Bijlage 1. Examenreglement staatsexamens voortgezet onderwijs 2022, voor staatsexamen
vwo, staatsexamen havo en staatsexamen vmbo als bedoeld in artikel 1
[Regeling vervallen per 31-12-2022]
Volgens artikel 2, derde lid, onderdeel a, van de Wet College voor toetsen en examens stelt het College bij regeling het examenreglement vast. Het examenreglement omvat
procedurele en organisatorische regelingen voor de uitvoering van het centraal examen
en het college-examen en inhoudelijke bepalingen.
Artikel 1. Definities
[Regeling vervallen per 31-12-2022]
Voor de toepassing van dit Reglement wordt verstaan onder:
-
Centraal examen: het centraal examen bedoeld in artikel 2.75, derde lid, van de Wet voortgezet onderwijs 2020;
-
College-examen: het college-examen bedoeld in artikel 2.75, derde lid, van de Wet voortgezet onderwijs 2020;
-
College: het College genoemd in artikel 2, eerste lid, van de Wet College voor toetsen en examens;
-
Deelstaatsexamen: het examen in één of meer van de voor het staatsexamen voorgeschreven vakken;
-
DUO: Dienst Uitvoering Onderwijs, de uitvoeringsdienst van het Ministerie van Onderwijs,
Cultuur en Wetenschap;
-
Examenonderdeel: het centraal examen of het college-examen;
-
Niveau:
-
○ basisberoepsgerichte leerweg: vmbo-bb
-
○ kaderberoepsgerichte leerweg: vmbo-kb
-
○ gemengde leerweg: vmbo-gl
-
○ theoretische leerweg: vmbo-tl
-
○ voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs: vmbo
-
○ hoger algemeen voortgezet onderwijs: havo
-
○ voorbereidend wetenschappelijk onderwijs: vwo
-
Staatsexamen: het staatsexamen ter verkrijging van een diploma vwo, havo of vmbo.
Artikel 2. Aanmelden
[Regeling vervallen per 31-12-2022]
-
1. Kandidaten die geen leerling zijn van een vso-school dienen zich aan te melden vóór
1 januari 2022. Wijzigingen op de aanmelding kunnen worden doorgegeven tot uiterlijk
1 februari 2022. Een afwijkende wijze van examineren als bedoeld in artikel 6 dient
voor 1 februari 2022 per mail of brief bij DUO te worden aangevraagd.
-
2. VSO-scholen dienen hun leerlingen aan te melden voor 1 december 2021; wijzigingen
op de vso-aanmelding en voor kandidaten die verblijven in een penitentiaire inrichting,
kunnen worden doorgegeven tot uiterlijk 1 februari 2022.
Een afwijkende wijze van examineren als bedoeld in artikel 6 dient voor 1 februari
2022 per mail of brief aan DUO te worden doorgegeven.
-
3. Een kandidaat mag zich aanmelden voor zowel meerdere vakken als meerdere niveaus,
met de volgende randvoorwaarden:
-
a. Een kandidaat mag zich per niveau aanmelden voor maximaal één vak meer dan nodig voor
het behalen van een diploma in elk van de profielen.
-
b. Het is niet toegestaan dat een kandidaat:
-
1°. zich bij de staatsexamens aanmeldt voor één en hetzelfde vak voor meerdere niveaus;
-
2°. zich aanmeldt voor één en hetzelfde vak, al dan niet voor hetzelfde niveau, bij de
staatsexamens en elders;
-
3°. zich aanmeldt voor twee verschillende vakken van verschillende niveaus waarvan de
examens in het eerste tijdvak samenvallen. Hier geldt één uitzondering: Als een kandidaat
opgaat voor een diploma voor een bepaald niveau en één of meer vakken op een hoger
niveau wil doen, wordt hem, indien dit door het samenvallen van examens nodig is,
voor het examen op het hogere niveau uitstel verleend naar het tweede tijdvak;
-
4°. zich aanmeldt voor het vak wiskunde én het college-examen rekenen;
-
5°. zich aanmeldt voor het college-examen rekenen in een jaar waarin hij niet opgaat voor
een diploma.
-
c. Als een kandidaat zich bij de staatsexamens aanmeldt voor twee vakken van hetzelfde
niveau waarvan de schriftelijke examens in het eerste tijdvak samenvallen, krijgt
hij voor één van deze examens uitstel naar het tweede tijdvak.
Artikel 3. Indeling examen
[Regeling vervallen per 31-12-2022]
-
1. Het staatsexamen bestaat uit een aantal vakken. Daaraan wordt voor havo, vwo, vmbo-tl
en vmbo-gl een profielwerkstuk toegevoegd en voor leerlingen bij wie wiskunde geen
deel uitmaakt van het vakkenpakket, een college-examen rekenen.
-
2. Een staatsexamenvak bestaat uit een centraal examen en/of een college-examen. Het
centraal examen is identiek aan het centraal examen voor de dagscholen.
Het college-examen bestaat uit:
-
a. een schriftelijke toets en een mondeling examen,
-
b. een schriftelijke toets,
-
c. een mondeling examen, of
-
d. een praktisch examen.
-
3. Het staatsexamen wordt afgenomen overeenkomstig het desbetreffende examenprogramma,
vastgesteld op grond van artikel 2.54, van de Wet voortgezet onderwijs 2020.
-
4. Ten aanzien van het college-examen geldt dat:
-
a. keuzes die ingevolge het in het derde lid bedoelde examenprogramma moeten of kunnen
worden gemaakt door de school, worden gemaakt door het College, en
-
b. het College kan afwijken van de voorschriften met betrekking tot het schoolexamen
die om praktische redenen in het college-examen niet uitvoerbaar zijn, er rekening
mee houdend dat het college-examen zoveel mogelijk gelijkwaardig blijft aan het schoolexamen.
-
5. Het College stelt jaarlijks op grond van artikel 2, vierde lid, onderdeel a, van de wet College voor toetsen en examens voor elk vak een programma van toetsing en afsluiting vast in de vorm van vakinformatie.
-
6. De vakinformatie bevat, naast de door Onze Minister vastgestelde onderwerpen voor
het centraal examen, regels omtrent alle onderdelen van het college-examen.
In de vakinformatie wordt in elk geval aangegeven:
-
a. welke onderdelen van het examenprogramma tijdens het centraal examen en welke onderdelen
tijdens het college-examen worden getoetst;
-
b. de wijze waarop het college-examen plaatsvindt;
-
c. welke hulpmiddelen tijdens het centraal examen en college-examen zijn toegestaan (zie
vakinformatie Regeling toegestane hulpmiddelen);
-
d. de regels voor de wijze waarop het cijfer voor het college-examen en het eindcijfer
tot stand komt.
Artikel 5. Examendossier, werkstukken
[Regeling vervallen per 31-12-2022]
-
1. Het examendossier is het geheel van de onderdelen van het college-examen, zoals dit
in de vakinformatie is vastgelegd.
-
2. Tenzij dit anders staat vermeld in de vakinformatie, moeten werkstukken, boekenlijsten,
artikelen, songteksten/gedichten, onderwerpen van presentaties vóór 1 april 2022 in
tweevoud worden opgestuurd naar DUO, staatsexamens vo, Postbus 30158, 9700 LK, Groningen.
Van het tijdig ingezonden materiaal ontvangt de kandidaat een ontvangstbevestiging.
Werkstukken voor tekenen en handvaardigheid en posters voor posterpresentaties: deze
dienen te worden meegebracht naar het college-examen. Voor vso-schoolkandidaten liggen
de werkstukken op de in de vakinformatie genoemde datum klaar ter controle door de
locatievoorzitter mondeling.
-
3. Wanneer het op te sturen materiaal niet tijdig door DUO (afdeling staatsexamens vo)
is ontvangen, wordt de kandidaat voor het betreffende vak niet opgeroepen voor het
college-examen of wordt de reeds verstuurde oproep ingetrokken.
De kandidaat wordt hiervan schriftelijk op de hoogte gesteld.
Artikel 6. Afwijkende wijze van examineren
[Regeling vervallen per 31-12-2022]
Het College kan toestaan dat een kandidaat met een beperking het eindexamen geheel
of gedeeltelijk aflegt op een wijze die is aangepast aan de mogelijkheden van de kandidaat.
Tenzij sprake is van een objectief waarneembare – lichamelijke – beperking dient de
kandidaat een deskundigenverklaring te overleggen als beschreven in artikel 4.34, derde lid, van het Uitvoeringsbesluit WVO. Indien de aanpassing het centraal examen betreft, kan deze in ieder geval bestaan
uit een verlenging van de duur van de desbetreffende toets met 30 minuten. Andere
aanpassingen kunnen plaatsvinden op basis van voorstellen in het deskundigenverklaring.
Artikel 7. Onregelmatigheden
[Regeling vervallen per 31-12-2022]
-
1. Indien een kandidaat zich ten aanzien van enig onderdeel van het staatsexamen of deelstaatsexamen
dan wel ten aanzien van een aanspraak op ontheffing, aan enige onregelmatigheid schuldig
maakt of heeft gemaakt, kan het College maatregelen nemen. De kandidaat krijgt daarvan
schriftelijk bericht.
-
2. De maatregelen, bedoeld in het eerste lid, die afhankelijk van de aard van de onregelmatigheid
ook in combinatie met elkaar kunnen worden genomen, zijn:
-
a. het toekennen van het cijfer 1 voor een toets van het college-examen of het centraal
examen;
-
b. het ontzeggen van de deelname of de verdere deelname aan één of meer toetsen van het
college-examen en/of het centraal examen van het betreffende vak en/of van alle vakken.
-
c. het ongeldig verklaren van één of meer toetsen van het reeds afgelegde deel van het
college-examen en/of het centraal examen;
-
d. minder vergaande maatregelen dan die, bedoeld onder a tot en met c.
-
3. Indien de onregelmatigheid pas wordt ontdekt na afloop van het examen, kan het College
de kandidaat het betreffende diploma of certificaat en de cijferlijst onthouden, of
kan het College bepalen dat aan de betrokken kandidaat dat diploma of certificaat
en die cijferlijst slechts kunnen worden uitgereikt nadat opnieuw examen is afgelegd
in de door het College aan te wijzen onderdelen en op de door het College te bepalen
wijze.
-
4. Het besluit waarbij een in het eerste lid bedoelde maatregel wordt genomen, wordt
tegelijkertijd in afschrift toegezonden aan de inspectie en, indien de kandidaat minderjarig
is, aan de wettelijke vertegenwoordigers van de kandidaat.
-
5. De kandidaat kan tegen een besluit waarbij een in het eerste lid bedoelde maatregel
wordt genomen, bezwaar maken bij het College. De termijn voor het indienen van een
bezwaarschrift bedraagt vijf dagen nadat het besluit aan de kandidaat is bekendgemaakt
op de voorgeschreven wijze. Het College beslist binnen 14 dagen na ontvangst van het
bezwaarschrift, tenzij hij deze termijn gemotiveerd verlengt met ten hoogste 14 dagen.
Het College stelt bij zijn beslissing zo nodig vast op welke wijze de kandidaat alsnog
in de gelegenheid zal worden gesteld het examen geheel of gedeeltelijk af te leggen
of opnieuw af te leggen. Het College deelt zijn beslissing op het bezwaar mee aan
de kandidaat, de inspectie en, indien de kandidaat minderjarig is, aan de wettelijke
vertegenwoordigers van de kandidaat.
-
6. De kandidaat die zonder een door het College aanvaarde reden afwezig is bij enig onderdeel
van het staatsexamen of deelstaatsexamen in een vak, is uitgesloten van verdere deelname
aan het centraal examen en het college-examen in dit vak. Een eventueel al afgelegd
centraal examen en/of al afgelegde onderdelen van het college-examen in dit vak wordt/worden
ongeldig verklaard.
Artikel 8. Examenafname schriftelijk, digitaal, praktisch en mondeling
[Regeling vervallen per 31-12-2022]
-
1. Een kandidaat wordt alleen toegelaten tot het examen indien hij de examenoproep en
een geldig identiteitsbewijs kan tonen.
-
2. Bij een examenonderdeel dat digitaal of schriftelijk wordt afgenomen, dient de kandidaat
30 minuten voor aanvang van het examen in de examenzaal aanwezig te zijn.
-
3. Een kandidaat die te laat komt bij een examenonderdeel dat digitaal of schriftelijk
wordt afgenomen of bij een praktisch examen, mag tot uiterlijk een half uur na de
aanvang van de examenzitting tot het examen worden toegelaten. Zijn examen eindigt
uiterlijk op het aangegeven eindtijdstip van deze examenzitting.
Indien een kandidaat meer dan een half uur te laat komt bij één van de hier genoemde
examenonderdelen komt het examen(onderdeel) te vervallen.
-
4. Veel mondelinge examens kennen een voorbereiding van 20 minuten als verplicht onderdeel
van het examen. Daarvoor wordt de kandidaat 25 minuten voor aanvang van het mondeling
examen verwacht in het voorbereidingslokaal om zich op het examen voor te bereiden.
De precieze aard van deze voorbereiding staat in de vakinformatie.
Indien een kandidaat zich te laat voor de voorbereiding meldt, wordt de tijd die de
kandidaat te laat is, niet gecompenseerd. Zijn examen begint op het in het rooster
aangegeven tijdstip.
-
5. Als de kandidaat zich minder dan 5 minuten na het in het rooster aangegeven begintijdstip
van zijn mondeling examen meldt bij de examinatoren, dan wordt het examen gewoon afgenomen.
De door de kandidaat gemiste tijd wordt aan het eind van het examen toegevoegd. Bij
de beoordeling wordt geen rekening gehouden met het feit dat de kandidaat zich niet
of te kort heeft kunnen voorbereiden.
Als de kandidaat zich 5 minuten of meer na het in het rooster aangegeven begintijdstip
van zijn mondeling examen meldt bij de examinatoren, dan komt dit examen te vervallen.
-
6. Een kandidaat die tijdens een zitting onwel wordt, kan onder begeleiding het examenlokaal
verlaten. In overleg met de kandidaat beoordeelt de locatievoorzitter of de door hem
aangewezen vervanger, of de kandidaat het werk mag hervatten. Indien dat zo is, kan
de gemiste tijd aan het eind van de zitting worden ingehaald. Indien de kandidaat
het werk niet kan hervatten, overlegt de locatievoorzitter met de algemeen examenleider.
Wanneer het examen ongeldig wordt verklaard, wordt de kandidaat, indien mogelijk,
op een ander moment in de gelegenheid gesteld het examen opnieuw afleggen.
-
7. Indien een kandidaat om een geldige reden, ter beoordeling van het College,
-
a. in het eerste tijdvak verhinderd is bij één of meer schriftelijke toetsen of examens,
wordt hij in de gelegenheid gesteld in het tweede of derde tijdvak de gemiste toetsen
of examens alsnog af te leggen. Het uitstel wordt verleend voor niet meer vakken dan
die nodig zijn voor één profiel, met dien verstande dat een kandidaat die op meerdere
niveaus examen doet, slechts voor één niveau uitstel kan krijgen;
-
b. in het eerste tijdvak verhinderd is bij een of meer mondelinge of praktische examens,
wordt hij in de gelegenheid gesteld in het derde of vierde tijdvak de gemiste examens
alsnog af te leggen. Het uitstel wordt verleend voor niet meer vakken dan die nodig
zijn voor één profiel, met dien verstande dat een kandidaat die op meerdere niveaus
examen doet, slechts voor één niveau uitstel kan krijgen;
-
c. Een uitzondering op het gestelde in lid a en lid b wordt alleen gemaakt, als uitstel
verlenen op twee of meer niveaus nodig is in verband met het halen van een diploma,
of
-
d. In één examenjaar kan een kandidaat slechts eenmaal uitstel worden verleend voor onderdelen
van het college-examen naar een volgend tijdvak.
-
8. Om in aanmerking te komen voor uitstel naar een ander examenmoment, meldt de kandidaat
binnen 8 dagen zijn afwezigheid per mail via staatsexamens@duo.nl of schriftelijk
bij DUO, afdeling staatsexamens vo, Postbus 30158, 9700 LK Groningen. In de berichtgeving
dient te worden vermeld:
-
a. Naam en adres van de kandidaat;
-
b. Datum van het gemiste examen en het desbetreffende vak;
-
c. De reden van de absentie/verhindering;
-
d. Bij ziekte of ongeval: naam, adres en telefoonnummer van de geconsulteerde arts;
-
e. Andere situatie van overmacht: bewijs van de onmogelijkheid om aan het examen deel
te nemen.
De kandidaat of zijn wettelijke vertegenwoordigers leveren de gevraagde informatie.
Zonder deze informatie kan de afwezigheid als een onregelmatigheid worden beschouwd
als bedoeld in artikel 7 van dit reglement.
-
9. Wanneer de kandidaat in het staatsexamenjaar een examenvak niet afrondt, komen de
reeds behaalde resultaten voor het betreffende vak te vervallen.
Artikel 9. Gang van zaken tijdens het examen
[Regeling vervallen per 31-12-2022]
-
1. Tenzij anders is bepaald, dient schriftelijk werk te worden gemaakt oppapier van de
staatsexamens. De kandidaat voorziet elk papier van zijn naam, examennummer en vermeldt,
indien van toepassing, het type grafische rekenmachine.
-
2. Voor het gebruik van hulpmiddelen en schrijfmaterialen: zie vakinformatie en Regeling
toegestane hulpmiddelen op Examenblad.nl.
-
3. Het examenwerk mag niet met potlood worden gemaakt. Deze bepaling is niet van toepassing
op tekeningen.
-
4. De kandidaat mag geen papier, andere hulpmiddelen of informatiedragers, tabellen en
boeken dan voorgeschreven, apparatuur waaronder begrepen digitale hulpmiddelen, horloges
en middelen met een telefoon- of camerafunctie, jassen en tassen meenemen in de examenzaal.
-
5. De surveillanten mogen materialen en hulpmiddelen tijdens de zitting controleren en
algemene aanwijzingen geven.
-
6. De kandidaat die iets wil vragen steekt een hand op en wacht op een reactie van een
van de surveillanten. Tijdens het examen mag de kandidaat alleen met toestemming van
een surveillant de examenruimte verlaten.
-
7. Na het verstrijken van de examentijd stopt het examen. Nadat al het examenwerk is
ingenomen of de apparatuur is afgesloten bij digitale afnames, mag de kandidaat de
examenruimte verlaten.
-
8. Eenmaal ingeleverd werk mag niet worden gewijzigd of aangevuld.
-
9. Examenwerk dat door de kandidaat buiten de examenruimte is gebracht, verliest zijn
geldigheid.
-
10. Alle opgaven en verstrekte papieren blijven tijdens de zitting in de examenruimte.
Artikel 10. Beoordeling mondeling of praktisch college-examen
[Regeling vervallen per 31-12-2022]
-
1. In de vakinformatie is aangegeven waarop de kandidaat tijdens het college-examen wordt
beoordeeld en is de weging van de cijfers voor de verschillende onderdelen vastgelegd.
-
2. Inhoudelijke toetsing van een werkstuk of boekenlijst gebeurt tijdens de afname van
het mondeling of het praktisch gedeelte van het college-examen. In de vakinformatie
is aangegeven welke invloed de beoordeling van het werkstuk, de bijbehorende presentatie
en de beantwoording van daarover gestelde vragen heeft bij de bepaling van het cijfer
voor het college-examen.
Artikel 11. Profielwerkstuk vwo/havo
[Regeling vervallen per 31-12-2022]
Het profielwerkstuk is een werkstuk, een presentatie daaronder begrepen, waarin op
geïntegreerde wijze kennis, inzicht en vaardigheden aan de orde komen die van betekenis
zijn voor het betreffende profiel. Het profielwerkstuk heeft betrekking op ten minste
één vak dat bij de uitslagbepaling is betrokken. Dit vak dient een studielast te hebben
van minimaal 320 uur voor havo en minimaal 400 uur voor vwo. De beoordelingscriteria
worden binnen de vakinformatie omschreven.
Artikel 12. Profielwerkstuk vmbo
[Regeling vervallen per 31-12-2022]
Het profielwerkstuk is een werkstuk, een presentatie daaronder begrepen, waarin op
geïntegreerde wijze kennis, inzicht en vaardigheden aan de orde komen die van betekenis
zijn in het desbetreffende profiel. Derhalve is het profielwerkstuk naar de inhoud
een vakoverstijgend werkstuk, dat betrekking heeft op een thema uit het profiel waarbinnen
de kandidaat het examen doet. De beoordelingscriteria worden binnen de vakinformatie
omschreven.
Artikel 13. College-examen rekenen
[Regeling vervallen per 31-12-2022]
Om in aanmerking te kunnen komen voor een diploma, moet door een kandidaat bij wie
het vak wiskunde geen onderdeel is van zijn vakkenpakket, een college-examen rekenen
zijn afgelegd. Het resultaat hiervan wordt vermeld op een bijlage bij de cijferlijst
en is niet van invloed op de uitslag van het examen. Het college-examen rekenen is
een schriftelijke toets. Voor het vmbo is het niveau 2F; voor het havo is het niveau
3F. Een kandidaat die examen wiskunde doet, mag geen college-examen rekenen doen,
ongeacht of de resultaten van wiskunde betrokken zijn bij de uitslagbepaling.
Artikel 14. Uitslag
[Regeling vervallen per 31-12-2022]
-
1. De uitslag wordt door de voorzitter en de secretaris vastgesteld op grond van (voor
zover van toepassing):
-
a. één of meer door het College uitgereikte cijferlijsten;
-
b. één of meer cijferlijsten van scholen voor voortgezet onderwijs;
-
c. één of meer cijferlijsten van instellingen voor educatie en beroepsonderwijs;
-
d. één of meer door het College uitgereikte bewijzen van ontheffing.
Vakken met een onvoldoende eindcijfer mogen bij de uitslag worden betrokken. De uitslagregeling
geldt ook als de examens voor de bij de uitslag betrokken vakken in verschillende
jaren zijn afgenomen.
-
2. De in het eerste lid bedoelde cijferlijsten en bewijzen van ontheffing worden uitsluitend
bij de vaststelling van de uitslag betrokken, indien na het kalenderjaar van het verrichten
van de onderwijs- of examenprestatie waarop de cijferlijst of de ontheffing berust,
nog geen 10 jaren zijn verstreken.
-
3. Niet alle op de door de kandidaat ingeleverde documenten vermelde vakken hoeven bij
de uitslagbepaling te worden betrokken. De overgebleven vakken dienen een staatsexamen
te vormen.
-
4. In dit jaar behaalde resultaten van vakken die bij de uitslagbepaling betrokken zijn,
mogen niet worden vervangen door eerder voor deze vakken behaalde resultaten.
-
5. De uitslag luidt ‘geslaagd ’ of ‘afgewezen’.
Artikel 15a. Uitslagregeling vmbo
[Regeling vervallen per 31-12-2022]
-
1. De kandidaat die het staatsexamen theoretische of gemengde leerweg in het vmbo heeft
afgelegd, is geslaagd indien:
-
a. het rekenkundig gemiddelde van zijn bij het centraal examen behaalde cijfers ten minste
5,5 is en
-
b. hij voor het vak Nederlandse taal als eindcijfer 5 of meer heeft behaald en
-
c. hij onverminderd onderdeel b:
-
1°. voor één van zijn vakken waarvoor een eindcijfer is vastgesteld, als eindcijfer 5
of meer en voor de overige vakken waarvoor een eindcijfer is vastgesteld, als eindcijfer
6 of meer heeft behaald; of
-
2°. voor één van zijn vakken waarvoor een eindcijfer is vastgesteld, als eindcijfer 4
en voor de overige vakken waarvoor een eindcijfer is vastgesteld, als eindcijfer 6
of meer waarvan ten minste één 7 of meer heeft behaald; of
-
3°. voor twee van zijn vakken waarvoor een eindcijfer is vastgesteld, als eindcijfer 5
heeft behaald en voor de overige vakken waarvoor een eindcijfer is vastgesteld, als
eindcijfer 6 of meer waarvan ten minste één 7 of meer heeft behaald; en
-
d. hij voor geen van de onderdelen, genoemd in het derde of vierde lid, lager dan het
eindcijfer 4 heeft behaald; en
-
e. hij voor het profielwerkstuk de kwalificatie «voldoende» of «goed» heeft behaald;
en
-
f. hij, indien het vak wiskunde geen deel uitmaakt van zijn vakkenpakket, het college-examen
rekenen heeft afgelegd,
met dien verstande dat de voorwaarde genoemd onder a niet van toepassing is indien
bij het vaststellen van de uitslag het in 2020 behaalde resultaat van ten minste één
vak waarvan het centraal examen in 2020 is afgelast, is betrokken.
-
2. Bij de uitslagbepaling volgens het eerste lid, onderdeel c, wordt in de theoretische
leerweg het eindcijfer van een profielvak of beroepsgericht keuzevak behorende tot
het eindexamen van de gemengde leerweg als bedoeld in artikel 3.7 van het Uitvoeringsbesluit WVO 2020 niet betrokken, tenzij deze vakken samen tenminste een volledig beroepsgericht programma
als bedoeld in artikel 3.7, eerste lid, onderdeel d, van dat besluit vormen. In dat
geval is het vierde lid van overeenkomstige toepassing. Het beroepsgerichte programma
van de gemengde leerweg bestaat uit een profielvak en minimaal twee beroepsgerichte
keuzevakken.
-
3. Bij de uitslagbepaling volgens het eerste lid, onderdeel c, wordt in de basisberoepsgerichte
leerweg en de kaderberoepsgerichte leerweg het gemiddelde van de eindcijfers van alle
beroepsgerichte keuzevakken aangemerkt als het eindcijfer van één vak, genaamd het
combinatiecijfer. De kandidaat in de basisberoepsgerichte en de kaderberoepsgerichte
leerweg heeft ten minste vier beroepsgerichte keuzevakken.
-
4. Bij de uitslagbepaling volgens het eerste lid, onderdeel c, wordt in de gemengde leerweg
het gemiddelde van de eindcijfers van het profielvak en alle beroepsgerichte keuzevakken
aangemerkt als het eindcijfer van één vak, genaamd het combinatiecijfer, met dien
verstande dat het eindcijfer voor het profielvak daarbij net zo vaak meetelt als het
aantal eindcijfers van beroepsgerichte keuzevakken dat in de berekening wordt betrokken.
-
5. Het College bepaalt het combinatiecijfer als het rekenkundig gemiddelde van de eindcijfers
van de samenstellende delen. Indien de uitkomst van deze berekening niet een geheel
getal is, wordt deze uitkomst indien het eerste cijfer achter de komma een 4 of lager
is, naar beneden afgerond en indien dat cijfer een 5 of hoger is, naar boven afgerond.
-
6. De kandidaat die niet voldoet aan de voorwaarden, genoemd in het eerste lid, is afgewezen
voor het staatsexamen.
Artikel 15b. Uitslagregeling havo / vwo
[Regeling vervallen per 31-12-2022]
-
1. De kandidaat die staatsexamen havo heeft afgelegd, is geslaagd indien:
-
a. het rekenkundig gemiddelde van de door hem bij het centraal examen behaalde cijfers
ten minste 5,5 is en
-
b. hij:
-
1°. voor alle vakken het eindcijfer 6 of hoger heeft behaald, of
-
2°. voor één van de vakken het eindcijfer 5 en voor de overige vakken het eindcijfer 6
of hoger heeft behaald, of
-
3°. voor één van de vakken het eindcijfer 4 en voor de overige vakken het eindcijfer 6
of hoger heeft behaald, en het gemiddelde van de eindcijfers tenminste 6,0 bedraagt,
of
-
4°. voor twee van de vakken het eindcijfer 5 heeft behaald dan wel voor één van de vakken
het eindcijfer 4 en voor één van de vakken het eindcijfer 5 heeft behaald, en voor
de overige vakken het eindcijfer 6 of hoger heeft behaald, en het gemiddelde van de
eindcijfers ten minste 6,0 bedraagt en
-
c. hij voor de vakken Nederlandse taal (en literatuur), Engelse taal (en literatuur)
en Wiskunde A dan wel Wiskunde B ten hoogste één maal het eindcijfer 5 en verder eindcijfer(s)
6 of hoger heeft behaald en
-
d. hij voor geen van de onderdelen genoemd in het derde lid een eindcijfer lager dan
4 heeft behaald en
-
e. hij, indien noch het vak wiskunde A, noch het vak wiskunde B deel uitmaakt van zijn
vakkenpakket, het college-examen rekenen heeft afgelegd,
met dien verstande dat de voorwaarde genoemd onder a niet van toepassing is indien
bij het vaststellen van de uitslag het in 2020 behaalde resultaat van ten minste één
vak waarvan het centraal examen in 2020 is afgelast, is betrokken.
-
2. De kandidaat die staatsexamen vwo heeft afgelegd, is geslaagd indien:
-
a. het rekenkundig gemiddelde van de door hem bij het centraal examen behaalde cijfers
ten minste 5,5 is en
-
b. hij:
-
1°. voor alle vakken het eindcijfer 6 of hoger heeft behaald, of
-
2°. voor één van de vakken het eindcijfer 5 en voor de overige vakken het eindcijfer 6
of hoger heeft behaald, of
-
3°. voor één van de vakken het eindcijfer 4 en voor de overige vakken het eindcijfer 6
of hoger heeft behaald, en het gemiddelde van de eindcijfers tenminste 6,0 bedraagt,
of
-
4°. voor twee van de vakken het eindcijfer 5 heeft behaald dan wel voor één van de vakken
het eindcijfer 4 en voor één van de vakken het eindcijfer 5 heeft behaald, en voor
de overige vakken het eindcijfer 6 of hoger heeft behaald, en het gemiddelde van de
eindcijfers ten minste 6,0 bedraagt en
-
c. hij voor de vakken Nederlandse taal (en literatuur), Engelse taal (en literatuur)
en Wiskunde A, Wiskunde B dan wel Wiskunde C ten hoogste één maal het eindcijfer 5
en verder eindcijfers 6 of hoger heeft behaald en
-
d. hij voor geen van de onderdelen genoemd in het derde lid een eindcijfer lager dan
4 heeft behaald,
met dien verstande dat de voorwaarde genoemd onder a niet van toepassing is indien
bij het vaststellen van de uitslag het in 2020 behaalde resultaat van ten minste één
vak waarvan het centraal examen in 2020 is afgelast, is betrokken.
-
3. Bij de uitslagbepaling voor havo en vwo wordt het gemiddelde van de eindcijfers van
tenminste de volgende onderdelen aangemerkt als het eindcijfer van één vak, genaamd
het combinatiecijfer, voor zover voor deze onderdelen een eindcijfer is bepaald:
Daaraan kan via inwisseling worden toegevoegd:
-
b. culturele kunstzinnige vorming,
-
c. literatuur,
-
d. klassieke culturele vorming,
-
e. algemene natuurwetenschappen,
-
f. godsdienst of levensbeschouwelijk vormingsonderwijs.
-
4. Het College bepaalt het combinatiecijfer als het rekenkundig gemiddelde van de eindcijfers
van de samenstellende delen. Indien de uitkomst van deze berekening niet een geheel
getal is, wordt deze uitkomst indien het eerste cijfer achter de komma een 4 of lager
is, naar beneden afgerond en indien dat cijfer een 5 of hoger is, naar boven afgerond.
Artikel 15c. Aangepaste uitslagbepaling
[Regeling vervallen per 31-12-2022]
-
1. Indien dat nodig is om de kandidaat te laten slagen, laat het College voor toetsen
en examens bij de bepaling van de definitieve uitslag de resultaten van één vak, of
bij havo of vwo het profielwerkstuk, buiten beschouwing.
-
2. Het vak bedoeld in het eerste lid kan niet een van de volgende vakken zijn:
-
3. De resultaten bedoeld in het eerste lid kunnen niet zijn:
-
4. Het eerste lid is alleen van toepassing op een kandidaat die:
-
5. Het cijfer of de kwalificatie, bedoeld in het eerste lid, wordt:
-
6. Bij de berekening, bedoeld in artikel 4.21 wordt het gewicht van het profielvak bepaald voorafgaand aan toepassing van het eerste
lid.
Artikel 16. Cum laude
[Regeling vervallen per 31-12-2022]
-
1. Op het diploma vwo van een kandidaat wordt ‘cum laude’ vermeld, indien hij
-
a. ten minste het gemiddelde eindcijfer 8,0 heeft behaald, berekend op basis van de eindcijfers
voor:
-
1°. de vakken in het gemeenschappelijk deel van het profiel, het combinatiecijfer en de
vakken van het profieldeel, en
-
2°. het vak uit het vrije deel waarvoor het hoogste eindcijfer is vastgesteld en
-
b. ten minste het eindcijfer 7 heeft behaald voor alle vakken die meetellen bij de uitslagbepaling
op grond van artikel 15, en
-
c. alle centrale examens heeft afgelegd binnen de periode van een jaar voorafgaand aan
de diplomering.
-
2. Op het diploma havo van een kandidaat wordt ‘cum laude’ vermeld, indien hij
-
a. ten minste het gemiddelde eindcijfer 8,0 heeft behaald, berekend op basis van de eindcijfers
voor:
-
1°. de vakken in het gemeenschappelijk deel van het profiel, het combinatiecijfer en de
vakken van het profieldeel, en
-
2°. het vak uit het vrije deel waarvoor het hoogste eindcijfer is vastgesteld en
-
b. ten minste het eindcijfer 6 heeft behaald voor alle vakken die meetellen bij de uitslagbepaling
op grond van artikel 15, en
-
c. alle centrale examens heeft afgelegd binnen de periode van een jaar voorafgaand aan
de diplomering.
-
3. Op het diploma vmbo gl en tl van een kandidaat wordt ‘cum laude’ vermeld, indien hij:
-
a. ten minste het gemiddelde eindcijfer 8,0 heeft behaald, berekend op basis van de eindcijfers
voor:
-
1°. de vakken Nederlandse taal, Engelse taal en maatschappijleer, en de vakken van het
profieldeel, en
-
2°. het vak uit het vrije deel waarvoor het hoogste eindcijfer is vastgesteld, en
-
b. ten minste het eindcijfer 6 heeft behaald voor alle vakken die meetellen bij de uitslagbepaling
op grond van artikel 15, en
-
c. ten minste de kwalificatie ‘voldoende’ heeft behaald voor het profielwerkstuk en
-
d. alle centrale examens heeft afgelegd binnen de periode van een jaar voorafgaand aan
de diplomering.
-
4. Op het diploma vmbo bb/kb van een kandidaat wordt “cum laude” vermeld,
indien hij:
-
a. ten minste het gemiddelde eindcijfer 8,0 heeft behaald, berekend op basis van:
-
1°. de eindcijfers voor het profielvak en de twee algemene vakken van het profieldeel,
en
-
2°. het eindcijfer berekend op grond van artikel 15, derde lid, en
-
b. ten minste het eindcijfer 6 heeft behaald voor alle vakken die meetellen bij de uitslagbepaling
op grond van artikel 15.
Artikel 17. Herkansing
[Regeling vervallen per 31-12-2022]
-
1. De vmbo-kandidaat die voor het profielwerkstuk de kwalificatie 'niet afgerond' heeft
gekregen maar bij een beoordeling 'voldoende' of 'goed' in hetzelfde examenjaar in
aanmerking komt voor een diploma vmbo, krijgt in het derde of vierde tijdvak één keer
de gelegenheid opnieuw een profielwerkstuk in te leveren en te presenteren. Dit beperkt
niet het recht van de kandidaat op herkansing voor een college-examen in een bepaald
vak.
-
2. Een kandidaat die een staatsexamen heeft afgelegd en daarvoor niet geslaagd is, mag
in hetzelfde examenjaar een herkansing afleggen bestaande uit maximaal alle onderdelen
van de examens van twee vakken, mits hij daardoor alsnog kan slagen. Een herkansing
mag alleen worden afgelegd in vakken waarin in het lopende examenjaar staatsexamen
is afgelegd.
Na vaststelling van de uitslag wordt aan de kandidaat die daarvoor in aanmerking komt,
een herkansingsformulier uitgereikt, samen met een overzicht van zijn behaalde cijfers.
De kandidaat kan, binnen de daarvoor gestelde termijn, aangeven of hij aan de herkansing
wenst deel te nemen en voor welk(e) vak(ken). De gestelde termijn staat vermeld op
het herkansingsformulier.
-
3. Herkansingen worden afgenomen in het tweede het derde tijdvak of, zo nodig, in het
vierde tijdvak. Het College kan besluiten het centraal examen of een schriftelijk
onderdeel van het college-examen bij de herkansing mondeling te laten afnemen.
-
4. Bij vakken waarbij het college-examen uit een schriftelijk en een mondeling onderdeel
bestaat, kan een kandidaat toestemming vragen bij de herkansing slechts één van beide
onderdelen te doen. Als een onderdeel van het college-examen niet opnieuw wordt geëxamineerd,
geldt voor dat onderdeel het resultaat dat eerder in het lopende examenjaar is behaald.
-
5. Voordat de berekening van het eindcijfer plaatsvindt, wordt het cijfer van de herkansing
voor het afgelegde centraal examen dan wel college-examen bepaald. Als het cijfer
van de herkansing hoger uitvalt, dan wordt er met dat resultaat gerekend. Is het cijfer
van de herkansing niet hoger dan wordt met het eerdere resultaat gerekend.
-
6. Herkansing voor deelstaatsexamens is niet mogelijk.
Artikel 18. Uitreiking diploma en cijferlijst
[Regeling vervallen per 31-12-2022]
-
1. Aan een voor een staatsexamen vwo, havo of vmbo geslaagde kandidaat wordt een diploma
uitgereikt. Op het diploma wordt/worden vermeld: het behaalde profiel/de behaalde
profielen. Bij het vmbo wordt tevens de leerweg vermeld.
Bij het diploma wordt per behaald profiel een cijferlijst uitgereikt.
Op een cijferlijst wordt/worden vermeld, voor zover van toepassing:
-
a. het profiel waarin het examen is afgelegd en bij vmbo ook de leerweg;
-
b. de vakken waarin de kandidaat is geëxamineerd;
-
c. de vakken waarvoor een ontheffing is verleend, voor zover zij bij de uitslag zijn
betrokken;
-
d. de cijfers voor het centraal examen en/of het college-examen en het eindcijfer per
vak;
-
e. het combinatiecijfer;
-
f. de samenstellende onderdelen van het combinatiecijfer en de daarvoor behaalde cijfers;
-
g. het onderwerp of de titel van het profielwerkstuk havo en vwo en het vak / de vakken
waarop het profielwerkstuk betrekking heeft
-
h. het thema van het profielwerkstuk voor het vmbo en de beoordeling daarvan;
-
i. de uitslag ‘geslaagd’.
Vakken waarin de kandidaat wel examen heeft gedaan en die niet bij de uitslag zijn
betrokken, kunnen op verzoek van de kandidaat weggelaten worden op de cijferlijst.
-
2. Aan een kandidaat die heeft deelgenomen aan een staatsexamen vwo, havo of vmbo en
daarvoor, niet is geslaagd, wordt een cijferlijst uitgereikt met daarop vermeld, voor
zover van toepassing:
-
a. het profiel waarin het examen is afgelegd en bij vmbo ook de leerweg;
-
b. de vakken waarin de kandidaat is geëxamineerd;
-
c. de cijfers voor het centraal examen en/of het college-examen en het eindcijfer per
vak;
-
d. het combinatiecijfer;
-
e. de samenstellende onderdelen van het combinatiecijfer en de daarvoor behaalde cijfers;
-
f. het onderwerp of de titel van het profielwerkstuk havo en vwo en het vak / de vakken
waarop het profielwerkstuk betrekking heeft,
-
g. het thema van het profielwerkstuk vmbo en de beoordeling daarvan;
-
h. de uitslag ‘afgewezen’.
-
3. Aan een kandidaat die heeft deelgenomen aan een deelstaatsexamen vwo, havo of vmbo,
wordt een cijferlijst deelstaatsexamen uitgereikt met, zover van toepassing, daarop
vermeld:
-
a. de vakken waarin de kandidaat is geëxamineerd;
-
b. de leerweg (vmbo);
-
c. de cijfers voor het centraal examen en/of het college-examen en het eindcijfer per
vak;
-
d. het onderwerp of de titel van het profielwerkstuk havo en vwo en het vak / de vakken
waarop het profielwerkstuk betrekking heeft,
-
4. Aan een kandidaat die het college-examen rekenen heeft afgelegd, wordt een bijlage
bij de cijferlijst uitgereikt met het resultaat van het college-examen rekenen.
