Organisatie-, mandaat- en volmachtbesluit directie Opsporing 2012

[Regeling vervallen per 20-11-2019 met terugwerkende kracht tot en met 01-04-2018.]
Geraadpleegd op 12-10-2024.
Geldend van 12-09-2015 t/m 31-03-2018

Regeling van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 23 augustus 2012, INSP/2012/11430 , houdende de inrichting van de directie Opsporing, alsmede de toedeling van taken en doorverlening van vertegenwoordigingsbevoegdheden aan de onder de directeur ressorterende functionarissen (Organisatie-, mandaat- en volmachtbesluit directie Opsporing 2012)

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

Gelet op de artikelen 4, onderdeel l, en 14 van het Organisatie-, mandaat- en volmachtbesluit inspecteur-generaal SZW 2012;

Besluit:

§ 1. Begripsbepaling

[Regeling vervallen per 20-11-2019 met terugwerkende kracht tot en met 01-04-2018]

Artikel 1. Begrippen

[Regeling vervallen per 20-11-2019 met terugwerkende kracht tot en met 01-04-2018]

In deze regeling en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:

  • a. de directie: de directie Opsporing van de inspectie;

  • b. de directeur: de directeur van de directie Opsporing;

  • c. het team criminele inlichtingen Inspectie SZW-DO:het team criminele inlichtingen van de directie Opsporing;

  • d. de teamleider tci: de functionaris die rechtstreeks ressorteert onder het hoofd van de afdeling Opsporingsinformatie en die leiding geeft aan het team criminele inlichtingen Inspectie SZW-DO, dat deel uitmaakt van die afdeling;

  • e. criminele inlichtingen: gegevens, die in aanmerking komen voor verwerking op grond van artikel 10, eerste lid, onderdeel a, van de Wet politiegegevens.

§ 2. De organisatie en taken van de afdelingen

[Regeling vervallen per 20-11-2019 met terugwerkende kracht tot en met 01-04-2018]

Artikel 2. Organisatie directie

[Regeling vervallen per 20-11-2019 met terugwerkende kracht tot en met 01-04-2018]

  • 1 De directie bestaat uit de volgende afdelingen:

    • a. de afdeling Opsporingsinformatie;

    • b. de afdeling Recherche A;

    • c. de afdeling Recherche B.

  • 2 Aan het hoofd van iedere afdeling staat een afdelingshoofd.

  • 3 De afdelingshoofden worden beiden bijgestaan door onder hen ressorterende teamleiders.

§ 3. Verantwoordelijkheden

[Regeling vervallen per 20-11-2019 met terugwerkende kracht tot en met 01-04-2018]

Artikel 3. Verantwoordelijkheden afdelingshoofden

[Regeling vervallen per 20-11-2019 met terugwerkende kracht tot en met 01-04-2018]

De afdelingshoofden zijn verantwoordelijk voor de volgende algemene taken:

  • a. het leiding geven aan de eigen afdeling, waaronder begrepen de HRM-taken ten aanzien van de medewerkers, de coaching van de medewerkers en het bevorderen van de sociale cohesie van de eigen afdeling;

  • b. het afleggen van verantwoording en het rapporteren aan de directeur over bijdragen van de eigen directie aan de uitvoering van het jaarplan van de inspectie;

  • c. het doen van voorstellen aan het IG-team met betrekking tot het aantrekken en ontslaan van personeel;

  • d. het bijdragen aan de totstandkoming van inspectiebrede producten als bedoeld in artikel 5, eerste lid, onderdelen a, e, f, h en j, en artikel 8, onderdeel d, van het Organisatie-, mandaat- en volmachtbesluit inspecteur-generaal SZW 2012, binnen de daarvoor geldende departementale kaders dan wel volgens door de inspecteur-generaal dan wel de directeur gegeven richtlijnen.

Artikel 4. Verantwoordelijkheden afdeling Opsporingsinformatie

[Regeling vervallen per 20-11-2019 met terugwerkende kracht tot en met 01-04-2018]

De afdeling Opsporingsinformatie is verantwoordelijk voor:

  • a. het beleidsmatig, vaktechnisch en juridisch ondersteunen van de directie;

  • b. het functioneren van het team criminele inlichtingen Inspectie SZW-DO;

  • c. het ondersteunen van het kwaliteits- en procesmanagement van de directie;

  • d. de informatie-uitwisseling met relevante partnerorganisaties;

  • e. het op specialistisch gebied participeren in of ondersteunen van opsporingsonderzoeken van de directie;

  • f. het voorbereiden en ondersteunen van opsporingsonderzoeken;

  • g. het deelnemen aan selectieoverleggen met het Openbaar Ministerie;

  • h. het ondersteunen van gemeenten met analyse en specialistische ICT;

  • i. het rapporteren over de opsporingsactiviteiten van de eigen afdeling aan de directeur en het Openbaar Ministerie.

Artikel 5. Verantwoordelijkheden afdelingen Recherche A en Recherche B

[Regeling vervallen per 20-11-2019 met terugwerkende kracht tot en met 01-04-2018]

De afdelingen Recherche A en Recherche B zijn verantwoordelijk voor:

  • a. het uitvoeren van opsporingsonderzoeken, waaronder begrepen opsporingsonderzoeken op beleidsterreinen waarvoor de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport verantwoordelijkheid draagt en waarvan de strafrechtelijke handhaving door deze minister aan de directie is toegedeeld, en het treffen van de benodigde maatregelen tijdens de onderzoeken van de eigen afdeling;

  • b. het ondersteunen van gemeenten met strafrechtelijk onderzoek;

  • c. het deelnemen aan selectieoverleggen met het Openbaar Ministerie;

  • d. het rapporteren over de opsporingsonderzoeken van de eigen afdeling aan de directeur, het Openbaar Ministerie en aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport voor zover het de aan de directie toegedeelde strafrechtelijke handhaving betreft op beleidsterreinen waarvoor de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport verantwoordelijkheid draagt.

§ 4. Bevoegdheden

[Regeling vervallen per 20-11-2019 met terugwerkende kracht tot en met 01-04-2018]

Artikel 6. Mandaten en machtigingen hoofd afdeling Opsporingsinformatie

[Regeling vervallen per 20-11-2019 met terugwerkende kracht tot en met 01-04-2018]

Aan het hoofd van de afdeling Opsporingsinformatie wordt mandaat en machtiging verleend met betrekking tot:

  • a. het tekenen van stukken die betrekking hebben op de specifieke taken van de eigen afdeling;

  • b. het nemen van besluiten over en het ondertekenen van stukken die betrekking hebben op het selectieoverleg tussen de directie en het Openbaar Ministerie;

  • c. het nemen van besluiten over en het vaststellen en ondertekenen van stukken die betrekking hebben op de uitvoering van opsporingsactiviteiten van de eigen afdeling;

  • d. het verzamelen van criminele inlichtingen, overeenkomstig het bij of krachtens de Wet politiegegevens bepaalde.

Artikel 7. Mandaten en machtigingen hoofden afdelingen Recherche A en Recherche B

[Regeling vervallen per 20-11-2019 met terugwerkende kracht tot en met 01-04-2018]

Aan de hoofden van de afdelingen Recherche A en Recherche B wordt mandaat en machtiging verleend met betrekking tot:

  • a. het nemen van besluiten over en het vaststellen en ondertekenen van stukken die betrekking hebben op de uitvoering van opsporingsonderzoeken van de afdeling en de Circulaire bijzondere opsporingsgelden;

  • b. het nemen van besluiten over en het ondertekenen van stukken die betrekking hebben op het selectieoverleg tussen de directie en het Openbaar Ministerie;

  • c. het ondertekenen van plannen van aanpak met betrekking tot het uitvoeren van recherchewerkzaamheden van de afdeling.

Artikel 8. Mandaat en machtiging betreffende personeelsaangelegenheden

[Regeling vervallen per 20-11-2019 met terugwerkende kracht tot en met 01-04-2018]

  • 1 Aan de afdelingshoofden en de teamleiders van de directie wordt mandaat en machtiging verleend met betrekking tot het nemen van besluiten over en het vaststellen en ondertekenen van stukken die betrekking hebben op de personeelsaangelegenheden ten behoeve van medewerkers van de eigen organisatorische eenheid, voor zover het betreft:

    • a. het opmaken, niet zijnde vaststellen, van een beoordeling van medewerkers;

    • b. het houden van manager-medewerker gesprekken;

    • c. het beslissen over verlof van medewerkers;

    • d. het toekennen van kleine beloningen, niet zijnde gratificaties, ten bedrage van minder dan € 250,– per medewerker, onder gelijktijdige mededeling daarvan aan de directeur.

  • 2 In aanvulling op het eerste lid wordt in het geval een teamleider de beoordeling van een medewerker opmaakt, aan het afdelingshoofd dat boven de teamleider ressorteert ook mandaat en machtiging verleend met betrekking tot het vaststellen van deze beoordeling.

Artikel 9. Volmachten afdelingshoofden

[Regeling vervallen per 20-11-2019 met terugwerkende kracht tot en met 01-04-2018]

De afdelingshoofden zijn gevolmachtigd tot het aangaan van overeenkomsten ter waarde van ten hoogste € 15.000,– per overeenkomst betreffende:

  • a. het opleiden van medewerkers van de eigen afdeling binnen de kaders van het opleidingsplan van de directie;

  • b. activiteiten ten behoeve van sociale en functionele cohesie, representatieve aangelegenheden, vergaderingen en recepties voor de eigen afdeling binnen de daarvoor geldende departementale, dan wel door de inspecteur-generaal vastgestelde financiële kaders;

  • c. overeenkomsten in het kader van de specialistische ICT- ondersteuning van de directie;

  • d. de uitvoering van rechercheactiviteiten voor de directie.

Artikel 10. Volmacht teamleiders

[Regeling vervallen per 20-11-2019 met terugwerkende kracht tot en met 01-04-2018]

De teamleiders zijn gevolmachtigd tot het aangaan van overeenkomsten ter waarde van ten hoogste € 3.000,– per overeenkomst betreffende activiteiten ten behoeve van sociale en functionele cohesie, representatieve aangelegenheden, vergaderingen en recepties voor het eigen team binnen de daarvoor geldende departementale, dan wel door de inspecteur-generaal vastgestelde financiële kaders.

Artikel 11. Volmachten teamleider tci

[Regeling vervallen per 20-11-2019 met terugwerkende kracht tot en met 01-04-2018]

De teamleider tci is gevolmachtigd tot het aangaan van overeenkomsten ter waarde van ten hoogste € 5.000,– per overeenkomst betreffende informatievergaring met behulp van informanten.

Artikel 12. Plaatsvervanging

[Regeling vervallen per 20-11-2019 met terugwerkende kracht tot en met 01-04-2018]

  • 1 Bij afwezigheid of verhindering van de directeur worden, voor de duur van de afwezigheid of verhindering, zijn taken en bevoegdheden geheel of gedeeltelijk waargenomen door een daartoe aan te wijzen plaatsvervanger.

  • 2 Bij afwezigheid of verhindering van een afdelingshoofd worden, voor de duur van de afwezigheid of verhindering, zijn taken en bevoegdheden geheel of gedeeltelijk waargenomen door een daartoe aan te wijzen plaatsvervanger.

§ 5. Slotbepalingen

[Regeling vervallen per 20-11-2019 met terugwerkende kracht tot en met 01-04-2018]

Artikel 13. Intrekking

[Regeling vervallen per 20-11-2019 met terugwerkende kracht tot en met 01-04-2018]

Het Organisatie-, mandaat- en volmachtbesluit SIOD 2009 wordt ingetrokken.

Artikel 14. Inwerkingtreding

[Regeling vervallen per 20-11-2019 met terugwerkende kracht tot en met 01-04-2018]

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst, en werkt terug tot en met 1 januari 2012.

Artikel 15. Citeertitel

[Regeling vervallen per 20-11-2019 met terugwerkende kracht tot en met 01-04-2018]

Deze regeling wordt aangehaald als: Organisatie-, mandaat- en volmachtbesluit directie Opsporing 2012.

Deze regeling zal in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 23 augustus 2012

De

Minister

van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
namens deze:

R.W.C. Clabbers,

directeur Opsporing.