Handhavingsbeleid DNB voor tijdige indiening van toezichtrapportages

Geraadpleegd op 03-06-2025.
Geldend van 03-05-2022 t/m heden

Beleidsregel van de Nederlandsche Bank N.V. van 30 maart 2022 houdende regels met betrekking tot de tijdige indiening van toezichtrapportages

De Nederlandsche Bank N.V. (DNB) heeft het volgende beleid vastgesteld met betrekking tot de handhaving van overtredingen van rapportageverplichtingen waarop DNB op grond van de artikelen 1:79 en 1:80 van de Wet op het financieel toezicht, artikel 48 van de Wet toezicht trustkantoren 2018, artikelen 175 en 176 van de Pensioenwet en de artikelen 170 en 171 van de Wet verplichte beroepspensioenregeling, een bevoegdheid tot handhaven heeft (Handhavingsbeleid DNB voor tijdige indiening van toezichtrapportages).

§ 1. Algemene bepalingen

Artikel 1. Definities

In dit beleid wordt verstaan onder:

  • a. DNB: de Nederlandsche Bank N.V.;

  • b. toezichtrapportage: elke wettelijk verplichte rapportage die een instelling periodiek binnen de daartoe vastgestelde termijnen verplicht is in te dienen bij DNB en waarbij DNB de bevoegde autoriteit is;

  • c. instelling: eenieder die bij of krachtens wettelijk voorschrift verplicht is een toezichtrapportage bij DNB in te dienen;

  • d. begunstigingstermijn: de termijn waarbinnen een instelling aan een last onder dwangsom moet voldoen zonder dat dwangsommen worden verbeurd.

  • e. basisbedrag: een bij wet vastgesteld basisbedrag voor boetecategorie 1, 2 en 3;

  • f. maximumbedrag: een bij wet vastgesteld maximumbedrag voor boetecategorie 1, 2 en 3;

  • g. minimumbedrag: een bij wet vastgesteld minimumbedrag voor boetecategorie 1, 2 en 3;

  • h. recidive: de omstandigheid dat tijdens het plegen van de overtreding nog geen vijf jaar zijn verlopen sinds het opleggen van een bestuurlijke boete aan de overtreder ter zake van eenzelfde overtreding.

§ 2. Indiening van toezichtrapportages

Artikel 4. Wijze van indiening

Een instelling dient een toezichtrapportage digitaal in via een daarvoor door DNB ontwikkeld elektronisch rapportagesysteem.

Artikel 5. Tijdige indiening

  • 1 Een instelling dient een toezichtrapportage tijdig bij DNB in.

  • 2 Een toezichtrapportage wordt als tijdig ingediend beschouwd indien deze uiterlijk op de bij of krachtens wettelijk voorschrift vastgestelde indieningsdatum en conform de door DNB bij het elektronisch rapportagesysteem vastgestelde wijze is ingediend. Hiervan is in beginsel sprake wanneer de toezichtrapportage in het elektronisch rapportagesysteem de status ‘voldaan’ heeft gekregen.

  • 3 Indien een toezichtrapportage niet tijdig bij DNB is ingediend, overweegt DNB of het opleggen van een last onder dwangsom en/of een bestuurlijke boete opportuun is.

§ 3. Last onder dwangsom

Artikel 6. Last onder dwangsom

  • 1 DNB legt in beginsel een last onder dwangsom op indien een instelling een toezichtrapportage niet tijdig indient.

  • 2 DNB geeft een begunstigingstermijn van tien werkdagen waarbinnen volledig aan de last moet worden voldaan.

  • 3 Na het verstrijken van de begunstigingstermijn wordt in beginsel een dwangsom verbeurd van EUR 1.250,– per volledige werkdag dat niet volledig aan de last is voldaan, met een maximum van EUR 12.500,–.

§ 4. Bestuurlijke boete

Artikel 7. Boeteoplegging

  • 1 DNB legt in beginsel een bestuurlijke boete op aan een instelling voor het herhaaldelijk binnen een aaneengesloten periode van dertien maanden niet tijdig indienen van een toezichtrapportage.

  • 2 Onder herhaaldelijk wordt verstaan het binnen een aaneengesloten periode van dertien maanden voor de tweede maal niet tijdig indienen van een toezichtrapportage.

Artikel 8. Stappenplan

  • 1 In het kader van dit beleid hanteert DNB onderstaand stappenplan voor het vaststellen van de boetes wegens overtredingen van rapportageverplichtingen die zijn ingedeeld in boetecategorie 2 en 3.

  • 2 Voor het vaststellen van boetes wegens overtredingen van rapportageverplichtingen die zijn ingedeeld in categorie 1, gelden alleen de stappen 1, 4, 6 en 7 van onderstaand stappenplan.

