Subsidieregeling Koninkrijksbeurzenprogramma

Wijziging(en) op nader te bepalen datum(s); laatste bekendgemaakt in 2024. Zie het overzicht van wijzigingen.
[Regeling vervalt per 01-04-2029.]
Geraadpleegd op 13-10-2024.
Geldend van 01-04-2024 t/m heden

HERDRUK Regeling van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 14 februari 2024, nr. IB/38530442, houdende regels voor het verstrekken van subsidie ter ondersteuning van onderwijsmobiliteit binnen het Koninkrijk der Nederlanden (Subsidieregeling Koninkrijksbeurzenprogramma)

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

Gelet op de artikelen 4 en 5 van de Wet overige OCW-subsidies en de artikelen 1.3 en 2.1 van de Kaderregeling subsidies OCW, SZW en VWS;

Besluit:

Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen

[Wijziging(en) op nader te bepalen datum(s); laatste bekendgemaakt in 2024. Zie het overzicht van wijzigingen]

Artikel 1. Begripsbepalingen

[Wijziging(en) op nader te bepalen datum(s); laatste bekendgemaakt in 2024. Zie het overzicht van wijzigingen]

In deze regeling wordt verstaan onder:

Hoofdstuk 2. Beurzen voor studie-uitwisseling en stages binnen het koninkrijk

[Wijziging(en) op nader te bepalen datum(s); laatste bekendgemaakt in 2024. Zie het overzicht van wijzigingen]

Artikel 3. Te subsidiëren studie-uitwisseling

[Wijziging(en) op nader te bepalen datum(s); laatste bekendgemaakt in 2024. Zie het overzicht van wijzigingen]

  • 1 De minister kan subsidie verstrekken voor studie-uitwisseling binnen het Koninkrijk aan een student die:

    • a. een bacheloropleiding, masteropleiding of associate degree-opleiding volgt aan een onderwijsinstelling in Europees Nederland en vakken of onderdelen van een opleiding wil volgen aan een onderwijsinstelling in Aruba, Curaçao, Sint Maarten of Caribisch Nederland;

    • b. een vakopleiding, middenkaderopleiding of specialistenopleiding volgt aan een onderwijsinstelling in Europees Nederland en vakken of onderdelen van een opleiding wil volgen aan een onderwijsinstelling in Aruba, Curaçao, Sint Maarten of Caribisch Nederland;

    • c. een vakopleiding, middenkaderopleiding of specialistenopleiding volgt aan een onderwijsinstelling in Caribisch Nederland en vakken of onderdelen van een opleiding wil volgen aan een onderwijsinstelling in Aruba, Curaçao, Sint Maarten, Europees Nederland of in een ander openbaar lichaam van Caribisch Nederland;

    • d. een opleiding volgt aan een gesubsidieerde onderwijsinstelling in Aruba en vakken of onderdelen van een opleiding wil volgen aan een onderwijsinstelling in Curaçao, Sint Maarten, Caribisch Nederland of Europees Nederland;

    • e. een opleiding volgt aan een gesubsidieerde onderwijsinstelling in Curaçao en vakken of onderdelen van een opleiding wil volgen aan een onderwijsinstelling in Aruba, Sint Maarten, Caribisch Nederland of Europees Nederland, met dien verstande dat voor de student die de lerarenopleiding van University of Curaçao op Bonaire volgt, de bestemmingen beperkt zijn tot Aruba, Sint Maarten, Saba, Sint Eustatius of Europees Nederland;

    • f. een opleiding volgt aan een gesubsidieerde onderwijsinstelling in Sint Maarten en vakken of onderdelen van een opleiding wil volgen aan een onderwijsinstelling in Aruba, Curaçao, Caribisch Nederland of Europees Nederland.

  • 2 Een subsidie wordt verstrekt voor de duur van ten minste twee en ten hoogste zes maanden.

Artikel 4. Te subsidiëren stage

[Wijziging(en) op nader te bepalen datum(s); laatste bekendgemaakt in 2024. Zie het overzicht van wijzigingen]

  • 1 De minister kan subsidie verstrekken voor een stage binnen het Koninkrijk, voor zover deze een verplicht of extra-curriculair onderdeel is van de opleiding, aan een student die:

    • a. een bacheloropleiding, masteropleiding of associate degree-opleiding volgt aan een onderwijsinstelling in Europees Nederland en een stage wil lopen in Aruba, Curaçao, Sint Maarten of Caribisch Nederland;

    • b. een vakopleiding, middenkaderopleiding of specialistenopleiding volgt aan een onderwijsinstelling in Europees Nederland en een stage wil lopen in Aruba, Curaçao, Sint Maarten of Caribisch Nederland;