Artikel 19. Certificaat
[Regeling vervallen per 31-12-2022]
Aan een kandidaat die een staatsexamen heeft gedaan en is afgewezen en aan een kandidaat
die deelstaatsexamen heeft gedaan, wordt per niveau waarop examen is gedaan één certificaat
uitgereikt voor, indien van toepassing,
-
1. het vak of de vakken waarvoor hij een eindcijfer 6 of hoger heeft behaald,
-
2. het profielwerkstuk bij het vwo en het havo indien hij hiervoor het eindcijfer 6 of
hoger heeft behaald,
-
3. het profielwerkstuk bij het vmbo indien dit beoordeeld is met ‘goed’ of ‘voldoende’,
met dien verstande dat indien een examen in een vak dat op een certificaat voorkomt
uit meerdere onderdelen bestaat, alle onderdelen in hetzelfde jaar dienen te zijn
afgelegd.
Artikel 20. Ontheffingen/vrijstellingen
[Regeling vervallen per 31-12-2022]
-
1. Op basis van een diploma of getuigschrift, niet zijnde een diploma of certificaat
vwo, havo, vmbo en mavo kan een kandidaat een verzoek om ontheffing voor één of meer
vakken indienen.
-
2. Een verzoek om ontheffing voor één of meer vakken zoals bedoeld in het eerste lid,
dient voor 1 januari van het kalenderjaar waarin men examen wil afleggen, te worden
ingediend. Als het College positief beslist, wordt aan de kandidaat een ‘Bewijs van
ontheffing’ uitgereikt.
-
3. Vrijstelling van rechtswege op basis van certificaten en cijferlijsten vwo, havo,
vmbo en mavo is geregeld in de vrijstellings- en overgangsregeling aanpassing profielen
vwo-havo 2007.
Een kandidaat die in het bezit is van een havodiploma, heeft op grond daarvan ontheffing
voor het vak maatschappijleer van het gemeenschappelijk deel van het vwo. In dit geval
wordt dit vak niet op de cijferlijst vermeld.
Artikel 21. Bewaren en inzien van schriftelijk examenwerk
[Regeling vervallen per 31-12-2022]
Het schriftelijk examenwerk en de protocollen van de mondelinge examens worden gedurende
ten minste zes maanden na afloop van het examen bewaard. Een kandidaat kan omtrent
zijn werk gedurende genoemde periode van zes maanden inlichtingen inwinnen. Op ten
minste twee data in het examenjaar wordt kandidaten de mogelijkheid geboden, centraal
in het land, hun schriftelijk examenwerk in te zien. Voor deze inzage moeten kandidaten
zich uiterlijk 14 dagen voor de gewenste datum per mail bij DUO aanmelden. De data
worden op de site van DUO gepubliceerd.
Bij inzage op één van deze inzagedagen geldt dat het werk van maximaal vier vakken
kan worden ingezien. Inzage op andere momenten vindt, na afspraak, uitsluitend bij
DUO in Groningen plaats.
Artikel 22. Geheimhouding
[Regeling vervallen per 31-12-2022]
Iedereen die betrokken is bij de examinering en daarbij de beschikking krijgt over
gegevens waarvan hij het vertrouwelijke karakter kent of redelijkerwijs kan vermoeden,
is verplicht tot geheimhouding daarvan.
Artikel 23. Aansprakelijkheid
[Regeling vervallen per 31-12-2022]
Examenfunctionarissen, aangesteld door het Ministerie van OCW of benoemd door het
College, zijn nimmer aansprakelijk voor schade en/of letsel van de kandidaat en derden
veroorzaakt tijdens een examenonderdeel van het staatsexamen, behalve als er sprake
is van grove schuld of nalatigheid. De kandidaat vrijwaart de examenfunctionarissen
tegen aanspraken van derden ter zake van schade en/of letsel veroorzaakt tijdens een
examenonderdeel van het staatsexamen, behalve als er sprake is van grove schuld of
nalatigheid.
Artikel 24. Gevallen onvoorzien
[Regeling vervallen per 31-12-2022]
In alle gevallen waarin dit reglement niet voorziet, beslist, namens het College,
de programmamanager staatsexamens VO.
Artikel 24a
[Regeling vervallen per 31-12-2022]
[Red: Wijzigt deze regeling.]
Bijlage 1. Eindexamen vwo
[Regeling vervallen per 31-12-2022]
Algemene informatie
Het vwo kent vier profielen:
Elke kandidaat die een diploma wil behalen, moet één of meer van deze profielen kiezen.
Profielwerkstuk
Elke examenkandidaat dient een profielwerkstuk in te leveren en te presenteren voor
het verwerven van een diploma.
Examenvakken (met studielasturen):
Het gemeenschappelijk deel vwo van elk profiel bestaat uit:
•
|
Nederlandse taal en literatuur,
|
480
|
•
|
Engelse taal en literatuur,
|
400
|
•
|
(atheneum) Franse taal en literatuur, Duitse taal en literatuur, Spaanse taal en literatuur,
Russische taal en literatuur, Italiaanse taal en literatuur, Arabische taal en literatuur,
Turkse taal en literatuur, Chinese taal en cultuur of Friese taal en cultuur, of
|
480
|
•
|
(gymnasium) Latijnse taal en cultuur of Griekse taal en cultuur*)
|
760
|
•
|
maatschappijleer,
|
120
|
Profieldelen:
Profiel natuur en techniek
•
|
wiskunde B
|
600
|
•
|
natuurkunde
|
480
|
•
|
scheikunde
|
440
|
•
|
één van de volgende profielkeuzevakken:
|
|
|
–
|
natuur, leven en technologie
|
440
|
|
–
|
informatica
|
440
|
|
–
|
biologie
|
480
|
|
–
|
wiskunde D
|
440
|
Profiel natuur en gezondheid
•
|
wiskunde A (mag vervangen worden door wiskunde B)
|
520
|
•
|
scheikunde
|
440
|
•
|
biologie
|
480
|
•
|
één van de volgende profielkeuzevakken:
|
|
|
–
|
natuur, leven en technologie
|
440
|
|
–
|
aardrijkskunde
|
440
|
|
–
|
natuurkunde
|
480
|
Profiel economie en maatschappij
•
|
economie
|
480
|
•
|
wiskunde A (mag vervangen worden door wiskunde B)
|
520
|
•
|
geschiedenis
|
440
|
•
|
één van de volgende profielkeuzevakken:
|
|
|
–
|
management en organisatie of bedrijfseconomie
|
440
|
|
–
|
aardrijkskunde
|
440
|
|
–
|
maatschappijwetenschappen
|
440
|
|
–
|
Franse taal en literatuur, Duitse taal en literatuur, Spaanse taal en literatuur,
Russische taal en literatuur, Italiaanse taal en literatuur, Arabische taal en literatuur,
Turkse taal en literatuur, Chinese taal en cultuur, Friese taal en cultuur
|
480
|
Profiel cultuur en maatschappij
•
|
wiskunde C (mag vervangen worden door wiskunde A of wiskunde B)
|
480
|
•
|
geschiedenis
|
480
|
•
|
één van de volgende culturele profielkeuzevakken:
|
|
|
–
|
kunst (beeldende vormgeving), kunst (muziek),kunst (drama), kunst (dans), muziek,
tekenen, handvaardigheid of textiele vormgeving
|
480
|
|
–
|
filosofie
|
480
|
|
–
|
Franse taal en literatuur, Duitse taal en literatuur, Spaanse taal en literatuur,
Russische taal en literatuur, Italiaanse taal en literatuur, Arabische taal en literatuur,
Turkse taal en literatuur, Chinese taal en cultuur, Friese taal en cultuur
|
480
|
|
–
|
Latijnse taal en cultuur of Griekse taal en cultuur*)
|
760
|
•
|
één van de volgende maatschappelijke profielkeuzevakken:
|
|
|
–
|
aardrijkskunde
|
440
|
|
–
|
maatschappijwetenschappen
|
440
|
|
–
|
economie
|
480
|
*) Als een kandidaat een volledig pakket doet met Latijnse taal en literatuur of Griekse
taal en literatuur, is het vak Klassieke Culturele Vorming (160 uur) verplicht. Hiermee
wordt tevens voldaan aan de eisen die gesteld worden voor het behalen van een gymnasiumdiploma.
Het vrije deel vwo van elk profiel bestaat uit tenminste één vak met een minimale studielast van 440
uur.
Een kandidaat kan kiezen uit:
•
|
de vakken die zijn vermeld bij de profieldelen en die nog niet als examenvak zijn
opgenomen in het gekozen profiel, waarbij
|
|
–
|
van de vakken wiskunde A, wiskunde B en wiskunde C slechts één deel kan uitmaken van
het profiel en wiskunde D uitsluitend kan worden gekozen indien ook wiskunde B deel
uitmaakt van het profiel;
|
|
–
|
kunst (beeldende vormgeving) niet gekozen kan worden in combinatie met tekenen, handvaardigheid
of
|
|
–
|
textiele vormgeving en kunst (muziek) niet gekozen kan worden in combinatie met muziek;
|
|
–
|
van de vakken tekenen, handvaardigheid en textiele vormgeving er slechts één deel
kan uitmaken van het profiel;
|
•
|
Spaanse taal en literatuur (elementair)
|
480
|
|
Russische taal en literatuur (elementair)
|
480
|
|
Italiaanse taal en literatuur (elementair)
|
480
|
|
Arabische taal en literatuur (elementair)
|
480
|
|
Turkse taal en literatuur (elementair)
|
480
|
|
Chinese taal en cultuur (elementair):
|
480
|
|
voor zover de betreffende taal geen deel uitmaakt van het profiel;
|
|
|
• algemene natuurwetenschappen
|
120
|
|
• kunst (algemeen)
|
200
|
Opmerking:
Voor de examenprogramma's wordt verwezen naar de vakinformatie.
Voor de volgende kunstzinnige vakken wordt geen staatsexamen vwo aangeboden:
Bijlage 2. Eindexamen havo
[Regeling vervallen per 31-12-2022]
Algemene informatie
Het havo kent vier profielen:
Elke kandidaat die een diploma wil behalen, moet één of meer van deze profielen kiezen.
Profielwerkstuk
Elke examenkandidaat dient een profielwerkstuk in te leveren en te presenteren voor
het verwerven van een diploma.
Examenvakken (met studielasturen):
Het gemeenschappelijk deel havo van elk profiel bestaat uit:
•
|
Nederlandse taal en literatuur,
|
400
|
•
|
Engelse taal en literatuur,
|
360
|
•
|
maatschappijleer,
|
120
|
Profieldelen:
Profiel natuur en techniek
•
|
wiskunde B
|
360
|
•
|
natuurkunde
|
400
|
•
|
scheikunde
|
320
|
•
|
één van de volgende profielkeuzevakken:
|
|
|
–
|
natuur, leven en technologie
|
320
|
|
–
|
informatica
|
320
|
|
–
|
biologie
|
400
|
|
–
|
wiskunde D
|
320
|
Profiel natuur en gezondheid
•
|
wiskunde A (mag vervangen worden door wiskunde B
|
320
|
•
|
scheikunde
|
320
|
•
|
biologie
|
400
|
•
|
één van de volgende profielkeuzevakken:
|
|
|
–
|
natuur, leven en technologie
|
320
|
|
–
|
aardrijkskunde
|
320
|
|
–
|
natuurkunde
|
400
|
Profiel economie en maatschappij
•
|
economie
|
400
|
•
|
wiskunde A (mag vervangen worden door wiskunde B)
|
320
|
•
|
geschiedenis
|
320
|
•
|
één van de volgende profielkeuzevakken
|
|
|
–
|
management en organisatie of bedrijfseconomie
|
320
|
|
–
|
aardrijkskunde
|
320
|
|
–
|
maatschappijwetenschappen
|
320
|
|
–
|
Franse taal en literatuur, Duitse taal en literatuur, Spaanse taal en literatuur,
Russische taal en literatuur, Italiaanse taal en literatuur, Arabische taal en literatuur,
Turkse taal en literatuur, Friese taal en cultuur
|
400
|
Profiel cultuur en maatschappij
•
|
geschiedenis
|
320
|
•
|
Franse taal en literatuur, Duitse taal en literatuur, Spaanse taal en literatuur,
Russische taal en literatuur, Italiaanse taal en literatuur, Arabische taal en literatuur,
Turkse taal en literatuur, of Friese taal en cultuur
|
400
|
•
|
één van de volgende culturele profielkeuzevakken:
|
|
|
–
|
kunst (beeldende vormgeving), kunst (muziek), kunst (drama), kunst (dans), muziek,
tekenen, handvaardigheid of textiele vormgeving
|
320
|
|
–
|
filosofie
|
320
|
|
|
Franse taal en literatuur, Duitse taal en literatuur, Spaanse taal en literatuur,
Russische taal en literatuur, Italiaanse taal en literatuur, Arabische taal en literatuur,
Turkse taal en literatuur, Friese taal en cultuur
|
400
|
•
|
één van de volgende maatschappelijke profielkeuzevakken:
|
|
|
–
|
aardrijkskunde
|
320
|
|
–
|
maatschappijwetenschappen
|
320
|
|
–
|
economie
|
400
|
•
|
college-examen rekenen, indien wiskunde geen onderdeel uitmaakt van het vakkenpakket.
|
|
Het vrije deel havo van elk profiel bestaat uit tenminste één vak met een minimale studielast van 320
uur.
Een kandidaat kan kiezen uit:
•
|
de vakken die zijn vermeld bij de profieldelen en die nog niet als examenvak zijn
opgenomen in het gekozen profiel, waarbij
|
|
–
|
van de vakken wiskunde A en wiskunde B er slechts één deel kan uitmaken van het profiel
en wiskunde D uitsluitend kan worden gekozen indien wiskunde B deel uitmaakt van het
profiel,
|
|
–
|
kunst (beeldende vormgeving) niet gekozen kan worden in combinatie met tekenen, handvaardigheid
of textiele vormgeving en kunst (muziek) niet gekozen kan worden in combinatie met
muziek,
|
|
–
|
van de vakken tekenen, handvaardigheid en textiele vormgeving er slechts één deel
kan uitmaken van het profiel
|
•
|
Spaanse taal en literatuur (elementair)
|
320
|
|
Russische taal en literatuur (elementair)
|
320
|
|
Italiaanse taal en literatuur (elementair)
|
320
|
|
Arabische taal en literatuur (elementair)
|
320
|
|
Turkse taal en literatuur (elementair),
|
320
|
|
voor zover de betreffende taal geen deel uitmaakt van het profiel.
|
|
|
• algemene natuurwetenschappen
|
120
|
|
• kunst (algemeen)
|
120
|
Opmerking:
Voor de examenprogramma's wordt verwezen naar de vakinformatie.
Voor de volgende kunstzinnige vakken wordt geen staatsexamen havo aangeboden:
Bijlage 3. Eindexamen vmbo tl (theoretische leerweg)
[Regeling vervallen per 31-12-2022]
-
1. Het gemeenschappelijk deel
Onafhankelijk van het profiel zijn de volgende gemeenschappelijke vakken verplicht:
-
• Nederlandse taal,
-
• Engelse taal,
-
• maatschappijleer.
-
2. Het profieldeel
Er kan gekozen worden uit vier verschillende profielen, elk met verschillende verplichte
vakken
-
3. Het vrije deel
Twee algemene vakken, te kiezen uit (voor zover deze vakken geen onderdeel zijn van
het profieldeel):
-
• talen: Fries, Frans, Duits, Spaans, Turks, Arabisch;
-
• maatschappijvakken: economie, aardrijkskunde, geschiedenis en staatsinrichting, maatschappijkunde;
-
• exacte vakken: wiskunde, natuur- en scheikunde 1, natuur- en scheikunde 2, biologie;
-
• beeldende vakken 2: handenarbeid, tekenen, textiele werkvormen;
-
• muziek.
Profielwerkstuk
Elke examenkandidaat dient een profielwerkstuk te maken, in te leveren en te presenteren.
Opmerking:
Voor de examenprogramma's wordt verwezen naar de vakinformatie.
Bijlage 4. vmbo gl, bb, kb
[Regeling vervallen per 31-12-2022]
Bij de staatsexamens worden geen examens afgenomen uit het beroepsgerichte examenprogramma.
Kandidaten die in de beroepsgerichte vakken al examen hebben gedaan, kunnen via de
staatsexamens hun pakket met algemene vakken aanvullen om alsnog een diploma te behalen.
Bijlage 2. Examenreglement staatsexamens voortgezet onderwijs 2022 BES voor staatsexamen
vwo, staatsexamen havo en staatsexamen vmbo BES als bedoeld in artikel 2
[Regeling vervallen per 31-12-2022]
Volgens artikel 2, derde lid, onderdeel a, van de Wet College voor toetsen en examens stelt het College bij regeling het examenreglement vast. Het examenreglement omvat
procedurele en organisatorische regelingen voor de uitvoering van het centraal examen
en het college-examen en inhoudelijke bepalingen.
Artikel 1. Definities
[Regeling vervallen per 31-12-2022]
Voor de toepassing van dit Reglement wordt verstaan onder:
-
Centraal examen: het centraal examen bedoeld in artikel 2.75, derde lid, van de Wet voortgezet onderwijs 2020;
-
College-examen: het college-examen bedoeld in artikel 2.75, derde lid, van de Wet voortgezet onderwijs 2020;
-
College: het College voor Toetsen en Examens genoemd in artikel 2, eerste lid, van de Wet College voor toetsen en examens;
-
Deelstaatsexamen: het examen in één of meer van de voor het staatsexamen voorgeschreven vakken;
-
DUO: Dienst Uitvoering Onderwijs, de uitvoeringsdienst van het Ministerie van Onderwijs,
Cultuur en Wetenschap;
-
Examenonderdeel: het centraal examen of het college-examen;
-
Niveau:
-
○ basisberoepsgerichte leerweg: vmbo-bb
-
○ kaderberoepsgerichte leerweg: vmbo-kb
-
○ gemengde leerweg: vmbo-gl
-
○ theoretische leerweg: vmbo-tl
-
○ voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs: vmbo
-
○ hoger algemeen voortgezet onderwijs: havo
-
○ voorbereidend wetenschappelijk onderwijs: vwo
-
Staatsexamen: het staatsexamen ter verkrijging van een diploma vwo, havo of vmbo.
Artikel 2. Aanmelden
[Regeling vervallen per 31-12-2022]
-
1. Kandidaten dienen zich aan te melden vóór 1 januari 2022. Een afwijkende wijze van
examineren als bedoeld in artikel 6 dient voor 1 februari 2022 per mail of brief bij
DUO te worden aangevraagd.
-
2. Wijzigingen op de aanmelding kunnen per mail of brief worden doorgegeven tot uiterlijk
1 februari 2022.
-
3. Een kandidaat mag zich aanmelden voor zowel meerdere vakken als meerdere examensoorten,
met de volgende randvoorwaarden:
-
a. Een kandidaat mag zich per examensoort aanmelden voor maximaal één vak meer dan nodig
voor het behalen van een diploma in elk van de profielen.
-
b. Het is niet toegestaan dat een kandidaat:
-
1°. zich bij de staatsexamens aanmeldt voor één en hetzelfde vak voor meerdere examensoorten;
-
2° zich aanmeldt voor één en hetzelfde vak, al dan niet voor dezelfde examensoort, bij
de staatsexamens en elders;
-
3°. zich aanmeldt voor twee verschillende vakken van verschillende
examensoorten waarvan de examens in het eerste tijdvak samenvallen. Hier geldt één
uitzondering: Als een kandidaat opgaat voor een diploma voor een bepaald niveau en
één of meer vakken op een hoger niveau wil doen, wordt hem, indien dit door het samenvallen
van examens nodig is, voor het examen op het hogere niveau uitstel verleend naar het
tweede tijdvak.
-
c. Als een kandidaat zich bij de staatsexamens aanmeldt voor twee vakken van dezelfde
examensoort waarvan de schriftelijke examens in het eerste tijdvak samenvallen, krijgt
hij voor één van deze vakken uitstel naar het tweede tijdvak.
Artikel 3. Indeling examen
[Regeling vervallen per 31-12-2022]
-
1. Het staatsexamen vwo, havo en vmbo, theoretische leerweg, bestaat uit een aantal vakken
en een profielwerkstuk.
-
2. Een staatsexamenvak bestaat uit een centraal examen en/of een college-examen. Het
centraal examen is identiek aan het centraal examen voor de dagscholen.
Het college-examen bestaat uit:
-
a. een schriftelijke toets en een mondeling examen, of
-
b. een schriftelijke toets, of
-
c. een mondeling examen, of
-
d. een praktisch examen.
-
3. Het staatsexamen wordt afgenomen overeenkomstig het desbetreffende examenprogramma,
vastgesteld op grond van artikel 2.54 van de Wet voortgezet onderwijs 2020
-
4. Ten aanzien van het college-examen geldt dat:
-
a. keuzes die ingevolge het in het derde lid bedoelde examenprogramma moeten of kunnen
worden gemaakt door de school, worden gemaakt door het College, en
-
b. het College kan afwijken van de voorschriften met betrekking tot het schoolexamen
die om praktische redenen in het college-examen niet uitvoerbaar zijn, er rekening
mee houdend dat het college-examen zoveel mogelijk gelijkwaardig blijft aan het schoolexamen.
-
5. Het College stelt jaarlijks op grond van artikel 2, vierde lid, onderdeel a, van de wet College voor toetsen en examens voor elk vak een programma van toetsing en afsluiting vast in de vorm van vakinformatie.
-
6. De vakinformatie bevat, naast de door Onze Minister vastgestelde onderwerpen voor
het centraal examen, regels omtrent alle onderdelen van het college-examen.
In de vakinformatie wordt in elk geval aangegeven:
-
a. welke onderdelen van het examenprogramma tijdens het centraal examen en welke onderdelen
tijdens het college-examen worden getoetst;
-
b. de wijze waarop het college-examen plaatsvindt;
-
c. welke hulpmiddelen tijdens het centraal examen en college-examen zijn toegestaan (zie
vakinformatie Regeling toegestane hulpmiddelen);
-
d. de regels voor de wijze waarop het cijfer voor het college-examen en het eindcijfer
tot stand komen.
Artikel 5. Examendossier, werkstukken
[Regeling vervallen per 31-12-2022]
-
1. Het examendossier is het geheel van de onderdelen van het college-examen, zoals dit
in de vakinformatie is vastgelegd. Werkstukken, boekenlijsten, artikelen, songteksten/gedichten,
onderwerpen van presentaties (zie de vakinformatie) moeten op de eerste dag van het
schriftelijk examen worden ingeleverd bij de plaatselijk voorzitter van de schriftelijke
examens. Een uitzondering vormen de werkstukken voor tekenen en handvaardigheid: deze
dienen te worden meegebracht naar het college-examen.
-
2. Wanneer het in te leveren materiaal niet tijdig is ingeleverd, wordt de kandidaat
voor het betreffende vak niet opgeroepen voor het college-examen of wordt de reeds
verstuurde oproep ingetrokken. De kandidaat wordt hiervan schriftelijk op de hoogte
gesteld.
Artikel 6. Afwijkende wijze van examineren
[Regeling vervallen per 31-12-2022]
Het College kan toestaan dat een kandidaat met een beperking het eindexamen geheel
of gedeeltelijk aflegt op een wijze die is aangepast aan de mogelijkheden van de kandidaat.
Tenzij sprake is van een objectief waarneembare – lichamelijke – beperking dient de
kandidaat een deskundigenverklaring te overleggen als beschreven in artikel 4.34, derde lid, van het Uitvoeringsbesluit WVO 2020. Indien de aanpassing het centraal examen betreft, kan deze in ieder geval bestaan
uit een verlenging van de duur van de desbetreffende toets met 30 minuten. Andere
aanpassingen kunnen plaatsvinden op basis van voorstellen in het deskundigenrapport.
Artikel 7. Onregelmatigheden
[Regeling vervallen per 31-12-2022]
-
1. Indien een kandidaat zich ten aanzien van enig onderdeel van het staatsexamen of deelstaatsexamen
dan wel ten aanzien van een aanspraak op ontheffing aan enige onregelmatigheid schuldig
maakt of heeft gemaakt, kan het College maatregelen nemen. De kandidaat krijgt daarvan
schriftelijk bericht.
-
2. De maatregelen, bedoeld in het eerste lid, die afhankelijk van de aard van de onregelmatigheid
ook in combinatie met elkaar kunnen worden genomen, zijn:
-
a. het toekennen van het cijfer 1 voor een toets van het college-examen of het centraal
examen;
-
b. het ontzeggen van de deelname of de verdere deelname aan één of meer toetsen van het
college-examen of het centraal examen van het betreffende vak en/of van alle vakken;
-
c. het ongeldig verklaren van één of meer toetsen van het reeds afgelegde deel van het
college-examen of het centraal examen, en
-
d. minder vergaande maatregelen dan die, bedoeld onder a tot en met c.
-
3. Indien de onregelmatigheid pas wordt ontdekt na afloop van het examen, kan het College
de kandidaat het betreffende diploma of certificaat en de cijferlijst onthouden, of
kan het College bepalen dat aan de betrokken kandidaat dat diploma of certificaat,
en die cijferlijst, slechts kunnen worden uitgereikt nadat opnieuw examen is afgelegd
in de door het College aan te wijzen onderdelen en op de door het College te bepalen
wijze.
-
4. Het besluit waarbij een in het eerste lid bedoelde maatregel wordt genomen, wordt
tegelijkertijd in afschrift toegezonden aan de inspectie en, indien de kandidaat minderjarig
is, aan de wettelijke vertegenwoordigers van de kandidaat.
-
5. De kandidaat kan tegen een besluit waarbij een in het eerste lid bedoelde maatregel
wordt genomen, bezwaar maken bij het College. De termijn voor het indienen van een
bezwaarschrift bedraagt vijf dagen nadat het besluit aan de kandidaat is bekendgemaakt
op de voorgeschreven wijze. Het College beslist binnen 14 dagen na ontvangst van het
bezwaarschrift, tenzij hij deze termijn gemotiveerd verlengt met ten hoogste 14 dagen.
Het College stelt bij zijn beslissing zo nodig vast op welke wijze de kandidaat alsnog
in de gelegenheid zal worden gesteld het examen geheel of gedeeltelijk af te leggen
of opnieuw af te leggen. Het College deelt zijn beslissing op het bezwaar mee aan
de kandidaat, aan de wettelijke vertegenwoordigers indien de kandidaat minderjarig
is en aan de inspectie.
-
6. De kandidaat die zonder een door het College aanvaarde reden afwezig is bij enig onderdeel
van het staatsexamen of deelstaatsexamen in een vak, is uitgesloten van verdere deelname
aan het centraal examen en het college-examen in dit vak. Een eventueel al afgelegd
centraal examen en/of al afgelegde onderdelen van het college-examen in dit vak wordt/worden
ongeldig verklaard.