  • 3 Op basis van het stappenplan worden de volgende stappen doorlopen:

    basisbedrag

    (stap 1)

    ernst en/of duur

    (stap 2)

    mate van verwijtbaarheid

    (stap 3)

    recidive

    (stap 4)

    omvang

    (stap 5)

    adequaat getroffen maatregelen

    (stap 6)

    draagkracht

    (stap 7)

  • 4 Bij toepassing van dit stappenplan neemt DNB de bij wet vastgestelde boetemaxima in acht.

    Stap 1 : basisbedrag

    • a. DNB stelt een bestuurlijke boete vast op het toepasselijke basisbedrag.

    Stap 2 : ernst en/of duur

    • a. In het basisbedrag ligt een gemiddelde ernst en duur van de overtreding besloten.

    • b. Indien een instelling een toezichtrapportage niet tijdig indient, verhoogt DNB het basisbedrag met het percentage als opgenomen in onderstaande tabel.

    Overschrijding indieningstermijn (in aantal werkdagen)

    Percentage verhoging basisbedrag

    1

    0%

    2 – 5

    5%

    6 – 10

    10%

    > 10

    20%

    Stap 3 : mate van verwijtbaarheid

    • a. In het basisbedrag ligt een gemiddelde mate van verwijtbaarheid van de instelling besloten.

    Stap 4 : recidive

    • a. Indien sprake is van recidive, verdubbelt DNB het op basis van de stappen 1 tot en met 3 berekende boetebedrag.

    Stap 5 : omvang

    • a. DNB neemt de omvang van de instelling in acht. Daarbij hanteert DNB de omvangtabel die in bijlage 1 is opgenomen. Het boetepercentage dat op grond van de omvangtabel wordt vastgesteld, wordt toegepast op het op basis van de stappen 1 tot en met 4 berekende boetebedrag.

    • b. Als de voor de toepassing van de omvangtabel benodigde financiële gegevens niet beschikbaar zijn – doordat DNB niet over die gegevens beschikt en de instelling die gegevens ook niet heeft verstrekt – maakt DNB een reële inschatting van de omvang van de instelling. Is een reële inschatting evenmin mogelijk, dan wordt het boetepercentage op grond van de toepasselijke omvangtabel vastgesteld op 6% voor boetecategorie 2 en op 1,2% voor boetecategorie 3.

    Stap 6 : adequaat getroffen maatregelen

    • a. DNB kan het op basis van de stappen 1 tot en met 5 berekende boetebedrag in beginsel met 10% verlagen, indien de instelling aantoont dat adequate maatregelen zijn getroffen ter voorkoming van herhaling van de overtreding.

    Stap 7 : draagkracht

    • a. DNB houdt zo nodig rekening met de financiële omstandigheden waarin de overtreder verkeert. Het is aan de overtreder om inzicht te geven in zijn draagkracht, aan de hand van een door DNB bij het boetevoornemen gevoegd draagkrachtformulier. Indien aannemelijk is dat het op grond van de stappen 1 tot en met 6 berekende boetebedrag de draagkracht van de overtreder overstijgt, gaat DNB in beginsel tot matiging over. Bij de beoordeling of aanleiding bestaat tot matiging, kan DNB rekening houden met de omstandigheden waaronder de verminderde of onvoldoende draagkracht is ontstaan alsmede met op korte termijn te verwachten positieve financiële resultaten van de overtreder.

    • b. Uitgangspunt voor de omvang van de matiging is dat DNB de boete niet verder matigt dan tot een bedrag dat de overtreder redelijkerwijs geacht moet worden te kunnen voldoen, zo nodig met het aangaan van een betalingsregeling van maximaal twee jaar. De boete wordt niet vastgesteld op een bedrag lager dan EUR 10.000,– voor rechtspersonen en EUR 5.000,– voor natuurlijke personen. Indien een boete ter hoogte van dit bedrag gelet op de bijzondere omstandigheden van het geval nog steeds onevenredig hoog is, kan DNB overgaan tot een verdergaande matiging van de boete.

§ 5. Overgangs- en slotbepalingen

Artikel 9. Intrekking Handhavingsbeleid niet-tijdige indiening van toezichtrapportages

Met de vaststelling van dit beleid wordt het Handhavingsbeleid voor tijdige en kwalitatief voldoende financiële toezichtrapportages van onder toezicht staande ondernemingen van 16 mei 2013 ingetrokken, dat op de website van DNB bekend is gemaakt.

Artikel 10. Inwerkingtreding

Dit beleid treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst.

Artikel 11. Citeertitel

Dit beleid wordt aangehaald als: Handhavingsbeleid DNB voor tijdige indiening van toezichtrapportages.

