U bent nu hier: Wettenbank
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving
Zoals belastingen, uitkeringen en subsidies.
Officiële publicaties van de overheid.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Geraadpleegd op 25-04-2025. Geldend van 25-01-2023 t/m heden
Vennootschapsbelasting, artikel 8bd, Wet Vpb 1969
De Staatssecretaris van Financiën heeft het volgende besloten.
Dit besluit verduidelijkt de toepassing van artikel 8bd van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969 in bepaalde situaties.
Bij de toepassing van artikel 8bd van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969 (hierna Wet Vpb 1969) zijn in de praktijk vragen gerezen over de reikwijdte van deze bepaling. In dit besluit wordt deze reikwijdte verduidelijkt.
Artikel 8bd Wet Vpb 1969 is ingevoerd met ingang van 1 januari 2022 als onderdeel van de maatregelen van de Wet tegengaan mismatches bij toepassing zakelijkheidsbeginsel in de vennootschapsbelasting. De mismatches die deze wet beoogt te voorkomen zien kort gezegd op de zogenoemde dubbele niet heffing die zich kan voordoen als gelieerde lichamen bij een onderlinge transactie voorwaarden (verrekenprijzen) overeenkomen die niet zakelijk zijn, zoals een van de waarde in het economische verkeer van een vermogensbestanddeel afwijkende waarde. Artikel 8bd Wet Vpb 1969 is een flankerende maatregel die een dubbele niet-heffing als gevolg van een waarderingsverschil voorkomt in het geval een met de belastingplichtige gelieerd lichaam een vermogensbestanddeel aan de belastingplichtige overdraagt door middel van een kapitaalstorting, winstuitdeling, teruggaaf van gestort kapitaal, liquidatie-uitkering of een daarmee vergelijkbare rechtshandeling. In dergelijke gevallen is er geen sprake van een verrekenprijsverschil, maar van een verschil in de waardering van een verkregen vermogensbestanddeel. Indien een belastingplichtige een vermogensbestanddeel verkrijgt door middel van een kapitaalstorting door een gelieerd lichaam dat subjectief is vrijgesteld van een winstbelasting of dat in een staat is gevestigd waar het lichaam niet is onderworpen aan een winstbelasting (staten zonder winstbelasting), brengt letterlijke toepassing van artikel 8bd, eerste lid, Wet Vpb 1969 met zich mee dat de belastingplichtige het vermogensbestanddeel moet teboekstellen op een waarde van nihil. Voor zover hier van belang bepaalt artikel 8bd, eerste lid, Wet Vpb 1969 dan namelijk, kort gezegd, dat het vermogensbestanddeel wordt teboekgesteld voor de waarde waarvoor deze bij de overdrager wordt betrokken in een winstbelasting. Als de verkrijging van het subjectief vrijstelde of niet onderworpen lichaam niet had plaatsgevonden door middel van een kapitaalstorting, maar tegen een zakelijke verrekenprijs, dan had de belastingplichtige het vermogensbestanddeel, gezien de werking van artikel 8bc, eerste lid, Wet Vpb 1969, mogen teboekstellen op de waarde in het economische verkeer.
Wat hiervoor is opgemerkt geldt ook voor de andere verkrijgingsvormen waarop artikel 8bd, eerste lid, Wet Vpb 1969 van toepassing is, zoals een verkrijging door middel van een winstuitdeling.
Gezien doel en strekking van de Wet tegengaan mismatches bij toepassing zakelijkheidsbeginsel acht ik in de geschetste situatie bij een verkrijging van een subjectief vrijgesteld lichaam of een verkrijging van een lichaam dat in een staat is gevestigd waar het lichaam niet is onderworpen aan een winstbelasting een fiscale waardering op een waarde van nihil door de belastingplichtige niet passend. De inspecteur hanteert bij de toepassing van artikel 8bd, eerste lid, Wet Vpb 1969 in voorkomende gevallen de volgende uitleg:
1. Indien bij een verkrijging door belastingplichtige door middel van een kapitaalstorting als bedoeld in artikel 8bd, eerste lid, Wet Vpb 1969, het overdragende gelieerde lichaam subjectief is vrijgesteld van een belasting naar de winst of in een staat is gevestigd waar het lichaam niet is onderworpen aan een winstbelasting, blijft toepassing van die bepaling achterwege ingeval zowel in de civielrechtelijke vormgeving van de kapitaalstorting, als in de jaarrekening van de overdrager en de belastingplichtige, voor de kapitaalstorting de waarde in het economische verkeer wordt gehanteerd.
2. Voor de toepassing van de vorige volzin wordt verstaan onder jaarrekening: de jaarrekening, opgemaakt volgens de bepalingen van titel 9, boek 2, van het Burgerlijk Wetboek, dan wel van het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten, dan wel van soortgelijke (buitenlandse) wettelijke regelingen.
3. Deze uitleg is van overeenkomstige toepassing op een verkrijging door middel van een winstuitdeling, teruggaaf van gestort kapitaal, liquidatie-uitkering of een daarmee vergelijkbare rechtshandeling.
Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.
Dit besluit wordt in de Staatscourant gepubliceerd.
Den Haag, 11 januari 2023
De Staatssecretaris van Financiën
H.G. Roodbeen
Hoofddirecteur Fiscale en Juridische Zaken
Voor een permanente link naar de door u bekeken versie, inwerkinggetreden op , kopieer één van de onderstaande links of verfijn de link in de Linktool.
Met behulp van de Linktool van LiDO is het mogelijk om een bredere link of een meer gedetailleerde link te maken.
Ga naar de Linktool
Op linkeddata.overheid.nl zijn onderstaande relaties bekend.
Er is geen andere versie beschikbaar waarmee u de huidige geselecteerde versie, inwerkinggetreden op , kan vergelijken.
Selecteer een andere versie van de regeling waarmee u de huidige versie , inwerkinggetreden op , wilt vergelijken.
Vergelijken van "Vennootschapsbelasting, artikel 8bd, Wet Vpb 1969", inwerkinggetreden op , met versie die inwerking is getreden op .
Doordat er een grote regeling is gekozen kan de vergelijking enkele minuten duren.
U kunt kiezen voor het toevoegen van de wetstechnische informatie aan de tekst.
U kunt kiezen in welk formaat de tekst geëxporteerd wordt.
U kunt de tekst inclusief afbeeldingen exporteren. De afbeeldingen worden dan met de tekst in een .zip-bestand geleverd
Via deze link kunt u meer informatie krijgen over de Europese richtlijn of verordening waarnaar in de tekst van de regeling verwezen wordt, inclusief de tekst daarvan. U wordt hiervoor doorgeleid naar EUR-LEX, de online databank van de Europese Unie waarin de Europese wetgeving is opgenomen.