Organisatiebesluit raad voor de kinderbescherming 2015

Geraadpleegd op 14-10-2024.
Geldend van 01-10-2020 t/m heden

Besluit van 15 mei 2015, houdende vaststelling van de zetel en de organisatie van de raad voor de kinderbescherming (Organisatiebesluit raad voor de kinderbescherming 2015)

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie van 3 april 2015, nr. 630828, Directie Wetgeving en Juridische Zaken;

Gelet op artikel 238, vijfde lid, van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek;

De Afdeling advisering van de Raad van State gehoord (advies van 15 april 2015, nr. W03.15.0101/II;

Gezien het nader rapport van de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie van 1 mei 2015, nr. 640555, Directie Wetgeving en Juridische Zaken;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Artikel 1

  • 1 De raad voor de kinderbescherming is gevestigd te Den Haag.

  • 2 De raad staat onder leiding van een algemeen directeur, die wordt bijgestaan door vijf directieleden. Zij vormen gezamenlijk de landelijke directie.

  • 3 De algemeen directeur wordt, waar nodig, vervangen door een van de in het tweede lid bedoelde directieleden. De vervanging wordt in onderling overleg bepaald.

Artikel 2

  • 1 De raad heeft een landelijke staforganisatie en is werkzaam in tien gebieden, waarbinnen meerdere locaties de wettelijke taken van de raad uitvoeren. De landelijke staforganisatie heeft tot taak de landelijke directie en de gebieden te ondersteunen bij de uitvoering van hun wettelijke taken.

  • 2 De gebieden en locaties, bedoeld in het eerste lid, zijn:

    • a. Noord-Nederland met de locaties Leeuwarden en Groningen;

    • b. Oost-Nederland met de locaties Zwolle, Almelo en Arnhem;

    • c. Midden-Nederland met de locaties Lelystad en Utrecht;

    • d. Amsterdam met de locatie Amsterdam;

    • e. Noord-Holland met de locaties Alkmaar en Haarlem;

    • f. ’s-Gravenhage met de locatie ’s-Gravenhage;

    • g. Rotterdam met de locatie Rotterdam;

    • h. Zeeland-West-Brabant met de locaties Middelburg en Breda;

    • i. Oost-Brabant met de locaties ’s-Hertogenbosch en Eindhoven, en

    • j. Limburg met de locatie Maastricht.

Artikel 5

[Red: Wijzigt het Besluit externe klachtencommissie raad voor de kinderbescherming.]

Artikel 6

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin het wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 januari 2013, met uitzondering van artikel 5 dat met ingang van 1 juli 2015 in werking treedt.

Artikel 7

Dit besluit wordt aangehaald als: Organisatiebesluit raad voor de kinderbescherming 2015.

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.

Wassenaar, 15 mei 2015

Willem-Alexander

De Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie,

K.H.D.M. Dijkhoff

Uitgegeven de zevenentwintigste mei 2015

De Minister van Veiligheid en Justitie,

G.A. van der Steur