Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Op de voordracht van Onze Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie van
6 juli 2012, nr. WJZ / 12081040;
Gelet op de artikelen 13bis en 13ter van de Kaderrichtlijn, artikel 23, eerste volzin,
van de Universeledienstenrichtlijn en de artikelen 11a.1, vierde lid, en 11a.2, vierde lid, van de Telecommunicatiewet;
De Afdeling advisering van de Raad van State gehoord (advies van 15 augustus 2012,
nr. W15.0255/IV);
Gezien het nader rapport van Onze Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie
van 17 oktober 2012, nr. WJZ / 12323356;
Hebben goedgevonden en verstaan: