Onderlinge regeling Tula-studiebeurs
Partijen,het land Curaçao, te dezen vertegenwoordigd door de Minister van Onderwijs,
Wetenschap, Cultuur en Sport van Curaçao, de heer S.A. van Heydoorn, hierna te noemen:
‘Curaçao’,ende Staat der Nederlanden, te dezen, vertegenwoordigd door de Minister
van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van Nederland, de heer R.H. Dijkgraaf, hierna
te noemen: ‘Nederland’,hierna gezamenlijk te noemen: ‘Partijen’.
Gelet op artikel 38, eerste lid, van het Statuut voor het Koninkrijk der Nederlanden en
overwegende dat:
-
• partijen elkaar op grond van de artikelen 36 en 38, eerste lid, van het Statuut voor het Koninkrijk der Nederlanden hulp en bijstand kunnen verlenen, en onderling regelingen kunnen treffen;
-
• de Minister-President van Nederland op 19 oktober 2022 tijdens een toespraak excuses
heeft aangeboden voor het handelen van de Nederlandse staat in het verleden: postuum
aan alle tot slaaf gemaakten die wereldwijd onder dat handelen hebben geleden, aan
hun dochters en zonen, en aan al hun nazaten tot in het hier en nu;
-
• de Nederlandse regering op 5 oktober 2023 tijdens een toespraak van de Staatssecretaris
Digitalisering en Koninkrijksrelaties volmondig de rechtvaardigheid van Tula’s strijd,
en die van anderen die zich tegen slavernij verzetten heeft onderkend, en heeft aangegeven
met spijt en schaamte te kijken naar de manier waarop zij door historische, bestuurlijke
voorgangers zijn behandeld;
-
• bij deze rehabilitatie van Tula is uitgesproken dat Nederland aan Curaçao een Tula-studiebeurs
ter beschikking stelt.
Komen het volgende overeen: