreft de provincie Flevoland, de gemeente Zeewolde;

    • 4°. Wat betreft de provincie Gelderland, de gemeenten Aalten, Apeldoorn, Barneveld, Berkelland, Bronckhorst, Brummen, Buren, Culemborg, Doetinchem, Ede, Elburg, Epe, Ermelo, Geldermalsen, Harderwijk, Heerde, Lingewaal, Lochem, Montferland, met uitzondering van de voormalige gemeenten Didam, Neder-Betuwe, met uitzondering van de voormalige gemeenten Dodewaard, Neerijnen, Nijkerk, Nunspeet, Oldebroek, Oost-Gelre, Oude IJsselstreek, Putten, Scherpenzeel, Tiel, Voorst, Wageningen, Winterswijk en Zutphen;

    • 5°. Wat betreft de provincie Noord-Brabant, de gemeente Altena, met uitzondering van de voormalige gemeente Aalburg en de kernen Hank en Dussen;

  • c. Regio Zuid, bestaande uit:

    • 1°. De provincie Limburg;

    • 2°. De provincie Noord-Brabant, met uitzondering van de gemeente Altena, voor zover het betreft de voormalige gemeente Aalburg en de kernen Hank en Dussen;

    • 3°. De provincie Zeeland;

    • 4°. Wat betreft de provincie Gelderland, de gemeenten Arnhem, Berg en Dal, Beuningen, Doesburg, Druten, Duiven, Heumen, Neder-Betuwe, voor zover het betreft de voormalige gemeenten Dodewaard, Lingewaard, Maasdriel, Montferland, voor zover het betreft de voormalige gemeente Didam, Nijmegen, Overbetuwe, Renkum, Rheden, Rijnwaarden, Rozendaal, Westervoort, West Maas en Waal, Wijchen, Zaltbommel en Zevenaar;

  • d. Regio Caribisch Nederland, bestaande uit de openbare lichamen:

    • 1°. Bonaire

    • 2°. Sint-Eustatius

    • 3°. Saba.

Artikel 4. Samenvoeging gemeenten

Bij samenvoeging van gemeenten na publicatie van deze regeling behoort de nieuw te vormen gemeente tot dezelfde regio als die waartoe de samengevoegde gemeenten behoorden. Als de samen te voegen gemeenten tot verschillende regio’s behoorden, beslist de Minister tot welke regio de nieuwe gemeente gaat behoren. Voordat de Minister definitief beslist, wordt het college van burgemeester en wethouders van de nieuwe gemeente gehoord.

Artikel 5. De kerst- en meivakanties 2025 tot en met 2030

De perioden voor de kerst- en meivakanties worden voor de jaren 2025 tot en met 2030 voor alle scholen als volgt vastgesteld, met uitzondering van de scholen in de regio Caribisch Nederland.

Schooljaar 2025–2026

Vakantie

Data

Kerst

20 december 2025 t/m 4 januari 2026

Mei

25 april t/m 3 mei 2026

Schooljaar 2026–2027

Vakantie

Data

Kerst

19 december 2026 t/m 3 januari 2027

Mei

24 april t/m 2 mei 2027

Schooljaar 2027–2028

Vakantie

Data

Kerst

25 december 2027 t/m 9 januari 2028

Mei

29 april t/m 7 mei 2028

Schooljaar 2028–2029

Vakantie

Data

Kerst

23 december 2028 t/m 7 januari 2029

Mei

28 april t/m 6 mei 2029

Schooljaar 2029–2030

Vakantie

Data

Kerst

22 december 2029 t/m 6 januari 2030

Mei

27 april t/m 5 mei 2030

Artikel 6. De zomervakanties en de grote vakanties 2026, 2027, 2028, 2029 en 2030

De perioden voor de zomervakanties, respectievelijk voor de grote vakanties in Caribisch Nederland, worden voor de jaren 2026, 2027, 2028, 2029 en 2030 voor alle scholen als volgt vastgesteld:

Schooljaar 2025–2026

Regio Noord

4 juli t/m 16 augustus 2026

Regio Midden

18 juli t/m 30 augustus 2026

Regio Zuid

Regio Caribisch Nederland

11 juli t/m 23 augustus 2026

4 juli t/m 16 augustus 2026

Schooljaar 2026–2027

Regio Noord

10 juli t/m 22 augustus 2027

Regio Midden

17 juli t/m 29 augustus 2027

Regio Zuid

Regio Caribisch Nederland

24 juli t/m 5 september 2027

10 juli t/m 22 augustus 2027

Schooljaar 2027–2028

Regio Noord

15 juli t/m 27 augustus 2028

Regio Midden

8 juli t/m 20 augustus 2028

Regio Zuid

Regio Caribisch Nederland

22 juli t/m 3 september 2028

8 juli t/m 20 augustus 2028

Schooljaar 2028–2029

Regio Noord

21 juli t/m 2 september 2029

Regio Midden

7 juli t/m 19 augustus 2029

Regio Zuid

Regio Caribisch Nederland

14 juli t/m 26 augustus 2029

7 juli t/m 19 augustus 2029

Schooljaar 2029–2030

Regio Noord

20 juli t/m 1 september 2030

Regio Midden

13 juli t/m 25 augustus 2030

Regio Zuid

Regio Caribisch Nederland

6 juli t/m 18 augustus 2030

6 juli t/m 18 augustus 2030

Artikel 7. Mogelijkheden om af te wijken van de regio’s, de zomervakantie en de grote vakantie

  • 1 Het bevoegd gezag van een school voor basisonderwijs en een school voor speciaal onderwijs kan de periode van de zomervakantie of van de grote vakantie, bedoeld in artikel 6, verlengen met ten hoogste twee dagen voorafgaand aan die periode en met ten hoogste twee dagen na die periode.

  • 2 Indien meer dan de helft van de leerlingen van de school in een andere regio woont dan de regio waar de school gevestigd is, kan het bevoegd gezag, in afwijking van artikel 2, beslissen dat de vestiging van de school voor het vaststellen van de zomervakantie behoort tot de regio waarin het merendeel van de leerlingen woont. Voor de vaststelling van het aantal leerlingen wordt uitgegaan van het aantal leerlingen dat in het voorafgaande schooljaar op 1 oktober bij de vestiging stond ingeschreven.

  • 3 In afwijking van artikel 2 kan het bevoegd gezag van een school voor basisonderwijs, een school voor speciaal onderwijs, een school voor voortgezet speciaal onderwijs, een school voor speciaal en voortgezet speciaal onderwijs of een instelling voor speciaal en voortgezet speciaal onderwijs, indien gedurende drie achtereenvolgende schooljaren telkens meer dan zeventig procent van de leerlingen is doorgestroomd naar scholen voor voortgezet onderwijs in een andere regio dan die van de school, met ingang van het daaropvolgend schooljaar de zomervakantie vaststellen als in artikel 6 is bepaald voor die andere regio.

  • 4 In afwijking van artikel 2 kan het bevoegd gezag van een school voor voortgezet onderwijs met een tijdelijke nevenvestiging of nevenvestiging in een andere regio dan die van de hoofdvestiging, voor deze school de periode van de zomervakantie, bedoeld in artikel 6, zodanig vaststellen dat die periode niet eerder begint dan de vroegste periode en niet later eindigt dan de laatste periode van een van de vestigingen.

  • 6 In afwijking van artikel 6 hebben in de gemeenten Vlieland, Terschelling, Ameland en Schiermonnikoog de zomervakanties op de scholen voor basisonderwijs en de scholen voor voortgezet onderwijs een duur van vijf weken. Deze gemeenten volgen de startdatum van de vakanties van regio Noord.

Artikel 8. Afwijkingen op verzoek

De Minister kan op aanvraag van het bevoegd gezag van een school in bijzondere omstandigheden afwijking toestaan van de perioden, bedoeld in de artikelen 5 en 6.

Artikel 9. Korter schooljaar in verband met spreiding zomervakanties

In afwijking van 2.39, eerste lid, van de Wet voortgezet onderwijs 2020, wordt op scholen voor voortgezet onderwijs in de regio waar een schooljaar vanwege de spreiding van de zomervakanties op grond van deze regeling korter duurt dan in de andere regio’s, in dat schooljaar op ten minste 184 dagen onderwijs verzorgd.

Artikel 10. Inwerkingtreding en horizonbepaling

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 augustus 2025 en vervalt met ingang van 1 oktober 2030.

Artikel 11. Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling vaststelling schoolvakanties 2025–2030.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs,

M.L.J. Paul