Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat de verwachte klimaatveranderingen grote opgaven op het gebied van waterveiligheid en zoetwatervoorziening met zich meebrengen. Dat het daarom wenselijk is aanvullende regels te stellen voor de realisatie van maatregelen ter bescherming tegen overstromingen en met het oog op de zorg voor de zoetwatervoorziening op de korte en de langere termijn;
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze: