De Minister van Verkeer en Waterstaat,
handelende in overeenstemming met het gevoelen van de ministerraad, en de raden van de gemeenten Haarlemmermeer, Alkemade, Jacobswoude, Leiderdorp, Leiden, Rijnwoude, Zoeterwoude, Bleiswijk, Berkel en Rodenrijs, Bergschenhoek, Rotterdam, Heerjansdam, Zwijndrecht, Binnenmaas, ’s-Gravendeel, Strijen, Dordrecht, Moerdijk, Made, Breda en Zundert;
Gelet op de artikelen 94 en 95 van de Wet gemeenschappelijke regelingen;