Artikel 8. Examenafname schriftelijke, digitaal, praktisch en mondeling
[Regeling vervallen per 31-12-2022]
-
1. Een kandidaat wordt alleen toegelaten tot het examen indien hij de examenoproep en
een geldig identiteitsbewijs kan tonen.
-
2. Bij een examenonderdeel dat digitaal of schriftelijk wordt afgenomen, dient de kandidaat
30 minuten voor aanvang van het examen in de examenzaal aanwezig te zijn.
-
3. Een kandidaat die te laat komt bij een examenonderdeel dat digitaal of schriftelijk
wordt afgenomen of bij een praktisch examen, mag tot uiterlijk een half uur na de
aanvang van de examenzitting tot het examenlokaal worden toegelaten. Zijn examen eindigt
uiterlijk op het aangegeven eindtijdstip van deze examenzitting.
Indien de kandidaat meer dan een half uur te laat komt bij een examenonderdeel dat
digitaal of schriftelijk wordt afgenomen, of bij een praktisch examen, komt het examen(onderdeel)
te vervallen.
-
4. Bij alle vakken van vwo en havo, met uitzondering van het profielwerkstuk, en bij
alle talen bij het vmbo krijgt de kandidaat 20 minuten voorbereidingstijd. Daarvoor
wordt de kandidaat 25 minuten voor aanvang van het mondeling examen verwacht in het
voorbereidingslokaal om zich op het examen voor te bereiden. Deze voorbereiding is
een verplicht onderdeel van het examen. De precieze aard van deze voorbereiding staat
in de vakinformatie.
Indien een kandidaat zich te laat voor de voorbereiding meldt, wordt de tijd die de
kandidaat te laat is, niet gecompenseerd. Zijn examen begint op het in het rooster
aangegeven tijdstip.
-
5. Als de kandidaat zich minder dan 5 minuten na het in het rooster aangegeven begintijdstip
van zijn mondeling examen meldt bij de examinatoren, dan wordt het examen gewoon afgenomen.
De door de kandidaat gemiste tijd wordt aan het eind van het examen toegevoegd. Bij
de beoordeling wordt geen rekening gehouden met het feit dat de kandidaat zich niet
of te kort heeft kunnen voorbereiden.
Als de kandidaat zich 5 minuten of meer na het in het rooster aangegeven begintijdstip
van zijn mondeling examen meldt bij de examinatoren, dan komt dit examen te vervallen.
-
6. Een kandidaat die tijdens een zitting onwel wordt, kan onder begeleiding het examenlokaal
verlaten. In overleg met de kandidaat beoordeelt de plaatselijk voorzitter of de door
hem aangewezen vervanger, of de kandidaat het werk mag hervatten. Indien dat zo is,
kan de gemiste tijd aan het eind van de zitting worden ingehaald. Indien de kandidaat
het werk niet kan hervatten, overlegt de plaatselijk voorzitter met de algemeen examenleider.
Wanneer het examen ongeldig wordt verklaard, wordt de kandidaat, indien mogelijk,
op een ander moment in de gelegenheid gesteld het examen opnieuw afleggen.
-
7. Indien een kandidaat om een geldige reden, ter beoordeling van het College,
-
a. in het eerste tijdvak verhinderd is bij één of meer schriftelijke toetsen of examens,
wordt hij in de gelegenheid gesteld in het tweede of derde tijdvak de gemiste toetsen
of examens alsnog af te leggen. Het uitstel wordt verleend voor niet meer vakken dan
die nodig zijn voor een profiel, met dien verstande dat een kandidaat die examen doet
in meerdere schoolsoorten, slechts voor één schoolsoort uitstel kan krijgen;
-
b. in het eerste tijdvak verhinderd is bij een of meer mondelinge of praktische examens,
wordt hij in de gelegenheid gesteld in het derde of vierde tijdvak de gemiste examens
alsnog af te leggen, met dezelfde beperkende voorwaarde als in onderdeel a, en
-
c. in één examenjaar wordt een kandidaat niet vaker dan één keer uitstel verleend naar
een volgend tijdvak.
-
8. Om in aanmerking te komen voor uitstel naar een ander tijdvak, meldt de kandidaat
binnen acht dagen zijn afwezigheid schriftelijk bij DUO, afdeling staatsexamens VO,
Postbus 30158, 9700 LK Groningen. In de berichtgeving dient te worden vermeld:
-
a. Naam en adres van de kandidaat;
-
b. Datum van de gemiste proef en het desbetreffende vak;
-
c. De reden van de absentie/verhindering;
-
d. Bij ziekte of ongeval: naam, adres en telefoonnummer van de geconsulteerde arts, en
-
e. Andere situatie van overmacht: bewijs van de onmogelijkheid aan het examen deel te
nemen.
De kandidaat of zijn wettelijke vertegenwoordigers leveren de gevraagde informatie;
zonder deze informatie kan de afwezigheid als een onregelmatigheid worden beschouwd
als bedoeld in artikel 7.
-
9. Wanneer de kandidaat in het staatsexamenjaar een examenvak niet afrondt, komen de
reeds behaalde resultaten voor het betreffende vak te vervallen.
Artikel 9. Gang van zaken tijdens het examen
[Regeling vervallen per 31-12-2022]
-
1. Tenzij anders is bepaald, dient schriftelijk werk te worden gemaakt oppapier van de
staatsexamens. De kandidaat voorziet elk papier van zijn naam, examennummer en vermeldt,
indien van toepassing, het type grafische rekenmachine.
-
2. Voor het gebruik van hulpmiddelen en schrijfmaterialen: zie vakinformatie en Regeling
toegestane hulpmiddelen op Examenblad.nl.
-
3. Het examenwerk mag niet met potlood worden gemaakt. Deze bepaling is niet van toepassing
op tekeningen.
-
4. De kandidaat mag geen papier, andere hulpmiddelen of informatiedragers, tabellen en
boeken dan voorgeschreven, apparatuur waaronder begrepen digitale hulpmiddelen, horloges
en middelen met een telefoon- of camerafunctie, jassen en tassen meenemen in de examenzaal.
-
5. De toezichthouders mogen materialen en hulpmiddelen tijdens de zitting controleren
en algemene aanwijzingen geven.
-
6. De kandidaat die iets wilt vragen steekt een hand op en wacht op een reactie van de
toezichthouder. Tijdens het examen mag de kandidaat alleen met toestemming van de
toezichthouder de examenruimte verlaten.
-
7. Na het verstrijken van de examentijd stopt het examen. Nadat al het examenwerk is
ingenomen of de apparatuur is afgesloten bij digitale afnames, mag de kandidaat de
examenruimte verlaten.
-
8. Eenmaal ingeleverd werk mag niet worden gewijzigd of aangevuld.
-
9. Examenwerk dat door de kandidaat buiten de examenruimte is gebracht, verliest zijn
geldigheid.
-
10. Alle opgaven en verstrekte papieren blijven tijdens de zitting in de examenruimte.
Artikel 10. Beoordeling mondeling of praktisch college-examen
[Regeling vervallen per 31-12-2022]
-
1. In de vakinformatie is aangegeven waarop de kandidaat tijdens het college-examen wordt
beoordeeld en is de weging van de cijfers voor de verschillende onderdelen vastgelegd.
-
2. Inhoudelijke toetsing van een werkstuk of boekenlijst gebeurt tijdens de afname van
het mondeling of het praktisch gedeelte van het college-examen. In de vakinformatie
is aangegeven welke invloed de beoordeling van het werkstuk, de bijbehorende presentatie
en de beantwoording van daarover gestelde vragen heeft bij de bepaling van het cijfer
voor het college-examen.
Artikel 11. Profielwerkstuk vwo/havo
[Regeling vervallen per 31-12-2022]
Het profielwerkstuk is een werkstuk, een presentatie daaronder begrepen, waarin op
geïntegreerde wijze kennis, inzicht en vaardigheden aan de orde komen die van betekenis
zijn voor het betreffende profiel. Het profielwerkstuk heeft betrekking op ten minste
één vak dat bij de uitslagbepaling is betrokken. Dit vak dient een studielast te hebben
van minimaal 320 uur voor havo en minimaal 400 uur voor vwo. De beoordelingscriteria
worden binnen de vakinformatie beschreven.
Artikel 12. Profielwerkstuk vmbo
[Regeling vervallen per 31-12-2022]
Het profielwerkstuk is een werkstuk, een presentatie daaronder begrepen, waarin op
geïntegreerde wijze kennis, inzicht en vaardigheden aan de orde komen die van betekenis
zijn in het desbetreffende profiel. Derhalve is het profielwerkstuk naar de inhoud
een vakoverstijgend werkstuk, dat betrekking heeft op een thema uit het profiel waarbinnen
de kandidaat het examen doet. De beoordelingscriteria worden binnen de vakinformatie
omschreven.
Artikel 13. Rekentoets
[Regeling vervallen per 31-12-2022]
De rekentoets is in 2022 geen onderdeel van de staatsexamens VO BES.
Artikel 14. Uitslag
[Regeling vervallen per 31-12-2022]
-
1. De uitslag wordt door de voorzitter en de secretaris vastgesteld op grond van (voor
zover van toepassing):
-
a. één of meer door het College uitgereikte cijferlijsten;
-
b. één of meer cijferlijsten van scholen voor voortgezet onderwijs;
-
c. één of meer cijferlijsten van instellingen voor educatie en beroepsonderwijs;
-
d. één of meer door het College uitgereikte bewijzen van ontheffing.
Vakken met een onvoldoende eindcijfer mogen bij de uitslag worden betrokken. De uitslagregeling
geldt ook als de examens voor de bij de uitslag betrokken vakken in verschillende
jaren zijn afgenomen.
-
2. De in het eerste lid bedoelde cijferlijsten en bewijzen van ontheffing worden uitsluitend
bij de vaststelling van de uitslag betrokken, indien na het kalenderjaar van het verrichten
van de onderwijs- of examenprestatie waarop de cijferlijst of de ontheffing berust,
nog geen 10 jaren zijn verstreken.
-
3. Niet alle op de door de kandidaat ingeleverde documenten vermelde vakken hoeven bij
de uitslagbepaling te worden betrokken. De overgebleven vakken dienen een staatsexamen
te vormen.
-
4. In dit jaar behaalde resultaten van vakken die bij de uitslagbepaling betrokken zijn,
mogen niet worden vervangen door eerder voor deze vakken behaalde resultaten.
-
5. De uitslag luidt ‘geslaagd’ of ‘afgewezen’.
Artikel 15a. Uitslagregeling vmbo tl en gl
[Regeling vervallen per 31-12-2022]
-
1. De kandidaat die staatsexamen theoretische of gemengde leerweg in het vmbo heeft afgelegd,
is geslaagd indien:
-
a. het rekenkundig gemiddelde van zijn bij het centraal examen behaalde cijfers ten minste
5,5 is; en
-
b. hij:
-
1°. voor één van zijn vakken waarvoor een eindcijfer is vastgesteld, als eindcijfer 5
of meer en voor de overige vakken waarvoor een eindcijfer is vastgesteld, als eindcijfer
6 of meer heeft behaald; of
-
2°. voor één van zijn vakken waarvoor een eindcijfer is vastgesteld, als eindcijfer 4
en voor de overige vakken waarvoor een eindcijfer is vastgesteld, als eindcijfer 6
of meer waarvan ten minste één 7 of meer heeft behaald; of
-
3°. voor twee van zijn vakken waarvoor een eindcijfer is vastgesteld, als eindcijfer 5
heeft behaald en voor de overige vakken waarvoor een eindcijfer is vastgesteld, als
eindcijfer 6 of meer waarvan ten minste één 7 of meer heeft behaald; en
-
c. hij voor geen van de onderdelen, genoemd in het derde of vierde lid, lager dan het
eindcijfer 4 heeft behaald; en
-
d. hij, als het een staatsexamen gemengde of theoretische leerweg betreft, voor het profielwerkstuk
of sectorwerkstuk de kwalificatie ‘voldoende’ of ‘goed’ heeft behaald,
met dien verstande dat de voorwaarde genoemd onder a niet van toepassing is indien
bij het vaststellen van de uitslag het in 2020 behaalde resultaat van ten minste één
vak waarvan het centraal examen in 2020 is afgelast, is betrokken.
Artikel 15b. Uitslagregeling vwo / havo
[Regeling vervallen per 31-12-2022]
-
1. De kandidaat die staatsexamen vwo of havo heeft afgelegd, is geslaagd indien:
-
a. het rekenkundig gemiddelde van de door hem bij het centraal examen behaalde cijfers
ten minste 5,5 is, en
-
b. hij:
-
1°. voor alle vakken het eindcijfer 6 of hoger heeft behaald, of
-
2°. voor één van de vakken het eindcijfer 5 en voor de overige vakken het eindcijfer 6
of hoger heeft behaald, of
-
3°. voor één van de vakken het eindcijfer 4 en voor de overige vakken het eindcijfer 6
of hoger heeft behaald, en het gemiddelde van de eindcijfers tenminste 6,0 bedraagt,
of
-
4°. voor twee van de vakken het eindcijfer 5 heeft behaald dan wel voor één van de vakken
het eindcijfer 4 en voor één van de vakken het eindcijfer 5 heeft behaald, en voor
de overige vakken het eindcijfer 6 of hoger heeft behaald, en het gemiddelde van de
eindcijfers ten minste 6,0 bedraagt, en
-
c. hij voor de vakken Nederlandse taal (en literatuur), Engelse taal (en literatuur)
en Wiskunde A, Wiskunde B dan wel Wiskunde C ten hoogste één maal het eindcijfer 5
en verder eindcijfer(s) 6 of hoger heeft behaald, en
-
d. hij voor geen van de onderdelen genoemd in het derde lid een eindcijfer lager dan
4 heeft behaald.
met dien verstande dat de voorwaarde genoemd onder a niet van toepassing is indien
bij het vaststellen van de uitslag het in 2020 behaalde resultaat van ten minste één
vak waarvan het centraal examen in 2020 is afgelast, is betrokken.
-
2. Kandidaten die bij de uitslagbepaling cijfers voor de in het tweede lid onder c genoemde
vakken willen laten meetellen die behaald zijn voor 2013, hoeven niet te voldoen aan
de eis, verwoord in het tweede lid onder c. Deze overgangsbepaling geldt tot en met
het examenjaar 2016.
-
3. Bij de uitslagbepaling volgens het tweede lid wordt het gemiddelde van de eindcijfers
van in ieder geval de volgende onderdelen aangemerkt als het eindcijfer van één vak,
genaamd het combinatiecijfer, voor zover voor deze onderdelen een eindcijfer is bepaald:
Daaraan kan via inwisseling worden toegevoegd:
-
b. culturele kunstzinnige vorming,
-
c. literatuur,
-
d. klassieke culturele vorming,
-
e. algemene natuurwetenschappen,
-
f. godsdienst of levensbeschouwelijk vormingsonderwijs.
-
4. Het College bepaalt het eindcijfer, bedoeld in het vierde lid, als het rekenkundig
gemiddelde van de eindcijfers van de samenstellende delen. Indien de uitkomst van
deze berekening niet een geheel getal is, wordt deze uitkomst indien het eerste cijfer
achter de komma een 4 of lager is, naar beneden afgerond en indien dat cijfer een
5 of hoger is, naar boven afgerond.
Artikel 15c. Aangepaste uitslagbepaling
[Regeling vervallen per 31-12-2022]
-
1. Indien dat nodig is om de kandidaat te laten slagen, laat het College voor toetsen
en examens bij de bepaling van de definitieve uitslag op grond van artikel 4.19 Uitvoeringsbesluit WVO 2020 de resultaten van één vak, of bij havo of vwo het profielwerkstuk, buiten beschouwing.
-
2. Een vak bedoeld in het eerste lid kan voor het staatsexamen vwo en havo niet bestaan
uit het vak Nederlandse taal en literatuur, het vak Engelse taal en literatuur en
voor zover van toepassing het vak wiskunde A, B of C, bedoeld in artikel 4.20 Uitvoeringsbesluit WVO 2020.
-
3. De resultaten bedoeld in het eerste lid kunnen niet zijn:
-
4. Het eerste lid is alleen van toepassing op een kandidaat die:
-
5. Het cijfer of de kwalificatie, bedoeld in het eerste lid, wordt:
-
6. Bij de berekening, bedoeld in artikel 4.21 Uitvoeringsbesluit WVO 2020 wordt het gewicht van het profielvak bepaald voorafgaand aan toepassing van het eerste
lid.
Artikel 16. Cum laude
[Regeling vervallen per 31-12-2022]
-
1. Op het diploma vwo van een kandidaat wordt ‘cum laude’ vermeld, indien hij
-
a. ten minste het gemiddelde eindcijfer 8,0 heeft behaald, berekend op basis van de eindcijfers
voor:
-
1°. de vakken in het gemeenschappelijk deel van het profiel, het combinatiecijfer en de
vakken van het profieldeel, en
-
2°. het vak uit het vrije deel waarvoor het hoogste eindcijfer is vastgesteld,
-
b. ten minste het eindcijfer 7 heeft behaald voor alle vakken die meetellen bij de uitslagbepaling
op grond van artikel 15, en
-
c. alle centrale examens heeft afgelegd binnen de periode van een jaar voorafgaand aan
de diplomering.
-
2. Op het diploma havo van een kandidaat wordt ‘cum laude’ vermeld, indien hij
-
a. ten minste het gemiddelde eindcijfer 8,0 heeft behaald, berekend op basis van de eindcijfers
voor:
-
1°. de vakken in het gemeenschappelijk deel van het profiel, het combinatiecijfer en de
vakken van het profieldeel, en
-
2°. het vak uit het vrije deel waarvoor het hoogste eindcijfer is vastgesteld,
-
b. ten minste het eindcijfer 6 heeft behaald voor alle vakken die meetellen bij de uitslagbepaling
op grond van artikel 15, en
-
c. alle centrale examens heeft afgelegd binnen de periode van een jaar voorafgaand aan
de diplomering.
-
3. Op het diploma vmbo gl en tl van een kandidaat wordt ‘cum laude’ vermeld, indien hij:
-
a. ten minste het gemiddelde eindcijfer 8,0 heeft behaald, berekend op basis van de eindcijfers
voor:
-
1°. de vakken Nederlandse taal, Engelse taal en maatschappijleer, en de vakken van het
sectordeel, en
-
2°. het vak uit het vrije deel waarvoor het hoogste eindcijfer is vastgesteld,
-
b. ten minste het eindcijfer 6 of ten minste de kwalificatie ‘voldoende’ heeft behaald
voor het sectorwerkstuk of profielwerkstuk en voor alle vakken die meetellen bij de
uitslagbepaling op grond van artikel 15, en
-
c. alle centrale examens heeft afgelegd binnen de periode van een jaar voorafgaand aan
de diplomering.
Artikel 17. Herkansing
[Regeling vervallen per 31-12-2022]
-
1. De vmbo-kandidaat die voor het profielwerkstuk de kwalificatie 'niet afgerond' heeft
gekregen maar bij een beoordeling 'voldoende' of 'goed' in hetzelfde examenjaar in
aanmerking komt voor een diploma vmbo, krijgt in het derde of vierde tijdvak één keer
de gelegenheid opnieuw een profielwerkstuk in te leveren en te presenteren. Dit beperkt
niet het recht van de kandidaat op herkansing voor een college-examen in een bepaald
vak.
-
2. Een kandidaat die een staatsexamen heeft afgelegd en daarvoor niet geslaagd is, mag
in hetzelfde examenjaar een herkansing afleggen bestaande uit maximaal alle onderdelen
van de examens van twee vakken, mits hij daardoor alsnog kan slagen. Een herkansing
mag alleen worden afgelegd in vakken waarin in het lopende examenjaar staatsexamen
is afgelegd.
-
3. Bij de uitreiking van de cijferlijst na vaststelling van de uitslag wordt aan de kandidaat
die daarvoor in aanmerking komt, een herkansingsformulier uitgereikt. De kandidaat
kan, binnen de daarvoor gestelde termijn, aangeven of hij aan de herkansing wenst
deel te nemen en voor welk(e) vak(ken). De gestelde termijn staat vermeld op het herkansingsformulier.
-
4. Herkansingen worden afgenomen in het tweede het derde tijdvak of, zo nodig, in het
vierde tijdvak. Het College kan besluiten het centraal examen of een schriftelijk
onderdeel van het college-examen bij de herkansing mondeling te laten afnemen.
-
5. Bij vakken waarbij het college-examen uit een schriftelijk en een mondeling onderdeel
bestaat, kan een kandidaat toestemming vragen bij de herkansing slechts één van beide
onderdelen te doen. Als een onderdeel van het college-examen niet opnieuw wordt geëxamineerd,
geldt voor dat onderdeel het resultaat dat eerder in het lopende examenjaar is behaald.
-
6. Voordat de berekening van het eindcijfer plaatsvindt, wordt het cijfer van de herkansing
voor het afgelegde centraal examen dan wel college-examen bepaald. Als het cijfer
van de herkansing hoger uitvalt, dan wordt er met dat resultaat gerekend. Is het cijfer
van de herkansing niet hoger dan wordt met het eerdere resultaat gerekend.
-
7. Herkansing voor deelstaatsexamens is niet mogelijk.
Artikel 18. Uitreiking diploma en cijferlijst
[Regeling vervallen per 31-12-2022]
-
1. Aan een voor een staatsexamen vwo, havo of vmbo geslaagde kandidaat wordt een diploma
uitgereikt. Op het diploma wordt het behaalde profiel / worden de behaalde profielen
(vwo en havo) vermeld en bij het vmbo de behaalde sector / sectoren en de leerweg.
Bij het diploma wordt voor vwo en havo per behaald profiel een cijferlijst uitgereikt;
bij het diploma vmbo wordt één cijferlijst uitgereikt waarop de leerweg en alle behaalde
profielen of sectoren staan beschreven.
Op een cijferlijst wordt/worden vermeld, voor zover van toepassing:
-
a. het profiel waarin het examen is afgelegd en bij vmbo ook de leerweg;
-
b. de vakken waarin de kandidaat is geëxamineerd;
-
c. de vakken waarvoor een ontheffing is verleend, voor zover zij bij de uitslag zijn
betrokken;
-
d. de cijfers voor het centraal examen en/of het college-examen en het eindcijfer per
vak;
-
e. het combinatiecijfer;
-
f. de samenstellende onderdelen van het combinatiecijfer en de daarvoor behaalde cijfers;
-
g. het onderwerp of de titel van het profielwerkstuk en het vak / de vakken waarop het
profielwerkstuk betrekking heeft, dan wel het onderwerp of de titel van het sectorwerkstuk
of profielwerkstuk en de beoordeling daarvan;
-
h. de uitslag ‘geslaagd’.
Vakken waarin de kandidaat wel examen heeft gedaan en die niet bij de uitslag zijn
betrokken, kunnen op verzoek van de kandidaat weggelaten worden op de cijferlijst.
-
2. Aan een kandidaat die heeft deelgenomen aan een staatsexamen vwo, havo of vmbo en
daarvoor, niet is geslaagd, wordt een cijferlijst uitgereikt met daarop vermeld, voor
zover van toepassing:
-
a. het profiel waarin het examen is afgelegd en bij vmbo ook de leerweg;
-
b. de vakken waarin de kandidaat is geëxamineerd;
-
c. de cijfers voor het centraal examen en/of het college-examen en het eindcijfer per
vak;
-
d. het combinatiecijfer (vwo en havo);
-
e. de samenstellende onderdelen van het combinatiecijfer en de daarvoor behaalde cijfers;
-
f. het onderwerp of de titel van het profielwerkstuk en het vak / de vakken waarop het
profielwerkstuk betrekking heeft;
-
g. het thema van het profielwerkstuk vmbo en de beoordeling daarvan.
-
h. de uitslag ‘afgewezen’.
-
3. Aan een kandidaat die heeft deelgenomen aan een deelstaatsexamen vwo, havo of vmbo,
wordt een cijferlijst deelstaatsexamen uitgereikt met, zover van toepassing, daarop
vermeld:
-
a. de vakken waarin de kandidaat is geëxamineerd;
-
b. de leerweg (vmbo);
-
c. de cijfers voor het centraal examen en/of het college-examen en het eindcijfer per
vak;
-
d. het onderwerp of de titel van het profielwerkstuk havo en vwo en het vak / de vakken
waarop het profielwerkstuk betrekking heeft;
-
e. het onderwerp of de titel van het sectorwerkstuk of profielwerkstuk vmbo en de beoordeling
daarvan.
Artikel 19. Certificaat
[Regeling vervallen per 31-12-2022]
Aan een kandidaat die een staatsexamen heeft gedaan en is afgewezen en aan een kandidaat
die deelstaatsexamen heeft gedaan, wordt per examensoort één certificaat uitgereikt
voor, indien van toepassing,
-
1. het vak of de vakken waarvoor hij een eindcijfer 6 of hoger heeft behaald,
-
2. het profielwerkstuk bij het vwo en het havo indien hij hiervoor het eindcijfer 6 of
hoger heeft behaald,
-
3. het profielwerkstuk bij het vmbo, indien dit beoordeeld is met ‘goed’ of ‘voldoende’,
met dien verstande dat indien een examen in een vak dat op een certificaat voorkomt
uit meerdere onderdelen bestaat, alle onderdelen in hetzelfde jaar dienen te zijn
afgelegd.
Artikel 20. Ontheffingen/vrijstellingen
[Regeling vervallen per 31-12-2022]
-
1. Op basis van een diploma of getuigschrift, niet zijnde een diploma of certificaat
vwo, havo, vmbo en mavo, kan een kandidaat een verzoek om ontheffing voor één of meer
vakken indienen.
-
2. Een verzoek om ontheffing voor één of meer vakken zoals bedoeld in het eerste lid,
dient voor 1 januari van het kalenderjaar waarin men examen wil afleggen, te worden
ingediend. Als het College positief beslist, wordt aan de kandidaat een ‘Bewijs van
ontheffing’ uitgereikt.
-
3. Vrijstelling van rechtswege op basis van certificaten en cijferlijsten vwo, havo,
vmbo en mavo is geregeld in de vrijstellings- en overgangsregeling aanpassing profielen
vwo-havo 2007.
Een kandidaat die in het bezit is van een havodiploma, heeft op grond daarvan ontheffing
voor de volgende vakken van het gemeenschappelijk deel van het vwo: maatschappijleer
en algemene natuurwetenschappen. In dit geval worden deze vakken niet op de cijferlijst
vermeld.
Artikel 21. Bewaren en inzien van schriftelijk examenwerk
[Regeling vervallen per 31-12-2022]
Het schriftelijk examenwerk en de protocollen van de mondelinge examens worden gedurende
ten minste zes maanden na afloop van het examen bewaard. Een kandidaat kan omtrent
zijn werk gedurende genoemde periode van zes maanden inlichtingen inwinnen bij het
College. Het College regelt voor de kandidaten de mogelijkheid hun schriftelijk examenwerk
in te zien op een nader te bepalen datum in het derde tijdvak op Bonaire. De datum
zal op de site van DUO worden gepubliceerd. Kandidaten die van deze mogelijkheid gebruik
willen maken, moeten zich uiterlijk 14 dagen voor aanvang van het derde tijdvak per
mail in Groningen (DUO) te hebben aangemeld.
