Artikel 1. Taakopvatting van het Stimuleringsfonds
-
1 Dit reglement is van toepassing op aanvragen voor projecten, programma's of anderszins
in een deelregeling benoemde activiteiten op het gebied van digitale cultuur, gaming,
productontwerp, grafisch ontwerp, mode, architectuur, stedenbouw, landschapsarchitectuur
en interieurarchitectuur.
-
2 Het Stimuleringsfonds Creatieve Industrie verstrekt, in overeenstemming met zijn statuten
en overeenkomstig de bepalingen vastgesteld in de wet, het onderhavige reglement,
deelregelingen en, voor zover van toepassing, uitnodigingen tot het indienen van projecten,
subsidies voor de uitvoering van projecten die bijdragen aan het bevorderen van hoogwaardige
kwaliteit, ontwikkeling en professionalisering van de hedendaagse Nederlandse creatieve
industrie.
Artikel 2. Algemene doelstellingen Stimuleringsfonds
Het Stimuleringsfonds hanteert bij het verlenen van subsidies de volgende doelstellingen:
-
a. bevorderen van experimenten en crossovers;
-
b. stimuleren van onderzoek, analyse en reflectie;
-
c. bevorderen van talentontwikkeling en artistieke kwaliteit;
-
d. bevorderen van maatschappelijk engagement en publieksactiviteiten;
-
e. versterken van de internationale positie van de ontwerpsectoren;
-
f. bevorderen van de professionalisering van de ontwerppraktijk en voorbeeldig opdrachtgeverschap.
Artikel 3. Begripsomschrijvingen
In dit reglement en deelregelingen wordt verstaan onder:
-
Adviesorgaan: een door het Bestuur ingestelde adviescommissie of benoemde adviseur als bedoeld
in artikel 7 van de statuten.
-
Architectuur: de werkterreinen architectuur, stedenbouw, tuin- en landschapsarchitectuur, interieurarchitectuur,
inclusief aanverwante activiteiten gericht op analyse van en reflectie op deze werkterreinen.
-
Bestuur: het Bestuur van het Stimuleringsfonds Creatieve Industrie, als bedoeld in artikel
5 van de statuten.
-
Cofinanciering: bijdragen van derden, waaronder bijdragen van private partijen bijvoorbeeld in de
vorm van deelname of sponsoring en bijdragen van publieke partijen zoals provincie,
gemeente of publieke fondsen.
-
Cultureel ondernemerschap: de mate waarin ontwerpers, dan wel opdrachtgevers en producenten en culturele instellingen
erop gericht zijn zoveel mogelijk artistiek-cultureel of maatschappelijk rendement
te halen uit voorgenomen activiteiten.
-
Digitale cultuur: culturele en artistieke producties of uitingen die zich verhouden tot digitale technologie,
nieuwe media of games.
-
Discipline: vakgebied binnen kunst of wetenschap.
-
Project: het geheel van werkzaamheden, en direct daaraan gerelateerde kosten ten behoeve van
een incidentele, concreet omschreven activiteit die zich afspeelt binnen een van te
voren aangegeven periode van maximaal 24 maanden.
-
Projectsubsidie: de eenmalige aanspraak op financiële middelen van het Stimuleringsfonds, verstrekt
om een project voor te bereiden of uit te voeren.
-
Sector: werkterrein, dat valt binnen de werkingssfeer van het Stimuleringsfonds Creatieve
Industrie.
-
Startsubsidie: een vorm van een projectsubsidie, die kan worden verleend voor het ontwikkelen van
een uitgewerkt projectvoorstel, op basis waarvan een aanvraag kan worden ingediend
voor een subsidie voor een concreet project.
-
Talent: uitzonderlijke professionele begaafdheid met de potentie en eigenschappen om deze
verder te ontwikkelen tot een inspirerend voorbeeld voor vakgenoten en een breder
geïnteresseerd publiek.
-
Vormgeving: het ontwerpen van mode, accessoires en sieraden; textiel-, glas- en keramiekvormgeving;
grafische vormgeving, typografie, visuele communicatie, interactief en information
design, animatie, illustratie, strip en graphic novel; product-, meubel- en industriële
vormgeving, interieur- en ruimtelijk ontwerp, tentoonstellingsontwerp, lichtontwerp,
scenografie; social design.
Artikel 4. Toepasselijkheid Subsidiereglement Stimuleringsfonds Creatieve Industrie
De bepalingen in dit reglement zijn van toepassing op het aanvragen, beoordelen, verlenen
en vaststellen van een subsidie voor een project. Dit reglement geldt naast de statuten,
de reglementen die zijn vastgesteld voor het Bestuur en de Raad van Toezicht en de
Algemene wet bestuursrecht en, indien van toepassing, deelregelingen.
Artikel 6. Algemene kaders voor subsidieverlening
Artikel 7. Bijzondere aanvraagprocedure: Open Call
De aanvraagprocedure kan ten behoeve van het ontwikkelen van een uitgewerkt projectvoorstel
de vorm krijgen van een zogeheten Open Call. Alsdan maakt het Bestuur een oproep openbaar
waarin het doel van de oproep, het te verlenen bedrag en de te volgen procedure zijn
opgenomen. De Open Call wordt minimaal vier weken voor de vastgestelde sluitingsdatum
openbaar gemaakt, ten minste door vermelding op de website.
Artikel 8. Weigeringsgronden
-
3 Indien een aanvrager na een geheel of gedeeltelijk afwijzend besluit door het Bestuur
binnen zes maanden na dat besluit een nieuwe aanvraag indient voor hetzelfde project,
wordt deze aanvraag zonder nader onderzoek of advies afgewezen, tenzij gewijzigde
omstandigheden of nieuwe feiten worden vermeld.
-
4 Het Bestuur kan besluiten een aanvraag zonder nader onderzoek of advies af te wijzen
wanneer over een voorafgaand project van dezelfde aanvrager, waarvoor het Stimuleringsfonds
een subsidie heeft verleend, niet binnen de gestelde termijn of niet naar genoegen
van het Bestuur verantwoording is afgelegd.
Artikel 9. Subsidieplafonds, prioriteiten bij beoordeling
-
3 Het Bestuur kan besluiten dat bij de beoordeling van aanvragen een volgorde wordt
vastgesteld in de waardering van die aanvragen of de mate, waarin deze voldoen aan
de criteria die gesteld zijn voor de betreffende deelregeling, opengestelde ronde,
het project of de oproep daarvoor dan wel voor de open call.
Artikel 10. Subsidieplafonds, bijzondere toekenningsvolgorden
-
1 De verlening van een subsidie wordt geweigerd wanneer door verstrekking van de subsidie
het bekend gemaakte financieel plafond van de deelregeling, de opengestelde ronde,
het project of de oproep daarvoor dan wel de open call zou worden overschreden, behoudens
het bepaalde in het tweede lid. Zodanig financieel plafond geldt als subsidieplafond
als in artikel 4:22 van de Algemene wet bestuursrecht.
Artikel 11. Algemene voorwaarden voor ondersteuning
Artikel 12. Inhoud aanvraag: informatie over de aanvrager
Artikel 13. Inhoud aanvraag: inhoudelijke informatie over het project
De aanvraag bevat tenminste de volgende informatie:
-
a. een beschrijving van het project waarvoor deze subsidie wordt aangevraagd. In die
beschrijving moet worden vermeld wat de doelstelling van het project is; waar, wanneer,
door wie en hoe het project wordt uitgevoerd en voor wie het project bestemd is;
-
b. een omschrijving van het belang van het project, die het mogelijk maakt te beoordelen
of het aansluit bij de criteria en doelstellingen van het Stimuleringsfonds zoals
geformuleerd in artikel 1, 2, 14 tot en met 21 van dit reglement en de betreffende deelregeling.
Artikel 14. Inhoud aanvraag: financiële informatie over het project
De aanvraag bevat tenminste de volgende informatie over het project:
-
a. vermelding van de hoogte van de verlangde subsidie;
-
b. een realistische begroting van het project, bestaande uit een duidelijk overzicht
van de geraamde inkomsten en uitgaven;
-
c. een omschrijving van de mate en wijze van cofinanciering;
-
d. een opgave van aanvragen die bij derden zijn ingediend voor een subsidie, bijdrage,
sponsoring of vergoeding voor hetzelfde project. Daarbij moet worden vermeld wat de
stand van zaken is met betrekking tot de beoordeling van en besluitvorming over die
betreffende aanvragen;
-
e. een omschrijving van de eventuele eigen bijdrage aan de uitvoering van het project.
Artikel 15. Inhoud aanvraag: informatie over de communicatiestrategie van het project
In de aanvraag is minstens de volgende informatie opgenomen:
-
a. een omschrijving van het publiek waarop de communicatie zich richt;
-
b. een omschrijving van wat men met de communicatie wil bereiken;
-
c. een omschrijving van de wijze van communicatie, zowel tussentijds als bij de bekendmaking
van de resultaten;
-
d. een omschrijving van het medium of de media waarop gecommuniceerd wordt.
Artikel 16. Beoordelingscriteria die gelden voor projecten met als doelstelling het
bevorderen van experimenten en crossovers
Er wordt beoordeeld in hoeverre het project voldoet aan:
-
a. het bevorderen van experimenten: het onderzoeken van nieuwe vraagstukken, werkwijzen
of benaderingen met als doel het verwerven van nieuwe inzichten.
-
b. het bevorderen van crossovers: het leggen van relevante connecties tussen de creatieve
industrie, wetenschappelijk onderzoek en maatschappelijke opgaven.
