Hoofdstuk 1. Definities en algemene bepalingen
In deze regeling wordt verstaan onder:
Hoofdstuk 2. Regels ten behoeve van de toekenning van de vereveningsbijdrage (ex ante)
aan een zorgverzekeraar
In afwijking van artikel 5 en bijlage 1, tabellen 1.2, 1.3, 1.4, 1.5 en 1.11, en bijlage 2, tabellen 2.2 en 2.3, wordt een verzekerde die in het buitenland woont ingedeeld
in de klassen ‘Geen FKG’, ‘Geen primaire DKG’, ‘Geen secundaire DKG’, ‘Geen HKG’,
’Geen FDG’, ‘Geen FKG psychische aandoeningen’ en ‘Geen DKG psychische aandoeningen’,
waarbij voor hem het gewicht van die klassen door het Zorginstituut wordt vastgesteld
op een percentage van de gewichten van de desbetreffende klassen zoals deze op grond
van de genoemde tabellen voor in Nederland wonende verzekerden gelden.
-
2 Het Zorginstituut raamt de opbrengst van de nominale rekenpremie per zorgverzekeraar,
bedoeld in artikel 3.10, tweede lid, van het Besluit zorgverzekering, door het geraamde aantal zorgverzekeringen waarvoor premie moet worden betaald te
vermenigvuldigen met de nominale rekenpremie.
-
3 Het Zorginstituut raamt het aantal zorgverzekeringen waarvoor premie moet worden betaald,
bedoeld in het tweede lid, door het geraamde aantal zorgverzekeringen van verzekerden
van achttien jaar en ouder bij een zorgverzekeraar, te verminderen met het geraamde
aantal zorgverzekeringen van verzekerden, bedoeld in artikel 24 van de wet.
-
1 Het Zorginstituut raamt de opbrengst van het verplicht eigen risico per zorgverzekeraar,
bedoeld in artikel 3.10, tweede lid, van het Besluit zorgverzekering, door per verzekerde van achttien jaar en ouder, met uitzondering van verzekerden
als bedoeld in artikel 24 van de wet, de geraamde opbrengst van het verplicht eigen risico te bepalen en vervolgens de
geraamde opbrengsten per zorgverzekeraar te sommeren.
-
2 Het Zorginstituut gaat voor de bepaling van de geraamde opbrengst per verzekerde,
bedoeld in het eerste lid, voor verzekerden van achttien jaar of ouder die zowel onder
de klasse ‘Geen FKG’, als onder de klassen ‘Geen primaire DKG’, ‘Geen secundaire DKG’,
‘Geen HKG’, ‘Geen MVV’ en ‘Geen FDG’ vallen en niet worden ingedeeld bij MHK-klasse
‘2 voorafgaande jaren variabele zorgkosten in top 10 procent’ of hoger, uit van verzekerdenaantallen
onderverdeeld in klassen naar leeftijd en geslacht, AVI, regio en MHK en de in bijlage 4 genoemde gewichten. Hierbij wordt de in de bijlage 4 aangegeven klassenindeling van
de criteria aangehouden.
-
3 De geraamde opbrengst per verzekerde, bedoeld in het eerste lid, bedraagt € 359,53
voor verzekerden van achttien jaar of ouder waarop het tweede lid niet van toepassing
is.
-
5 In afwijking van het eerste lid wijst het Zorginstituut alle toepasselijke klassen
van het vereveningscriterium FKG’s psychische aandoeningen toe met inachtneming van
de volgende uitzondering: In geval van samenloop bij de klassen ‘Psychose depot’,
‘Chronische stemmingsstoornissen complex’, ‘Psychose’, ‘Bipolaire stoornissen complex’,
‘Bipolaire stoornissen regulier’ en ‘Chronische stemmingsstoornissen’, deelt het Zorginstituut
een verzekerde in bij eerstgenoemde klasse die voor de betreffende verzekerde van
toepassing is en niet bij de andere genoemde klassen.
-
10 Indien een percentielgrens als bedoeld in het negende lid, gelijk is aan nul euro,
deelt het Zorginstituut, in afwijking van het negende lid, verzekerden met kosten
op die percentielgrens in bij de klasse ‘Geen MVV’.
-
11 Het Zorginstituut stelt als bijlage bij de beleidsregels, bedoeld in artikel 32, vijfde lid, van de Zorgverzekeringswet, referentiebestanden vast voor de vereveningscriteria FKG’s, primaire DKG’s, secundaire
DKG’s, HKG’s, AVI, SES, PPA, regio, FDG, FKG’s psychische aandoeningen, DKG’s psychische
aandoeningen en GGZ-regio ter onderbouwing van de indeling van verzekerden in de klassen
van het betreffende vereveningscriterium.
Hoofdstuk 3. Regels ten behoeve van de vaststelling van de vereveningsbijdrage (ex
post) ten behoeve van een zorgverzekeraar
-
1 Een verzekerde die slechts gedurende een deel van het vereveningsjaar bij een zorgverzekeraar
verzekerd was, telt voor het vaststellen van de vereveningsbijdrage voor die zorgverzekeraar
mee in een mate die bepaald wordt door het aantal dagen dat hij in dat jaar bij die
zorgverzekeraar verzekerd was te delen door het aantal dagen in dat jaar.
-
2 Indien een verzekerde gedurende een aantal dagen van het vereveningsjaar bij meer
dan één zorgverzekeraar verzekerd was, telt hij voor het vaststellen van de vereveningsbijdrage
over die periode mee in een mate die bepaald wordt door het getal 1 te delen door
het aantal zorgverzekeraars waarbij hij in die periode verzekerd was.
-
2 Het Zorginstituut gaat bij de herberekening, bedoeld in het eerste lid, uit van de
gerealiseerde kosten voor elk van de in het eerste lid genoemde clusters van prestaties
en van gerealiseerde aantallen verzekerden per klasse van ieder vereveningscriterium.
Voor de herberekening van de vereveningsbijdrage voor het cluster ‘variabele zorgkosten’
past het Zorginstituut de gewichten in de tabellen van bijlage 5 toe. Voor de herberekening van de vereveningsbijdrage voor het cluster ‘kosten van
geneeskundige geestelijke gezondheidszorg’ past het Zorginstituut de gewichten in
de tabellen van bijlage 3 toe.
-
4 In afwijking van het tweede lid herberekent het Zorginstituut het gewicht van de klasse
‘Geen FKG’ zodanig dat het voor de klassen ‘Auto-immuunziekten o.b.v. add-on’, ‘Kanker
o.b.v. add-on’, ‘Groeistoornissen o.b.v. add-on’, ‘Immunoglobuline o.b.v. add-on’,
‘COPD/Zware astma o.b.v. add-on’, ‘Extreem hoge kosten cluster 1’, ‘Extreem hoge kosten
cluster 2’ en ‘Extreem hoge kosten cluster 3’ gesommeerde verschil tussen de vermenigvuldiging
van het gerealiseerde aantal verzekerden met het gewicht in tabel 5.2 en de vermenigvuldiging
van het bij toekenning van de vereveningsbijdrage verwachte aantal verzekerden met
het gewicht in tabel 5.2, teniet wordt gedaan. Het Zorginstituut rondt het herberekende
gewicht af op twee decimalen.
-
6 In afwijking van het tweede lid herberekent het Zorginstituut het gewicht voor de
klasse ‘Geen MHK’ zodanig dat het voor de klassen ‘3 voorafgaande jaren variabele
zorgkosten in top 4 procent’, ‘3 voorafgaande jaren variabele zorgkosten in top 1,5
procent’ en ‘3 voorafgaande jaren variabele zorgkosten in top 0,5 procent’ gesommeerde
verschil tussen de vermenigvuldiging van het gerealiseerde aantal verzekerden met
het gewicht in tabel 5.10 en de vermenigvuldiging van het bij toekenning van de vereveningsbijdrage
verwachte aantal verzekerden met het gewicht in tabel 5.10, teniet wordt gedaan. Het
Zorginstituut rondt het herberekende gewicht af op twee decimalen.
-
7 In afwijking van het tweede lid, herberekent het Zorginstituut het gewicht van de
klasse ‘Geen DKG psychische aandoeningen’ zodanig dat voor het criterium DKG’s psychische
aandoeningen de gesommeerde resultaten van de vermenigvuldiging van de gewichten met
het gerealiseerde aantal verzekerden, nul bedragen. Het Zorginstituut rondt het herberekende
gewicht af op twee decimalen.
-
8 Het Zorginstituut gebruikt bij de herberekening, bedoeld in het eerste lid, de referentiebestanden,
bedoeld in artikel 9, elfde lid.
-
1 Het Zorginstituut merkt de kosten van prestaties, geleverd door instellingen die meedoen
aan experimenten in de zin van de Wet marktordening gezondheidszorg, voor een door hem per instelling vast te stellen percentage aan als kosten van het
cluster ‘variabele zorgkosten’.
-
1 Het Zorginstituut merkt de kosten van prestaties, geleverd door instellingen die meedoen
aan experimenten in de zin van de Wet marktordening gezondheidszorg, per instelling voor medisch-specialistisch zorg voor 100 procent minus het door
hem op basis van artikel 14, eerste lid, vastgestelde percentage, aan als kosten van het cluster ‘vaste zorgkosten’.
-
4 Het Zorginstituut calculeert 100 procent na op het verschil tussen de kosten van het
cluster ‘vaste zorgkosten’, vastgesteld ingevolge het eerste tot en met derde lid
enerzijds, en het herberekende deelbedrag ‘vaste zorgkosten’ na toepassing van artikel 3.15, tweede lid van het Besluit zorgverzekering.
-
1 Het Zorginstituut past als volgt hogekostencompensatie toe op het herberekende deelbedrag
kosten van geneeskundige geestelijke gezondheidszorg, bedoeld in artikel 3.12, derde lid, van het Besluit zorgverzekering:
-
a. de drempelwaarde wordt bepaald, zodanig dat 0,5% van de verzekerden met kosten van
geneeskundige geestelijke gezondheidszorg kosten gelijk aan of boven deze drempelwaarde
heeft;
-
b. 75% van de kosten van geneeskundige geestelijke gezondheidszorg van de verzekerde,
voor zover deze kosten de drempelwaarde overschrijden, wordt berekend;
-
c. vervolgens worden de uitkomsten uit onderdeel b per zorgverzekeraar gesommeerd;
-
d. daarna wordt het percentage berekend dat voortvloeit uit de verhouding tussen de som
van de uitkomsten van onderdeel c van alle zorgverzekeraars samen en de herberekende
deelbedragen kosten geneeskundige geestelijke gezondheidszorg van alle zorgverzekeraars
samen, en dit percentage wordt toegepast op het corresponderende herberekende deelbedrag
van een zorgverzekeraar.
-
e. ten slotte wordt het herberekende deelbedrag per zorgverzekeraar nogmaals herberekend
door hierbij het resultaat van onderdeel c op te tellen en vervolgens te verminderen
met het resultaat van onderdeel d.
-
3 Het Zorginstituut gaat voor de bepaling van de opbrengst per verzekerde, bedoeld in
het tweede lid, voor verzekerden van achttien jaar of ouder die zowel onder de klasse
‘Geen FKG’, als onder de klassen ‘Geen primaire DKG’, ‘Geen secundaire DKG’, ‘Geen
HKG’, ‘Geen MVV’ en ‘Geen FDG’ vallen en niet worden ingedeeld bij MHK-klasse ‘2 voorafgaande
jaren variabele zorgkosten in top 10 procent’ of hoger, uit van de gerealiseerde verzekerdenaantallen
onderverdeeld in klassen naar leeftijd en geslacht, AVI, regio en MHK en van de in
bijlage 6 genoemde gewichten. Hierbij wordt de in de bijlage 6 aangegeven klassenindeling van
de criteria aangehouden.
-
4 De opbrengst per verzekerde, bedoeld in het tweede lid, bedraagt € 359,91 voor verzekerden
van achttien jaar en ouder waarop het derde lid, niet van toepassing is.
De artikelen 5, tweede en derde lid, 6 en 9 zijn van overeenkomstige toepassing bij de vaststelling van de vereveningsbijdrage
ten behoeve van een zorgverzekeraar met dien verstande dat bij toepassing van hogekostencompensatie
een verzekerde die in het buitenland woont, in afwijking van bijlage 3, tabellen 3.2 en 3.3, wordt ingedeeld in ‘Geen FKG psychische aandoeningen’ en ‘Geen
DKG psychische aandoeningen’.
Hoofdstuk 4. Aanvullingen op de vereveningsbijdrage aan een zorgverzekeraar
Hoofdstuk 5. Betaling van de vereveningsbijdrage aan zorgverzekeraar door het zorginstituut
De betaling van de bijdrage geschiedt overeenkomstig door het Zorginstituut te stellen
beleidsregels, waarin een betaalschema is opgenomen dat rekening houdt met declaratiepatronen
van zorgaanbieders.
Hoofdstuk 6. Slotbepalingen
Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van
de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en werkt terug tot en met 30 september
2019.
Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling risicoverevening 2020.
Bijlage 1. Normbedragen vereveningsmodel variabele zorgkosten (behorende bij artikel 5, eerste lid van de Regeling risicoverevening 2020)
De bijlage betreft kosten van zorg behorende tot het cluster ‘variabele zorgkosten’.
De in deze bijlage genoemde gewichten zijn bedoeld voor de ex ante berekening van
het normatieve bedrag ten behoeve van een zorgverzekeraar (artikel 5, eerste lid).
Tabel 1.1. Gewichten voor het vereveningscriterium leeftijd en geslacht (in euro’s
per verzekerde)
|
|
Variabele zorgkosten
|
Mannen
|
0 jaar, geboren in het vereveningsjaar
|
9735.62
|
|
0 jaar, geboren in het voorafgaande jaar
|
2872.85
|
|
1–4 jaar
|
2193.99
|
|
5–9 jaar
|
2010.78
|
|
10–14 jaar
|
2021.98
|
|
15–17 jaar
|
2111.78
|
|
18–24 jaar
|
1879.16
|
|
25–29 jaar
|
1891.18
|
|
30–34 jaar
|
1887.18
|
|
35–39 jaar
|
1955.11
|
|
40–44 jaar
|
2018.54
|
|
45–49 jaar
|
2141.85
|
|
50–54 jaar
|
2308.47
|
|
55–59 jaar
|
2577.09
|
|
60–64 jaar
|
2827.12
|
|
65–69 jaar
|
3158.19
|
|
70–74 jaar
|
3655.62
|
|
75–79 jaar
|
4069.32
|
|
80–84 jaar
|
4626.41
|
|
85–89 jaar
|
5195.83
|
|
90+ jaar
|
6183.60
|
Vrouwen en onbepaald geslacht
|
0 jaar, geboren in het vereveningsjaar
|
8530.34
|
|
0 jaar, geboren in het voorafgaande jaar
|
2610.32
|
|
1–4 jaar
|
1927.53
|
|
5–9 jaar
|
1983.71
|
|
10–14 jaar
|
2050.50
|
|
15–17 jaar
|
2213.58
|
|
18–24 jaar
|
2132.29
|
|
25–29 jaar
|
2585.00
|
|
30–34 jaar
|
2728.28
|
|
35–39 jaar
|
2410.03
|
|
40–44 jaar
|
2186.14
|
|
45–49 jaar
|
2255.39
|
|
50–54 jaar
|
2341.32
|
|
55–59 jaar
|
2425.13
|
|
60–64 jaar
|
2583.58
|
|
65–69 jaar
|
2849.18
|
|
70–74 jaar
|
3181.51
|
|
75–79 jaar
|
3520.14
|
|
80–84 jaar
|
4034.95
|
|
85–89 jaar
|
4718.37
|
|
90+ jaar
|
5603.59
|
Tabel 1.2. Gewichten voor het vereveningscriterium FKG’s (in euro’s per verzekerde)
|
Variabele zorgkosten
|
Geen FKG
|
–313.04
|
Schildklieraandoeningen
|
24.69
|
Glaucoom
|
205.45
|
Depressie
|
115.58
|
Psychose en verslaving
|
392.10
|
Epilepsie
|
559.19
|
Chronische antistolling
|
790.07
|
Transplantaties
|
1319.11
|
Parkinson
|
2208.41
|
Hartaandoeningen
|
1782.07
|
Chronische pijn exclusief opioïden
|
895.03
|
Neuropatische pijn
|
1548.89
|
Diabetes type II zonder hypertensie
|
434.17
|
Diabetes type II met hypertensie
|
841.53
|
Diabetes type I zonder hypertensie
|
1710.70
|
Diabetes type I met hypertensie
|
2059.18
|
Cystic fibrosis/pancreasenzymen
|
3411.43
|
Groeistoornissen o.b.v. add-on
|
2521.57
|
Aandoeningen van hersenen/ruggenmerg: overig
|
2992.60
|
Aandoeningen van hersenen/ruggenmerg: multiple sclerose
|
4535.84
|
HIV/AIDS
|
4523.07
|
Psoriasis
|
521.91
|
Ziekte van Crohn/Colitis Ulcerosa
|
629.89
|
Reuma
|
733.49
|
Auto-immuunziekten o.b.v. add-on
|
5424.27
|
Nieraandoeningen
|
7602.15
|
Acromegalie
|
12288.86
|
Immunoglobuline o.b.v. add-on
|
10782.89
|
Astma
|
451.57
|
COPD/Zware astma
|
1677.02
|
COPD/Zware astma o.b.v. add-on
|
12118.02
|
Hormoongevoelige tumoren
|
842.31
|
Kanker
|
1553.67
|
Kanker o.b.v. add-on
|
11425.79
|
Pulmonale arteriële hypertensie
|
20591.73
|
Extreem hoge kosten cluster 1
|
123993.38
|
Extreem hoge kosten cluster 2
|
262028.94
|
Extreem hoge kosten cluster 3
|
385821.47
|
Tabel 1.3. Gewichten voor het vereveningscriterium primaire DKG’s (in euro’s per verzekerde)
|
Variabele zorgkosten
|
Geen primaire DKG
|
–227.23
|
1
|
627.21
|
2
|
1328.67
|
3
|
1344.43
|
4
|
1661.31
|
5
|
2765.72
|
6
|
2283.41
|
7
|
4936.77
|
8
|
6320.33
|
9
|
7038.99
|
10
|
8021.10
|
11
|
12358.08
|
12
|
15785.97
|
13
|
8162.58
|
14
|
64321.45
|
15
|
51023.38
|
Tabel 1.4. Gewichten voor het vereveningscriterium secundaire DKG’s (in euro’s per
verzekerde)
|
Variabele zorgkosten
|
Geen secundaire DKG
|
–91.03
|
1
|
932.12
|
2
|
2403.52
|
3
|
3898.61
|
4
|
7535.25
|
5
|
14713.47
|
6
|
19243.22
|
7
|
74449.92
|
Tabel 1.5. Gewichten voor het vereveningscriterium HKG’s (in euro’s per verzekerde)
|
Variabele zorgkosten
|
Geen HKG
|
–54.81
|
CPAP apparatuur
|
286.01
|
Therapeutische elastische kousen
|
448.43
|
Voorzieningen voor stomapatiënten
|
1498.91
|
Vernevelaar met toebehoren
|
1375.84
|
Middelen voor urine-opvang
|
2049.97
|
Injectiespuiten met toebehoren (excl. diabetes)
|
2253.80
|
Zuurstofapparaten met toebehoren
|
4482.92
|
Voedingshulpmiddelen (excl. zuigelingen)
|
7929.07
|
Slijmuitzuigapparatuur
|
20691.00
|
Draagbare infuuspompen
|
9294.56
|
Tabel 1.6. Gewichten voor het vereveningscriterium AVI (in euro’s per verzekerde)
|
|
Variabele zorgkosten
|
|
70+ jaar
|
0.00
|
Duurzaam en volledig arbeidsongeschikten (IVA)
|
0–17 jaar
|
124.18
|
|
18–34 jaar
|
1292.91
|
|
35–44 jaar
|
881.74
|
|
45–54 jaar
|
1131.56
|
|
55–64 jaar
|
713.59
|
|
65–69 jaar
|
643.19
|
Arbeidsongeschikten excl. IVA
|
0–17 jaar
|
155.69
|
|
18–34 jaar
|
286.41
|
|
35–44 jaar
|
491.44
|
|
45–54 jaar
|
501.26
|
|
55–64 jaar
|
427.03
|
|
65–69 jaar
|
387.21
|
Bijstandsgerechtigden
|
0–17 jaar
|
147.63
|
|
18–34 jaar
|
323.47
|
|
35–44 jaar
|
324.24
|
|
45–54 jaar
|
378.57
|
|
55–64 jaar
|
326.17
|
|
65–69 jaar
|
401.08
|
Studenten
|
0–17 jaar
|
–37.98
|
|
18–34 jaar
|
–166.78
|
Zelfstandigen
|
0–17 jaar
|
–73.30
|
|
18–34 jaar
|
–77.15
|
|
35–44 jaar
|
–124.00
|
|
45–54 jaar
|
–179.61
|
|
55–64 jaar
|
–213.12
|
|
65–69 jaar
|
–74.93
|
Hoogopgeleiden
|
0–17 jaar
|
–96.15
|
|
18–34 jaar
|
–13.92
|
|
35–44 jaar
|
–74.36
|
Referentiegroep
|
0–17 jaar
|
–8.17
|
|
18–34 jaar
|
18.35
|
|
35–44 jaar
|
–21.47
|
|
45–54 jaar
|
–59.38
|
|
55–64 jaar
|
–82.21
|
|
65–69 jaar
|
–113.90
|
Tabel 1.7. Gewichten voor het vereveningscriterium regio (in euro’s per verzekerde)
|
Variabele zorgkosten
|
1
|
82.29
|
2
|
48.02
|
3
|
19.81
|
4
|
19.55
|
5
|
–14.01
|
6
|
–16.13
|
7
|
–23.23
|
8
|
–30.39
|
9
|
–38.98
|
10
|
–48.13
|
Tabel 1.8. Gewichten voor het vereveningscriterium SES (in euro’s per verzekerde)
|
|
Variabele zorgkosten
|
1 (zeer laag)
|
0–17 jaar
|
61.89
|
|
18–69 jaar
|
–1.91
|
|
70+ jaar
|
–91.37
|
2 (laag)
|
0–17 jaar
|
32.30
|
|
18–69 jaar
|
18.47
|
|
70+ jaar
|
–58.57
|
3 (midden)
|
0–17 jaar
|
–15.08
|
|
18–69 jaar
|
19.08
|
|
70+ jaar
|
43.99
|
4 (hoog)
|
0–17 jaar
|
–47.85
|
|
18–69 jaar
|
–30.10
|
|
70+ jaar
|
75.91
|
Tabel 1.9. Gewichten voor het vereveningscriterium PPA (in euro’s per verzekerde)
|
|
Variabele zorgkosten
|
|
0–17 jaar
|
0.00
|
Wlz-instelling, blijvend
|
18–69 jaar
|
–574.75
|
|
70–79 jaar
|
–1898.04
|
|
80+ jaar
|
–3232.04
|
Wlz-instelling, instromend
|
18–69 jaar
|
9089.49
|
|
70–79 jaar
|
12930.58
|
|
80+ jaar
|
10597.71
|
Eenpersoonshuishouden
|
18–69 jaar
|
–30.88
|
|
70–79 jaar
|
169.97
|
|
80+ jaar
|
44.51
|
Overig
|
18–69 jaar
|
3.61
|
|
70–79 jaar
|
–117.14
|
|
80+ jaar
|
–156.55
|
Tabel 1.10. Gewichten voor het vereveningscriterium MHK (in euro’s per verzekerde)
|
Variabele zorgkosten
|
Geen MHK
|
–616.07
|
Ten minste 1 van de 3 voorafgaande jaren variabele zorgkosten in top 30 procent
|
153.39
|
2 voorafgaande jaren variabele zorgkosten in top 10 procent
|
2557.80
|
3 voorafgaande jaren variabele zorgkosten in top 15 procent
|
2345.17
|
3 voorafgaande jaren variabele zorgkosten in top 10 procent
|
3707.38
|
3 voorafgaande jaren variabele zorgkosten in top 7 procent
|
5678.11
|
3 voorafgaande jaren variabele zorgkosten in top 4 procent
|
8737.85
|
3 voorafgaande jaren variabele zorgkosten in top 1,5 procent
|
18529.80
|
3 voorafgaande jaren variabele zorgkosten in top 0,5 procent
|
45209.32
|
Tabel 1.11. Gewichten voor het vereveningscriterium FDG (in euro’s per verzekerde)
|
Variabele zorgkosten
|
Geen FDG
|
–23.57
|
1
|
637.18
|
2
|
2042.64
|
3
|
1524.84
|
4
|
8652.76
|
Tabel 1.12. Gewichten voor het vereveningscriterium MVV (in euro’s per verzekerde)
|
Variabele zorgkosten
|
Geen MVV
|
–198.14
|
Gesommeerde kosten V&V 3 voorafgaande jaren in top 3,5 procent
|
1258.89
|
Gesommeerde kosten V&V 3 voorafgaande jaren in top 3 procent
|
1908.55
|
Gesommeerde kosten V&V 3 voorafgaande jaren in top 2,5 procent
|
3331.90
|
Gesommeerde kosten V&V 3 voorafgaande jaren in top 2 procent
|
5936.76
|
Gesommeerde kosten V&V 3 voorafgaande jaren in top 1,5 procent
|
8808.05
|
Gesommeerde kosten V&V 3 voorafgaande jaren in top 1 procent
|
12614.04
|
Gesommeerde kosten V&V 3 voorafgaande jaren in top 0,5 procent
|
18174.57
|
Gesommeerde kosten V&V 3 voorafgaande jaren in top 0,25 procent
|
30979.61
|
Kosten V&V voorafgaand jaar in top 0,25%; 0–17 jaar
|
68284.87
|
Bijlage 2. Normbedragen vereveningsmodel geneeskundige GGZ (behorende bij artikel 5, eerste lid, van de Regeling risicoverevening 2020)
De bijlage betreft de kosten van zorg behorende tot het cluster ‘geneeskundige geestelijke
gezondheidszorg’.
De in deze bijlage genoemde vereveningscriteria zijn van toepassing voor verzekerden
van achttien jaar en ouder; de gewichten zijn bedoeld voor de ex ante berekening van
het normatieve bedrag ten behoeve van een zorgverzekeraar (artikel 5, eerste lid). De gewichten bevatten geen correctie voor hogekostencompensatie.
Tabel 2.1. Gewichten voor het vereveningscriterium leeftijd en geslacht (in euro’s
per verzekerde)
|
|
Kosten van geneeskundige GGZ
|
Mannen
|
18–24 jaar
|
341.10
|
|
25–29 jaar
|
332.55
|
|
30–34 jaar
|
322.20
|
|
35–39 jaar
|
311.59
|
|
40–44 jaar
|
294.04
|
|
45–49 jaar
|
268.80
|
|
50–54 jaar
|
265.83
|
|
55–59 jaar
|
250.85
|
|
60–64 jaar
|
250.85
|
|
65–69 jaar
|
244.02
|
|
70–74 jaar
|
253.62
|
|
75–79 jaar
|
253.62
|
|
80–84 jaar
|
244.05
|
|
85–89 jaar
|
244.05
|
|
90+ jaar
|
244.05
|
Vrouwen en onbepaald geslacht
|
18–24 jaar
|
424.09
|
|
25–29 jaar
|
385.28
|
|
30–34 jaar
|
345.11
|
|
35–39 jaar
|
331.84
|
|
40–44 jaar
|
311.82
|
|
45–49 jaar
|
282.96
|
|
50–54 jaar
|
273.27
|
|
55–59 jaar
|
250.85
|
|
60–64 jaar
|
250.85
|
|
65–69 jaar
|
244.02
|
|
70–74 jaar
|
253.62
|
|
75–79 jaar
|
253.62
|
|
80–84 jaar
|
244.05
|
|
85–89 jaar
|
244.05
|
|
90+ jaar
|
244.05
|
Tabel 2.2. Gewichten voor het vereveningscriterium FKG’s psychische aandoeningen (in
euro’s per verzekerde)
|
Kosten van geneeskundige GGZ
|
Geen FKG psychische aandoeningen
|
–29.37
|
ADHD
|
159.06
|
Verslaving
|
220.31
|
Angststoornissen
|
907.33
|
Chronische stemmingsstoornissen
|
265.36
|
Bipolaire stoornissen regulier
|
746.21
|
Bipolaire stoornissen complex
|
1669.06
|
Psychose
|
1542.84
|
Chronische stemmingsstoornissen complex
|
1863.56
|
Psychose depot
|
3878.35
|
Tabel 2.3. Gewichten voor het vereveningscriterium DKG’s psychische aandoeningen (in
euro’s per verzekerde)
|
Kosten van geneeskundige GGZ
|
Geen DKG psychische aandoeningen
|
–122.56
|
1 (gebruik basis GGZ in het voorgaande jaar)
|
274.84
|
2
|
439.03
|
3
|
983.25
|
4
|
1813.36
|
5
|
3902.85
|
6
|
4783.84
|
7
|
5074.19
|
8
|
7556.60
|
9
|
11119.87
|
10
|
11828.82
|
11
|
17778.64
|
12
|
20955.19
|
13
|
35455.80
|
14
|
30191.88
|
15
|
37606.51
|
16
|
37691.84
|
17
|
74348.69
|
18
|
30676.09
|
Tabel 2.4. Gewichten voor het vereveningscriterium AVI (in euro’s per verzekerde)
|
|
Kosten van geneeskundige GGZ
|
|
70+ jaar
|
0.00
|
Duurzaam en volledig arbeidsongeschikten (IVA)
|
18–34 jaar
|
446.39
|
|
35–44 jaar
|
10.51
|
|
45–54 jaar
|
–21.81
|
|
55–64 jaar
|
–6.83
|
|
65–69 jaar
|
0.00
|
Arbeidsongeschikten excl. IVA
|
18–34 jaar
|
406.58
|
|
35–44 jaar
|
404.39
|
|
45–54 jaar
|
140.10
|
|
55–64 jaar
|
52.97
|
|
65–69 jaar
|
0.00
|
Bijstandsgerechtigden
|
18–34 jaar
|
362.36
|
|
35–44 jaar
|
157.93
|
|
45–54 jaar
|
67.44
|
|
55–64 jaar
|
17.97
|
|
65–69 jaar
|
0.00
|
Studenten
|
18–34 jaar
|
–58.73
|
Zelfstandigen
|
18–34 jaar
|
–65.17
|
|
35–44 jaar
|
–50.02
|
|
45–54 jaar
|
–21.81
|
|
55–64 jaar
|
–6.83
|
|
65–69 jaar
|
0.00
|
Hoogopgeleiden
|
18–34 jaar
|
–64.41
|
|
35–44 jaar
|
–42.21
|
Referentiegroep
|
18–34 jaar
|
–7.08
|
|
35–44 jaar
|
–19.48
|
|
45–54 jaar
|
–12.36
|
|
55–64 jaar
|
–6.83
|
|
65–69 jaar
|
0.00
|
Tabel 2.5. Gewichten voor het vereveningscriterium GGZ-regio (in euro’s per verzekerde)
|
Kosten van geneeskundige GGZ
|
1
|
79.59
|
2
|
16.37
|
3
|
–10.77
|
4
|
–12.26
|
5
|
–10.92
|
6
|
–12.45
|
7
|
–12.45
|
8
|
–12.45
|
9
|
–12.45
|
10
|
–12.45
|
Tabel 2.6. Gewichten voor het vereveningscriterium SES (in euro’s per verzekerde)
|
|
Kosten van geneeskundige GGZ
|
1 (zeer laag)
|
18–69 jaar
|
9.79
|
|
70+ jaar
|
14.09
|
2 (laag)
|
18–69 jaar
|
–9.98
|
|
70+ jaar
|
2.33
|
3 (midden)
|
18–69 jaar
|
–9.98
|
|
70+ jaar
|
–7.84
|
4 (hoog)
|
18–69 jaar
|
9.88
|
|
70+ jaar
|
–6.19
|
Tabel 2.7. Gewichten voor het vereveningscriterium PPA (in euro’s per verzekerde)
|
|
Kosten van geneeskundige GGZ
|
Wlz-instelling, blijvend
|
18–69 jaar
|
–31.62
|
|
70–79 jaar
|
–45.52
|
|
80+ jaar
|
–35.95
|
Wlz-instelling, instromend
|
18–69 jaar
|
714.00
|
|
70–79 jaar
|
376.50
|
|
80+ jaar
|
111.55
|
Eenpersoonshuishouden
|
18–69 jaar
|
72.36
|
|
70–79 jaar
|
21.53
|
|
80+ jaar
|
–1.55
|
Overig
|
18–69 jaar
|
–11.85
|
|
70–79 jaar
|
–9.31
|
|
80+ jaar
|
0.66
|
Tabel 2.8. Gewichten voor het vereveningscriterium GGZ-MHK (in euro’s per verzekerde)
|
Kosten van geneeskundige GGZ
|
Geen GGZ-MHK
|
–57.81
|
Ten minste 1 van de 3 voorafgaande jaren kosten GGZ in top 98,5 procent met kosten
GGZ >10 euro
|
194.57
|
Ten minste 2 van de 5 voorafgaande jaren kosten GGZ in top 10 promille*
|
1285.20
|
Ten minste 2 van de 5 voorafgaande jaren kosten GGZ in top 5 promille*
|
2821.00
|
Ten minste 2 van de 5 voorafgaande jaren kosten GGZ in top 2,5 promille*
|
4743.20
|
Ten minste 2 van de 5 voorafgaande jaren kosten GGZ in top 1 promille*
|
9966.15
|
5 voorafgaande jaren kosten GGZ in top 5 promille
|
12995.10
|
5 voorafgaande jaren kosten GGZ in top 2,5 promille
|
23764.20
|
* Voor verzekerden jonger dan 24 jaar: ten minste 1 van de 5 voorafgaande jaren.
Bijlage 3. Normbedragen vereveningsmodel geneeskundige GGZ bij toepassing van hogekostencompensatie
(behorende bij artikel 11, tweede lid, van de Regeling risicoverevening 2020)
De bijlage betreft de kosten van zorg behorende tot het cluster ‘geneeskundige geestelijke
gezondheidszorg’.
De in deze bijlage genoemde vereveningscriteria zijn van toepassing voor verzekerden
van achttien jaar en ouder; de gewichten vormen de basis voor de ex post berekening
van het normatieve bedrag ten behoeve van een zorgverzekeraar (artikel 11, tweede lid). De gewichten bevatten een correctie voor hogekostencompensatie.
Tabel 3.1. Gewichten voor het vereveningscriterium leeftijd en geslacht (in euro’s
per verzekerde)
|
|
Kosten van geneeskundige GGZ
|
Mannen
|
18-24 jaar
|
340.29
|
|
25-29 jaar
|
332.44
|
|
30-34 jaar
|
319.49
|
|
35-39 jaar
|
312.07
|
|
40-44 jaar
|
294.16
|
|
45-49 jaar
|
270.98
|
|
50-54 jaar
|
266.24
|
|
55-59 jaar
|
249.86
|
|
60-64 jaar
|
249.86
|
|
65-69 jaar
|
243.17
|
|
70-74 jaar
|
252.18
|
|
75-79 jaar
|
252.18
|
|
80-84 jaar
|
243.85
|
|
85-89 jaar
|
243.85
|
|
90+ jaar
|
243.85
|
Vrouwen en onbepaald geslacht
|
18-24 jaar
|
422.09
|
|
25-29 jaar
|
387.22
|
|
30-34 jaar
|
348.39
|
|
35-39 jaar
|
333.50
|
|
40-44 jaar
|
313.26
|
|
45-49 jaar
|
286.02
|
|
50-54 jaar
|
275.19
|
|
55-59 jaar
|
249.86
|
|
60-64 jaar
|
249.86
|
|
65-69 jaar
|
243.17
|
|
70-74 jaar
|
252.18
|
|
75-79 jaar
|
252.18
|
|
80-84 jaar
|
243.85
|
|
85-89 jaar
|
243.85
|
|
90+ jaar
|
243.85
|
Tabel 3.2. Gewichten voor het vereveningscriterium FKG’s psychische aandoeningen (in
euro’s per verzekerde)
|
Kosten van geneeskundige GGZ
|
Geen FKG psychische aandoeningen
|
–29.55
|
ADHD
|
163.09
|
Verslaving
|
304.69
|
Angststoornissen
|
891.76
|
Chronische stemmingsstoornissen
|
273.19
|
Bipolaire stoornissen regulier
|
777.36
|
Bipolaire stoornissen complex
|
1693.66
|
Psychose
|
1539.73
|
Chronische stemmingsstoornissen complex
|
1921.70
|
Psychose depot
|
3717.15
|
Tabel 3.3. Gewichten voor het vereveningscriterium DKG’s psychische aandoeningen (in
euro’s per verzekerde)
|
Kosten van geneeskundige GGZ
|
Geen DKG psychische aandoeningen
|
–122.33
|
1 (gebruik basis GGZ in het voorgaande jaar)
|
283.74
|
2
|
473.35
|
3
|
1010.44
|
4
|
1848.25
|
5
|
3961.98
|
6
|
4927.25
|
7
|
5192.12
|
8
|
7502.55
|
9
|
10854.31
|
10
|
11616.56
|
11
|
16745.97
|
12
|
19896.10
|
13
|
30396.50
|
14
|
27999.17
|
15
|
35280.91
|
16
|
36509.02
|
17
|
59751.13
|
18
|
30478.42
|
Tabel 3.4. Gewichten voor het vereveningscriterium AVI (in euro’s per verzekerde)
|
|
Kosten van geneeskundige GGZ
|
|
70+ jaar
|
0.00
|
Duurzaam en volledig arbeidsongeschikten (IVA)
|
18-34 jaar
|
295.08
|
|
35-44 jaar
|
25.23
|
|
45-54 jaar
|
–23.08
|
|
55-64 jaar
|
–6.69
|
|
65-69 jaar
|
0.00
|
Arbeidsongeschikten excl. IVA
|
18-34 jaar
|
354.07
|
|
35-44 jaar
|
387.93
|
|
45-54 jaar
|
143.09
|
|
55-64 jaar
|
51.60
|
|
65-69 jaar
|
0.00
|
Bijstandsgerechtigden
|
18-34 jaar
|
352.20
|
|
35-44 jaar
|
156.83
|
|
45-54 jaar
|
69.26
|
|
55-64 jaar
|
17.98
|
|
65-69 jaar
|
0.00
|
Studenten
|
18-34 jaar
|
–54.85
|
Zelfstandigen
|
18-34 jaar
|
–62.97
|
|
35-44 jaar
|
–50.99
|
|
45-54 jaar
|
–23.08
|
|
55-64 jaar
|
–6.69
|
|
65-69 jaar
|
0.00
|
Hoogopgeleiden
|
18-34 jaar
|
–62.03
|
|
35-44 jaar
|
–40.18
|
Referentiegroep
|
18-34 jaar
|
–4.78
|
|
35-44 jaar
|
–18.71
|
|
45-54 jaar
|
–12.52
|
|
55-64 jaar
|
–6.69
|
|
65-69 jaar
|
0.00
|
Tabel 3.5. Gewichten voor het vereveningscriterium GGZ-regio (in euro’s per verzekerde)
|
Kosten van geneeskundige GGZ
|
1
|
73.28
|
2
|
15.15
|
3
|
–8.42
|
4
|
–10.45
|
5
|
–9.66
|
6
|
–12.02
|
7
|
–12.02
|
8
|
–12.02
|
9
|
–12.02
|
10
|
–12.02
|
Tabel 3.6. Gewichten voor het vereveningscriterium SES (in euro’s per verzekerde)
|
|
Kosten van geneeskundige GGZ
|
1 (zeer laag)
|
18–69 jaar
|
12.44
|
|
70+ jaar
|
15.07
|
2 (laag)
|
18–69 jaar
|
– 9.42
|
|
70+ jaar
|
1.99
|
3 (midden)
|
18–69 jaar
|
– 9.61
|
|
70+ jaar
|
– 8.01
|
4 (hoog)
|
18–69 jaar
|
7.31
|
|
70+ jaar
|
– 6.66
|
Tabel 3.7. Gewichten voor het vereveningscriterium PPA (in euro’s per verzekerde)
|
|
Kosten van geneeskundige GGZ
|
Wlz-instelling, blijvend
|
18-69 jaar
|
-34.28
|
|
70-79 jaar
|
–45.93
|
|
80+ jaar
|
–37.60
|
Wlz-instelling, instromend
|
18-69 jaar
|
864.63
|
|
70-79 jaar
|
427.28
|
|
80+ jaar
|
121.88
|
Eenpersoonshuishouden
|
18-69 jaar
|
74.29
|
|
70-79 jaar
|
19.37
|
|
80+ jaar
|
–2.35
|
Overig
|
18-69 jaar
|
–12.24
|
|
70-79 jaar
|
–8.95
|
|
80+ jaar
|
0.95
|
Tabel 3.8. Gewichten voor het vereveningscriterium GGZ-MHK (in euro’s per verzekerde)
|
Kosten van geneeskundige GGZ
|
Geen GGZ-MHK
|
–57.41
|
Ten minste 1 van de 3 voorafgaande jaren kosten GGZ in top 98,5 procent met kosten
GGZ >10 euro
|
200.24
|
Ten minste 2 van de 5 voorafgaande jaren kosten GGZ in top 10 promille2
|
1292.58
|
Ten minste 2 van de 5 voorafgaande jaren kosten GGZ in top 5 promille 2
|
2853.63
|
Ten minste 2 van de 5 voorafgaande jaren kosten GGZ in top 2,5 promille 2
|
4703.82
|
Ten minste 2 van de 5 voorafgaande jaren kosten GGZ in top 1 promille 2
|
9075.17
|
5 voorafgaande jaren kosten GGZ in top 5 promille
|
12739.63
|
5 voorafgaande jaren kosten GGZ in top 2,5 promille
|
22393.06
|
2 Voor verzekerden jonger dan 24 jaar: ten minste 1 van de 5 voorafgaande jaren.
Bijlage 4. Normbedragen vereveningsmodel voor de eigen betalingen ten gevolge van
het verplicht eigen risico alleen volwassenen zonder FKG/primaire DKG/secundaire DKG/
HKG/FDG/MVV en niet ingedeeld bij MHK-klasse ‘2 voorafgaande jaren variabele zorgkosten
in top 10 procent’ of hoger (behorende bij artikel 8, tweede lid van de Regeling risicoverevening 2020)
De bijlage betreft de eigen betalingen ten gevolge van het verplicht eigen risico.
