Besluit vaststelling beleidsregels en subsidieplafond Subsidieregeling Ministerie [...] 2006 (Optopping Gedetineerdenbegeleiding buitenland 2024)

[Regeling vervallen per 01-01-2025.]
Geraadpleegd op 23-05-2025.
Geldend van 01-05-2024 t/m 31-12-2024

Besluit van de Minister voor Buitenlandse Zaken van 16 april 2024, Min-BuZa.2024.20753.-12, tot vaststelling van beleidsregels en een subsidieplafond voor subsidiëring op grond van de Subsidieregeling Ministerie van Buitenlandse Zaken 2006 (Optopping Gedetineerdenbegeleiding buitenland 2020–2023 in verband met een amendement bij de Vaststelling van de begrotingsstaat van het Ministerie van Buitenlandse Zaken voor het jaar 2024)

Artikel 1

[Regeling vervallen per 01-01-2025]

Voor subsidieverlening op grond van artikel 2.6 van de Subsidieregeling Ministerie van Buitenlandse Zaken 2006 in het kader van Optopping Gedetineerdenbegeleiding buitenland 2020–2023 in verband met een amendement bij de Vaststelling van de begrotingsstaat van het Ministerie van Buitenlandse Zaken voor het jaar 2024 (Optopping Gedetineerdenbegeleiding buitenland 2024), met het oog op de financiering van activiteiten op het gebied van begeleiding van Nederlandse gedetineerden in het buitenland, gelden de als bijlage bij dit besluit gevoegde beleidsregels.

Artikel 2

[Regeling vervallen per 01-01-2025]

  • 1 Voor subsidieverlening in het kader van Optopping Gedetineerdenbegeleiding buitenland 2024 geldt voor de periode vanaf de inwerkingtreding van dit besluit tot en met 31 december 2024 een eenmalige verhoging van het subsidieplafond van € 270.000.

  • 2 Van het in het eerste lid genoemde bedrag zijn voor de hierna genoemde soorten van begeleiding van Nederlandse gedetineerden in het buitenland de volgende verhoogde bedragen beschikbaar:

    • a. activiteiten op het gebied van aanvullende juridische ondersteuning in zorglanden: € 200.000;

    • b. activiteiten op het gebied van geestelijke zorg: € 70.000.

Artikel 3

[Regeling vervallen per 01-01-2025]

  • 4 Uit oogpunt van doelmatigheid geldt dat niet meer dan één subsidieaanvrager voor subsidieverlening in aanmerking zal kunnen komen ten laste van elk van de artikel 2, tweede lid, bedoelde subsidieplafonds. Van alle aanvragen die zijn gericht op ofwel activiteiten als bedoeld in artikel 2, tweede lid, sub a, ofwel activiteiten als bedoeld in artikel 2, tweede lid, sub b, zal slechts de aanvraag die het beste aan die criteria voldoet voor subsidie in aanmerking kunnen komen.

Artikel 4

[Regeling vervallen per 01-01-2025]

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst en vervalt met ingang van 1 januari 2025, met dien verstande dat het van toepassing blijft op subsidies die voor die datum zijn verleend.

Dit besluit zal met de bijlage in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Buitenlandse Zaken,

namens deze,

de Directeur-Generaal Europese Samenwerking,

A. van den Ende

Bijlage

[Regeling vervallen per 01-01-2025]

I. Achtergrond

[Regeling vervallen per 01-01-2025]

Eén van de onderdelen van het beleid van de Minister van Buitenlandse Zaken op het terrein van consulaire zaken en consulaire bijstand aan Nederlanders in het buitenland is het beleid met betrek-king tot de begeleiding van Nederlandse gedetineerden in het buitenland. Met inachtneming van een evenwichtige inzet wereldwijd van beschikbare middelen is het doel van de gedetineerdenbegeleiding het bijdragen aan het welzijn van Nederlandse gedetineerden in buitenlandse gevangenissen door het bevorderen van menswaardige omstandigheden tijdens detentie, resocialisatie, psychosociale ontwikkeling en het bevorderen van een adequate rechtsgang. Het monitoren van de situatie van Nederlandse gedetineerden in het buitenland gebeurt bij gedetineerden die hebben aangegeven daar prijs op te stellen, door consulaire bijstand van medewerkers van ambassades en consulaten-generaal (posten in het buitenland) en/of door contacten met particuliere organisaties die hiervoor subsidie ontvangen.

De Minister van Buitenlandse Zaken hanteert voor gedetineerdenbegeleiding een landenlijst waarop zijn opgenomen de landen waarin de gedetineerden, voor zover zij hebben aangegeven consulaire bijstand te willen ontvangen, basisbegeleiding ontvangen. In niet op de lijst opgenomen landen kunnen gedetineerden, naast het basispakket, in aanmerking komen voor aanvullende begeleiding. De verschillende onderdelen van het basispakket en het aanvullend maatwerkpakket staan genoemd in de Staat van het Consulaire van 7 december 2018.

De inzet van de Minister van Buitenlandse Zaken is er op gericht de instrumenten voor gedetineerdenbegeleiding, waaronder de subsidieverlening, steeds meer op maat en naar behoefte in te zetten. Het Ministerie van Buitenlandse Zaken kan zich zo onder meer maximaal richten op de specifieke rol die bij de begeleiding van gedetineerden in het buitenland is voorbehouden aan de overheid zelf. Bijvoorbeeld het contact met lokale autoriteiten over het waarborgen van een eerlijke procesgang, het bevorderen van humane detentieomstandigheden, gelijke rechten en voorzieningen voor Nederlandse gedetineerden als voor andere gedetineerden en een aanvullende bijstand in zaken waar de doodstraf dreigt. Voor andere en meer specialistische activiteiten in het kader van de gedetineerdenbegeleiding verleent de Minister van Buitenlandse Zaken sinds enkele decennia subsidie aan particuliere organisaties. De activiteiten van particuliere organisaties die in aanmerking kunnen komen voor subsidie en die in het verlengde liggen van de consulaire bijstand door het Ministerie van Buitenlandse Zaken zijn: resocialisatie, (psycho)sociale, maatschappelijke en geestelijke zorg, een periodiek tijdschrift en aanvullende juridische ondersteuning. Resocialisatie en (psycho)sociale, maatschappelijke en geestelijke zorg omvatten onder meer persoonlijke bezoeken aan de gedetineerden.

II. Additionele subsidies Gedetineerdenbegeleiding buitenland

[Regeling vervallen per 01-01-2025]

In aanvulling op de middelen die per 2020 beschikbaar werden gesteld in het kader van Gedetineerdenbegeleiding buitenland 2020–20232 stelde de Minister van Buitenlandse Zaken in het kader van Optopping Gedetineerdenbegeleiding buitenland 2020–2023 per 2024 extra middelen beschikbaar voor subsidies voor activiteiten op het gebied van gedetineerdenbegeleiding door particuliere organisaties voor de periode 1 januari 2024 tot en met 31 december 2025. Daaropvolgend stelde de Minister van Buitenlandse Zaken andermaal per 2024 extra middelen ter beschikking voor subsidiëring van dezelfde activiteiten. Dit gebeurde aan de hand van het subsidiebeleidskader Optopping subsidieplafond, Optopping gedetineerdenbegeleiding buitenland 2020–20233, waarmee het voor 2024 en 2025 beschikbare bedrag werd opgetopt om nadelige gevolgen van de inflatie voor de gedetineerdenbegeleiding te ondervangen.4 Onderhavig besluit betreft een derde beschikbaarstelling van extra middelen. Dit besluit is uitvloeisel van het door een meerderheid van de Tweede Kamer aangenomen Nader gewijzigd amendement van het lid Paternotte c.s. ter vervanging van nr. 35 over extra middelen voor gedetineerdenbegeleiding in het buitenland bij de vaststelling van de begrotingsstaat van het Ministerie van Buitenlandse Zaken voor het jaar 20245.

Het amendement stelt voor de begroting van 2024 een bedrag te reserveren van € 70.000 aan geestelijke zorg en € 200.000 extra te besteden aan juridische ondersteuning voor Nederlandse gedetineerden in zorglanden, zodat kwaliteit en kwantiteit van de gedetineerdenbegeleiding op peil blijft.

Dit subsidiebeleidskader Optopping Gedetineerdenbegeleiding buitenland 2024 sluit aan op het subsidiebeleidskader Optopping Gedetineerdenbegeleiding buitenland 2020–2023 en heeft een werkingsduur tot en met 31 december 2024.

III. Activiteiten en organisaties die voor subsidieverlening in aanmerking komen

[Regeling vervallen per 01-01-2025]

Voor additionele subsidieverlening uit de middelen die als gevolg van voornoemd amendement in 2024 voor subsidieverlening ten behoeve van gedetineerdenbegeleiding in het buitenland beschikbaar zijn, komen alleen in aanmerking activiteiten op het gebied van geestelijke zorg en aanvullende juridische ondersteuning in zorglanden.

Alleen organisaties die reeds subsidie ontvangen in het kader van het Optopping Gedetineerdenbegeleiding buitenland 2020–2023 voor één van beide hierboven genoemde soorten activiteiten kunnen in aanmerking komen voor subsidie ten laste van de additioneel beschikbaar gekomen middelen. Aan deze organisaties kunnen additionele subsidies worden verstrekt in aanvulling en in aansluiting op de door hen met behulp van de reeds aan hen verleende subsidies uitgevoerde en uit te voeren activiteiten. Voor deze additionele subsidieverlening gelden in aanvulling op de bepalingen van het Subsidiebesluit Ministerie van Buitenlandse Zaken en de Subsidieregeling Ministerie van Buitenlandse Zaken 2006 de in deze beleidsregels neergelegde criteria.

IV. Criteria

[Regeling vervallen per 01-01-2025]

Om in aanmerking te kunnen komen voor een subsidie in het kader van Optopping Gedetineerdenbegeleiding buitenland 2024 moeten aanvragen en aanvragers voldoen aan de volgende criteria:

  • 1. De aanvrager is een organisatie waaraan subsidie is verleend in het kader van Optopping Gedetineerdenbegeleiding buitenland 2020–2023.

  • 2. De aanvraag is gericht op ofwel geestelijke zorg ofwel aanvullende juridische ondersteuning in zorglanden6.

  • 3. De omvang van de gevraagde subsidie bedraagt maximaal:

    • a) € 70.000 in geval van een aanvraag gericht op geestelijke zorg in zorglanden;

    • b) € 200.000 in geval van een aanvraag gericht op aanvullende juridische ondersteuning in zorglanden.

  • 4. De activiteiten waarvoor subsidie wordt gevraagd sluiten aan bij de activiteiten waarvoor subsidie is verleend in het kader van Optopping Gedetineerdenbegeleiding buitenland 2020–2023.

  • 5. De activiteiten waarvoor subsidie wordt gevraagd betreffen geen activiteiten waarvoor reeds subsidie is verstrekt ten laste van de begroting van het Ministerie van Buitenlandse Zaken, starten niet eerder dan na het moment waarop de aanvraag wordt ingediend en worden afgerond uiterlijk 31 december 2025; kosten gemaakt voor het moment van indienen van de aanvraag zijn niet subsidiabel.7

V. Aanvraag- en beoordelingsprocedure

[Regeling vervallen per 01-01-2025]

Aanvragen voor een subsidie in het kader van het subsidiebeleidskader Optopping Gedetineerdenbegeleiding buitenland 2024 dienen schriftelijk te worden gedaan en uiterlijk 31 mei 2024 rechtsgeldig ondertekend te zijn ontvangen op het Ministerie van Buitenlandse Zaken. Aanvragen worden bij voorkeur ingediend via de mail8 via e-mailadres hdcv@minbuza.nl. Aanvragen per post9 kunnen worden gestuurd naar Ministerie van Buitenlandse Zaken, Hoofddirectie Consulair en Visum Zaken, Postbus 20061, 2500 EB Den Haag. Aflevering in persoon of per koerier kan bij het afgifteloket voor poststukken (expeditie) van het Ministerie van Buitenlandse Zaken, Rijnstraat 8, 2515 XP ’s-Gravenhage.

De Minister zal besluiten over de ingediende aanvragen uiterlijk op 1 juli 2024.

In het kader van de aanvraagprocedure wordt met nadruk gewezen op artikel 7, derde lid, van het Subsidiebesluit Ministerie van Buitenlandse Zaken. Mocht een aanvraag onvolledig worden ingediend, dan kan de Minister vragen om een aanvulling. Als datum van ontvangst van de aanvraag zal vervolgens gelden de datum waarop de aanvraag is aangevuld. Indien een aanvraag pas in de laatste twee weken voor het verstrijken van de deadline wordt ingediend, loopt de penvoerder het risico dat de Minister geen toepassing zal geven aan haar bevoegdheid om de indiener om een aanvulling te vragen aangezien een dergelijke aanvulling niet meer mogelijk is zonder de deadline te overschrijden. In dat geval zal de aanvraag derhalve niet meer kunnen worden aangevuld, maar zal deze worden beoordeeld zoals hij primair was ingediend.

VI. Bij de aanvraag te voegen stukken

[Regeling vervallen per 01-01-2025]

  • 1. Inhoudelijk voorstel met daarin een overzicht van activiteiten, naar aard, omvang, fasering en onderling verband, in relatie tot de daarmee beoogde doelstellingen en resultaten en verwachte effecten voor de periode waarin de activiteiten worden uitgevoerd.

  • 2. Een gedetailleerde en sluitende begroting, in hetzelfde format als de huidige programma’s, behorende bij het inhoudelijke voorstel voor de periode waarvoor de additionele financiering wordt gevraagd.

