In deze bijlage zijn de rekenregels van de rekentool opgenomen.
Dagopvang
-
• Het minimale aantal beroepskrachten in relatie tot het aantal aanwezige kinderen wordt
bepaald op basis van de ratio’s in tabel 1 (conform artikel 5, zevende en achtste lid, van deze regeling).
-
• De voorwaarden met betrekking tot de maximale grootte van de stamgroep zijn in tabel
1 verwerkt: een stamgroep bestaat uit maximaal twaalf kinderen bij een groep met alleen
kinderen van 0 jaar en maximaal zestien kinderen bij gemengde leeftijdsgroepen, waarvan
maximaal acht kinderen van 0 jaar (conform artikel 5, eerste lid, van de regeling).
-
• In een situatie waarin het toevoegen van een kind leidt tot een kleiner aantal benodigde
beroepskrachten, wordt het aantal benodigde beroepskrachten met 1 verhoogd.
Tabel 1. Berekening van de beroepskracht-kindratio en maximale groepsgroottes bij
groepen in de dagopvang
|
Leeftijd kinderen
|
Minimaal aantal beroepskrachten
|
Maximaal aantal kinderen
|
Minimaal aantal beroepskrachten
|
Maximaal aantal kinderen
|
Minimaal aantal beroepskrachten
|
Maximaal aantal kinderen
|
Minimaal aantal beroepskrachten
|
Maximaal aantal kinderen
|
a. Groepen alle kinderen één leeftijd
|
0 tot 1
|
1
|
4
|
2
|
8
|
3
|
12
|
----
|
----
|
1 tot 2
|
1
|
5
|
2
|
10
|
3
|
15
|
4
|
16
|
2 tot 3
|
1
|
8
|
2
|
16
|
----
|
----
|
----
|
----
|
3 tot 4
|
1
|
8
|
2
|
16
|
----
|
----
|
----
|
----
|
b. Gemengde leeftijdsgroepen
|
0 tot 2
|
1
|
5
|
2
|
91
|
3
|
141
|
4
|
161
|
0 tot 3
|
1
|
5
|
2
|
92 / 103
|
3
|
151
|
4
|
161
|
0 tot 4
|
1
|
54 / 65
|
2
|
96 / 107 /8 11 / 129
|
3
|
161
|
----
|
----
|
1 tot 3
|
1
|
6
|
2
|
11
|
3
|
16
|
----
|
----
|
1 tot 4
|
1
|
7
|
2
|
13
|
3
|
16
|
----
|
----
|
2 tot 4
|
1
|
8
|
2
|
16
|
----
|
----
|
----
|
----
|
1 Waarvan maximaal acht kinderen van 0 jaar.
2 Bij een groep met acht kinderen van 0 jaar.
3 Bij een groep met zeven of minder kinderen van 0 jaar.
4 Bij een groep met vier kinderen van 0 jaar.
5 Bij een groep met drie of minder kinderen van 0 jaar.
6 Bij een groep met acht kinderen van 0 jaar.
7 Bij een groep met zeven kinderen van 0 jaar.
8 Bij een groep met zes kinderen van 0 jaar.
9 Bij een groep met vijf of minder kinderen van 0 jaar.
Combinatiegroepen dagopvang/buitenschoolse opvang
-
• Het minimale aantal beroepskrachten in relatie tot het aantal aanwezige kinderen wordt
bepaald op basis van de ratio’s in tabel 3.
-
• De voorwaarden met betrekking tot de maximale grootte van de combinatiegroep zijn
in tabel 3 verwerkt: een combinatiegroep bestaat uit maximaal 16 kinderen.
Tabel 3. Berekening van de beroepskracht-kindratio en maximale groepsgroottes bij
combinatiegroepen dagopvang en buitenschoolse opvang
Leeftijd Kinderen
|
Minimaal aantal beroepskrachten
|
Maximaal aantal kinderen
|
Minimaal aantal beroepskrachten
|
Maximaal aantal kinderen
|
Minimaal aantal beroepskrachten
|
Maximaal aantal kinderen
|
0 tot 13
|
1
|
71
|
2
|
142
|
3
|
163
|
1 tot 13
|
1
|
84
|
2
|
155
|
3
|
166
|
2 tot 13
|
1
|
87
|
2
|
168
|
3
|
169
|
3 tot 13
|
1
|
910
|
2
|
16
|
----
|
----
|
1 Waarvan maximaal vier kinderen van 0 jaar tot 4 jaar, waarvan maximaal drie kinderen
van 0 tot 2 jaar, waarvan maximaal twee kinderen van 0 jaar.
2 Waarvan maximaal acht kinderen van 0 jaar tot 4 jaar, waarvan maximaal zes kinderen
van 0 tot 2 jaar, waarvan maximaal vier kinderen van 0 jaar.
3 Waarvan maximaal twaalf kinderen van 0 jaar tot 4 jaar, waarvan maximaal acht kinderen
van 0 tot 2 jaar, waarvan maximaal zes 0-jarigen.
4 Waarvan maximaal vier kinderen van 1 jaar tot 4 jaar, waarvan maximaal drie kinderen
van 1 jaar.
5 Waarvan maximaal acht kinderen van 1 jaar tot 4 jaar, waarvan maximaal zes kinderen
van 1 jaar.
6 Waarvan maximaal twaalf kinderen van 1 jaar tot 4 jaar, waarvan maximaal acht kinderen
van 1 jaar.
7 Waarvan maximaal vijf kinderen van 2 jaar tot 4 jaar.
8 Waarvan maximaal tien kinderen van 2 jaar tot 4 jaar.
9 Waarvan maximaal twaalf kinderen 2 jaar tot 4 jaar.
10 Waarvan maximaal zes kinderen van 3 jaar.