Instellingsregeling Bezwaarschriftenadviescommissie hersteloperatie toeslagen

[Intrekking regeling zonder datum inwerkingtreding aanwezig. Zie het wijzigingenoverzicht.]
Geraadpleegd op 25-12-2025.
Toekomstige tekst vanaf 01-01-2026.
Ga naar eerste onderdeel, gewijzigd per 01-01-2026.

Regeling van de Staatssecretaris van Financiën van 19 november 2021, houdende de instelling van een bezwaarschriftenadviescommissie ter behandeling van bezwaren tegen besluiten inzake de hersteloperatie toeslagen (Instellingsregeling Bezwaarschriftenadviescommissie hersteloperatie toeslagen)

De Staatssecretaris van Financiën,

Gelet op artikel 49e van de Algemene wet inkomensafhankelijke regelingen;

Besluit:

Artikel 1. Reikwijdte

Deze regeling berust op artikel 5.2 van de Wet hersteloperatie toeslagen.

Artikel 2. Begripsbepalingen

[Wijziging per 01-01-2026. Ga naar volgende gewijzigde onderdeel.]

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • adviescommissie: commissie, genoemd in artikel 3, eerste lid;

  • bestuur: bestuur, genoemd in artikel 5a, eerste lid;

  • minister: Minister van Financiën;

  • ministerie: Ministerie van Financiën;

  • wet: Wet hersteloperatie toeslagen.

Artikel 3. Instelling en taak

[Wijziging per 01-01-2026. Ga naar volgende gewijzigde onderdeel.]

  • 1 Er is een Bezwaarschriftenadviescommissie hersteloperatie toeslagen.

  • 2 De adviescommissie heeft tot taak:

    • a. het adviseren van de Dienst Toeslagen over bezwaren tegen beschikkingen die gegeven zijn op grond van de artikelen 2.1, 2.4 tot en met 2.6 en 2.9, eerste lid, van de wet;

    • b. het horen van een belanghebbende van een voorgelegd bezwaar, indien dat door de adviescommissie nodig wordt geacht.

  • 3 De adviescommissie brengt in ieder geval geen advies uit over een bezwaar, indien:

    • a. er naar het oordeel van de Dienst Toeslagen geen sprake is van een rechtsvraag met principiële betekenis voor soortgelijke gevallen en de belanghebbende en de Dienst Toeslagen overeengekomen zijn dat het bezwaar niet wordt voorgelegd ter advies aan de adviescommissie;

    • b. de beslissing op het bezwaar naar het oordeel van de Dienst Toeslagen strekt tot kennelijk niet-ontvankelijkverklaring van het bezwaar;

    • c. de beslissing op het bezwaar naar het oordeel van de Dienst Toeslagen strekt tot kennelijk ongegrondverklaring van het bezwaar;

    • d. bij de beslissing op het bezwaar volledig aan het bezwaar van de belanghebbende tegemoet wordt gekomen;

    • e. de beslissing op het bezwaar en de motivering ervan naar het oordeel van de Dienst Toeslagen evident in lijn is met eerdere adviezen van de adviescommissie; of

    • f. het een bezwaar betreft tegen een beschikking waarin uitsluitend de rente, bedoeld in artikel 2.2, onderdeel a, van de wet, of de rentevergoeding, bedoeld in artikel 2.2, onderdeel g, van de wet, en de daarover berekende bedragen, bedoeld in artikel 2.3, derde, zevende en achtste lid, van de wet, worden vastgesteld.

Artikel 4. Instellingsduur

De adviescommissie wordt met terugwerkende kracht ingesteld tot en met 7 juli 2020 en wordt opgeheven bij het intrekken of vervallen van deze regeling.

Artikel 5. Samenstelling van de adviescommissie en benoeming en ontslag van de leden.

[Wijziging per 01-01-2026. Ga naar volgende gewijzigde onderdeel.]

  • 1 De adviescommissie bestaat uit ten minste een voorzitter en twee andere leden.