Artikel 22. Geheimhouding
[Regeling vervallen per 31-12-2022]
Iedereen die betrokken is bij de examinering en daarbij de beschikking krijgt over
gegevens waarvan hij het vertrouwelijke karakter kent of redelijkerwijs kan vermoeden,
is verplicht tot geheimhouding daarvan.
Artikel 23. Aansprakelijkheid
[Regeling vervallen per 31-12-2022]
Examenfunctionarissen, aangesteld door het Ministerie van OCW of benoemd door het
College, zijn nimmer aansprakelijk voor schade en/of letsel van de kandidaat en derden
veroorzaakt tijdens een examenonderdeel van het staatsexamen, behalve als er sprake
is van grove schuld of nalatigheid. De kandidaat vrijwaart de examenfunctionarissen
tegen aanspraken van derden ter zake van schade en/of letsel veroorzaakt tijdens een
examenonderdeel van het staatsexamen, behalve als er sprake is van grove schuld of
nalatigheid.
Artikel 24. Gevallen onvoorzien
[Regeling vervallen per 31-12-2022]
In alle gevallen waarin dit reglement niet voorziet, beslist, namens het College,
de programmamanager staatsexamens VO.
Artikel 24a
[Regeling vervallen per 31-12-2022]
[Red: Wijzigt deze regeling.]
Bijlage 1. Eindexamen vwo
[Regeling vervallen per 31-12-2022]
Algemene informatie
Het vwo kent vier profielen:
Elke kandidaat die een diploma wil behalen, moet één of meer van deze profielen kiezen.
Profielwerkstuk
Elke examenkandidaat dient een profielwerkstuk in te leveren en te presenteren voor
het verwerven van een diploma.
Examenvakken (met studielasturen):
Het gemeenschappelijk deel vwo van elk profiel bestaat uit:
•
|
Nederlandse taal en literatuur
|
480
|
•
|
Engelse taal en literatuur
|
400
|
•
|
(atheneum) Franse taal en literatuur, Duitse taal en literatuur, Spaanse taal en literatuur,
Russische taal en literatuur, Italiaanse taal en literatuur, Arabische taal en literatuur,
Turkse taal en literatuur, Friese taal en cultuur of Chinese taal en cultuur
|
480
|
•
|
(gymnasium) Latijnse taal en literatuur of Griekse taal en literatuur*)
|
600
|
•
|
maatschappijleer
|
120
|
Profieldelen:
Profiel natuur en techniek
•
|
wiskunde B
|
600
|
•
|
natuurkunde
|
480
|
•
|
scheikunde
|
440
|
•
|
één van de volgende profielkeuzevakken:
|
|
|
–
|
natuur, leven en technologie
|
440
|
|
–
|
informatica
|
440
|
|
–
|
biologie
|
480
|
|
–
|
wiskunde D
|
440
|
Profiel natuur en gezondheid
•
|
wiskunde A (mag vervangen worden door wiskunde B)
|
520
|
•
|
scheikunde
|
440
|
•
|
biologie
|
480
|
•
|
één van de volgende profielkeuzevakken:
|
|
|
–
|
natuur, leven en technologie
|
440
|
|
–
|
aardrijkskunde
|
440
|
|
–
|
natuurkunde
|
480
|
Profiel economie en maatschappij
•
|
economie
|
480
|
•
|
wiskunde A (mag vervangen worden door wiskunde B)
|
520
|
•
|
geschiedenis
|
440
|
•
|
één van de volgende profielkeuzevakken:
|
|
|
–
|
management en organisatie
|
440
|
|
–
|
aardrijkskunde
|
440
|
|
–
|
maatschappijwetenschappen
|
440
|
|
–
|
Franse taal en literatuur, Duitse taal en literatuur, Spaanse taal en literatuur,
Russische taal en literatuur, Italiaanse taal en literatuur, Arabische taal en literatuur,
Turkse taal en literatuur, Friese taal en cultuur, Chinese taal en cultuur
|
480
|
Profiel cultuur en maatschappij
•
|
wiskunde C (mag vervangen worden door wiskunde A of wiskunde B)
|
480
|
•
|
geschiedenis
|
480
|
•
|
één van de volgende culturele profielkeuzevakken:
|
|
|
–
|
kunst (beeldende vormgeving), kunst (muziek),kunst (drama), kunst (dans), muziek,
tekenen, handvaardigheid of textiele vormgeving
|
480
|
|
–
|
filosofie
|
480
|
|
–
|
Franse taal en literatuur, Duitse taal en literatuur, Spaanse taal en literatuur,
Russische taal en literatuur, Italiaanse taal en literatuur, Arabische taal en literatuur,
Turkse taal en literatuur, Friese taal en cultuur, Chinese taal en cultuur
|
480
|
|
–
|
Latijnse taal en literatuur of Griekse taal en literatuur *)
|
600
|
•
|
één van de volgende maatschappelijke profielkeuzevakken:
|
|
|
–
|
aardrijkskunde
|
440
|
|
–
|
maatschappijwetenschappen
|
440
|
|
–
|
economie
|
480
|
*) Als een kandidaat een volledig pakket doet met Latijnse taal en literatuur of Griekse
taal en literatuur, is het vak Klassieke Culturele Vorming (160 uur) verplicht. Hiermee
wordt tevens voldaan aan de eisen die gesteld worden voor het behalen van een gymnasiumdiploma.
Het vrije deel vwo van elk profiel bestaat uit tenminste één vak met een minimale studielast van 440
uur.
Een kandidaat kan kiezen uit:
•
|
de vakken die zijn vermeld bij de profieldelen en die nog niet als examenvak zijn
opgenomen in het gekozen profiel, waarbij
|
|
–
|
van de vakken wiskunde A, wiskunde B en wiskunde C slechts één deel kan uitmaken van
het profiel en wiskunde D uitsluitend kan worden gekozen indien ook wiskunde B deel
uitmaakt van het profiel;
|
|
–
|
kunst (beeldende vormgeving) niet gekozen kan worden in combinatie met tekenen, handvaardigheid
of textiele vormgeving en kunst (muziek) niet gekozen kan worden in combinatie met
muziek;
|
|
–
|
van de vakken tekenen, handvaardigheid en textiele vormgeving er slechts één deel
kan uitmaken van het profiel;
|
•
|
Spaanse taal en literatuur (elementair)
|
480
|
|
Russische taal en literatuur (elementair)
|
480
|
|
Italiaanse taal en literatuur (elementair)
|
480
|
|
Arabische taal en literatuur (elementair)
|
480
|
|
Turkse taal en literatuur (elementair)
|
480
|
|
Chinese taal en cultuur (elementair),
|
480
|
|
voor zover de betreffende taal geen deel uitmaakt van het profiel;
|
|
•
|
kunst (algemeen)
|
200
|
•
|
algemene natuurwetenschappen
|
120
|
Opmerking:
Voor de examenprogramma's wordt verwezen naar de vakinformatie.
Voor de volgende kunstzinnige vakken wordt geen staatsexamen vwo aangeboden:
Bijlage 2. Eindexamen havo
[Regeling vervallen per 31-12-2022]
Algemene informatie
Het havo kent vier profielen:
Elke kandidaat die een diploma wil behalen, moet één of meer van deze profielen kiezen.
Profielwerkstuk
Elke examenkandidaat dient een profielwerkstuk in te leveren en te presenteren voor
het verwerven van een diploma.
Examenvakken (met studielasturen):
Het gemeenschappelijk deel havo van elk profiel bestaat uit:
•
|
Nederlandse taal en literatuur
|
400
|
•
|
Engelse taal en literatuur
|
360
|
•
|
maatschappijleer
|
120
|
Profieldelen:
Profiel natuur en techniek
•
|
wiskunde B
|
360
|
•
|
natuurkunde
|
400
|
•
|
scheikunde
|
320
|
•
|
één van de volgende profielkeuzevakken:
|
|
|
–
|
natuur, leven en technologie
|
320
|
|
–
|
informatica
|
320
|
|
–
|
biologie
|
400
|
|
–
|
wiskunde D
|
320
|
Profiel natuur en gezondheid
•
|
wiskunde A (mag vervangen worden door wiskunde B
|
320
|
•
|
scheikunde
|
320
|
•
|
biologie
|
400
|
•
|
één van de volgende profielkeuzevakken:
|
|
|
–
|
natuur, leven en technologie
|
320
|
|
–
|
aardrijkskunde
|
320
|
|
–
|
natuurkunde
|
400
|
Profiel economie en maatschappij
•
|
economie
|
400
|
•
|
wiskunde A (mag vervangen worden door wiskunde B)
|
320
|
•
|
geschiedenis
|
320
|
•
|
één van de volgende profielkeuzevakken
|
|
|
–
|
management en organisatie
|
320
|
|
–
|
aardrijkskunde
|
320
|
|
–
|
maatschappijwetenschappen
|
320
|
|
–
|
Franse taal en literatuur, Duitse taal en literatuur, Spaanse taal en literatuur,
Russische taal en literatuur, Italiaanse taal en literatuur, Arabische taal en literatuur,
Turkse taal en literatuur, Friese taal en cultuur
|
400
|
Profiel cultuur en maatschappij
•
|
geschiedenis
|
320
|
•
|
Franse taal en literatuur, Duitse taal en literatuur, Spaanse taal en literatuur,
Russische taal en literatuur, Italiaanse taal en literatuur, Arabische taal en literatuur,
Turkse taal en literatuur, of Friese taal en cultuur
|
400
|
•
|
één van de volgende culturele profielkeuzevakken:
|
|
|
–
|
kunst (beeldende vormgeving), kunst (muziek), kunst (drama),
|
|
|
–
|
kunst (dans), muziek, tekenen, handvaardigheid of textiele
|
|
|
–
|
vormgeving
|
320
|
|
–
|
filosofie
|
320
|
|
–
|
Franse taal en literatuur, Duitse taal en literatuur, Spaanse taal en literatuur,
Russische taal en literatuur, Italiaanse taal en literatuur, Arabische taal en literatuur,
Turkse taal en literatuur, Friese taal en cultuur
|
400
|
•
|
één van de volgende maatschappelijke profielkeuzevakken:
|
|
|
–
|
aardrijkskunde
|
320
|
|
–
|
maatschappijwetenschappen
|
320
|
|
–
|
economie
|
400
|
Het vrije deel havo van elk profiel bestaat uit tenminste één vak met een minimale studielast van 320
uur.
Een kandidaat kan kiezen uit:
•
|
de vakken die zijn vermeld bij de profieldelen en die nog niet als examenvak zijn
opgenomen in het gekozen profiel, waarbij
|
|
–
|
van de vakken wiskunde A en wiskunde B er slechts één deel kan uitmaken van het profiel
en wiskunde D uitsluitend kan worden gekozen indien wiskunde B deel uitmaakt van het
profiel,
|
|
–
|
kunst (beeldende vormgeving) niet gekozen kan worden in combinatie met tekenen, handvaardigheid
of
|
|
–
|
textiele vormgeving en kunst (muziek) niet gekozen kan worden in combinatie met muziek,
|
|
–
|
van de vakken tekenen, handvaardigheid en textiele vormgeving er slechts één deel
kan uitmaken van het profiel
|
•
|
Spaanse taal en literatuur (elementair)
|
320
|
|
Russische taal en literatuur (elementair)
|
320
|
|
Italiaanse taal en literatuur (elementair)
|
320
|
|
Arabische taal en literatuur (elementair)
|
320
|
|
Turkse taal en literatuur (elementair),
|
320
|
|
voor zover de betreffende taal geen deel uitmaakt van het profiel.
|
|
•
|
algemene natuurwetenschappen
|
120
|
•
|
kunst (algemeen)
|
120
|
Voor de examenprogramma's wordt verwezen naar de vakinformatie.
Voor de volgende kunstzinnige vakken wordt geen staatsexamen havo aangeboden:
Bijlage 3. Eindexamen vmbo tl
[Regeling vervallen per 31-12-2022]
-
1. Het gemeenschappelijk deel
Onafhankelijk van het profiel zijn de volgende gemeenschappelijke vakken verplicht:
-
• Nederlandse taal
-
• Engelse taal
-
• maatschappijleer
-
2. Het profiel- of sectordeel
Er kan gekozen worden uit vier verschillende sectoren, elk met verschillende verplichte
vakken
-
a. profiel/sector Techniek
-
b. profiel/sector Zorg en welzijn
-
• biologie
-
• één van de vakken: wiskunde, maatschappijkunde (voorheen maatschappijleer 2), geschiedenis
en staatsinrichting, aardrijkskunde
-
c. profiel/sector Economie
-
d. profiel/sector Landbouw
-
3. Het vrije deel
Twee algemene vakken, te kiezen uit (voor zover deze vakken geen onderdeel zijn van
het profieldeel):
-
• talen: Fries, Frans, Duits, Spaans, Turks, Arabisch;
-
• maatschappijvakken: economie, aardrijkskunde, geschiedenis en staatsinrichting, maatschappijkunde
(voorheen maatschappijleer 2);
-
• exacte vakken: wiskunde, natuur- en scheikunde 1, natuur- en scheikunde 2, biologie;
-
• beeldende vakken 2: handenarbeid, tekenen, textiele werkvormen;
-
• muziek.
Profielwerkstuk
Elke examenkandidaat dient een profielwerkstuk te maken, in te leveren en te presenteren.
Voor de examenprogramma’s wordt verwezen naar de vakinformatie.