De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid;
Gelet op artikel 43, eerste lid, en artikel 45, vierde lid, van de Vreemdelingenwet 2000;
-
– Overwegende dat naar verwachting voor een korte periode onzekerheid zal bestaan over
de situatie ten aanzien van vreemdelingen afkomstig uit Oekraïne, en op grond daarvan
redelijkerwijs niet kan worden beslist of de aanvraag, zoals bedoeld in artikel 28 van de Vreemdelingenwet 2000, op een van de gronden genoemd in artikel 29 van de Vreemdelingenwet 2000 kan worden ingewilligd;
-
– Dat als gevolg hiervan een besluitmoratorium wordt ingesteld met ingang van de dag
van inwerkingtreding van onderhavig besluit en voor de duur van zes maanden, voor
asielaanvragen van vreemdelingen afkomstig uit Oekraïne;
-
– Dat in deze situatie voor vreemdelingen afkomstig uit Oekraïne tevens een vertrekmoratorium
wordt ingesteld, eveneens voor de duur van zes maanden.
Het besluitmoratorium alsmede het vertrekmoratorium worden ingesteld met ingang van
de dag van inwerkingtreding van onderhavig besluit en voor de duur van zes maanden.
Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de
Staatscourant waarin het wordt geplaatst en werkt terug tot en met 28 februari 2022.