De in deze bijlage genoemde gewichten zijn bedoeld voor de berekening van de specifiek
voor een zorgverzekeraar geraamde opbrengst van het verplicht eigen risico (artikel 8, tweede lid).
Tabel 4.1. Gewichten voor het vereveningscriterium leeftijd en geslacht (in euro’s
per verzekerde)
|
|
Eigen betaling ten gevolge van verplicht eigen risico
|
Mannen
|
18–24 jaar
|
130.08
|
|
25–29 jaar
|
128.84
|
|
30–34 jaar
|
130.52
|
|
35–39 jaar
|
135.44
|
|
40–44 jaar
|
140.38
|
|
45–49 jaar
|
148.65
|
|
50–54 jaar
|
161.56
|
|
55–59 jaar
|
180.55
|
|
60–64 jaar
|
201.11
|
|
65–69 jaar
|
221.55
|
|
70–74 jaar
|
240.01
|
|
75–79 jaar
|
256.82
|
|
80–84 jaar
|
262.68
|
|
85–89 jaar
|
267.16
|
|
90+ jaar
|
258.61
|
Vrouwen en onbepaald geslacht
|
18–24 jaar
|
179.87
|
|
25–29 jaar
|
178.74
|
|
30–34 jaar
|
173.90
|
|
35–39 jaar
|
171.33
|
|
40–44 jaar
|
177.66
|
|
45–49 jaar
|
185.32
|
|
50–54 jaar
|
194.18
|
|
55–59 jaar
|
200.42
|
|
60–64 jaar
|
211.17
|
|
65–69 jaar
|
228.55
|
|
70–74 jaar
|
243.72
|
|
75–79 jaar
|
259.67
|
|
80–84 jaar
|
261.85
|
|
85–89 jaar
|
254.28
|
|
90+ jaar
|
228.82
|
Tabel 4.2. Gewichten voor het vereveningscriterium AVI (in euro’s per verzekerde)
|
|
Eigen betaling ten gevolge van verplicht eigen risico
|
|
70+
|
0.00
|
Duurzaam en volledig arbeidsongeschikten (IVA)
|
18–34 jaar
|
92.19
|
|
35–44 jaar
|
75.75
|
|
45–54 jaar
|
61.39
|
|
55–64 jaar
|
46.88
|
|
65–69 jaar
|
28.91
|
Arbeidsongeschikten excl. IVA
|
18–34 jaar
|
54.43
|
|
35–44 jaar
|
64.09
|
|
45–54 jaar
|
51.39
|
|
55–64 jaar
|
34.87
|
|
65–69 jaar
|
18.68
|
Bijstandsgerechtigden
|
18–34 jaar
|
43.51
|
|
35–44 jaar
|
47.00
|
|
45–54 jaar
|
38.63
|
|
55–64 jaar
|
17.98
|
|
65–69 jaar
|
–3.66
|
Studenten
|
18–34 jaar
|
–8.20
|
Zelfstandigen
|
18–34 jaar
|
–5.02
|
|
35–44 jaar
|
–7.90
|
|
45–54 jaar
|
–10.04
|
|
55–64 jaar
|
–12.45
|
|
65–69 jaar
|
–9.00
|
Hoogopgeleiden
|
18–34 jaar
|
–8.73
|
|
35–44 jaar
|
–12.43
|
Referentiegroep
|
18–34 jaar
|
0.46
|
|
35–44 jaar
|
–0.25
|
|
45–54 jaar
|
–2.78
|
|
55–64 jaar
|
–2.15
|
|
65–69 jaar
|
–1.59
|
Tabel 4.3. Gewichten voor het vereveningscriterium regio (in euro’s per verzekerde)
|
Eigen betaling ten gevolge van verplicht eigen risico
|
1
|
6.03
|
2
|
3.99
|
3
|
2.10
|
4
|
0.72
|
5
|
–0.01
|
6
|
–1.95
|
7
|
–2.10
|
8
|
–2.72
|
9
|
–3.39
|
10
|
–2.89
|
Tabel 4.4. Gewichten voor het vereveningscriterium MHK (in euro’s per verzekerde)
|
Eigen betaling ten gevolge van verplicht eigen risico
|
Geen MHK
|
–31.51
|
Ten minste 1 van de 3 voorafgaande jaren variabele zorgkosten in top 30 procent
|
60.75
|
Bijlage 5. Normbedragen vereveningsmodel variabele zorgkosten (behorende bij artikel 11, tweede lid, van de Regeling risicoverevening 2020)
De bijlage betreft kosten van zorg behorende tot het cluster ‘variabele zorgkosten’.
De gewichten vormen de basis voor de ex post berekening van het normatieve bedrag
ten behoeve van een zorgverzekeraar (artikel 11, tweede lid).
Tabel 5.1. Gewichten voor het vereveningscriterium leeftijd en geslacht (in euro’s
per verzekerde)
|
|
Variabele zorgkosten
|
Mannen
|
0 jaar, geboren in het vereveningsjaar
|
9770.34
|
|
0 jaar, geboren in het voorafgaande jaar
|
2875.21
|
|
1-4 jaar
|
2192.67
|
|
5-9 jaar
|
2008.60
|
|
10-14 jaar
|
2019.91
|
|
15-17 jaar
|
2110.23
|
|
18-24 jaar
|
1876.73
|
|
25-29 jaar
|
1888.89
|
|
30-34 jaar
|
1885.19
|
|
35-39 jaar
|
1953.21
|
|
40-44 jaar
|
2016.55
|
|
45-49 jaar
|
2140.33
|
|
50-54 jaar
|
2307.00
|
|
55-59 jaar
|
2576.25
|
|
60-64 jaar
|
2822.88
|
|
65-69 jaar
|
3159.47
|
|
70-74 jaar
|
3657.16
|
|
75-79 jaar
|
4072.23
|
|
80-84 jaar
|
4623.43
|
|
85-89 jaar
|
5197.96
|
|
90+ jaar
|
6184.69
|
Vrouwen en onbepaald geslacht
|
0 jaar, geboren in het vereveningsjaar
|
8560.80
|
|
0 jaar, geboren in het voorafgaande jaar
|
2611.26
|
|
1-4 jaar
|
1925.72
|
|
5-9 jaar
|
1981.48
|
|
10-14 jaar
|
2048.58
|
|
15-17 jaar
|
2211.62
|
|
18-24 jaar
|
2130.38
|
|
25-29 jaar
|
2584.55
|
|
30-34 jaar
|
2728.41
|
|
35-39 jaar
|
2409.57
|
|
40-44 jaar
|
2184.24
|
|
45-49 jaar
|
2252.84
|
|
50-54 jaar
|
2339.10
|
|
55-59 jaar
|
2422.48
|
|
60-64 jaar
|
2580.82
|
|
65-69 jaar
|
2848.47
|
|
70-74 jaar
|
3183.64
|
|
75-79 jaar
|
3523.79
|
|
80-84 jaar
|
4075.45
|
|
85-89 jaar
|
4755.37
|
|
90+ jaar
|
5638.81
|
Tabel 5.2. Gewichten voor het vereveningscriterium FKG’s (in euro’s per verzekerde)
|
Variabele zorgkosten
|
Geen FKG
|
–308.38
|
Schildklieraandoeningen
|
29.91
|
Glaucoom
|
213.09
|
Depressie
|
119.63
|
Psychose en verslaving
|
397.20
|
Epilepsie
|
571.45
|
Chronische antistolling
|
799.73
|
Transplantaties
|
1340.14
|
Parkinson
|
2205.75
|
Hartaandoeningen
|
1793.52
|
Chronische pijn exclusief opioïden
|
899.13
|
Neuropatische pijn
|
1561.73
|
Diabetes type II zonder hypertensie
|
439.94
|
Diabetes type II met hypertensie
|
845.71
|
Diabetes type I zonder hypertensie
|
1720.62
|
Diabetes type I met hypertensie
|
2075.10
|
Cystic fibrosis/pancreasenzymen
|
3456.13
|
Groeistoornissen o.b.v. add-on
|
2595.12
|
Aandoeningen van hersenen/ruggenmerg: overig
|
3032.29
|
Aandoeningen van hersenen/ruggenmerg: multiple sclerose
|
4539.06
|
HIV/AIDS
|
4524.85
|
Psoriasis
|
529.54
|
Ziekte van Crohn/Colitis Ulcerosa
|
626.90
|
Reuma
|
742.22
|
Auto-immuunziekten o.b.v. add-on
|
5491.91
|
Nieraandoeningen
|
7587.38
|
Acromegalie
|
12314.35
|
Immunoglobuline o.b.v. add-on
|
10551.21
|
Astma
|
455.67
|
COPD/Zware astma
|
1675.66
|
COPD/Zware astma o.b.v. add-on
|
12200.74
|
Hormoongevoelige tumoren
|
868.14
|
Kanker
|
1563.27
|
Kanker o.b.v. add-on
|
12198.60
|
Pulmonale arteriële hypertensie
|
20578.20
|
Extreem hoge kosten cluster 1
|
124047.68
|
Extreem hoge kosten cluster 2
|
