Subsidieregeling belangenorganisaties interlandelijk geadopteerden

[Regeling vervalt per 20-10-2027.]
Geraadpleegd op 16-01-2025.
Geldend van 20-10-2022 t/m heden

Regeling van de Minister voor Rechtsbescherming van 11 oktober 2022, nr. 4225136, houdende regels over het verstrekken van subsidies aan belangenorganisaties voor interlandelijk geadopteerden (Subsidieregeling belangenorganisaties interlandelijk geadopteerden)

Artikel 1. Definities

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • a. belangenorganisatie: een in Nederland gevestigde rechtspersoon zonder winstoogmerk met volledige rechtsbevoegdheid, die ten minste een jaar voor de subsidieaanvraag volgens haar statuten als primaire doel heeft het behartigen van de belangen van interlandelijk geadopteerden in Nederland of het ondersteunen van interlandelijk geadopteerden in Nederland of hun biologische familie bij het vinden van elkaar;

  • b. expertisecentrum: het expertisecentrum interlandelijke adoptie dat bestuurlijk gepositioneerd is bij de Stichting Fiom, statutair gevestigd te ’s-Hertogenbosch;

  • c. interlandelijk geadopteerden: personen die uit het buitenland in Nederland zijn geadopteerd;

  • d. land van herkomst: land waaruit een interlandelijke geadopteerde is geadopteerd in Nederland;

  • e. Minister: de Minister voor Rechtsbescherming.

Artikel 2. Te subsidiëren activiteiten

  • 1 De Minister kan subsidie verstrekken aan een belangenorganisatie voor activiteiten:

    • a. die de relevante expertise, kennis of kunde van de bestuursleden, medewerkers of vrijwilligers van de belangenorganisatie vergroten;

    • b. die de bekendheid van de belangenorganisatie vergroten;

    • c. waarmee het ondersteuningsaanbod aan interlandelijk geadopteerden wordt versterkt;

    • d. ter ondersteuning van zoektochten of rootsreizen voor een groep van ten minste vijf interlandelijk geadopteerden.

  • 2 Geen subsidie wordt verstrekt aan een belangenorganisatie die ten tijde van de subsidieaanvraag minder dan een jaar rechtspersoonlijkheid bezit.

  • 3 Geen subsidie wordt verstrekt voor activiteiten die:

    • a. bijdragen aan de aanschaf van middelen die zijn bedoeld om DNA-tests uit te voeren;

    • b. gericht zijn op het opzetten van een permanente of semipermanente vestiging op het grondgebied van een land van herkomst;

    • c. gericht zijn op het verstrekken van individuele tegemoetkomingen of vergoedingen voor individuele kosten van individuele geadopteerden;

    • d. gericht zijn op het behalen van winst door de belangenorganisatie;

    • e. in strijd zijn met het geldende recht in het land van herkomst.

Artikel 3. Subsidiabele kosten

Subsidiabele kosten voor zoektochten of rootsreizen als bedoeld in artikel 2, eerste lid, onderdeel d zijn:

  • a. de kosten voor een veldwerker of gids in het land van herkomst;

  • b. de kosten voor een sociaal-maatschappelijk werker of een tolk;

  • c. de kosten voor een informatiebijeenkomst voorafgaand aan een zoektocht of rootsreis;

  • d. de kosten die worden gemaakt voor de begeleider van een zoektocht of rootsreis;

  • e. andere gemeenschappelijke kosten die ondersteunend zijn aan de zoektocht of rootsreis van een groep interlandelijk geadopteerden naar hun identiteit of hun biologische ouders in het land van herkomst.

Artikel 4. Subsidiebedrag per belangenorganisatie

1. De subsidie bedoeld in artikel 2, eerste lid, bedraagt ten hoogste € 35.000,– per belangenorganisatie per aanvraagtijdvak met dien verstande dat voor de onderdelen a of b ten hoogste ten hoogste € 10.000,– kan worden toegekend en voor onderdelen c of d ten hoogste € 25.000,–.

Artikel 5. Aanvraagtijdvak

Een subsidieaanvraag kan worden ingediend tijdens de volgende aanvraagtijdvakken:

  • a. Van 20 oktober 2022 tot en met 31 december 2023;

  • b. Van 1 januari 2024 tot en met 31 december 2024;

  • c. Van 1 januari 2025 tot en met 31 december 2025;

  • d. Van 1 januari 2026 tot en met 31 december 2026;

  • e. Van 1 januari 2027 tot en met 19 oktober 2027.

Artikel 6. Subsidieplafond

  • 1 Voor subsidieverstrekking op grond van deze regeling is per aanvraagtijdvak € 600.000,– beschikbaar.

  • 2 De Minister verdeelt het beschikbare bedrag op volgorde van binnenkomst van volledige aanvragen.

Artikel 7. Indiening van de aanvraag

  • 1 Een aanvraag wordt ingediend door middel van een daartoe door de Minister vastgesteld aanvraagformulier.

  • 2 Indien subsidie wordt aangevraagd voor een activiteit als bedoeld in artikel 2, eerste lid, onderdeel c of d, wordt bij de aanvraag een advies van het expertisecentrum gevoegd en een beschrijving van de aanvrager van de manier waarop dit advies wordt meegenomen in de activiteiten.

Artikel 8. Verplichtingen

De gesubsidieerde activiteiten worden binnen twee jaar na de subsidieverlening uitgevoerd.

Artikel 9. Verplichte meldingen

  • 1 De aanvrager meldt onmiddellijk aan de Minister als:

    • a. het aannemelijk is geworden dat niet of niet geheel aan de subsidieverplichtingen zal worden voldaan;

    • b. na indiening van de subsidieaanvraag voor dezelfde begrote kosten een subsidie of een andere financiële bijdrage wordt aangevraagd bij een of meer andere bestuursorganen;

    • c. zich andere omstandigheden voordoen of zullen voordoen die van belang kunnen zijn voor een beslissing tot wijziging, intrekking of vaststelling van de subsidie.

  • 2 De melding wordt schriftelijk gedaan. De melding wordt voorzien van een toelichting.

Artikel 10. Evaluatieverslag

Onze Minister zendt binnen vijf jaar na de inwerkingtreding van deze regeling aan de Staten-Generaal een verslag over de doeltreffendheid en de effecten van deze regeling in de praktijk.

Artikel 11. Inwerkingtreding en vervaldatum

  • 1 Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst, en vervalt met ingang van 20 oktober 2027, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op subsidies die op grond van deze regeling voor laatstgenoemde datum zijn verstrekt.

Artikel 12. Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: Subsidieregeling belangenorganisaties interlandelijk geadopteerden.

De Minister voor Rechtsbescherming,

F.M. Weerwind