  • 2 De leden hebben zitting op persoonlijke titel en oefenen hun functie uit zonder last of ruggespraak.

  • 3 De leden worden door de minister benoemd.

  • 4 De benoeming geschiedt voor de duur van ten hoogste een jaar, welke termijn eenmaal verlengd kan worden met ten hoogste een jaar.

  • 5 De leden maken geen deel uit van het ministerie, zijn niet werkzaam onder verantwoordelijkheid van de minister, zijn geen lid van de commissie, genoemd in artikel 3, eerste lid, van de Instellingsregeling Commissie van onafhankelijke deskundigen hersteloperatie toeslagen of de commissie, genoemd in artikel 3, eerste lid, van de Instellingsregeling Commissie aanvullende schadevergoeding werkelijke schade en zijn geen lid geweest van deze commissies.

  • 6 De leden kunnen op eigen verzoek of wegens ongeschiktheid, onbekwaamheid of op andere zwaarwegende gronden worden geschorst en ontslagen door de minister.

  • 7 Bij tussentijds vertrek van de voorzitter of een ander lid kan de minister een andere voorzitter, onderscheidenlijk een ander lid, benoemen.

Artikel 5a. Samenstelling, benoeming en zittingsduur van het bestuur

[Wijziging per 01-01-2026. Ga naar volgende gewijzigde onderdeel.]

  • 1 De adviescommissie heeft een bestuur dat bestaat uit de voorzitter en ten minste een ander lid van de adviescommissie.

  • 2 De leden van het bestuur worden benoemd door de minister voor de duur van ten hoogste een jaar, welke termijn telkens verlengd kan worden met ten hoogste een jaar.

  • 3 Het lidmaatschap van het bestuur kan door een lid van het bestuur op diens eigen verzoek voortijdig worden beëindigd. Voorts eindigt het lidmaatschap van het bestuur bij het einde van het lidmaatschap van de adviescommissie.

Artikel 5b. Verantwoordelijkheden, taakverdeling en werkwijze van het bestuur

[Wijziging per 01-01-2026. Ga naar volgende gewijzigde onderdeel.]

  • 1 Het bestuur is eindverantwoordelijk voor:

    • a. de uitvoering van de taken van de adviescommissie;

    • b. de totstandkoming van de eigen werkwijze van de adviescommissie, bedoeld in artikel 7, vierde lid;

    • c. de verantwoording aan de minister en het evaluatieverslag, bedoeld in artikel 8.

  • 2 De leden van het bestuur bepalen de onderlinge taakverdeling in het bestuur.

  • 3 Het bestuur streeft naar consensus in haar besluitvorming. Wanneer dit niet mogelijk is, wordt met meerderheid van stemmen beslist door alle leden van de adviescommissie. Alle leden van de adviescommissie worden in de gelegenheid gesteld hun stem te geven en zij onthouden zich niet van stemming. Indien de stemmen staken, heeft de voorzitter van het bestuur een beslissende stem.

  • 4 Het bestuur wordt bijgestaan door een hoofd griffie die:

    • a. de dagelijkse leiding heeft over het secretariaat van de adviescommissie en daar zelf onderdeel van uitmaakt;

    • b. verantwoordelijk is voor de implementatie van de eigen werkwijze, bedoeld in artikel 7, vierde lid, in nauw overleg met het bestuur;

    • c. verantwoordelijk is voor de interne bedrijfsvoering;

    • d. rapporteert aan het bestuur.

Artikel 6. Secretariaat

[Wijziging per 01-01-2026. Ga naar volgende gewijzigde onderdeel.]

  • 1 De minister voorziet in het secretariaat van de adviescommissie.

  • 2 Het secretariaat is voor de uitvoering van zijn taak uitsluitend verantwoording schuldig aan het bestuur.

  • 3 Aan het secretariaat kunnen medewerkers worden toegevoegd.

  • 4 Indien personen in dienst van het ministerie tot secretaris of medewerker van het secretariaat worden benoemd, zijn zij tegenover anderen dan de adviescommissie verplicht tot geheimhouding van hetgeen hen in het verband van de werkzaamheden van de adviescommissie bekend is geworden.

Artikel 7. Werkwijze

[Wijziging per 01-01-2026. Ga naar volgende gewijzigde onderdeel.]

  • 1 Bij meer dan drie leden functioneert de adviescommissie bij de behandeling van een zaak in een wisselende samenstelling van drie leden, bestaande uit een zittingsvoorzitter en twee andere leden.

  • 2 In geval van een belangenverstrengeling in een voorkomend geval informeert het desbetreffende lid van de adviescommissie onmiddellijk de andere leden en trekt zich uit eigen beweging terug uit de beoordeling van het desbetreffende dossier.

  • 3 De bij de behandeling van een zaak betrokken leden stellen het advies van de adviescommissie vast bij meerderheid van stemmen. Geen der leden onthoudt zich van stemming.

  • 4 De adviescommissie stelt haar eigen werkwijze vast, met inachtneming van de bepalingen van deze regeling en de Algemene wet bestuursrecht.

Artikel 8. Evaluatieverslag

De adviescommissie stelt uiterlijk 31 maart 2022, en vervolgens telkens na twee jaar, een evaluatieverslag op waarin de adviescommissie aandacht besteedt aan haar taakvervulling.

Artikel 9. Archiefbescheiden

  • 1 De adviescommissie draagt na haar opheffing de bescheiden betreffende haar werkzaamheden over aan het archief van het ministerie.

  • 2 De adviescommissie kan de bescheiden, bedoeld in het eerste lid, eerder aan het archief van het ministerie overdragen, als omstandigheden daartoe aanleiding geven.

Artikel 9a. Overgangsrecht in verband met de wijziging van artikel 3

[Wijziging per 01-01-2026.]

  • 1 Artikel 3 zoals dat artikel luidde op de dag voorafgaand aan de dag van inwerkingtreding van dit artikel blijft van toepassing met betrekking tot een bezwaar dat is ingediend voor die dag van inwerkingtreding indien ten aanzien van dat bezwaar:

    • a. voorafgaand aan de dag van inwerkingtreding van dit artikel door de Dienst Toeslagen een schriftelijke reactie is gezonden aan de adviescommissie en een hoorzitting als bedoeld in artikel 7:13 van de Algemene wet bestuursrecht is of wordt belegd en dit voorafgaand aan die dag van inwerkingtreding aan de belanghebbende is bekendgemaakt;

    • b. een hoorzitting als bedoeld in onderdeel a heeft plaatsgevonden; of

    • c. door de belanghebbende aan de Dienst Toeslagen wordt verzocht om een advies van de adviescommissie.

  • 2 Het eerste lid is niet van toepassing met betrekking tot een bezwaar tegen een beschikking op grond van artikel 2.7 van de wet.

  • 3 In afwijking van het eerste lid blijft artikel 3 zoals dat artikel luidde op de dag voorafgaand aan de dag van inwerkingtreding van dit artikel van toepassing met betrekking tot een bezwaar tegen een beschikking op grond van artikel 2.1, eerste lid, of artikel 2.6, eerste lid, van de wet dat op of na die dag van inwerkingtreding wordt ingediend, indien:

    • a. die beschikking volgt op een bezwaar tegen een beschikking op grond van artikel 2.7 van de wet dat voorafgaand aan de dag van inwerkingtreding van dit artikel is ingediend en dat als gevolg van de toepassing van het tweede lid niet ter advies aan de adviescommissie wordt voorgelegd; en

    • b. door de belanghebbende aan de Dienst Toeslagen wordt verzocht om een advies van de adviescommissie met betrekking tot de eerstgenoemde beschikking.

Artikel 10. Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst, en werkt terug tot en met 7 juli 2020.

Artikel 11. Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: Instellingsregeling Bezwaarschriftenadviescommissie hersteloperatie toeslagen.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Staatssecretaris van Financiën,

A.C. van Huffelen