-
a.
Onze Minister: Onze Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid;
-
b.
werkgever: iedere natuurlijke of rechtspersoon, die binnen het openbare lichaam Bonaire, Sint
Eustatius of Saba één of meer werknemers arbeid doet verrichten, alsmede de natuurlijke
of rechtspersoon die, gevestigd binnen het openbare lichaam Bonaire, Sint Eustatius
of Saba, één of meer werknemers, die eveneens gevestigd zijn binnen het openbare lichaam
Bonaire, Sint Eustatius of Saba, arbeid doet verrichten in het buitenland;
-
c.
werknemer: een natuurlijke persoon, die met toepassing van artikel 2 van de Wet loonbelasting
BES als werknemer wordt beschouwd omdat hij tot een inhoudingsplichtige in dienstbetrekking
staat met uitzondering van:
-
1°. de kapitein en schepelingen op zeeschepen van Aruba, Curaçao, Sint Maarten of de openbare
lichamen Bonaire, Sint Eustatius of Saba,
-
2°. degene, die in dienst is van een publiekrechtelijk lichaam en aan de voor hem geldende
rechtspositieregelingen aanspraak op een uitkering bij ziekte kan ontlenen, en
-
3°. de bestuurder of commissaris, bedoeld in artikel 3, tweede lid, onderdeel a, van de
Wet loonbelasting BES;
-
d.
behandelend geneeskundige: de geneeskundige die op aanwijzing of met goedvinden van Onze Minster de werknemer
onderzoekt of behandelt;
-
e.
controlerend geneeskundige: de geneeskundige die als zodanig door Onze Minister is aangewezen;
-
f.
arbeidsongeschiktheid: de toestand waarin de werknemer verkeert, die als gevolg van ziekte gedurende een
etmaal of langer niet in staat is om zijn normale arbeid te verrichten of deze arbeid
zo lang niet mag verrichten hetzij om een medisch noodzakelijk onderzoek mogelijk
te maken hetzij om te voorkomen dat zijn genezing wordt belemmerd, dan wel om besmetting
van anderen te voorkomen;
-
g.
loon: het loon, bedoeld in artikel 6 van de Wet loonbelasting BES;
-
h.
loon per dag van de werknemer voor wie een zesdaagse werkweek geldt:
-
1°. bij een uurloon: de waarde in het economisch verkeer van het loon per uur, vermenigvuldigd
met het aantal werkuren per week van de betrokken werknemer, het verkregen produkt
gedeeld door zes,
-
2°. bij een weekloon: de waarde in het economisch verkeer van het loon per week gedeeld
door zes,
-
3°. bij een maandloon: de waarde in het economisch verkeer van het loon per maand vermenigvuldigd
met drie en gedeeld door 78;
-
i.
loon per dag van de werknemer voor wie een vijfdaagse werkweek geldt:
-
1°. bij een uurloon: de waarde in het economisch verkeer van het loon per uur, vermenigvuldigd
met het aantal werkuren per week van de betrokken werknemer, het verkregen produkt
gedeeld door vijf,
-
2°. bij een weekloon: de waarde in het economisch verkeer van het loon per week gedeeld
door vijf,
-
3°. bij een maandloon: de waarde in het economisch verkeer van het loon per maand vermenigvuldigd
met drie en gedeeld door 65;
-
j.
loon per dag van een werknemer met een werkweek van minder dan vijf dagen:
-
1°. bij een uurloon: de waarde in het economisch verkeer van het loon per uur, vermenigvuldigd
met het aantal werkuren per week van de betrokken werknemer, het verkregen produkt
gedeeld door het aantal dagen waarop de werknemer op grond van zijn arbeidsovereenkomst
werkt,
-
2°. bij een weekloon: de waarde in het economisch verkeer van het loon per week gedeeld
door het aantal dagen waarop de werknemer op grond van zijn arbeidsovereenkomst werkt,
-
3°. bij een maandloon: de waarde in het economisch verkeer van het loon per maand gedeeld
door het aantal dagen per maand dat op grond van de arbeidsovereenkomst zou zijn gewerkt;
-
k.
inkomen: de belastbare som als bedoeld in artikel 24, eerste lid, van de Wet inkomstenbelasting
BES;
-
l.
inspecteur: de bij regeling van Onze Minister van Financiën als zodanig aangewezen functionaris;
-
m.
ontvanger: de bij regeling van Onze Minister van Financiën als zodanig aangewezen functionaris;
-
n.
uitreiziger: persoon ten aanzien van wie op grond van een melding van de opsporingsdiensten of
inlichtingen- en veiligheidsdiensten, gericht aan Onze Minister, is gebleken dat het
gegronde vermoeden bestaat dat deze persoon zich buiten de openbare lichamen Bonaire,
Sint Eustatius en Saba bevindt met het doel om zich aan te sluiten bij een organisatie
die is geplaatst op de lijst van organisaties, bedoeld in artikel 14, vierde lid,
van de Rijkswet op het Nederlanderschap.