Artikel 17. Beoordelingscriteria die gelden voor projecten met als doelstelling het
stimuleren van onderzoek, analyse en reflectie
Er wordt beoordeeld in hoeverre het project voldoet aan het stimuleren van onderzoek,
analyse of reflectie, doordat:
-
a. het een toevoeging is op de bestaande praktijk of theorie;
-
b. het door zijn uitzonderlijke, voorbeeldstellende artistieke kwaliteit of karakter
naar verwachting nieuwe ontwikkelingen stimuleert;
-
c. het gangbare inzichten en werkwijzen analyseert en ter discussie stelt.
Artikel 18. Beoordelingscriteria die gelden voor projecten met als doelstelling het
bevorderen van talentontwikkeling en artistieke kwaliteit
Er wordt beoordeeld in hoeverre het project voldoet aan:
-
a. het bevorderen van talentontwikkeling: het project stimuleert de verdere artistieke
of professionele ontwikkeling van individuele talenten;
-
b. het bevorderen van artistieke kwaliteit: het project is gericht op het continueren,
verder ontwikkelen en profileren van de eigen uitzonderlijke professionele begaafdheid,
terwijl betreffende ontwerper wordt gezien als een inspirerend voorbeeld voor vakgenoten
en een breder geïnteresseerd publiek;
waarbij deze ontwikkeling gepaard gaat met het versterken van het eigen cultureel
ondernemerschap.
Artikel 19. Beoordelingscriteria die gelden voor projecten met als doelstelling het
bevorderen van maatschappelijk engagement en publieksactiviteiten
Er wordt beoordeeld in hoeverre het project voldoet aan:
-
a. het bevorderen van maatschappelijk engagement: het project levert vanuit een cultureel
perspectief een bijdrage aan een maatschappelijk vraagstuk. Het betrekt hierbij een
publiek of partners die passen bij de aard en opzet van het project;
-
b. het bevorderen van publieksactiviteiten: het project is gericht op het bereiken van
een zo breed mogelijk publiek, dat past bij de aard en opzet van het project. Het
project vergroot op deze manier de belangstelling voor de hedendaagse creatieve industrie.
Artikel 20. Beoordelingscriteria die gelden voor projecten met als doelstelling het
versterken van de internationale positie van de ontwerpsectoren
Er wordt beoordeeld in hoeverre het project voldoet aan:
-
a. het versterken van de internationale reputatie van de hedendaagse Nederlandse creatieve
industrie;
-
b. het vergroten van het werkterrein van de creatieve industrie;
-
c. het opbouwen en onderhouden van relevante internationale relaties.
Artikel 21. Beoordelingscriteria die gelden voor projecten met als doelstelling het
bevorderen van de professionalisering van de ontwerppraktijk en van voorbeeldig opdrachtgeverschap
Er wordt beoordeeld in hoeverre het project voldoet aan:
-
a. bevorderen van de professionalisering van de ontwerppraktijk: het project draagt bij
aan de opzet of doorontwikkeling van de eigen beroepspraktijk van de ontwerper of
maker, bijvoorbeeld door het aangaan van nieuwe crossectorale samenwerkingsverbanden,
het ontwikkelen en uitvoeren van een langetermijnstrategie die bijdraagt aan de inhoudelijke
verdieping van de beroepspraktijk
-
b. bevorderen van voorbeeldig opdrachtgeverschap: het project draagt bij aan een voorbeeldstellende
wijze waarop ontwerpers/makers samenwerken met opdrachtgevers c.q. producenten; dan
wel het stimuleren van excellent opdrachtgeverschap gericht op artistiek hoogwaardige
of maatschappelijk relevante resultaten.
-
2 Bij de formulering van het advies over het al of niet verlenen van een subsidie dient
het adviesorgaan zich te baseren op de door de aanvrager verstrekte gegevens, documentatie,
portfolio en eventuele aanvullende bij de aanvraag verstrekte informatie.
-
3 Het adviesorgaan wordt een oordeel gevraagd over de mate waarin een aanvraag voldoet
aan het bepaalde in het Subsidiereglement, met name aan de in artikelen 12 tot en met 21, en de in de van toepassing zijnde deelregeling gestelde criteria.
-
5 Het Bestuur kan het adviesorgaan verzoeken bij de beoordeling van aanvragen rekening
te houden met toepassing van een der modaliteiten, genoemd in de artikelen 9 en 10, en dat in de advisering te betrekken.
Artikel 23. Verlening van een subsidie
-
1 Het besluit tot verlening van een subsidie bevat een weergave van het eventuele advies,
de voorwaarden waaronder de subsidie beschikbaar wordt gesteld, de verplichtingen
waaraan de ontvanger zich dient te houden, de maximale hoogte van de subsidie of de
wijze waarop deze zal worden bepaald, informatie over de betaalbaarstelling en de
bevoorschotting en de datum waarop de activiteiten afgerond dienen te zijn.
-
4 In het verleningbesluit kan het Bestuur voorbehouden maken en voorschriften en voorwaarden
stellen, in elk geval ter zake van de voorbereiding en uitvoering van het project,
de presentatie van de resultaten, de wijze van betaalbaarstelling, de verslaglegging
en de wijze van financiële en inhoudelijke verantwoording.
Het Bestuur kan een voorschot betaalbaar stellen. In het besluit tot verlening van
de subsidie worden de hoogte en het tempo van de bevoorschotting vastgesteld. De verlening
van het voorschot geschiedt gelijktijdig met de beschikking tot subsidieverlening.
Het voorschot bedraagt maximaal 100 procent van de verleende subsidie. Het Bestuur
kan met betrekking tot de bevoorschotting nadere regels stellen in deelregelingen.
Artikel 25. Verplichtingen van de ontvanger van een subsidie
-
1 De aanvrager dient in alle publieke uitingen het Stimuleringsfonds te vermelden als
subsidieverstrekker. In publicaties en verslagen, op uitnodigingen aankondigingen,
websites en audiovisuele producties dient het logo van het Stimuleringsfonds te worden
opgenomen. Wanneer een aanvrager logo’s opneemt van commerciële sponsors dient ook
het logo van het Stimuleringsfonds te worden gebruikt.
-
2 De ontvanger garandeert het Bestuur dat het project op doelmatige en financieel verantwoorde
wijze wordt uitgevoerd. In dat kader voert de ontvanger een goed beleid en beheer,
gebruikt hij de subsidie op efficiënte wijze voor het doel waarvoor het is verleend
en leeft hij alle verplichtingen na die zijn verbonden aan de subsidieverlening.
Artikel 26. Desgevraagd verantwoorden bij subsidies minder dan € 25.000
Indien de subsidie minder dan € 25.000 bedraagt, toont de subsidieontvanger op verzoek
van het Bestuur aan dat de activiteiten waarvoor de subsidie is verstrekt, zijn verricht
en dat is voldaan aan de verplichtingen die aan de subsidie zijn verbonden.
Artikel 27. Verantwoording bij subsidies van € 25.000 of meer
-
1 Indien de subsidie € 25.000 of meer bedraagt, toont de subsidieontvanger aan de hand
van een activiteitenverslag aan dat de activiteiten waarvoor de subsidie is verstrekt,
zijn verricht en dat is voldaan aan de aan de subsidie verbonden verplichtingen.
-
4 Het verslag bevat, voor zover van toepassing, een analyse van verschillen tussen de
voorgenomen activiteiten en beoogde resultaten, vermeld in de beschrijving van het
project, en de feitelijke realisatie.
Artikel 28. Werkelijkekostenverklaring bij subsidies van € 25.000 of meer
Artikel 29. Verantwoording bij subsidies van € 125.000 of meer
Indien de subsidie € 125.000 of meer bedraagt, legt de subsidieontvanger, onverminderd
artikel 25, rekening en verantwoording af aan de hand van een financieel verslag. Artikel 4:76 van de Algemene wet bestuursrecht is van overeenkomstige toepassing.
Artikel 30. Accountantsverklaring bij subsidies van € 125.000 of meer
Artikel 31. Vaststelling van de subsidie
Een belanghebbende kan bezwaar maken door een bezwaarschrift in te dienen bij het
Bestuur. De termijn voor het indienen van een bezwaarschrift bedraagt zes weken. De
termijn vangt aan op de dag nadat het besluit bekend is gemaakt.
Artikel 33. Bescherming persoonsgegevens
Het Bestuur verstrekt geen vertrouwelijke informatie over een aanvraag aan derden.
Het gaat hier om bedrijfs- en fabricagegegevens die door een aanvrager vertrouwelijk
aan het Stimuleringsfonds zijn medegedeeld of om persoonsgegevens als bedoeld in hoofdstuk 2, paragraaf 2 van de Wet bescherming persoonsgegevens, tenzij de verstrekking kennelijk geen inbreuk op de persoonlijke levenssfeer maakt.
-
3 Op 1 januari 2017 vervallen alle reglementen en (deel)regelingen, onder welke benaming
dan ook, die op 31 december 2016 binnen het Stimuleringsfonds van kracht waren, met
dien verstande dat zij van toepassing blijven op alle voor 1 januari 2017 ingediende
aanvragen.
Deze regeling wordt aangehaald als: Subsidiereglement Stimuleringsfonds Creatieve
Industrie.
Artikel 36. Slotbepalingen
In gevallen waarin de wet, de statuten, dit reglement of deelregelingen niet voorzien,
beslist het Bestuur.