    • c. een vakopleiding, middenkaderopleiding of specialistenopleiding volgt aan een onderwijsinstelling in Caribisch Nederland en een stage wil lopen in Aruba, Curaçao, Sint Maarten, Europees Nederland of in een ander openbaar lichaam van Caribisch Nederland;

    • d. een opleiding aan een gesubsidieerde onderwijsinstelling in Aruba volgt en een stage wil lopen in Curaçao, Sint Maarten, Caribisch Nederland of Europees Nederland;

    • e. een opleiding aan een gesubsidieerde onderwijsinstelling in Curaçao volgt en een stage wil lopen in Aruba, Sint Maarten, Caribisch Nederland of Europees Nederland, met dien verstande dat voor de student die de lerarenopleiding van de University of Curaçao op Bonaire volgt, de bestemmingen beperkt zijn tot Aruba, Curaçao, Sint Maarten, Saba, Sint Eustatius en Europees Nederland;

    • f. een opleiding aan een gesubsidieerde onderwijsinstelling in Sint Maarten volgt en een stage wil lopen in Aruba, Curaçao, Caribisch Nederland of Europees Nederland.

  • 2 Een subsidie wordt verstrekt voor de duur van ten minste twee en ten hoogste zes maanden.

Artikel 5. Hoogte subsidie

[Wijziging(en) op nader te bepalen datum(s); laatste bekendgemaakt in 2024. Zie het overzicht van wijzigingen]

  • 1 De maximale subsidie per student per studie-uitwisseling of stage is vermeld in bijlage 1.

  • 2 De laatste studie- of stagemaand komt in aanmerking voor subsidie indien de periode bestaat uit ten minste 21 kalenderdagen.

Artikel 6. Aanvrager

[Wijziging(en) op nader te bepalen datum(s); laatste bekendgemaakt in 2024. Zie het overzicht van wijzigingen]

De subsidie, bedoeld in de artikelen 3 en 4, wordt uitsluitend verstrekt aan een student die:

  • a. de Nederlandse nationaliteit bezit of op grond van artikel 2.2 van de Wet studiefinanciering 2000 met een Nederlander wordt gelijkgesteld;

  • b. voltijds staat ingeschreven voor een opleiding aan een zendende instelling, genoemd in de artikelen 3 en 4, waarbij voor secundair en middelbaar beroepsonderwijs in Aruba, Curaçao, of Sint Maarten niveau 3, 4 of 5 geldt;

  • c. het eerste studiejaar heeft afgerond, met dien verstande dat een student die:

    • 1°. een bacheloropleiding of associate degree-opleiding volgt aan een onderwijsinstelling in Europees Nederland, alle studiepunten van het eerste jaar van de opleiding heeft behaald;

    • 2°. een vakopleiding, middenkaderopleiding of specialistenopleiding volgt, alle verplichte vakken en onderdelen van het eerste opleidingsjaar heeft behaald;

    • 3°. studeert aan een gesubsidieerde onderwijsinstelling in Aruba, Curaçao of Sint Maarten, ten minste alle verplichte vakken en onderdelen van het eerste studiejaar heeft behaald;

    • 4°. een masteropleiding volgt, niet aan dit vereiste hoeft te voldoen;

  • d. niet eerder subsidie heeft ontvangen op grond van deze regeling.

Artikel 7. Aanvraag

[Wijziging(en) op nader te bepalen datum(s); laatste bekendgemaakt in 2024. Zie het overzicht van wijzigingen]

  • 1 Een aanvraag voor een subsidie als bedoeld in de artikelen 3 en 4 wordt gedaan met gebruikmaking van het aanvraagformulier dat daartoe op de website van de Rijksdienst Caribisch Nederland beschikbaar is gesteld.

  • 2 Een aanvraag voor een subsidie gaat vergezeld van:

    • a. een kopie van het identiteitsbewijs of verblijfsvergunning van de aanvrager, waaruit blijkt dat voldaan wordt aan het vereiste, bedoeld in artikel 6, onderdeel a, ontdaan van een documentnummer en pasfoto;

    • b. de bankgegevens van de aanvrager, bestaande uit de Bank Identifier Code, de landcode, het International Bank Account Number en de naam van de rekeninghouder;

    • c. een door de zendende instelling afgegeven bewijs van inschrijving als voltijdstudent voor een opleiding als genoemd in de artikelen 3 en 4;

    • d. een verklaring van de zendende instelling, bestaande uit de onderdelen benoemd in het derde of vierde lid;

    • e. het aangevraagde subsidiebedrag;

    • f. de verklaring dat de subsidieaanvrager de Rijksdienst Caribisch Nederland onverwijld schriftelijk informeert, indien de studie-uitwisseling of stage waar subsidie voor is verstrekt, niet of niet geheel is gestart, aanzienlijk is vertraagd of voortijdig is beëindigd.

  • 3 Voor de aanvraag voor een subsidie als bedoeld in artikel 3 bevat de verklaring, bedoeld in het tweede lid, onderdeel d, ten minste:

    • a. de naam van de student,

    • b. de zendende en ontvangende instelling;

    • c. het voorgenomen onderwijsprogramma bij de ontvangende instelling;

    • d. de duur van de uitwisseling;

    • e. de bevestiging dat de aanvrager voldoet aan het vereiste, bedoeld in artikel 6, onderdeel c; en

    • f. de bevestiging dat de student, bedoeld in artikel 3, eerste lid, onderdeel a, voor de activiteit waarvoor subsidie wordt aangevraagd geen beurs vanuit het NL Scholarship ontvangt.

  • 4 Voor de aanvraag voor een subsidie, bedoeld in artikel 4 bevat de verklaring, bedoeld in het tweede lid, onderdeel d, ten minste:

    • a. de naam van de student

    • b. de zendende instelling;

    • c. de bevestiging dat de stage een verplicht of extra-curriculair onderdeel is van de opleiding;

    • d. de duur van de stage;

    • e. de beoogde stagegever;

    • f. de bevestiging dat de aanvrager voldoet aan het vereiste, bedoeld in artikel 6, onderdeel c;

    • g. de bevestiging dat de student, bedoeld in artikel 4, eerste lid, onderdeel a, voor de activiteit waarvoor subsidie wordt aangevraagd geen beurs vanuit het NL Scholarship ontvangt; en

    • h. de bevestiging dat de student, bedoeld in artikel 4, eerste lid, onderdeel c, voor de activiteit waarvoor subsidie wordt aangevraagd geen tegemoetkoming uit het stagefonds KoninkrijksBPV ontvangt.

Artikel 8. Termijn indiening aanvraag

[Wijziging(en) op nader te bepalen datum(s); laatste bekendgemaakt in 2024. Zie het overzicht van wijzigingen]

  • 1 Een aanvraag voor een subsidie voor een studie-uitwisseling of stage startend tussen 1 september 2024 en 31 oktober 2024, wordt vóór 15 mei 2024 ingediend.

  • 2 Een aanvraag voor een subsidie voor een studie-uitwisseling of stage startend tussen 1 februari 2025 en 31 maart 2025 wordt vóór 15 oktober 2024 ingediend.

  • 3 Een aanvraag voor een subsidie voor een studie-uitwisseling of stage startend tussen 1 september 2025 en 31 oktober 2025 wordt vóór 15 mei 2025 ingediend.

  • 4 Een aanvraag voor een subsidie voor een studie-uitwisseling of stage startend tussen 1 februari 2026 en 31 maart 2026 wordt vóór 15 oktober 2025 ingediend.

  • 5 In afwijking van bovengenoemde leden, geldt dat bij studie-uitwisseling met een gesubsidieerde onderwijsinstelling in Sint Maarten als ontvangende instelling, een eerdere startdatum van respectievelijk 1 augustus 2024 en 2025 en 15 januari 2025 en 2026 voor subsidie in aanmerking komt, met dien verstande dat de termijnen vermeld in artikelen 11 en 12 van overeenkomstige toepassing blijven.

Artikel 9. Subsidieplafond

[Wijziging(en) op nader te bepalen datum(s); laatste bekendgemaakt in 2024. Zie het overzicht van wijzigingen]

  • 1 Voor subsidieverstrekking op grond van deze regeling is in het studiejaar 2024–2025 een bedrag van € 604.000 beschikbaar, € 302.000 voor studie-uitwisseling of stage startend tussen 1 september 2024 en 31 oktober 2024 en € 302.000 voor studie-uitwisseling of stage startend tussen 1 februari 2025 en 31 maart 2025.

  • 2 Voor subsidieverstrekking op grond van deze regeling is in het studiejaar 2025–2026 een bedrag van € 604.000 beschikbaar, € 302.000 voor studie-uitwisseling of stage startend tussen 1 september 2025 en 31 oktober 2025 en € 302.000 voor studie-uitwisseling of stage startend tussen 1 februari 2026 en 31 maart 2026.

Artikel 10. Wijze van verdeling beschikbare middelen

[Wijziging(en) op nader te bepalen datum(s); laatste bekendgemaakt in 2024. Zie het overzicht van wijzigingen]

  • 1 De minister verdeelt het beschikbare bedrag, bedoeld in artikel 9, door middel van loting in ten hoogste drie rondes.

  • 2 In de eerste ronde wordt een vast aantal plekken verdeeld met gebruik van lotingsklassen op basis van de geografische ligging en het onderwijstype van de zendende instelling, zoals opgenomen in bijlage 2.

  • 4 Indien het beschikbare subsidiebudget in ronde twee niet is uitgeput, wordt in de derde ronde het resterende subsidiebedrag verdeeld door ongewogen loting tussen de studenten die in de eerste en tweede ronde zijn uitgeloot.

  • 5 Indien er sprake is van onderuitputting van het beschikbare subsidiebudget in het eerste semester van het studiejaar, dan kan de minister besluiten het overgebleven subsidiebedrag door te schuiven naar het tweede semester.

Artikel 11. Besluit en beslistermijn

[Wijziging(en) op nader te bepalen datum(s); laatste bekendgemaakt in 2024. Zie het overzicht van wijzigingen]

  • 1 De subsidie wordt direct vastgesteld.

  • 2 De minister besluit uiterlijk 45 dagen na afloop van de aanvraagtermijn, bedoeld in artikel 8.

Artikel 12. Betaling

[Wijziging(en) op nader te bepalen datum(s); laatste bekendgemaakt in 2024. Zie het overzicht van wijzigingen]

  • 1 De minister betaalt in één keer het gehele vastgestelde subsidiebedrag aan de subsidieontvanger binnen 8 weken na de dagtekening van de subsidievaststelling.

  • 2 Voor betalingen die in vreemde valuta worden gedaan, is de wisselkoers op de dag van betaling bepalend.

  • 3 Eventuele kosten verbonden aan betalingen die in vreemde valuta worden gedaan zijn voor rekening van de subsidieontvanger.

Artikel 13. Afronding

[Wijziging(en) op nader te bepalen datum(s); laatste bekendgemaakt in 2024. Zie het overzicht van wijzigingen]

De Rijksdienst Caribisch Nederland kan na afloop van de studie-uitwisseling of stage bij de subsidieaanvrager een door de zendende instelling goedgekeurd en ondertekend afrondingsbewijs opvragen.

Hoofdstuk 3. Slotbepalingen

[Wijziging(en) op nader te bepalen datum(s); laatste bekendgemaakt in 2024. Zie het overzicht van wijzigingen]

Artikel 14. Hardheidsclausule

[Wijziging(en) op nader te bepalen datum(s); laatste bekendgemaakt in 2024. Zie het overzicht van wijzigingen]

De minister kan één of meer bepalingen van deze regeling buiten toepassing laten of daarvan afwijken voor zover deze toepassing, gelet op het belang dat deze regeling beoogt te beschermen, zou leiden tot onbillijkheid van overwegende aard.

Artikel 15. Inwerkingtreding

[Wijziging(en) op nader te bepalen datum(s); laatste bekendgemaakt in 2024. Zie het overzicht van wijzigingen]

  • 1 Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 april 2024.

  • 2 Deze regeling vervalt met ingang van 1 april 2029, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op subsidies die op grond van deze regeling zijn verstrekt.

Artikel 16. Citeertitel

[Wijziging(en) op nader te bepalen datum(s); laatste bekendgemaakt in 2024. Zie het overzicht van wijzigingen]

Deze regeling wordt aangehaald als: Subsidieregeling Koninkrijksbeurzenprogramma.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

R.H. Dijkgraaf

Bijlage 1. Behorende bij artikel 5, eerste lid, van de subsidieregeling koninkrijksbeurzenprogramma

[Wijziging(en) op nader te bepalen datum(s); laatste bekendgemaakt in 2024. Zie het overzicht van wijzigingen]

 

Vergoeding reiskosten (eenmalig)

Vergoeding levensonderhoud (per maand)

Maximaal beschikbare subsidiebedrag per aanvrager

Studenten uit de Caribische delen van het Koninkrijk die naar Europees Nederland komen

€ 800

€ 850

€ 5.900

Studenten uit Europees Nederland die naar de Caribisch delen van het Koninkrijk komen

€ 800

€ 650

€ 4.700

Uitwisseling binnen de Caribisch delen van het Koninkrijk

€ 300

Indien geen directe vluchten worden aangeboden: € 500

€ 650

€ 4.200 – € 4.400

Bijlage 2. Behorende bij artikel 10, tweede lid, van de subsidieregeling koninkrijksbeurzenprogramma

[Wijziging(en) op nader te bepalen datum(s); laatste bekendgemaakt in 2024. Zie het overzicht van wijzigingen]

Aantal plekken lotingsronde 1:

Nederland

Aantal plekken per semester

13

Waarvan mbo Europees Nederland

3

Waarvan hoger onderwijs Europees Nederland

6

Waarvan Caribisch Nederland

4

Aruba

Aantal plekken per semester

14

Waarvan mbo

5

Waarvan hbo en universiteit

9

Sint Maarten

Aantal plekken per semester

6

Waarvan mbo

2

Waarvan universiteit

4

Curaçao

Aantal plekken per semester

20

Waarvan sbo

7

Waarvan universiteit

13