BAC Onderwijsraad 2024

[Regeling vervalt per 01-07-2025.]
Geraadpleegd op 30-04-2025.
Geldend van 18-05-2024 t/m heden

Besluit van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 8 mei 2024, nr. KENNIS/45727657), houdende instelling van een adviescommissie voor de benoeming van de voorzitter en leden van de Onderwijsraad (BAC Onderwijsraad 2024)

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

Gelet op artikel 2 van het Besluit vergoedingen adviescolleges en commissies;

Besluit:

Artikel 1. Begripsbepalingen

In dit besluit wordt verstaan onder:

  • a. minister: Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap;

  • b. commissie: Adviescommissie benoeming voorzitter en leden Onderwijsraad.

Artikel 2. Instelling en taak

  • 1 Er is een commissie die tot taak heeft de Minister te adviseren over de benoeming van de voorzitter en leden van de Onderwijsraad.

  • 2 De commissie doet uiterlijk op 31 december 2024 aan de Minister een benoemingsvoorstel, uitgaande van de gewenste samenstelling van de Onderwijsraad en op basis van de profielschets. De commissie neemt daarbij het relevante wettelijke kader in acht.

Artikel 3. Leden

  • 1 Tot de leden van de commissie worden met ingang van 1 mei 2024 benoemd:

    • a. de heer Dr. G.J.A. Baars

    • b. de heer Prof dr. R.J. Bosker

    • c. mevrouw Prof dr. C.H.J.M. Braun

    • d. mevrouw Dr. W.D. Bult - Spiering

  • 2 Mevrouw Bult zal optreden als voorzitter met betrekking tot het adviseren over de benoeming van de voorzitter van de Onderwijsraad.

  • 3 De heer Baars zal optreden als voorzitter met betrekking tot het adviseren over de benoeming van andere leden van de Onderwijsraad.

  • 4 Bij de beoordeling van en advisering over de verschillende kandidaten en vacatures zijn telkens ten minste drie leden betrokken, de betreffende voorzitter daaronder begrepen.

  • 5 Bij het ontstaan van tussentijdse vacatures in de commissie benoemt de Minister nieuwe leden.

Artikel 4. Werkwijze en vergoeding

  • 1 De commissie stelt haar eigen werkwijze vast.

  • 2 De leden en de voorzitter van de commissie ontvangen voor het bijwonen van vergaderingen en overige bijeenkomsten in het kader van hun werkzaamheden vacatiegelden overeenkomstig artikel 2 van het Besluit vergoedingen adviescolleges en commissies. De hoogte van de vergoeding wordt daarbij vastgesteld op 3% van het maximum van schaal 18 zoals overeengekomen in de laatstelijk afgesloten cao Rijk. De vergoeding van de voorzitter bedraagt 130% van de vergoeding die aan de andere leden wordt toegekend. Voorts ontvangen de leden voor hun werkzaamheden vergoeding van reis- en verblijfskosten overeenkomstig het Reisbesluit binnenland.

Artikel 5. Ondersteuning commissie

  • 1 De commissie wordt ondersteund door een secretariaat.

  • 2 Het secretariaat is voor de inhoudelijke uitvoering van zijn taak uitsluitend verantwoording schuldig aan de voorzitter van de commissie.

  • 3 In het secretariaat wordt voorzien door de Onderwijsraad.

Artikel 6. Archiefbescheiden

De commissie draagt zo spoedig mogelijk na beëindiging van haar werkzaamheden de bescheiden betreffende die werkzaamheden over aan de directie Organisatie en Bedrijfsvoering van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap.

Artikel 9. Inwerkingtreding

  • 1 Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant, waarin het wordt geplaatst, en werkt daarbij terug tot en met 1 mei 2024.

  • 2 Dit besluit vervalt met ingang van 1 juli 2025.

Dit besluit zal in de Staatscourant worden geplaatst en in afschrift worden gezonden aan betrokkenen.

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

R.H. Dijkgraaf