3. Uitwerking
Hieronder zijn de regels met betrekking tot de toegestane hulpmiddelen nader uitgewerkt.
Voor meer informatie over de toepassing van deze regeling, zie de toelichting op de
regeling hulpmiddelen op Examenbad.nl.
3.1. Woordenboek
3.1.1. Woordenboek Nederlands
Een eendelig verklarend woordenboek Nederlands is toegestaan bij alle schriftelijke
examens, flexibele en digitale examens bb en kb, centraal praktische examens gl/tl
en de centraal schriftelijke praktische examens bb, kb en gl, kortom bij alle centrale
examens vmbo. In plaats van het eendelig woordenboek Nederlands mag ook gebruikgemaakt
worden van een woordenboek van Nederlands naar de thuistaal van de kandidaat (bijvoorbeeld
Nederlands – Spaans) en/of een woordenboek vanuit de thuistaal van de kandidaat naar
het Nederlands (bijvoorbeeld Spaans – Nederlands). Een woordenboek Nederlands-thuistaal
en thuistaal-Nederlands in één band is ook toegestaan.
3.1.2. Woordenboek moderne vreemde talen en Fries
Bij de moderne vreemde talen en Fries is een woordenboek doeltaal – thuistaal en thuistaal
– doeltaal toegestaan. Bij het vak Engels mag het bevoegd gezag toestemming geven
om een woordenboek Engels – Engels te gebruiken naast een tweetalig woordenboek.
3.1.3. Digitaal woordenboek
Een digitaal woordenboek is niet toegestaan.
3.2. Rekenmachine
Bij wiskunde kb en gl/tl, nask 1 kb en gl/tl, nask 2 gl/tl en bij het cspe gl voor
het profielvak bouwen, wonen en interieur moet de rekenmachine naast de grondbewerkingen
tevens beschikken over toetsen voor pi, x tot de ye macht, x kwadraat, 1/x en sin/cos/tan
in graden (en hun inversen).
Bij wiskunde bb moet de rekenmachine naast de grondbewerkingen beschikken over toetsen
voor x kwadraat en (tweedemachts) worteltrekken.
Bij alle overige vakken zijn de grondbewerkingen optellen, aftrekken, vermenigvuldigen
en delen voldoende. Meer mogelijkheden mag, maar de rekenmachine mag niet één of meer
van de volgende eigenschappen hebben:
-
− lichtnetaansluiting tijdens het examen,
-
− opladen tijdens het examen,
-
− schrijfrol, alarm of ander geluid,
-
− alfanumeriek (letters op scherm),
-
− grafieken weergeven,
-
− zend- of ontvanginstallatie.
Meerregeligheid van het scherm wordt in de criteria niet genoemd. Dit houdt in dat
een meerregelige machine niet verboden is als hij aan de overige criteria voldoet.
Wel is het zo dat de meerregelige machines mogelijkheden hebben die bij de eenregelige
machines ontbreken, zoals het maken van tabellen.
Naast de rekenmachine van Facet is het voor kandidaten bij de flexibele digitale examens
bb en kb toegestaan hun eigen rekenmachine te gebruiken.
3.3. Informatieboek bij nask 1 en nask 2
Bij het centraal examen nask 1 in alle leerwegen en nask 2 gl/tl heeft de kandidaat
op het centraal examen informatiemateriaal nodig.
Goedgekeurd zijn:
-
− Voor bb: Binas vmbo-basis, informatieboek nask 1 (2e editie, ISBN 978-90-01-80067-3)
-
− Voor kb en gl/tl: BINAS vmbo-kgt, informatieboek voor nask 1 en nask 2 (2e editie,
ISBN 978.90.01.80069.7).
Bovengenoemde informatieboeken zijn toegestaan inclusief verbeterde fouten aan de
hand van de errata van de uitgevers.
3.4. Computer als schrijfgerei bij de centraal schriftelijke examens
Bij alle schriftelijke examens is de computer toegestaan als schrijfgerei. De school
kan dat toestaan voor alle kandidaten. De school kan het ook toestaan voor speciale
groepen kandidaten, bijvoorbeeld de kandidaten met dyslexie. De spellingcontrole mag
zonder meer worden gebruikt bij centrale examens waarbij de spelling niet wordt beoordeeld.
Op Examenblad staat meer informatie voor scholen die de computer als schrijfgerei
willen inzetten.
3.5. Spraaksynthese
Het gebruik van spraaksynthese is toegestaan bij alle vakken, met uitzondering van
de talen. Dit laat de bevoegdheid van de rector of directeur om kandidaten die beschikken
over een deskundigenverklaring als bedoeld in art. 3.54 Uitvoeringsbesluit WVO 2020 het gebruik van spraaksynthese ook bij de talen toe te staan onverlet.
3.6. Niet genoemde hulpmiddelen
Naast het basispakket hulpmiddelen kan de kandidaat hulpmiddelen meenemen die niet
genoemd zijn, maar die wel functioneel (kunnen) zijn. Hulpmiddelen die afbreuk doen
aan de exameneisen, zijn niet toegestaan. Hulpmiddelen die geen relatie tot de exameneisen
hebben maar ook geen enkele examenfunctie dienen, zijn niet toegestaan. Zie voor meer
informatie de toelichting op Examenblad.nl.