Deelregeling Residency

Geraadpleegd op 24-12-2025.
Geldend van 01-01-2025 t/m heden.

Deelregeling Residency

Het bestuur van het Mondriaan Fonds,

Gelet op artikel 10 lid 4 van de Wet op het specifiek cultuurbeleid;

Besluit:

Artikel 1. Doel

Het stimuleren van de verdieping van de artistieke ontwikkeling en praktijk van beeldend kunstenaars en bemiddelaars in het buitenland of in een andere omgeving door een verblijf in een door het fonds aangewezen atelier in binnen- of buitenland, waardoor ook nieuwe (inter-)nationale contacten en markten worden verkend, opdat werk tot stand komt dat een betekenisvolle bijdrage kan leveren aan de hedendaagse beeldende kunst en/of cultureel erfgoed in Nederland.

Artikel 2. Toepasselijkheid

  • 1 Een kunstenaar die een aanvraag doet voor een projectinvestering dient minimaal één jaar als professioneel beeldend kunstenaar werkzaam te zijn. Daarbij geldt:

    • Indien de kunstenaar een hbo-bacheloropleiding met een beeldende kunstcurriculum heeft afgerond wordt de diplomadatum beschouwd als start van de professionele beroepspraktijk. Wanneer er een periode tussen de diplomadatum van de hbo-bacheloropleiding met beeldende kunstcurriculum en de start van de masteropleiding zit, wordt deze periode meegerekend als onderdeel van de professionele beroepspraktijk.

    • Indien de kunstenaar geen hbo-bacheloropleiding met een beeldende kunstcurriculum heeft afgerond wordt het moment waarop de kunstenaar voor het eerst werk presenteert binnen het circuit van de professionele beeldende kunst beschouwd als de start van de professionele beroepspraktijk.

  • 2 Een bemiddelaar die een aanvraag doet voor een residency dient ten minste één jaar professioneel werkzaam te zijn als bemiddelaar op het gebied van de beeldende kunsten of het cultureel erfgoed. Dit moet worden aangetoond aan de hand van publicaties, tentoonstellingen, onderzoeken of geïnitieerde projecten.

  • 3 Per aanvraagronde kan voor maximaal twee residencies een aanvraag worden ingediend.

  • 4 Een bijdrage residency kan aan dezelfde aanvrager maximaal één keer per kalenderjaar worden verstrekt.

Artikel 3. Aanvraag

Naast de bepalingen vastgesteld in het Algemeen Reglement, in het aanvraagformulier en in de toelichting daarop, dient de aanvraag vergezeld te gaan van:

  • (visueel) documentatiemateriaal,

  • een inhoudelijke toelichting op het werk,

  • een curriculum vitae,

  • een plan, waarin de aanvrager motiveert waarom hij in aanmerking wil komen voor deze specifieke residency en toelicht wat de meerwaarde van de residency is voor de ontwikkeling van de praktijk en hoe een passend publiek wordt betrokken.

Artikel 4. Beoordeling

  • 2 Het bestuur stelt voorafgaand aan deze selectierondes vast hoeveel kunstenaars en bemiddelaars ten minste en ten hoogste kunnen worden voorgedragen voor een residency.

  • 3 Indien naar verwachting (een groot deel van) de aanvragers niet (zal) zullen voldoen aan de gestelde criteria, kan het bestuur de residency verzoeken zelf kunstenaars of bemiddelaars voor te dragen.

  • 4 Op basis van het door de aanvrager aangeleverde documentatiemateriaal en de overige informatie over de aanvrager beoordeelt het bevoegd adviesorgaan of het artistieke functioneren van de kunstenaar of bemiddelaar van belang is of, bij een beginnend kunstenaar, naar verwachting van belang zal worden voor de hedendaagse beeldende kunsten of cultureel erfgoed in Nederland. Daarbij worden de onderstaande criteria in onderlinge samenhang gehanteerd:

    • de kwaliteit van het tot het moment van de aanvraag door de aanvrager opgebouwde oeuvre en de ontwikkeling daarvan,

    • de kwaliteit van het cultureel ondernemerschap; de onderzoekende en/of vernieuwende houding van de aanvrager, de wijze waarop de aanvrager naar buiten treedt en een publiek voor zijn werk weet te vinden en binden.

  • 5 Indien het bevoegd adviesorgaan het in het vierde lid van dit artikel bedoelde functioneren van de aanvrager niet van voldoende belang acht, komt het tot een negatief advies over de aanvraag.

  • 6 Indien het bevoegd adviesorgaan het in het vierde lid bedoelde functioneren van de aanvrager wel van voldoende belang acht, dan beoordeelt het vervolgens de kwaliteit van het plan; de motivatie met betrekking tot het verblijf in de residency, de meerwaarde van de residency voor de ontwikkeling van de praktijk en de manier waarop er een passend publiek wordt betrokken. Indien de adviescommissie hier negatief over oordeelt, wordt een negatief advies uitgebracht.

  • 7 De adviescommissie stelt aan de hand van de in het zesde lid genoemde aspecten in volgorde van prioriteit de voordracht samen.

Artikel 5. Overgangsbepaling

De Deelregeling Gastateliers wordt met ingang van 1 januari 2021 ingetrokken. Op aanvragen die op grond van de Deelregeling Gastateliers voor 1 januari 2021 zijn ingediend, blijven die regeling en het Algemeen Reglement Mondriaan Fonds 2017 van toepassing.

Artikel 6. Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2021. Indien de Staatscourant waarin deze regeling wordt geplaatst wordt uitgegeven na 31 december 2020, treedt zij in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en werkt zij terug tot en met 1 januari 2021.

Artikel 7. Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: Deelregeling Residency.

Deze regeling zal in de Staatscourant worden geplaatst.

De stichting Mondriaan Fonds,

E. van der Lingen

directeur-bestuurder