265523.19
|
Extreem hoge kosten cluster 3
|
384443.78
|
Tabel 5.3. Gewichten voor het vereveningscriterium primaire DKG’s (in euro’s per verzekerde)
|
Variabele zorgkosten
|
Geen primaire DKG
|
–226.84
|
1
|
632.15
|
2
|
1329.50
|
3
|
1355.85
|
4
|
1718.70
|
5
|
2769.97
|
6
|
2288.30
|
7
|
4907.99
|
8
|
6204.28
|
9
|
6691.00
|
10
|
7867.61
|
11
|
12275.83
|
12
|
15320.46
|
13
|
8111.82
|
14
|
64858.83
|
15
|
51088.86
|
Tabel 5.4. Gewichten voor het vereveningscriterium secundaire DKG’s (in euro’s per
verzekerde)
|
Variabele zorgkosten
|
Geen secundaire DKG
|
–90.54
|
1
|
935.03
|
2
|
2415.72
|
3
|
3887.92
|
4
|
7417.11
|
5
|
14475.04
|
6
|
18827.11
|
7
|
74687.63
|
Tabel 5.5. Gewichten voor het vereveningscriterium HKG’s (in euro’s per verzekerde)
|
Variabele zorgkosten
|
Geen HKG
|
–55.03
|
CPAP apparatuur
|
285.49
|
Therapeutische elastische kousen
|
450.91
|
Voorzieningen voor stomapatiënten
|
1499.01
|
Vernevelaar met toebehoren
|
1382.42
|
Middelen voor urine-opvang
|
2059.43
|
Injectiespuiten met toebehoren (excl. diabetes)
|
2260.37
|
Zuurstofapparaten met toebehoren
|
4505.79
|
Voedingshulpmiddelen (excl. zuigelingen)
|
7986.45
|
Slijmuitzuigapparatuur
|
20702.89
|
Draagbare infuuspompen
|
9271.88
|
Tabel 5.6. Gewichten voor het vereveningscriterium AVI (in euro’s per verzekerde)
|
|
Variabele zorgkosten
|
|
70+ jaar
|
0.00
|
Duurzaam en volledig arbeidsongeschikten (IVA)
|
0-17 jaar
|
124.53
|
|
18-34 jaar
|
1294.43
|
|
35-44 jaar
|
884.95
|
|
45-54 jaar
|
1120.61
|
|
55-64 jaar
|
704.78
|
|
65-69 jaar
|
627.58
|
Arbeidsongeschikten excl. IVA
|
0-17 jaar
|
156.47
|
|
18-34 jaar
|
288.87
|
|
35-44 jaar
|
496.05
|
|
45-54 jaar
|
504.85
|
|
55-64 jaar
|
431.48
|
|
65-69 jaar
|
391.95
|
Bijstandsgerechtigden
|
0-17 jaar
|
148.38
|
|
18-34 jaar
|
324.93
|
|
35-44 jaar
|
325.15
|
|
45-54 jaar
|
379.84
|
|
55-64 jaar
|
330.38
|
|
65-69 jaar
|
405.22
|
Studenten
|
0-17 jaar
|
–37.60
|
|
18-34 jaar
|
–167.19
|
Zelfstandigen
|
0-17 jaar
|
–74.29
|
|
18-34 jaar
|
–78.02
|
|
35-44 jaar
|
–124.42
|
|
45-54 jaar
|
–184.70
|
|
55-64 jaar
|
–216.45
|
|
65-69 jaar
|
–75.24
|
Hoogopgeleiden
|
0-17 jaar
|
–96.30
|
|
18-34 jaar
|
–14.25
|
|
35-44 jaar
|
–74.81
|
Referentiegroep
|
0-17 jaar
|
–8.15
|
|
18-34 jaar
|
18.40
|
|
35-44 jaar
|
–21.70
|
|
45-54 jaar
|
–58.87
|
|
55-64 jaar
|
–82.34
|
|
65-69 jaar
|
–114.56
|
Tabel 5.7. Gewichten voor het vereveningscriterium regio (in euro’s per verzekerde)
|
Variabele zorgkosten
|
1
|
82.87
|
2
|
48.20
|
3
|
20.00
|
4
|
18.54
|
5
|
–14.32
|
6
|
–16.51
|
7
|
–22.54
|
8
|
–30.22
|
9
|
–39.52
|
10
|
–47.70
|
Tabel 5.8. Gewichten voor het vereveningscriterium SES (in euro’s per verzekerde)
|
|
Variabele zorgkosten
|
1 (zeer laag)
|
0-17 jaar
|
62.21
|
|
18-69 jaar
|
–2.04
|
|
70+ jaar
|
–89.84
|
2 (laag)
|
0-17 jaar
|
32.39
|
|
18-69 jaar
|
18.55
|
|
70+ jaar
|
–54.98
|
3 (midden)
|
0-17 jaar
|
–15.18
|
|
18-69 jaar
|
19.14
|
|
70+ jaar
|
42.10
|
4 (hoog)
|
0-17 jaar
|
–48.02
|
|
18-69 jaar
|
–30.12
|
|
70+ jaar
|
74.05
|
Tabel 5.9. Gewichten voor het vereveningscriterium PPA (in euro’s per verzekerde)
|
|
Variabele zorgkosten
|
|
0-17 jaar
|
0.00
|
Wlz-instelling, blijvend
|
18-69 jaar
|
–576.59
|
|
70-79 jaar
|
–1918.24
|
|
80+ jaar
|
–3284.64
|
Wlz-instelling, instromend
|
18-69 jaar
|
9117.66
|
|
70-79 jaar
|
12934.42
|
|
80+ jaar
|
10548.70
|
Eenpersoonshuishouden
|
18-69 jaar
|
–30.21
|
|
70-79 jaar
|
169.65
|
|
80+ jaar
|
54.69
|
Overig
|
18-69 jaar
|
3.50
|
|
70-79 jaar
|
–116.63
|
|
80+ jaar
|
–150.09
|
Tabel 5.10. Gewichten voor het vereveningscriterium MHK (in euro’s per verzekerde)
|
Variabele zorgkosten
|
Geen MHK
|
–617.70
|
Ten minste 1 van de 3 voorafgaande jaren variabele zorgkosten in top 30 procent
|
154.00
|
2 voorafgaande jaren variabele zorgkosten in top 10 procent
|
2560.76
|
3 voorafgaande jaren variabele zorgkosten in top 15 procent
|
2352.86
|
3 voorafgaande jaren variabele zorgkosten in top 10 procent
|
3717.88
|
3 voorafgaande jaren variabele zorgkosten in top 7 procent
|
5690.88
|
3 voorafgaande jaren variabele zorgkosten in top 4 procent
|
8753.54
|
3 voorafgaande jaren variabele zorgkosten in top 1,5 procent
|
18518.95
|
3 voorafgaande jaren variabele zorgkosten in top 0,5 procent
|
45430.35
|
Tabel 5.11. Gewichten voor het vereveningscriterium FDG (in euro’s per verzekerde)
|
Variabele zorgkosten
|
Geen FDG
|
–23.61
|
1
|
639.53
|
2
|
2034.93
|
3
|
1534.43
|
4
|
8738.75
|
Tabel 5.12. Gewichten voor het vereveningscriterium MVV (in euro’s per verzekerde)
|
Variabele zorgkosten
|
Geen MVV
|
–198.23
|
Gesommeerde kosten V&V 3 voorafgaande jaren in top 3,5 procent
|
1258.63
|
Gesommeerde kosten V&V 3 voorafgaande jaren in top 3 procent
|
1904.28
|
Gesommeerde kosten V&V 3 voorafgaande jaren in top 2,5 procent
|
3346.89
|
Gesommeerde kosten V&V 3 voorafgaande jaren in top 2 procent
|
5929.77
|
Gesommeerde kosten V&V 3 voorafgaande jaren in top 1,5 procent
|
8826.55
|
Gesommeerde kosten V&V 3 voorafgaande jaren in top 1 procent
|
12618.74
|
Gesommeerde kosten V&V 3 voorafgaande jaren in top 0,5 procent
|
18174.27
|
Gesommeerde kosten V&V 3 voorafgaande jaren in top 0,25 procent
|
30971.06
|
Kosten V&V voorafgaand jaar in top 0,25%; 0–17 jaar
|
68565.56
|
Bijlage 6. Normbedragen vereveningsmodel voor de eigen betalingen ten gevolge van
het verplicht eigen risico
Alleen volwassenen zonder FKG/primaire DKG/secundaire DKG/ HKG/FDG/MVV en niet ingedeeld
bij MHK-klasse‘2 voorafgaande jaren variabele zorgkosten in top 10 procent’ of hoger
(behorende bij artikel 17, tweede lid, van de Regeling risicoverevening 2020)
De bijlage betreft de eigen betalingen ten gevolge van het verplicht eigen risico.