  1. Besluit van de Minister van Buitenlandse Zaken van 8 juni 2023, nr. Min-BuZa.2023.15459-41, tot vaststelling van een subsidieplafond en beleidsregels voor subsidiëring op grond van de Subsidieregeling Ministerie van Buitenlandse Zaken 2006 (Optopping Gedetineerdenbegeleiding buitenland 2020–2023), Stcrt. 2023 nr. 16707; gewijzigd bij besluit van de Minister van Buitenlandse Zaken van 15 november 2023, nr. Min-BuZa.2023.20102-32, tot wijziging van het Besluit van de Minister van Buitenlandse Zaken van 8 juni 2023, nr. Min-BuZa.2023.15459-41, tot vaststelling van een subsidieplafond en beleidsregels voor subsidiëring op grond van de Subsidieregeling Ministerie van Buitenlandse Zaken 2006 (Optopping subsidieplafond, Optopping Gedetineerdenbegeleiding buitenland 2020–2023), Stcrt. 2023, nr. 32062. ^ [1]
  2. Besluit van de Minister van Buitenlandse Zaken van 9 juli 2019, nr. Min-BuZa.2019.4009-26, tot vaststelling van een subsidie-plafond en beleidsregels voor subsidiëring op grond van de Subsidieregeling Ministerie van Buitenlandse Zaken 2006 (Gedetineerdenbegeleiding buitenland 2020–2023), Stcrt. 2019, nr. 39859. ^ [2]
  3. Besluit van de Minister van Buitenlandse Zaken van 8 juni 2023, nr. Min-BuZa.2023.15459-41, tot vaststelling van een subsidieplafond en beleidsregels voor subsidiëring op grond van de Subsidieregeling Ministerie van Buitenlandse Zaken 2006 (Optopping Gedetineerdenbegeleiding buitenland 2020–2023), Stcrt. 2023 nr. 16707. ^ [3]
  4. Besluit van de Minister van Buitenlandse Zaken van 15 november 2023, nr. Min-BuZa.2023.20102-32, tot wijziging van het Besluit van de Minister van Buitenlandse Zaken van 8 juni 2023, nr. Min-BuZa.2023.15459-41, tot vaststelling van een subsidieplafond en beleidsregels voor subsidiëring op grond van de Subsidieregeling Ministerie van Buitenlandse Zaken 2006 (Optopping subsidieplafond, Optopping Gedetineerdenbegeleiding buitenland 2020–2023), Stcrt. 2023, nr. 32062. ^ [4]
  5. Amendement van 14 februari 2024 met nummer 36 410-V-37 (https://www.tweedekamer.nl/kamerstukken/amendementen/detail?id=2024Z02424&did=2024D05576) ^ [5]
  6. Landen op de landenlijst zijn: Andorra – Australië – België – Bulgarije – Canada – Cyprus – Denemarken – Duitsland – Estland – Finland – Frankrijk – Griekenland – Hongarije – Ierland – Italië – IJsland – Kroatië – Letland – Liechtenstein – Litouwen – Luxemburg – Malta – Monaco – Nieuw Zeeland – Noorwegen – Oostenrijk Polen – Portugal – Roemenië – San Marino – Singapore – Slovenië – Slowakije – Spanje – Tsjechië – Vaticaanstad – Verenigd Koninkrijk – Zweden – Zwitserland. ^ [6]
  7. Zie artikel 9 Subsidiebesluit Ministerie van Buitenlandse Zaken. ^ [7]
  8. Als moment van indiening geldt het tijdstip waarop de e-mail door het systeem voor gegevensverwerking van het Ministerie van Buitenlandse Zaken is ontvangen. Houd er rekening mee dat bestanden groter dan 14MB niet kunnen worden ontvangen. E‑mails groter dan 14MB dienen in kleinere e-mails te worden verdeeld. Hierbij geldt dat het moment waarop de gehele aanvraag, inclusief de laatste e-mail, is ontvangen geldt als tijdstip waarop de aanvraag is ingediend. Daarbij dienen de e-mails genummerd te worden in de onderwerp regel, waarbij duidelijk is hoeveel e-mails de aanvraag in totaal behelst. Bijvoorbeeld: e-mail 1 van 5, e-mail 2 van 5 etc. tot ‘e-mail 5 van 5’. NB: Eventuele technische problemen bij verzending komen voor rekening en risico van penvoerder. ^ [8]
  9. Als moment van indiening geldt het moment waarop de aanvraag op het Ministerie van Buitenlandse Zaken is ontvangen. NB: Indien de aanvraag niet aangetekend wordt verzonden berust het risico dat de aanvraag niet of te laat wordt ontvangen door het Ministerie bij de penvoerder. ^ [9]