Dit beleid zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Amsterdam, 30 maart 2022

De Nederlandsche Bank N.V.,

E. Bos

Directeur

Bijlage 1. behorend bij artikel 8, stap 5, van het Handhavingsbeleid DNB voor tijdige indiening van toezichtrapportages

Omvangtabel I ziet op boetes wegens overtredingen van voorschriften die zijn ingedeeld in categorie 2; omvangtabel II ziet op boetes wegens overtredingen van voorschriften die zijn ingedeeld in categorie 3.

Omvangtabel I (boetecategorie 2)

Instelling

Omvangcriterium

Boetepercentage 3%

Boetepercentage tussen 3% en 6%

Boetepercentage 6%

Bank

Balanstotaal

≤ € 50 miljoen

(balanstotaal – 50 miljoen) / 200 miljoen x 3 + 3 = boetepercentage

≥ € 250 miljoen

Beleggings-onderneming en -instelling

Hoogste kapitaaleis

≤ € 75.000

(hoogste kapitaaleis – 75.000) / 925.000 x 3 + 3 = boetepercentage

≥ € 1 miljoen

Betaaldienstverlener en elektronischgeldinstelling

Hoogste kapitaaleis

≤ € 50.000

(hoogste kapitaaleis – 50.000) / 1,95 miljoen x 3 + 3 = boetepercentage

≥ € 2 miljoen

Pensioenuitvoerder

Balanstotaal

≤ € 100 miljoen

(balanstotaal – 100 miljoen) / 900 miljoen x 3 + 3 = boetepercentage

≥ € 1 miljard

Leven(her)- en natura-uitvaartverzekeraar en pensioenuitvoerder

Balanstotaal

≤ € 100 miljoen

(balanstotaal – 100 miljoen) / 900 miljoen x 3 + 3 = boetepercentage

≥ € 1 miljard

Schade(her) verzekeraar

Premie-inkomen

≤ € 10 miljoen

(premie-inkomen – 10 miljoen) / 240 miljoen x 3 + 3 = boetepercentage

≥ € 250 miljoen

Zorgverzekeraar

Premie-inkomen

≤ 100 miljoen

(premie-inkomen – 100 miljoen) / 400 miljoen x 3 + 3 = boetepercentage

≥ € 500 miljoen

Afwikkelonderneming, Centrale tegenpartij en Centrale effectenbewaarinstelling

Omzet

≤ € 6 miljoen

(omzet – 6 miljoen) / 19 miljoen x 3 + 3 = boetepercentage

≥ € 25 miljoen

Trustkantoor

Omzet

≤ € 100.000

(omzet – 100.000) / 4,9 miljoen x 3 + 3 = boetepercentage

≥ € 5 miljoen

Omvangtabel II (boetecategorie 3)

Instelling

Omvangcriterium

Boetepercentage 0,6%

Boetepercentage tussen 0,6% en 1,2%

Boetepercentage 1,2%

Bank

Balanstotaal

≤ € 50 miljoen

(balanstotaal – 50 miljoen) / 200 miljoen x 0,6 + 0,6 = boetepercentage

≥ € 250 miljoen

Beleggingsonderneming en -instelling

Hoogste kapitaaleis

≤ € 75.000

(hoogste kapitaaleis – 75.000) / 925.000 x 3 + 3 = boetepercentage

≥ € 1 miljoen

Betaaldienstverlener en elektronischgeldinstelling

Hoogste kapitaaleis

≤ € 50.000

(hoogste kapitaaleis – 50.000) / 1,95 miljoen x 0,6 + 0,6 = boetepercentage

≥ € 2 miljoen

Pensioenuitvoerder

Balanstotaal

≤ € 100 miljoen

(balanstotaal – 100 miljoen) / 900 miljoen x 0,6 + 0,6 = boetepercentage

≥ € 1 miljard

Leven(her)- en natura-uitvaartverzekeraar en pensioenuitvoerder

Balanstotaal

≤ € 100 miljoen

(balanstotaal – 100 miljoen) / 900 miljoen x 0,6 + 0,6 = boetepercentage

≥ € 1 miljard

Schade(her) verzekeraar

Premie-inkomen

≤ € 10 miljoen

(premie-inkomen – 10 miljoen) / 240 miljoen x 0,6 + 0,6 = boetepercentage

≥ € 250 miljoen

Zorgverzekeraar

Premie-inkomen

≤ 100 miljoen

(premie-inkomen – 100 miljoen) / 400 miljoen x 0,6 + 0,6 = boetepercentage

≥ € 500 miljoen

Afwikkelonderneming, Centrale tegenpartij en Centrale effectenbewaarinstelling

Omzet

≤ € 6 miljoen

(omzet – 6 miljoen) / 19 miljoen x 0,6 + 0,6 = boetepercentage

≥ € 25 miljoen

Trustkantoor

Omzet

≤ € 100.000

(omzet – 100.000) / 4,9 miljoen x 0,6 + 0,6 = boetepercentage

≥ € 5 miljoen