De gewichten vormen de basis voor de herberekening van de opbrengst van het verplicht
eigen risico ten behoeve van de vaststelling van de vereveningsbijdrage van een zorgverzekeraar
(artikel 17, tweede lid).
Tabel 6.1. Gewichten voor het vereveningscriterium leeftijd en geslacht (in euro’s
per verzekerde)
|
|
Eigen betaling ten gevolge van verplicht eigen risico
|
Mannen
|
18-24 jaar
|
130.29
|
|
25-29 jaar
|
129.05
|
|
30-34 jaar
|
130.74
|
|
35-39 jaar
|
135.65
|
|
40-44 jaar
|
140.60
|
|
45-49 jaar
|
148.87
|
|
50-54 jaar
|
161.79
|
|
55-59 jaar
|
180.77
|
|
60-64 jaar
|
201.11
|
|
65-69 jaar
|
221.86
|
|
70-74 jaar
|
240.33
|
|
75-79 jaar
|
257.16
|
|
80-84 jaar
|
263.16
|
|
85-89 jaar
|
267.68
|
|
90+ jaar
|
259.17
|
Vrouwen en onbepaald geslacht
|
18-24 jaar
|
180.12
|
|
25-29 jaar
|
179.00
|
|
30-34 jaar
|
174.15
|
|
35-39 jaar
|
171.58
|
|
40-44 jaar
|
177.91
|
|
45-49 jaar
|
185.57
|
|
50-54 jaar
|
194.43
|
|
55-59 jaar
|
200.64
|
|
60-64 jaar
|
211.33
|
|
65-69 jaar
|
228.86
|
|
70-74 jaar
|
244.05
|
|
75-79 jaar
|
260.01
|
|
80-84 jaar
|
262.40
|
|
85-89 jaar
|
254.83
|
|
90+ jaar
|
229.46
|
Tabel 6.2. Gewichten voor het vereveningscriterium AVI (in euro’s per verzekerde)
|
|
Eigen betaling ten gevolge van verplicht eigen risico
|
|
70+ jaar
|
0.00
|
Duurzaam en volledig arbeidsongeschikten (IVA)
|
18-34 jaar
|
92.25
|
|
35-44 jaar
|
75.82
|
|
45-54 jaar
|
61.46
|
|
55-64 jaar
|
47.09
|
|
65-69 jaar
|
28.96
|
Arbeidsongeschikten excl. IVA
|
18-34 jaar
|
54.48
|
|
35-44 jaar
|
64.16
|
|
45-54 jaar
|
51.46
|
|
55-64 jaar
|
35.09
|
|
65-69 jaar
|
18.70
|
Bijstandsgerechtigden
|
18-34 jaar
|
43.54
|
|
35-44 jaar
|
47.04
|
|
45-54 jaar
|
38.67
|
|
55-64 jaar
|
18.07
|
|
65-69 jaar
|
–3.66
|
Studenten
|
18-34 jaar
|
–8.20
|
Zelfstandigen
|
18-34 jaar
|
–5.06
|
|
35-44 jaar
|
–7.95
|
|
45-54 jaar
|
–10.19
|
|
55-64 jaar
|
–13.36
|
|
65-69 jaar
|
–9.00
|
Hoogopgeleiden
|
18-34 jaar
|
–8.74
|
|
35-44 jaar
|
–12.43
|
Referentiegroep
|
18-34 jaar
|
0.46
|
|
35-44 jaar
|
–0.24
|
|
45-54 jaar
|
–2.76
|
|
55-64 jaar
|
–2.06
|
|
65-69 jaar
|
–1.59
|
Tabel 6.3. Gewichten voor het vereveningscriterium regio (in euro’s per verzekerde)
|
Eigen betaling ten gevolge van verplicht eigen risico
|
1
|
6.04
|
2
|
4.01
|
3
|
2.10
|
4
|
0.72
|
5
|
0.00
|
6
|
–1.96
|
7
|
–2.11
|
8
|
–2.72
|
9
|
–3.40
|
10
|
–2.90
|
Tabel 6.4. Gewichten voor het vereveningscriterium MHK (in euro’s per verzekerde)
|
Eigen betaling ten gevolge van verplicht eigen risico
|
Geen MHK
|
–31.54
|
Ten minste 1 van de 3 voorafgaande jaren variabele zorgkosten in top 30 procent
|
60.84
|
Bijlage 7. Normbedragen vereveningsmodel geneeskundige GGZ (behorende bij artikel 16, tweede lid, van de Regeling risicoverevening 2020)
De bijlage betreft de kosten van zorg behorende tot het cluster ‘geneeskundige geestelijke
gezondheidszorg’.
De in deze bijlage genoemde vereveningscriteria zijn van toepassing voor verzekerden
van achttien jaar en ouder; de gewichten zijn bedoeld voor de ex post berekening van
het normatieve bedrag ten behoeve van een zorgverzekeraar (artikel 16, tweede lid). De gewichten bevatten geen correctie voor hogekostencompensatie.
Tabel 7.1. Gewichten voor het vereveningscriterium leeftijd en geslacht (in euro’s
per verzekerde)
|
|
Kosten van geneeskundige GGZ
|
Mannen
|
18-24 jaar
|
340.87
|
|
25-29 jaar
|
332.43
|
|
30-34 jaar
|
322.27
|
|
35-39 jaar
|
311.60
|
|
40-44 jaar
|
293.98
|
|
45-49 jaar
|
268.76
|
|
50-54 jaar
|
265.83
|
|
55-59 jaar
|
250.92
|
|
60-64 jaar
|
250.92
|
|
65-69 jaar
|
244.05
|
|
70-74 jaar
|
253.69
|
|
75-79 jaar
|
253.69
|
|
80-84 jaar
|
244.13
|
|
85-89 jaar
|
244.13
|
|
90+ jaar
|
244.13
|
Vrouwen en onbepaald geslacht
|
18-24 jaar
|
424.00
|
|
25-29 jaar
|
385.30
|
|
30-34 jaar
|
345.08
|
|
35-39 jaar
|
331.89
|
|
40-44 jaar
|
311.85
|
|
45-49 jaar
|
282.92
|
|
50-54 jaar
|
273.13
|
|
55-59 jaar
|
250.92
|
|
60-64 jaar
|
250.92
|
|
65-69 jaar
|
244.05
|
|
70-74 jaar
|
253.69
|
|
75-79 jaar
|
253.69
|
|
80-84 jaar
|
244.13
|
|
85-89 jaar
|
244.13
|
|
90+ jaar
|
244.13
|
Tabel 7.2. Gewichten voor het vereveningscriterium FKG’s psychische aandoeningen (in
euro’s per verzekerde)
|
Kosten van geneeskundige GGZ
|
Geen FKG psychische aandoeningen
|
–29.35
|
ADHD
|
158.61
|
Verslaving
|
|