Bijlage Wettelijk gebruiksvoorschrift Mainspring (15 651)
[Regeling vervallen per 26-11-2020]
Wettelijk Gebruiksvoorschrift
[Regeling vervallen per 26-11-2020]
Het middel is uitsluitend toegelaten als insectenbestrijdingsmiddel voor het professionele
gebruik door middel van een gewasbehandeling in de volgende toepassingsgebieden (volgens
Definitielijst toepassingsgebieden versie 2.1 Ctgb juni 2015) onder de hierna vermelde
toepassingsvoorwaarden.
Toepassingsvoorwaarden:
Toepassingsgebied
|
Te bestrijden organisme
|
Dosering1 middel per toepassing
|
Maximale dosering middel per toepassing
|
Maximaal aantal toepassingen per teeltcyclus of per 12 maanden
|
Minimum interval tussen toepassingen in dagen
|
Snijbloemen (bedekte, grondgebonden teelt)
|
Mineervlieg2
|
0,01% (10 g/100 L water)
|
0,25 kg/ha
|
2 per blok, 4 per 12 maanden
|
7 binnen een blok,
60 tussen 2 blokken
|
1 Verlaging van de dosering is toegestaan, maar van het maximaal aantal toepassingen
en de andere toepassingsvoorwaarden mag niet worden afgeweken. Werkzaamheid is vastgesteld
voor de genoemde dosering per toepassing en niet voor verlaagde doseringen.
2 Mineervlieg (o.a. Lyriomyza trifolii, Lyriomyza huidobrensis, Lyriomyza bryoniae, Chromatynia syngenesiae)
Overige toepassingsvoorwaarden
[Regeling vervallen per 26-11-2020]
Gebruik van het middel in de bedekte grondgebonden teelt van snijbloemen is alleen
toegestaan indien het aantastingsniveau van mineervliegen gedurende de teelt wordt
gemonitord en voor de bestrijding van mineervliegen eerst biologische bestrijders
zijn ingezet conform adviezen van de leverancier. De monitoringsgegevens van de mineervliegen
en de inzet van biologische bestrijders moeten in de gewasbeschermingsmonitor worden
vastgelegd.
Na een gewasbehandeling uitsluitend herbetreden nadat de spuitvloeistof is opgedroogd
en er in kassen gedurende 2 uur geventileerd is.
Draag geschikte handschoenen bij werkzaamheden aan behandeld gewas.
Let op: dit middel kan schadelijk zijn voor bestuivers in kasteelten. Raadpleeg deskundigen
(uw leverancier van bestuivers, de producent van dit middel, uw adviseur) over het
gebruik van dit middel in combinatie met het gebruik van bestuivers en over de in
acht te nemen wachttijden. Gebruik is toegestaan op bloeiende planten in de kas mits
er geen bijen of hommels in de kas actief naar voedsel zoeken. Voorkom dat bijen en
andere bestuivende insecten de kas binnenkomen, bijvoorbeeld door alle openingen met
insectengaas af te sluiten.
Let op: dit middel kan schadelijk zijn voor natuurlijke vijanden. Raadpleeg deskundigen
(uw leverancier van natuurlijke vijanden, de producent van dit middel, uw adviseur)
over het gebruik van dit middel in combinatie met het gebruik van natuurlijke vijanden.
Resistentiemanagement
Dit middel bevat de werkzame stof cyantraniliprole. Cyantraniliprole behoort tot de
diamides. De Irac code is 28. Bij dit product bestaat er kans op resistentieontwikkeling.
In het kader van resistentiemanagement dient u de adviezen die gegeven worden in de
voorlichtingsboodschappen, op te volgen.