Besluit van 18 november 2014, houdende regels inzake de schriftelijke mededeling van
rechten ten behoeve van aangehouden verdachten (Besluit mededeling van rechten in
strafzaken)
Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Op de voordracht van Onze Minister van Veiligheid en Justitie van 25 juni 2014, nr.
532606;
Gelet op artikel 27c, derde lid, onderdeel g, van het Wetboek van Strafvordering;
De Afdeling advisering van de Raad van State gehoord (advies van 3 juni 2014, nr.
W03.14.0205/II);
Gezien het nader rapport van Onze Minister van Veiligheid en Justitie van 13 november
2014, nr. 580912;
Hebben goedgevonden en verstaan: