1. Indien gesubsidieerde activiteiten leiden tot een publicatie of een instelling een publicatie realiseert waarvan de kosten voor 50% of meer worden gedragen door een instellingssubsidie, draagt de subsidieontvanger er zorg voor dat bij de publicatie wordt aangegeven wie de publicatie heeft gerealiseerd en wie de subsidieverstrekker is geweest.
2. Indien de subsidie gericht is of mede gericht is op de totstandkoming van een werk als bedoeld in artikel 10 van de Auteurswet, draagt de subsidieontvanger er zorg voor auteursrechthebbende te zijn ter zake van dat werk.
3. Indien de subsidieontvanger bij het verrichten van de gesubsidieerde activiteiten intellectuele eigendomsrechten vestigt en de Koninklijke Bibliotheek de subsidieontvanger hierom schriftelijk heeft verzocht, draagt de subsidieontvanger deze intellectuele eigendomsrechten, voor zover deze rechten wettelijk overdraagbaar zijn, na afronding van de activiteiten over aan de Koninklijke Bibliotheek. De subsidieontvanger werkt mee aan overdracht van de rechten bij akte. Voor zover mogelijk, doet de subsidieontvanger afstand van persoonlijkheidsrechten als bedoeld in de Auteurswet die haar of haar personeel toebehoren.
4. Wanneer de subsidieontvanger ten behoeve van de te subsidiëren activiteiten bepaalde werken door derden laat creëren, draagt de subsidieontvanger er zorg voor in een contract af te spreken dat deze derde partij(en) de intellectuele eigendomsrechten die op deze werken ontstaan aan de subsidieontvanger overdraagt.
5. Op verzoek is de subsidieontvanger eveneens verplicht een kopie van de gecreëerde werken aan de Koninklijke Bibliotheek te verstrekken.
6. De subsidieontvanger vrijwaart de Koninklijke Bibliotheek voor aanspraken van derden ter zake van alle schade die deze derden mochten lijden ten gevolge van de door of vanwege subsidieontvanger gecreëerde werken.