Organisatie-, mandaat- en volmachtbesluit G&VW 2019

Geraadpleegd op 25-12-2025.
Geldend van 13-09-2023 t/m heden.

Regeling van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 15 juli 2019, nr. 2019-0000097643, houdende de inrichting van de directie Gezond en Veilig Werken, alsmede doorverlening van vertegenwoordigingsbevoegdheden van de directeur Gezond en Veilig Werken (Organisatie-, mandaat- en volmachtsbesluit G&VW 2019)

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

Gelet op de artikelen 3, eerste lid, onderdeel k, en 15 van het Organisatie-, mandaat- en volmachtsbesluit directeur-generaal Werk 2019;

Besluit:

§ 1. Begripsbepaling

Artikel 1

In deze regeling en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:

  • a. directie: de directie Gezond en Veilig Werken (G&VW) van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid;

  • b. directeur: de directeur Gezond en Veilig Werken;

  • c. MT: het managementteam van de directie Gezond en Veilig Werken.

§ 2. Organisatie en taken

Artikel 2

  • 1 De directie bestaat uit de volgende teams:

    • a. team A;

    • b. team B;

    • c. team C.

  • 2 Het MT wordt gevormd door de directeur en drie MT-leden. Het MT wordt ondersteund door de directiesecretaris.

Artikel 3

De directie G&VW is stelselverantwoordelijk voor arbeidsomstandigheden. De directie G&VW stelt kaders en stimuleert werknemers en werkgevers om gezonde en veilige arbeidsomstandigheden te creëren. Het MT is verantwoordelijk voor onder meer de volgende hoofdtaken:

  • a. de ontwikkeling van en advisering over het beleid op het gebied van gezond en veilig werken;

  • b. het stimuleren en faciliteren van werkgevers en werknemers om arbeidsrisico’s te voorkomen en/of te beheersen;

  • c. het stimuleren en faciliteren van werkgevers en werknemers om een preventie- en verzuimbeleid te voeren gericht op inzetbaarheid van werkenden;

  • d. het uitvoeren van interventies die ingrijpen op gedrag en cultuur;

  • e. het bijdragen aan modernisering van EU-regelgeving op het gebied van gezond en veilig werken (zoals de machinerichtlijn);

  • f. kennisontwikkeling en -borging, signalering en monitoring op het gebied van arbeidsomstandigheden en verzuim;

  • g. het bevorderen van de naleving van de wetgeving op het beleidsgebied.

§ 3. Bevoegdheden

Artikel 5

Bij afwezigheid of verhindering van de directeur worden, voor de duur van de afwezigheid of verhindering, diens taken en bevoegdheden waargenomen door het MT-lid dat is aangewezen als plaatsvervangend directeur.

Artikel 6

Aan de MT-leden, genoemd in artikel 2, wordt mandaat, volmacht en machtiging verleend met betrekking tot:

  • a. het nemen van besluiten over, het verrichten van privaatrechtelijke rechtshandelingen en het vaststellen en ondertekenen van stukken die betrekking hebben op de personeelsaangelegenheden ten behoeve van het eigen team, voor zover het betreft:

    • 1°. het opmaken en vaststellen van een beoordeling van medewerkers;

    • 2°. het houden van manager-medewerker gesprekken;

    • 3°. verlof van medewerkers;

    • 4°. kleine beloningen en gratificaties, onder gelijktijdige mededeling daarvan aan de directeur;

    • 5°. personele ontwikkeling van medewerkers waaronder opleiding en begeleiding, die voorafgaand door de directeur zijn geaccordeerd;

  • b. het afdoen van stukken met uitzondering van stukken waarvan, gelet op het belang daarvan, redelijkerwijs kan worden vermoed, dat deze door de directeur moeten worden afgedaan.

Artikel 7

Bij financiële uitgaven krijgen MT-leden de bevoegdheid om tot een bedrag van € 75.000,– inclusief BTW te tekenen. Dit geldt voor:

  • a. het organiseren en accorderen van activiteiten binnen hun eigen team voorafgaand zijn deze activiteiten door de directeur of plaatsvervanger geaccordeerd;

  • b. het accorderen van door de eigen team ingediende voorstellen/uitgaven (opdrachten/onderzoeken/subsidies) zoals opgenomen in het vastgestelde Bestedingsplan van de betreffende directie;

  • c. personele ontwikkeling van medewerkers zoals opleidingen en begeleiding.

Artikel 8

Doorverlening van bevoegdheden is slechts toegestaan na voorafgaande schriftelijk toestemming van de directeur G&VW.

§ 4. Slotbepalingen

Artikel 9

  • 2 Deze regeling treedt in werking op de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij is geplaatst en werkt terug tot en met 1 januari 2019.

  • 3 Deze regeling wordt aangehaald als: Organisatie-, mandaat- en volmachtbesluit G&VW 2019.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 15 juli 2019

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

namens deze:

H.L.M. Boussen

directeur Gezond en Veilig Werken