De ontvanger heeft een voorrecht op alle goederen van de belastingschuldige. Dit is
de bekende preferentie van de Belastingdienst. De ontvanger kan zich hiermee in principe
bij voorrang op het gehele vermogen van de schuldenaar verhalen. Hoewel artikel 279 van Boek 3 van het BW BES bepaalt dat zekerheidsrechten (pand en hypotheek) voor voorrechten gaan, maakt artikel 8.55 van de wet hierop een belangrijke uitzondering. Dit artikel bepaalt namelijk dat het voorrecht
van de ontvanger boven een bezitloos pandrecht gaat dat gevestigd is op bodemzaken.
Bodemzaken zijn omschreven in artikel 8.56, tweede lid, van de wet. Het gaat om roerende zaken die zich bevinden in het huis of de bedrijfsruimte die
door de belastingschuldige wordt bewoond, respectievelijk bij hem in gebruik is dan
wel roerende zaken die tijdens de inbeslagneming in het bezit van de belastingschuldige
bevinden. Het bodemvoorrecht komt er dus op neer dat de ontvanger zijn superpreferente
positie ook kan doen gelden ten aanzien van de opbrengst van bezitloos verpande bodemzaken,
in die zin dat de ontvanger dan vóór de stille pandhouder gaat.
Het bodemvoorrecht wordt buiten faillissement geldend gemaakt door op de betreffende
bodemzaak beslag te leggen. De bezitloos pandhouder blijft ook na dit beslag bevoegd
de betreffende zaken tot zich te nemen en te executeren, met inachtneming van de bepalingen
betreffende executie krachtens pandrecht.
Nadat de in beslag genomen zaken door de bezitloos pandhouder zijn verkocht, is hij
– als dit wordt gevorderd – gehouden om de netto-opbrengst van die zaken aan de ontvanger
af te staan. Dit geldt dus voor het deel van de vordering dat bevoorrecht is boven
pand en waarvoor de ontvanger beslag heeft gelegd.
Voor wat betreft de volgorde van uitwinning, is het bepaalde in artikel 8.49.1.1 van deze leidraad van overeenkomstige toepassing. Zolang de pandhouder de ontvanger
niet heeft aangezegd dat hij van de bovenvermelde bevoegdheid gebruik zal maken, blijft
de ontvanger bevoegd de in beslag genomen, bezitloos verpande zaken te executeren.