Wet van 12 maart 2014 tot wijziging van de Boeken 6 en 7 van het Burgerlijk Wetboek,
de Wet handhaving consumentenbescherming en enige andere wetten in verband met de
implementatie van Richtlijn 2011/83/EU van het Europees Parlement en de Raad van 25
oktober 2011 betreffende consumentenrechten, tot wijziging van Richtlijn 93/13/EEG
van de Raad en van Richtlijn 1999/44/EG van het Europees Parlement en de Raad en tot
intrekking van Richtlijn 85/577/EEG en van Richtlijn 97/7/EG van het Europees Parlement
en de Raad (PbEU L 304/64) (Implementatiewet richtlijn consumentenrechten)
Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat de Richtlijn 2011/83/EU van het Europees Parlement en de Raad van 25 oktober 2011 betreffende consumentenrechten,
tot wijziging van Richtlijn 93/13/EEG van de Raad en van Richtlijn 1999/44/EG van het Europees Parlement en de Raad en tot intrekking van Richtlijn 85/577/EEG en van Richtlijn 97/7/EG van het Europees Parlement en de Raad moet worden omgezet in bepalingen van nationaal
recht en dat daartoe de Boeken 6 en 7 van het Burgerlijk Wetboek, de Wet handhaving consumentenbescherming en enige andere wetten moeten worden gewijzigd;
Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen
overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden
en verstaan bij deze: